a. Het concept was opgesteld door een commissie van gedeputeerden, op basis van een ontwerp van kanselier Leoninus,zie regest 088 (1581). Met voorstel, al naar gelang de inkomsten uit die goederen per kwartier één of meer ontvangers te benoemen, en ter coördinatie één algemene rentmeester voor heel het gewest. Er dient een staat van alle lasten en inkomsten der geestelijke goederen te worden opgesteld. Een eventueel surplus aan inkomsten, na aftrek van de betalingen aan de geestelijken, kerken, armen e.d., dient het gewest ten goede te komen. Voor nadere details, zie de recessen.

b. Elbertus Leoninus (Albert de Leeuw) (Zaltbommel 1519 of 1520 - Arnhem, 6/7 dec. 1598), studeerde te Leuven, van 1548 tot en met 1580 hoogleraar in de Rechten aldaar, wegens zijn grote eruditie en zijn pragmatisch maar mild en gematigd oordeel gewild raadsman van vele vorsten en overheden; mede-ontwerper van de Pacificatie van Gent (1576), lid van de Raad van State rond aartshertog Matthias (ca.1579); koos in 1580 voor de Opstand tegen Spanje; van 28 juni 1581 tot zijn dood kanselier van Gelderland, van 10 jan. 1586 tot 1 jan. 1596 tevens lid van de nieuwe Raad van State. Zie over hem onder meer A.E.M. Janssen, 'Elbertus Leoninus 1519/1520 - 1598, rechtsgeleerde en Gelders kanselier', in:J. Kuys e.a. (red.), Biografisch woordenboek Gelderland (6 dln., Hilversum 1998-2006). 2, 58-62.

a. Deze remonstrantie wordt niet vermeld in de recessen van de vorige Landdag. Het stuk is te vinden in 0012 Gelderse Rekenkamer, inv. nr. S 3, met de juiste paginering pp.535 - 545 (scans 523-533).

b. Voor een aanverwant geschil tussen de magistraat en burgerij van Dordt, en i.h.b. de Dordtse koopman Claes Ruis, met de Gelderse momber en de Gelderse Rekenkamer, waarbij prins Maurits mee helpt tot een vergelijk te komen, zie 0012 Gelderse Rekenkamer, inv. nr. S 3, pp. 553-555 (correcte paginering), scans 541-543, stukken van 7 en 11 mei 1591.

c. In het recessenboek van het Kwartier van Nijmegen is het woord "aengewant" doorgestreept en veranderd in "aengenoemt"; vgl.het Nijmeegse exemplaar, 0003 Staten van het Kwartier van Nijmegen en hun Gedeputeerden, inv. nr. 613, fol. 93, met dat van de stad Arnhem, 2000 Oud archief Arnhem, inv. nr. 4696, fol. 255 r., en dat van de Rekenkamer, 0012 Gelderse Rekenkamer, inv. nr. S 3, p. 530.

Voor de term 'wachtmeester' , zie Verklarende woordenlijst.

a. "...heer van Soulen Amptman...": dit is Derick (Diederik, Dirck) Vijgh (1532-1615), in de jaren 1578-1615 richter en dijkgraaf van Tiel en Zandwijk en ambtman, richter en dijkgraaf van Neder-Betuwe. Leden van de familie Vijgh hebben als pandhouders het ambtmanschap van Neder-Betuwe bekleed van 1538 tot in 1682. Derick Vijgh was een actief en bekwaam ambtman, die echter door zijn onafhankelijk en eigenzinnig beleid en zijn harde optreden als militair evenals zijn vader Claes Vijgh regelmatig in conflict raakte met andere overheden; vgl. onder meer regest 098 (1592). Voor een uitvoerige literatuuropgave over hem, zie o.a. regest 038 (1584).

b. Het reces geeft geen inhoudelijke informatie over de betreffende zaak. Het gaat echter hoogstwaarschijnlijk om een verbod op het innen van bepaalde tienden uit de geconfiskeerde geestelijke goederen, door Derick Vijgh ten onrechte opgelegd aan de pachters van deze tienden, omdat hij de inkomsten daaruit ten goede wil laten komen aan de stad Tiel. Zie 0124 archief van het Hof, inv. nr. 685, brief van Geerlich (Gerlach) van der Capellen aan het Hof, 8 juli 1590 (scans 14-15). Zie voor een soortgelijke aanmatiging i.v.m. de tol te Tiel regest 030 (1591).

c. Voor 'ambtman', zie Verklarende woordenlijst.

d. Geerlich (Gerlach) van der Capellen: raadsheer in het Hof, 1580-1616; daarna tot in 1627 kanselier.