Uw zoekacties: dorp Abbekerker Weere

Objecten ( Westfries Archief )

beacon
 
 
Notariële akte
Attestatie, 4-4-1724
Notaris:
Jan van der Hoeve
Plaats notaris:
Abbekerk
Soort akte:
Attestatie
Persoon in notariële akte:
1 Jan Dirks Tijm  
2 Maartje? / Maria? Dirks Tijm (!)  
3 Dirk Jakobs Tjallewal  
4 Alexander Landschot, v.  
5 Neeltje Klaas  
6 Kornelis Jans Aris  
7 Simon Dirks Tijm (!)  
8 Liefje Alberts Keern (!)  
9 Klaas Hendriks (!) Meulen, vd / Molen, vd  
10 Jan Jans Jong, de (!) / Schoenmaker  
11 Jan (!) Hendriks (!) Hoeve, vd  
Object:
dorp Abbekerker Weere  
land Neeltje Klaas' Akker  
Annotatie1:
Zie ook: 0133/144; 0134/009, 010, 043.
Geen notariële akte, maar een oud-rechtelijk stuk; de notaris treedt hier op in zijn hoedanigheid van secretaris der stede Abbekerk.
Annotatie2:
Betreft mishandeling met een bijl te Abbekerk.
Op verzoek van jonkheer Alexander van Lantschotk, waarnemend baljuw en schout der stede Abbekerk (zie: Landschot, v., Alexander, te Grootebroek!) attesteren achtereenvolgens Jan Dirksz Tijm en Mary Dirks (zie: Tijm!, Maria?/Maartje? Dirks), weduwe van Dirk Jakobsz ’t Jallewal (zie: Tjallewal, Dirk Jakobs), broer en zus, die bij elkaar wonen te Abbekerk.
Annotatie3:
‘Eerst ik Jan Dirksz, dat ik op vrijdag den 31e maart dezes jaars ontrent twee uuren na den middag ben gegaan op eenen akker gelegen tusschen Abbekerk en deszelfs Weere, bekent onder de naam van Neeltje Klaas Akker, met voornemen om eens te zien hoe ’t zaat daar stondt.
Dat ik daar hebbe gevonden Kornelis Jansz Aris uyt de Abbekerker Weere’ (zie: Aris, Kornelis Jans), ‘bezig met takken kappen.
Annotatie4:
Dat die mij aansprak, dat wij onderling discourerende over den toestant van de landerijen, vervolgens in gesprek raakten over ’t kostgelt van twee koeyen, die genoemde Kornelis Aris den verleden winter bij mij op stal hadde gehadt, waarvan ik zeyde te oordeelen dat mij kostgelt toequam, ’t geen Kornelis Aris afsloeg, ten ware hij van de koeyen van mijnen overledenen broeder Zymon Dirksz mede kostgelt hadde’ (zie: Sijm!, Simon Dirks). ‘Dat ik egter weder sustineerde mij kostgelt toe te komen.
Dat Kornelis Aris daarop tegen mij in deze woorden uytborst: “Eer ik jouw kostgelt geef, wil ik liever sterven op ’t schavot te Abbekerk, als Liefje Elberts”’ (zie: Keern!, Liefje Alberts).
Annotatie5:
‘Dat meergenoemde Kornelis Aris onder ’t uyten van die woorden mij met eene bijl in grammen gemoede op ’t hooft sloeg en door de hoed heen in ’t hooft aan de regterzijde eene wonde toebragt, schoon den slag tragtede te ontwijken.
Dat ik toen verbaast van hem weg en ten spoedigsten naar huys ging, en thuysgekomen wezende den chirurgijn Klaas van der Molen ontbood’ (zie: Molen, vd, of: Meulen!, vd, Klaas Hendriks!), die gekomen zijnde en mij afgevraagt hebbende hoe ik aan de wonde quam, na mijn antwoort gehoort te hebben de wonde verbondt in tegenwoordigheyt van den schepen Jan Schoemaker de Jonge’ (zie: Schoenmaker, Jan Jans! de J., of: Jong, de!, Jan Jans!), ‘welke zoo wat voor den chirurgijn ten mijnen huyze gekomen was.’
Annotatie6:
‘Ik Mary Dirks getuyge dat mijn broeder de eerstgenoemde deposant op vrijdag den 31e maart laatstleden na den middag te velde is gegaan, en na verloop van twee à drie uuren met eene wonde in ’t hooft is t'huysgekomen, aanstonts klagende die wonde hem in voegen als in zijne vorenstaande verklaring is uytgedrukt toegebragt te zijn.’
N.B. 1: De in de akte genoemde Kornelis Jans Aris uit de Weere onder Abbekerk is de stiefvader van Jan Dirks Tijm, Mary Dirks Tijm en de overleden Simon Dirks Tijm. (Zie: 0132/016 en 017, beide zonder annotatie.)
N.B. 2: De Liefje Elberts, waarnaar in deze attestatie terloops wordt verwezen, was geboren in 1687 te Benningbroek als dochter van de schoolmeester Elbert Jansz Keern (zie: Keern, Albert Jans) en in 1709 geëxecuteerd op het galgeveld te Abbekerk (‘aan een paal gebonden, een vuurtest en zwavelstokken boven haar hooft vastgemaakt, met de koorde gewurgt, dat er de dood navolgt, en vervolgens haar doode lighaam op het galgevelt, tot een spectakel op een rat gestelt’) wegens diefstal en herhaalde brandstichting in de boerderij van Simon Jakobs Oostwoud en Machteld Jakobs te Lambertschaag onder Abbekerk, waar zij dienstmeid was. (Zie: Geschiedenis van Abbekerk in een verzamelband – 2002 – Het stadhuis der stede Abbekerk en de doodstraf, p. 11-14. Bibliotheek: plaatsnummer 118 I 50.)
Toegangsnummer:
1685 Notarissen in West-Friesland tot 1843, 1552-1843
Inventarisnummer:
134
Aktenummer:
11
Status:
De voor- en achternamen in de index van deze akte zijn gestandaardiseerd

Gebruik CTRL + scroll om te scrollen

Ga
Organisatie: Westfries Archief