Uw zoekacties: Hollandsch-Ankeveense polder

1601 Hollandsch-Ankeveense polder ( Waterschap Amstel, Gooi en Vecht )

Terug naar "zoek in alles" / het beginscherm.

Wat is een archieftoegang?

Een archieftoegang is een beschrijving van wat er in een archief zit. Zo'n toegang bestaat uit een of meer van de volgende onderdelen:

  • Kenmerken van het archief
  • Inleiding op het archief. Hierin staat informatie over de organisatie en over het archiefbeheer.
  • Inventaris of plaatsingslijst. Hierin staan de beschrijvingen van dossiers of documenten. Deze zijn ondergebracht in rubrieken, bijvoorbeeld "financiën" of "beheer van waterstaatswerken".
  • Bijlagen. Bijvoorbeeld een lijst dijkgraven, of een omnummeringstabel.

Meer uitleg

Meer uitleg over inventarissen en onderzoek doen staat in onze onderzoeksgidsen. (De link opent in nieuw venster.)

 

beacon
 
 
1. Inleiding
1.1. De geschiedenis van de Hollands-Ankeveense polder en haar veenderij
1.2. Geschiedenis van de archieven van de polder en de veenderij
1601 Hollandsch-Ankeveense polder
1. 1. Inleiding
1.2.
Geschiedenis van de archieven van de polder en de veenderij
Het oudste stuk waarin indirect sprake is van een polder onder Hollands Ankeveen dateert van 1538 en bevindt zich in het archief van het gemeentebestuur van Ankeveen. In dit charter wordt gesproken van de Hollandse molen en haar bemaling. Er is dan dus al sprake van een waterbeheersing en daarom van een polder. Er wordt in dit stuk echter niet gesproken over polder- of molenmeesters noch enige andere vorm van een polderbestuur. Het is daarom niet duidelijk of het betreffende stuk wel in het archief van het polderbestuur thuis hoort. Reden om het stuk in het archief van het gemeentebestuur van Ankeveen te laten.
Het oudste stuk in het polderarchief dateert van 18 feb. 1568. Het gaat hier om een afschrift van de oudste akte waarin sprake is van een polderbestuur, n.l. de overeenkomst met Symon Gosen van 4 okt. 1561.
Verder zijn er uit de 16e eeuw en het begin van de 17e eeuw slechts enkele akten of afschriften daarvan bewaard gebleven. Het oudste register dateert van 1643 en is in eerste instantie aangelegd door de secretaris/penningmeester Gerrijt van der Soest. Deze wordt al in 1646 opgevolgd door Willem Pilgroms welke in 1668 komt te overlijden. De secretaris die het langst zijn ambt heeft vervult is wel Jacob Jansen Han geweest. Deze volgde in 1721 zijn vader op maar was blijkbaar nog te jong. Zijn functie werd tot 1730 waargenomen door Jacob van de Leeu. Rond 1790 is het handschrift van Jacob Jansen Han sterk verslechterd, van 1790 tot 1792 is hij zelfs niet meer in staat de jaarrekeningen te ondertekenen. In 1794 tekent hij voor het laatst de jaarrekening. In deze periode treedt Nicolaas van Laar op als adjunct secretaris/penningmeester. Deze volgt Han in 1798 op.
In de periode vòòr 1700 wordt in het polderarchief gebruik gemaakt van zowel oude stijl als nieuwe stijl. Over het algemeen wordt hier duidelijk melding van gemaakt. Wanneer dit niet het geval is, dient men er op bedacht te zijn dat wanneer een stuk in het rechthuis van Stichts Ankeveen of elders in het gewest Utrecht is opgemaakt er gebruik wordt gemaakt van de Juliaanse kalender terwijl er in het Hollandse gebruik wordt gemaakt van de nieuwe Gregoriaanse kalender.
Het polderarchief werd bewaard in de polderkamer op het polderhuis. Het reglement van 1733 spreekt van een kastje waarvan drie sleutels in bewaring zijn bij 'toezigt hebbende perzone *  '. Er worden geen papieren uit het archief geleend zonder renversaal. Later blijkt er sprake te zijn van een polderkist die in 1784 en 1815 wordt omschreven als een ijzeren kist *  .
In deze polderkist werd ook het archief van de directie van de veenderij alsmede het contante geld bewaard. Voor het bewaren van de obligaties wordt in 1790 door de directie een koperen bus aangeschaft. In 1823 wordt er een blikken trommel 'tot berging der pampiere van de veenderij' aangeschaft *  .
De oudste stukken in het veenderij-archief dateren van 1773 en betreffen de octrooi-aanvrage door de gezamenlijke eigenaren van de veenlanden in de Hollands- Ankeveense, Heintjes Rak en Broeker polders. De notulen van de vergaderingen van de directie en hoofdingelanden beginnen in 1775 na de octrooiverlening.
Van de directie was één lid secretaris/penningmeester. Blijkbaar is deze functie frequent in andere handen overgegaan. Vooral in de beginperiode komen verschillende handschriften naast elkaar voor, soms zelfs tegelijk in één stuk. Blijkbaar nam men het met deze functie niet zo nauw. De eerste secretaris/penningmeester die duidelijk naar voren komt is Dirk Hendrik van Loo. Deze functioneert vanaf 1780 tot zijn dood in 1798. Niettemin komt tussendoor regelmatig het handschrift van Ds. Henricus Rappardus voor.
Het meest ingrijpende is waarschijnlijk het secretariaat van Hendrik Eerens geweest. Deze heeft als poldermeester zitting gehad in de directie vanaf 1792. Tenminste vanaf 1822 treed hij op als secretaris/penningmeester tot aan zijn overlijden in 1831. In deze periode is er een waar wanbeheer over de veenderij gevoerd. Vanwege dubbelfuncties van Eerens in Weesperkarspel zijn archiefbestanddelen van de veenderij in Weesperkarspel terecht gekomen en vice versa. Dit is in 1847 weer hersteld *  .
Hendrik Eerens werd opgevolgd door Henricus van Blaricum of Blarcum. Hij was een telg uit een belangrijke vervenersfamilie te Ankeveen. Met hem kwam het secretaris/penningmeesterschap voor ruim een eeuw in handen van zijn familie.
Het archief van de veenderij behoorde bewaard te worden in de kist van het polderbestuur in het polderhuis. Veelal blijken de secretarissen/penningmeesters echter veel stukken thuis te bewaren.
Onder de Van Blarcums is de administratie van zowel de polder als de veenderij in één hand gekomen doordat de Van Blarcums secretaris/penningmeester van zowel de polder als de veenderij waren. Met de dood van de laatste Van Blarcum, in de wandeling "meneer Chris", in 1934, zijn de archieven opgesplitst geraakt. Het moderne archief, dat sinds c. 1930 op code is gezet, en een deel van het oudarchief zijn overgedragen aan Frans Fennis, de opvolgende secretaris/penningmeester. Het werd op een regenachtige avond door de zoon van de voorzitter van het polderbestuur in een kruiwagen bij Fennis thuis gebracht.
Dit deel is bij het opgaan van de polder in het waterschap Drecht en Vecht bij de Provinciale Archiefinspectie van Noord-Holland ondergebracht. Met toestemming van het Drecht en Vecht zijn deze bescheiden in 1986, kort na de oprichting van het Streekarchief voor het Gooi en de Vechtstreek, naar deze instelling overgebracht. Tot op heden is er geen overeenkomst met Drecht en Vecht betreffende deze overbrenging afgesloten. Het gedeelte van dit archief daterende van na 1933 is grotendeels geordend volgens de code voor de ordening van de archieven van waterschappen van de Unie van Waterschappen. Dit deel bevond zich in een goede geordende staat, hoewel ik de indruk heb dat de secretaris in het begin wat moeite heeft gehad met het toekennen van de juiste codes. Daarnaast is de code niet consequent doorgevoerd. Van het op code gezette archiefdeel is een dossierinventaris bewaard gebleven *  .
Het andere deel van het oud-archief is in het rechthuis van Ankeveen, de woning van Van Blarcum, blijven berusten. Het rechthuis is daarna bewoond door Rika Fakkeldy, de huishoudster van Cristianus van Blarcum. Toen zij in 1950 kwam te overlijden is het grootste deel van de inboedel en de aanwezige archieven door de erfgenaam, mr Chris van Groeningen in twee verhuiswagens naar zijn woonplaats Groningen afgevoerd. Van Groeningen was niet in staat om alle papieren mee te nemen en verzocht daarom Frans Fennis om het achtergebleven deel te verbranden.
Fennis heeft een groot deel van de nog aanwezige archiefresten verbrand. Gelukkig niet alles, een deel van het familie-archief van de Van Blarcums heeft hij behouden alsmede een aantal stukken van de polder en de veenderij. Een deel hiervan heeft hij blijkbaar overgedragen aan de gemeente Ankeveen. In zijn verslag over de bovengemelde afwikkeling rond de erfenis van Van Blarcum meldt hij een stuk dat thans in het archief van het gemeentebestuur van Ankeveen berust *  . Enkele andere stukken zijn in particuliere handen gekomen.
Het archiefdeel van de polder en de veenderij dat door Van Groeningen is meegenomen is na bemiddeling van de gemeentearchivaris van Groningen overgedragen aan het Rijksarchief van Noord-Holland ten behoeve van de gemeente van Ankeveen. In 1953 is het daar geïnventariseerd *  . Daarna zijn de archieven van Ankeveen naar deze gemeente overgebracht en met de gemeentelijke herindeling van 1966 van daar naar 's-Graveland. In 1990 worden de archieven berustend bij gemeente 's- Graveland overgedragen aan het streekarchief.
Het archief van de Commissie van Toezicht heeft vanaf de oprichting van de commissie in 1856 tot aan haar opheffing in 1916 vermoedelijk bij de secretaris thuis berust. Na de opheffing zijn de bescheiden op 2 mei 1916 overgedragen door de secretaris van de commissie, P.J. van Voorst Vader jr., aan Gedeputeerde Staten van Noord-Holland en bij de Provinciale Griffie in Haarlem terecht gekomen. Daar hebben zij gelegen tot 1990 toen de overdracht van deze stukken aan het streekarchief voor het Gooi en de Vechtstreek plaatsvond.
1.3. Polder- en veenderijkaarten
1.4. Verantwoording van de inventarisatie
1.5. Gebruik van de inventaris
1.6. Literatuurlijst

Kenmerken

Datering:
1568-1979
Openbaarheid:
beperkt
Omvang archief:
3,20 meter
Auteur archieftoegang:
Waterschapsarchief AGV of voorgangers
Rechtsopvolger:
Drecht en Vecht (Een rechtsopvolger is de organisatie die taken heeft overgenomen, bijvoorbeeld na een fusie van meerdere polders of waterschappen.)
Nadere toegang: