Met titelonder iedere afbeelding. gemerkt: 3 en 4. Zie ook: Z.I. deel II, inv.nr 1177. Bij de dubbelen: 2 exemplaren met 2 afbeeldingen op één blad en drie exemplaren met alleen de afbeelding nr 4 en twee afbeeldingen met alleen nr 3. Op het achterblad door van der Os voorzien met de tekst: waarschijnlijk geeft Nolle te kennen een hoek, die de zeedijk maakt, althans in de nabijheid van Vlissingen wordt deze benaming voor dergelijke plaatsen gevonden op Zoud-Beveland bij Borselen ligt de Zuider- en Noorder Nolle, op schouwen ligt de Wester Nolle, Klooster Nolle enz. en deze alle zijn plaatsen, alwaar de zeedijk een hoek vormt. W.J. Hofdijk in zijn Kennemerland, Ballade enz. hecht er een andere beteekenis aan op bl. 25 toch zingt hij: 'Daar joegen zij op snellen draf, het leger uit de nollen af', en voegt er deze noot bij: Schoorler Nolle; zandige hoogten, die zich van 't duin oostwaarts strekken en door hooge akkers worden gescheiden van het Reeker wed. Ook draagt het hooge zandige land tusschen de dorpen Oudorp en St. Sancras nabij alkmaar dien naam. Nolle is kruin (vertex) zoowel in den gewonen als in overdragtelijken zin: nol van het hoofd van een heuvel enz. Bij Maerlant komt de uitdrukking voor van de nolle blaer voor kale kruin en bekend is het dat in de volkstaal nol voor hoed ingebruik is. Naar een tekening van C. Pronk