Henricus (Hans) Joannes Eliza van der Kop (15 oktober 1923 – 4 mei 2004) werd geboren in Soerabaja, Nederlands-Indië, waar hij ook zijn jeugd doorbracht. In augustus 1941 begon hij aan de adelborstenopleiding van het Koninklijk Instituut voor de Marine (KIM) in Soerabaja. Deze opleiding werd in maart 1942 onderbroken door de Japanse inval in Nederlands-Indië. Van der Kop werd samen met de andere adelborsten geëvacueerd naar Groot-Brittannië, waar hij zijn adelborstenopleiding voortzette in het Enys House. In september 1942 gaf hij zich als vrijwilliger op om een opleiding tot vlieger bij de Royal Air Force te volgen. Nadat hij was afgekeurd als vlieger volgde hij een waarnemersopleiding, die hij in oktober 1943 afrondde. Hij werd benoemd tot officier vlieger der derde klasse en geplaatst bij het 320 (Dutch) Squadron. In totaal vloog hij tijdens de oorlog 78 oorlogsvluchten bij dit Squadron, waaronder ook vluchten boven Nederland.

Ook na de oorlog bleef hij bij de Koninklijke Marine werkzaam als vlieger. Van 1949 tot 1951 was hij als docent verbonden aan het KIM in Den Helder. Hierna volgde hij de vliegopleiding in Woensdrecht en Gilze Rijen, waarna hij verschillende functies vervulde aan boord van het vliegdekschip Hr. Ms. Karel Doorman. In 1954 overleefde hij een zeldzaam vliegtuigongeluk aan boord van dit schip. Na de lancering van zijn vliegtuig kreeg hij geen lift, waardoor hij vlak voor de boeg in het water dook en langsscheeps werd gekielhaald. Nadat het hele schip over hem heen was gevaren, werd hij door een helikopter uit het water gered.

Van 1964 tot 1967 was hij commandant van No. 320 Squadron. Na zijn functioneel ontslag als commandeur-vlieger per 1 februari 1974 schreef hij meerdere boeken en publicaties op maritiem- en luchtvaartgebied. Een deel van deze publicaties ging over zijn eigen ervaringen in oorlogstijd en daarna.

Hans van der Kop was lange tijd voorzitter van de Kring Oud Marine Officieren (KROMO). Toen hij in 2002 afscheid nam van zijn bestuurstaken, werd hij door de Bevelhebber der Zeestrijdkrachten vice-admiraal Van Duyvendijk titulair bevorderd tot schout-bij-nacht vlieger.

Van der Kop ontving meerdere onderscheidingen voor zijn vluchten bij het 320 (Dutch) Squadron tijdens de Tweede Wereldoorlog, waaronder het Vlieger Kruis, de Belgische Kroon Orde en het Croix Militair. Daarnaast was hij Officier in de Orde van Oranje-Nassau met de zwaarden. In 1958 trouwde hij met Josephine Agatha Couwenberg. Ze kregen geen kinderen en Josephine overleed in 1972. Hans van der Kop overleed op 4 mei 2004 in Den Haag.

Deze inleiding is gebaseerd op biografische gegevens die zich in deze collectie bevinden onder inventarisnummer 31, en het gedenkboek ‘ Enys House 1940-1946. Het Koninklijk Instituut voor de Marine gedurende de Tweede Wereldoorlog’, geschreven in 1992 door V.J.L. Blom in opdracht van het Enys Comité.

Publicaties van Van der Kop
- “Neem het over” (1975)
- “Vliegkampschepen” (1982)
- “D-day, 320 was erbij!” (1984)
- “The Flying Dutchman” (1985)
- “Omie en Eddie” (1996)
- “Happy Landings” (1997)
- “Nog een ander leven” (2000)
- “1000 dagen bij het Hof van St James” (2001)
- “Nog maar achttien maanden, arme sodemieter. Herinneringen aan Nieuw-Guinea. 1955-1956” (2001)
- “Terug van weggeweest. Herinneringen aan een plaatsing op het Marinevliegkamp Morokrembangan” (2002)
- “Op vleugels in hoger sferen. Een vliegers Odyssee” (2003)


Daarnaast schreef Van der Kop vele artikelen in kranten en tijdschriften. Deze publicaties zijn terug te vinden in inventarisnummers 176-259 van deze collectie.