Uw zoekacties: Offerman, Eduard A.G.

Dagboeken-NIOD ( NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies )

  • In het veld "auteur" zoekt u op naam van de dagboekauteur
  • In het veld "localisering" zoekt u naar de plaatsen waarover de dagboekauteurs schrijven.
  • In het veld "inhoud" zoekt u naar termen die voorkomen in de online-samenvattingen van de dagboeken.

Als u het veld "alle velden" invult, doorzoekt u het gehele bestand. U kunt de zoekresultaten beperken door in de velden achter "periode" specifieke jaartallen in te vullen.Een overzicht van alle dagboeken kunt u oproepen door hier te klikken.


Tijdens de bezettingsjaren vertrouwden honderden mensen hun alledaagse belevenissen toe aan het papier. Vanuit Londen riep Radio Oranje de Nederlandse bevolking op een dagboek bij te houden. Deze geschriften vormen een rijke historische bron omdat de gebeurtenissen en ervaringen uit de eerste hand opgetekend zijn. Het NIOD beschikt over ruim duizend dagboeken van onder meer huisvrouwen, burgemeesters, winkeliers, artsen, NSB'ers, Oostfrontstrijders, scholieren en gevangenen.

Meteen na haar oprichting begon het toenmalige Rijksbureau voor Oorlogsdocumentatie met het verzamelen van dagboeken. Vanaf december 1945 verzocht Lou de Jong in radio-uitzendingen om dagboeken ter beschikking te stellen. Het vergaren van deze egodocumenten was belangrijk omdat "de vaak onopzettelijk door tallozen bijgehouden dagboeken bij uitstek het nageslacht een juiste indruk geven van wat de gewone burger in de oorlogs- en bezettingsjaren beleefde". Daarnaast hebben de dagboeken grote waarde omdat zij een uitvoerig beeld geven van belangwekkende plaatselijke gebeurtenissen. Zo verwierf het RIOD honderden dagboeken die elk "voor het historisch onderzoek naar de jaren der Duitsche bezetting tot in de lengte van generaties van de grootste beteekenis zal zijn".

In 1949 werden de dagboeken geanalyseerd en beschreven, zodat "systematisch al datgene zou worden opgetekend wat voor de verdere wetenschappelijke arbeid [...] van belang zou kunnen zijn". De analyses bevatten informatie over de auteur, locatie, periode en inhoud van de betreffende dagboeken. Op 20 november 1954 verscheen een bloemlezing onder de titel "Dagboek-fragmenten 1940-1945". Een exemplaar hiervan bevindt zich in de studiezaal van het NIOD. De helft van de dagboekbeschrijvingen is gemaakt in de jaren vijftig en ademt de sfeer van de toen geldende maatschappelijke opvattingen. Sinds 10 jaar worden de dagboeken beschreven door Marian Ros.

De dagboeken zelf zijn in te zien in de studiezaal van het NIOD. Vanwege het vaak persoonlijke karakter van de dagboeken is de collectie beperkt openbaar. In de praktijk betekent dit dat de dagboeken pas gelezen kunnen worden na het tekenen van een verklaring waarin is vastgelegd hoe de bescherming van de privacy gewaarborgd moet worden.

beacon
 
 
Inventaris
Dagboek
1560 Offerman, Eduard A.G.
Auteur:
Offerman, Eduard A.G.
Openbaarheid:
Volledig openbaar
Vorm:
3 Brieven (getypt en afschrift van typoscript ( fotokopieen))
Omvang:
9 pagina's
Periodisering:
16 september, 29 september en 4 oktober 1944
Periode van ontstaan:
16 september, 29 september en 4 oktober 1944 ??
Localisering:
Wageningen
Taal:
Nederlands
Inhoud:
In zijn brieven aan een tante in Amsterdam bedankt de auteur, die tijdelijk in Wageningen woont, voor een door de ontwrichting van het treinverkeer te laat ontvangen verjaardagsbrief. Hij vertelt dat een grote partij metaal zoekgeraakt is, die hij per post heeft verstuurd. Volgens hem zijn de geallieerden bij Maastricht blijven steken. Over de fietsenvordering in Amsterdam heeft hij gehoord. In de toekomst belooft hij meer fruit, waar hij genoeg van heeft, te sturen. Hij praat over een kapotte radio en biedt haar aan hun huis te gebruiken om te douchen. Over het overmaken van zijn salaris doet hij mededelingen. In de omgeving van Wageningen worden Duitse militairen uit Belgiƫ en Frankrijk ingekwartierd. Het is druk in de buurt, er worden veel aanplakbiljetten aangeplakt, er zijn lekke autobanden door haakjes op de weg en razzia's naar gravers voor de IJssellinie. Hij vraagt haar om niet te vergeten hun huur over te maken. Er komen geallieerde vliegtuigen over, die door beschietingen slachtoffers en verwoesting veroorzaken. Ze vliegen door naar Duitsland. Door de beschietingen is er soms geen elektra, gas, water en radio-ontvangst. Hij hoopt dat met de komst van de geallieerden de voedsel- en brandstofsituatie verbetert. Er worden steeds meer zweefvliegtuigen gesignaleerd en Engelsen krijgsgevangen gemaakt. 19 september horen ze in de omgeving veel geschiet en mitrailleurvuur, maar de aangekondigde landing komt niet. Bij Arnhem wordt volgens de radio gevochten. Allerlei geruchten doen de ronde. In zijn laatste brief vertelt hij dat de haveninstallaties in Wageningen, waaronder kranen, fabrieken en schepen onder voortdurend luchtalarm opgeblazen zijn.
NB:
geen
Datum beschrijving:
februari 2008
Illustratie:
Nee
Ga naar dit stuk:

Doorzoek alle bestanden van dit stuk

Gebruik CTRL + scroll om te scrollen

Ga