Uw zoekacties: bestuurscollege Regenten

Objecten ( Westfries Archief )

beacon
 
 
Notariële akte
Attestatie, 25-1-1712
Notaris:
Jan van der Hoeve
Plaats notaris:
Abbekerk
Soort akte:
Attestatie
Persoon in notariële akte:
1 Hendrik Jans (!) Hoeve, vd  
2 Jan Pieters Neuvel  
3 Kornelis Oostwoud  
4 Dirk Jans Jakobs  
5 Kornelis Jans Dool  
6 Jan Muusz Dool  
7 Pieter Simons (!) Koster  
8 Jan (!) Hendriks (!) Hoeve, vd  
Object:
bestuurscollege Regenten  
Annotatie1:
Zie ook: 0131/029.
Geen notariële akte, maar een oud-rechtelijk stuk; de notaris treedt hier op in zijn hoedanigheid van secretaris der stede Abbekerk.
Annotatie2:
Betreft schuld (achtergehouden dorpsgeld) van de burgemeester van Twisk aan het dorp.
Op verzoek van de regenten te Twisk verklaart Henrik van der Hoeve (zie: Hoeve, vd, Hendrik Jans!) te Abbekerk, ‘dat hij deposant in den jare 1699, nadat Jan Pietersz Neuvel tot burgem[eeste]r van Twisk was geëligieert, geweest is ten huyse van Kornelis Oostwoud, neef van den out-burgem[eeste]r Dirk Jansz Jakobs, ende vroetschap tot Twisk.
Annotatie3:
Dat doemaals de gemelde Kornelis Oostwoud - met hem deposant discourerende over de electie van den nieuwen burgem[eeste]r Jan Pietersz Neuvel, ende speciaal over de redenen waarom Kornelis Dool, zoone van den overleden out-burgem[eeste]r Jan Muusz Dool was voorbijgegaan - aan hem deposant heeft verhaalt, dat zijn oom de oudt-burgemeester Dirk Jansz Jakobs aan hem Kornelis Oostwoud hadde verklaart niet te hebben konnen goetvinden om zijne stem tot burgem[eeste]r aan Kornelis Dool te geven, vermits hij Kornelis Dool zoodanige tweehondert gulden dorpsgelt als de schotgaarder Pieter Koster’ (zie: Koster, Pieter Simons!) ‘aan zijnen vader den burgem[eeste]r Jan Muusz Dool eenigen tijt voor desselfs overlijden hadde ter hant gestelt, onder een frivool praetext van onkunde zogt te ontkennen, en de restitutie, of behoorlijke verantwoordinge van dien, zig te onttrekken.
Dat vervolgens hij deposant in den jare 1705, vier à vijf weken na may, op het versoek van den schotgaarder Pieter Koster is gekomen ten huyse van den oudt-burgemeester Dirk Jansz Jakobs, om met denselven te overleggen wat middelen best souden konnen dienen tot assopiëring van de geresen verschillen onder de regenten van Twisk.
Annotatie4:
Dat Dirk Jansz Jakobs - nadien er verscheyden menschen ten zijnen huyse waren - hem deposant versogt mede te gaan in de boed, die bewesten zijn huys staat, om aldaar in vrijheyt te mogen spreeken.
Dat doemaals dezelve Dirk Jansz Jakobs in de gemelde boed aan hem deposant verklaarde, dat hij en de vader van Kornelis Dool het gelt van Pieter Koster hadden ontfangen – daarmede denoterende seekere vierhondert guldens dorpsgelt die Pieter Koster volgens zijne opgave in den jare 1698 aan hunluyden als burgem[eeste]r[e]n, yder voor de helft hadde behandigt – ende dat hij, zooveel hem aanging, ’t selve gelt aan de regenten, ten behoeve van het dorp, bij deugdelijke reekeninge zoude verantwoorden, dog niet kon beteren dat Kornelis Dool sulks weygerde te doen.
De deposant verklaart dit gepasseerde alsnog in goede geheugenisse te hebben, en presenteert hetselve desversogt nader te sterken.
Opregt en ter goeder trouwe.’
Toegangsnummer:
1685 Notarissen in West-Friesland tot 1843, 1552-1843
Inventarisnummer:
131
Aktenummer:
30
Status:
De voor- en achternamen in de index van deze akte zijn gestandaardiseerd

Gebruik CTRL + scroll om te scrollen

Ga
Organisatie: Westfries Archief