235 1746 december 16
Geldern
"Gegeven binnen onse stadt Gelder den 16 dagh maandts Xbris in den jaere ons Heere 1746"

Frederik, koning van Pruissen, markgraaf van Brandenburg enz., oorkondt, dat ten overstaan van Eenier Johan Theodoor baron van Dornick, heer van Walbeck en Twisteden, zijnen geheimen raadsheer, kanselier in het hertogdom Gelre en stadhouder zijner leenen aldaar, en leenmannen Hermannus Ohmen, kapelaan te Baarlo, ingevolge volmacht van Philip, vrijheer van Bierens, heer van Baarlo, Bissingen enz., ten diens behoeve beleend wordt met het kluppelleen van 7, 5 morgen, voorheen gespleten uit zijn leen van Caldenbroeck onder Grubbenvorst, te verheergewaden met 15 goudgulden en vacant door het overlijden van Hendrick Rutten.

234 1746 mei 9
Geldern
"Gegeven binnen onse stadt Gelder den negenden dagh maendts May in den jaere ons Heere duysent sevenhondert ses en vertigh"

Frederik, koning van Pruissen, markgraaf van Brandenburg enz., oorkondt, dat ten overstaan van Eenier Johan Theodoor baron van Dornick, heer van Walbeeck en Twisteden, zijnen geheimen raadsheer, kanselier van Gelderland en stadhouder der leenen aldaar, en leenmannen Johan Henderick Steintgens ingevolge volmacht van 26 April 1746 ten behoeve van Wilhelm Frederick baron d'Olne beleend wordt met de halve heerlijkheid Baerlo met "alle haeren toebehoir, rent ende gerechticheyden, van aenstellen der officieren, het profyteeren der amenden, het recht van jacht, visscherye ende andersints...... soo ende gelijck deselve halve heerlijckheyt op den 27 November 1673 bij cessie ende aancoop verkregen is", leenroerig aan den hertog van Gelder, met 15 goudgulden te verheergewaden.

233 1745 september 22
Grefrath
"Actum binnen Greefraedt den twee en twintighsten September seventhien hondert vijff en viertigh"

Schepenen van Grefrath oorkonden, dat Johannes Biesten ingevolge volmacht van Wilhelm baron van Bierens, medeheer van Grefrath, kanunnik en deken van het Munster te Aken, ten zijnen behoeve bij de echtgenooten Hendrick van Dam en Johanna Gelissen, burgers van Roermond, opneemt twee kapitalen, respectievelijk van 1200 patacons permissie munt en 500 specie patacons tegen 5 ten honderd, en tot pand stelt het kasteel Dorenburg te Grefrath.

232 1744 juli 21
"Gegeven binnen onse stadt Gelder den een en twintigsten Julii een duysent sevenhondert vier en veertigh"

Frederik IV, koning van Pruissen, hertog van Gelder enz., verleent op zijn verzoek Philip van Bierens, bezitter van het huis en de burcht Baarlo, brieven van terrier, waarbij hij den deurwaarder of eersten bode, "macht hebbende t'exploiteeren", opdraagt de ingezetenen van Baarlo, Blerick, Maasbree en Kessel, die in de "Laatschappe, Leen-en Laatbanck" van voormeld huis en burcht leen-of laatgoederen bezitten, waarvan cijnzen, granen, kapoenen, hoenderen, gelden of andere recognitiën betaald worden, veertien dagen na de aankondiging daarvan opgaaf te doen met het denombrement dier goederen.