Uw zoekacties: bestuurscollege Regeerders van Ursem

Objecten ( Westfries Archief )

beacon
 
 
Notariële akte
Attestatie, 5-4-1662
Notaris:
Jan Reijersz. Rijp
Plaats notaris:
Avenhorn
Soort akte:
Attestatie
Persoon in notariële akte:
1 Gerrit Kornelisz Mijzen  
2 Pieter Kornelisz Haring  
3 Pieter Jans Schermer  
4 NN  
5 Jan Kornelisz (!) Bakker  
6 Jan Pieters Dijkuit  
7 Pieter Klaasz Boer, (de) (!)  
Object:
meelmolen (!) Meelmolen!  
polder Mijzerkoog  
bestuurscollege Regeerders van Schermerhorn  
bestuurscollege Regeerders van Ursem  
Annotatie1:
Betreft nieuwe molen (meelmolen!) in de Mijzerkoog (Polder Mijzen), onder Ursem.
Op verzoek van Pieter Jansz Schermer, regerend schepenmeester te Ursem verklaren Gerrit Cornelisz (Mijsen) (zie: Mijzen, Gerrit Kornelisz) en Pieter Cornelisz Hasringh (zie: Haring, Pieter Kornelisz), regerend vredemakers te Oostmijzen, ‘dat sij deposanten, neffens de regeerders van Schermerhorn ende Ursem, hestaende in drie leden, in den jare a[nno] 1661 eenen nieuwen molen hebben getimmert staende in de Mjsercoogh, sijnde deselve groot in 't geheel 965 1/3 maden lants en[de] dat de bestedinge van de voorsz[eyde] molen tot Ursem is geschiet, soo van timmeragie, iserwerc ende visentatiën, ock dat se gesamentlijck een toesiender van 't voorsz[eyde] werck hebben gestelt, die tot Ursem is wonende, dewijle de molen aldaer wierde geset.
Annotatie2:
Verclaerden sij deposanten noch, dat sij seer geerne souden sien, dat de rekeninge van de voorsz[eijde] timmeragie en andere oncosten tot den opbouw van de voorsz[eyde] molen v[er]vallen, tot Ursem mochte werden gehouden, als sijnde het grootste lidt van de voorsz[eyde] polder, en aldaer oock vervallen is, ende dat voortaen de rekeninge van beyde de molelans [sic] jaer om jaer, dan tot Ursem en dan wederom tot Schermerhorn mochte werden gehouden, alsoo het recht ende billick is.
Verclaren wijders, indien sij getuygen de gelegentheyt hadden als d'andere twe dorpen, dat se niet souden naelaten te versoecken omme het darde jaer de rekenin[g] in haer lidt mede gehouden mocht werden.
Allegeren sij deposanten van redenen van wetenschap, dat sij de bestedinge van de nieuwen molen, ende alle 't geene daeraen dependeert, hebben bijgewoont ende present geweest, presenteren 't selve des noot sijnde naeder te verstercken, en versochten hiervan acte.
Aldus gedaen tot Avenhorn ten huyse van Jan Backer, in presentie van Jan Pietersz ende Pieter Claesz, regerende vredemakers van Avenhorn, hiertoe v[er]socht.’ (Zie: Bakker, Jan Kornelisz!; Dijkuit [in de handtekening], Jan Pieters, en: Klaasz, Pieter.)
N.B. 1: Een made, mad of mat, afkorting van dagmad(e), is in Holland hetzelfde als een deimt of deimpt, gelijk aan 2/3 morgen ofwel 400 vierkante roeden. (Zie: De oude Nederlande maten en gewichten / J. M. Verhoeff. – Bibliotheek: 138 C 16.)
N.B. 2: Wat met ‘beyde de molelans’ bedoelt wordt, is onbekend. Waarschijnlijk een verschrijving van de notaris. Er was namelijk nog een andere meelmolen in de Mijzerkoog, gelegen onder Schermerhorn. Er zou dus ‘molens’ bedoeld kunnen zijn.
Toegangsnummer:
1685 Notarissen in West-Friesland tot 1843, 1552-1843
Inventarisnummer:
189
Aktenummer:
18
Status:
De voor- en achternamen in de index van deze akte zijn gestandaardiseerd

Gebruik CTRL + scroll om te scrollen

Ga
Organisatie: Westfries Archief