Uw zoekacties: Protestants-Christelijke Voortgezette Agogische Beroepsoplei...

0992 Protestants-Christelijke Voortgezette Agogische Beroepsopleiding te Zwolle ( Collectie Overijssel locatie Zwolle )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
In de tweede helft van de jaren zeventig doet zich in Kampen een opvallende ontwikkeling voor op het gebied van het Hoger Beroepsonderwijs. Telt Kampen in het begin van deze periode nog geen HBO-instellingen (uiteraard was er wel de Theologische Hogeschool, opgericht in 1854), in het jaar 1982 zijn er vier, te weten de Sociale Academie (1976), de Academie voor Beeldend Kunstonderwijs (1978), de Academie voor Expressie door Woord en Gebaar (1979), en de Academie voor de Journalistiek (1981). De academies hadden een christelijke signatuur. Het initiatief tot het oprichten van de scholen voor Hoger Beroepsonderwijs in Kampen moet niet los gezien worden van verliezen die Kampen op andere terreinen leed. De tot dan toe in Kampen gevestigde Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders verhuisde naar Lelystad, de omvang van de tabaksindustrie nam beduidend af. Daarnaast waren door het vertrek van de militairen kazernes leeg komen te staan. Naast B. en W. heeft ook de Theologische Hogeschool Kampen (ThHK) zich nadrukkelijk met het onderwijsinitiatief ingelaten, want de ThHK vreesde als enige hogere onderwijs instelling ter plaatse geïsoleerd te komen staan. Samen met vertegenwoordigers van het voortgezet onderwijs vormden zij in de eerste helft van de jaren zeventig de stuurgroep voor hoger onderwijs in Kampen.
Onderzoek had uitgewezen dat een Sociale Academie te Kampen levensvatbaar was. De stichtingsakte dateert van 13 februari 1974. Na november 1975 gaf de staatssecretaris van onderwijs het groene licht voor de Sociale Academie door de plaatsing op het zogenaamde 'plan van scholen'. De opbouw werd ter hand genomen door ds. S.W.J. Zoutman, predikant te Woudenberg en W. van der Vaart, docent aan Sociale Academie 'de Jelburg' te Baarn. Mevrouw D. Mook trad in dienst als secretaresse. De voormalige Van Heutszkazerne werd door de gemeenteraad aangewezen als locatie. Als alternatief zou eventueel het Almerecollege aan het Engelenbergplantsoen 5 (de voormalige HBS) in aanmerking komen. De opstartkosten à 8 ton zijn grotendeels bijeengebracht door de ThHK en gereformeerde kerken en diaconiën. Het toelatingsbeleid was inter- confessioneel en minder orthodox dan bij de toen reeds bestaande Christelijke Sociale Academies. Daarnaast ook minder idealistisch dan in de jaren zeventig de trend was en meer beroepsgericht. De opleiding diende er naar te streven een verbinding te vormen tussen het sociale en het christelijke; een middenweg tussen progressieve en orthodoxe sociale academies. Op 16 augustus 1976 werd het instituut geopend, als eerste van de vier HBO-opleidingen die Kampen zou gaan tellen.
De Christelijke Sociale Academie 'de IJsselpoort' is gestart met drie studierichtingen: Maatschappelijk-, Kultureel-, en Personeelswerk. Aanvragen voor andere studierichtingen zijn door het ministerie van Onderwijs en Wetenschappen om onbekende redenen nooit gehonoreerd. Bij de inrichting van de studie vormde het eerste studiejaar een algemeen basisjaar. Het tweede jaar werd gevuld met beroepsgerichte vakken, waarna in het derde jaar de praktijkstage plaatsvond. het jaar van afstuderen, het vierde jaar, was gericht op de integratie van de opgedane theoretische en praktische vaardigheid.
Voor Sociale Academies waren de jaren zeventig een gouden tijd. Over de gehele linie vond groei plaats in de sociale sector. Daarna kwam de terugval. Het aantal aanmeldingen daalde, er moest bezuinigd worden en het aantal lesuren moest worden teruggebracht. Ook 'de IJsselpoort' ontkwam niet aan deze tendens. Bij de aanvang in 1976 meldden zich 103 studenten. Het topjaar was 1981, met 125 aanmeldingen. Daarna zette de daling in; in 1982 meldde zich nog 97 studenten aan, maar in 1985 werd het dieptepunt bereikt: 41 aanmeldingen. Vanuit deze ontwikkeling werd de verplaatsing naar Zwolle in het kader van de ministeriële nota Schaalvergroting, Taakverdeling en Concentratie (STC) onvermijdelijk.
1. Huisvesting
2. Verantwoording van de inventarisatie
0992 Protestants-Christelijke Voortgezette Agogische Beroepsopleiding te Zwolle
Inleiding
2.
Verantwoording van de inventarisatie
Het archief van de sector HSAO werd op twee verschillende lokaties aangetroffen. Een deel in een overvolle ruimte boven het sportcomplex, tezamen met de ruim honderd strekkende meter archief van andere rechtsvoorgangers van de Chr. Hogeschool Windesheim en een deel naast de administratie van de sector Hoger Sociaal Agogisch Onderwijs. Om te beginnen heeft in de ruimte boven het sportcomplex een grote opruiming plaatsgevonden. De vernietigbare bescheiden, merendeels gevormd door de financiële administraties, zijn ter vernietiging afgevoerd. Het betrof hier kas-, bank-, en giroafschriften, aankoopbonnen, grootboekkaarten, nota's, facturen ouder dan vijf jaar en de salarisadministratie ouder dan tien jaar. Na zo enig overzicht te hebben gecreëerd bleek dat de archieven van de verschillende voorgangers van deze sector door elkaar waren geraakt. Allereerst zijn deze archieven van elkaar gescheiden. De archieven die toen naar voren kwamen waren:
1. Chr. HBO voor Jeugdwelzijnswerk 'de Windesheim academie' te Zwolle.
2. Chr. Sociale Academie de IJsselpoort te Kampen
3. Prot. Chr. Voortgezette Agogische Beroepsopleiding te Zwolle.
De totale omvang van het CSA archief na verwijdering van de vernietigbare bescheiden was ongeveer 11 strekkende meter in ordners. Na de inventarisatie was dit nog 4 strekkende meter in archiefdozen. De leerlingen- en personeelsdossiers zijn volgens de richtlijnen niet in de inventaris opgenomen. Het resterende te inventariseren gedeelte is overgebracht naar de semi-statische archiefruimte voor bewerking. Volgens de registratiekenmerken op de stukken moet het archief opgebouwd zijn geweest volgens een code. De code zelf is niet aangetroffen. Deze code was niet te achterhalen en wekte ook niet de indruk consequent te zijn toegepast. Daarom is er voor gekozen om het archief te herordenen. Beschrijven van losse stukken is zoveel mogelijk vermeden. De ter vergadering behandelde stukken zijn door de archiefvormer gevoegd bij de notulen van de betreffende vergadering. Deze ordening is intact gelaten. De correspondentie is geordend op afzender.
De rechtsvorm van de Christelijke Sociale Academie 'de IJsselpoort' is een stichting. Tot 1984 is de organisatiestructuur onvoldoende uitgekristalliseerd: taken en bevoegdheden zijn niet duidelijk afgebakend. Met de invoering van de Wet op de Medezeggenschap (1984) is daar verandering in gekomen. Democratisering en bevoegdheden zijn gedurende de hele geschiedenis van 'de IJsselpoort' een aan veranderingen onderhevig punt van discussie geweest. Grofweg kan gesteld worden dat de twee belangrijkste lichamen het (Dagelijks) Bestuur van de stichting en de Academieraad (voorloper van de Medezeggenschapsraad) zijn. Notulen van de Academieraad (AKRA) zijn aanwezig van 1981 tot en met 1983, uitgaande stukken zijn echter al aanwezig vanaf 1979. Met ingang van januari 1984 gaat de naam AKRA over in Tijdelijk Advies Orgaan (TAO). Op 2 februari 1983 vergadert de Voorlopige Medezeggenschapsraad (VMR) voor het eerst. Voornaamste punt van bemoeienis: het medezeggenschapsreglement. Blijkens de notulen gaan TAO en (V)MR gemeenschappelijk vergaderen.
Op 14 september 1984 wordt de eerste gemeenschappelijke TAO/VMR vergadering belegd. De naam voor deze bijeenkomsten verandert daarna al snel in MR vergadering. Sinds de fusie van 1 augustus 1986 is deze raad een deelraad van de Christelijke Hogeschool Windesheim. De archiefvormer heeft geen duidelijke scheiding aangebracht tussen de archieven van deze organen. Omdat de taken en bevoegdheden van deze organen zo dicht bij elkaar liggen en ze elkaar overlappen zijn ze op jaar bij elkaar gezet. De notulen van een vorige vergadering worden met de agenda en de vergaderstukken van de eerst volgende vergadering meegestuurd en ook aldus gearchiveerd. Verder wordt verwezen naar de notulen waarbi ook financiële stukken als bijlage door de archiefvormer geplaatst zijn.
Andere informatie hierover bevindt zich in de correspondentie met het Ministerie van O&W. Om de oude orde niet te verstoren zijn ze hier gelaten. Jaarverslagen werden doorgaans niet gemaakt. Het eerste en enige jaarverslag dateert van 1982. Er is één brievenboek aangetroffen (inv.nr.045) voor zowel inkomende als uitgaande stukken. Dit brievenboek loopt over de jaren 1976-1984. Vanaf 1976 ontvingen de ingekomen stukken enkel een volgnummer; de uitgaande stukken daarentegen kregen een een volgnummer, voorafgegaan door een code-aanduiding (bv.SA-50). Halverwege 1978 werd ook bij de ingekomen stukken een verwijzing naar een rubriek van de code toegepast. Een exemplaar van de gebruikte code is niet in het archief aangetroffen. Bij de inventarisatie zijn de afdelingen en rubrieken ontleend aan de oude structuur van het archief en geordend van algemeen naar bijzonder. Ook binnen deze afdelingen en rubrieken zijn de stukken volgens dit beginsel herordend. Daar waar de stukken een gelijke mate van belang vertoonden zijn ze chronologisch geordend. Ten aanzien van de openbaarheid en de eventuele beperking daarvan wordt verwezen nar de overeenkomst van inbewaargeving.
3. Bijlagen

Kenmerken

Datering:
1974 - 1988
Omvang archiefblok:
0,25 m
Toegang:
Andreas, M., Inventaris van het archief van de Chr. Sociale Akademie "De IJsselpoort" te Kampen en het archief van de Prot. Chr. Voortgezette Agogische Beroepsopleiding te Zwolle, 1974 - 1988, Zwolle (1995).
Voorwaarden voor raadpleging:
Stukken betreffende nog levende personen zijn niet openbaar
Bijzonderheden:
Let op: het archief van de Christelijke Sociale Academie 'De IJsselpoort' te Kampen, inv.nrs. 1-207 bevindt zich bij het Gemeentearchief te Kampen. Deel drie van "Inventarissen van de archieven van de rechtsvoorgangers van de Christelijke Hogeschool Windesheim 1909-1986 (1992)"..
Openbaarheid:
Stukken betreffende nog levende personen zijn niet openbaar.