Uw zoekacties: Bestuur van de saksische hertogen over Friesland
1 Bestuur van de saksische hertogen over Friesland ( Tresoar (Frysk Histoarysk en Letterkundich Sintrum) )
Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inventaris
2. Inleiding
2.2. De collectie microfiches van stukken betreffende het bestuur van Friesland
De collectie microfiches van stukken betreffende het bestuur van Friesland en betreffende de bemoeienis met Groningen (originelen in Dresden en Wenen)
2.2.2. Het toegankelijk maken en de verantwoording daarvan
2.2.2.4. Beschrijving en ordening
1 Bestuur van de saksische hertogen over Friesland
2. Inleiding
2.2. De collectie microfiches van stukken betreffende het bestuur van Friesland
2.2.2. Het toegankelijk maken en de verantwoording daarvan
2.2.2.4.
Beschrijving en ordening
Tijdens zijn onderzoek noteerde Baks gegevens over de inhoud van de voor hem relevante stukken. Ten behoeve van zijn dissertatie bewerkte hij de door hemzelf gevonden "nieuwe" archivalia. Hij nam de reeds door Berns gemaakte beschrijvingen van de "oude" stukken over en bracht zo nodig aanvullingen en correcties aan. Hij vervaardigde beschrijvingen van de "nieuwe" stukken en nam soms grote gedeelten van de tekst letterlijk over. Hij maakte vele verwijzingen en verklarende opmerkingen. De zeer vele gegevens, die hij zo bijeenbracht, legde hij vast in een database. Inmiddels rezen er plannen om in 1998 te gedenken dat vijfhonderd jaar geleden het eerste centrale bestuur op het grondgebied van de huidige provincie Friesland gevestigd werd. In het kader van die viering wilde het Ryksargyf een serie inventarissen van de archieven van de gewestelijke bestuursinstellingen 1498-1961 uitgeven. Ruimhartig stelde Baks desgevraagd de database met zijn materiaal ter beschikking van het Ryksargyf om dat te bewerken tot een toegang op de in Dresden en Wenen gevonden stukken. Toen Baks zijn materiaal verzamelde deed niets vermoeden dat het ooit nog eens in één of andere vorm zou worden gepubliceerd. Aan het stroomlijnen van beschrijvingen of aantekeningen hoefde Baks dus geen hoge eisen te stellen. Hij hoefde ook niet alle Duits te vertalen. Vertikkingen konden gerust blijven staan. De door Baks gemaakte duidelijke verwijzingen naar de archiefsignaturen van de individuele archivalia waren onontbeerlijk, maar naar de plaats van een stuk op de gemaakte films hoefde hij in zijn records niet te verwijzen.
Op het Ryksargyf gingen de auteurs Van Nienes en Van Dalfsen verder met het materiaal van Baks en met de elf films, waarop de stukken uit Dresden en Wenen waren overgenomen. Zij ordenden de records in de database primair op film, secundair op verfilmde band, tertiair op het folionummer van het stuk in die band. Zo ontstond een directe verbinding tussen record en plaats op de film (en omgekeerd) en daarmee een beter overzicht over het geheel. Al spoedig bleek, dat het materiaal te overvloedig was om in zijn geheel te worden uitgegeven. Toen is besloten om een selectie van de gegevens naar een nieuwe database over te brengen voor nadere bewerking. Niet overgenomen zijn onder meer het veld voor de volledige tekst van een stuk en het veld voor de naam van de klerk die het stuk schreef. Daarna begon het werk aan het stroomlijnen van de beschrijvingen en van de bij elke beschrijving gevoegde noten. De onvolkomenheden, inherent aan niet voor publicatie bedoelde notities, werd en weggenomen voor zover dit rendabel was. Naar archivistische vervolmaking van de beschrijvingen is niet gestreefd. Ongeveer vijftig stukken waren te kort aangeduid, hun beschrijvingen werden substantieel aangevuld.
De diverse banden waarin zich de stukken bevonden, waren onderling niet in archivistische volgorde (dat wil zeggen volgens de indeling van de archieven, waaruit de bescheiden afkomstig waren) verfilmd. Er deed zich een goede gelegenheid voor om dit euvel te corrigeren. Het Ryksargyf wilde de elf microfilms converteren naar microfiches, die veel gebruiksvriendelijker zijn. Bij het voor dit doel noodzakelijke verknippen van de films zijn de grenzen getrokken bij die van de verfilmde banden. De zo ontstane knipsels werden archivistisch geordend en in die volgorde tot microfiches gemaakt.
Nu werden in de database de beschrijvingen eveneens archivistisch geordend (zie boven in de paragraaf over de herkomst). De stukken uit de hoofdafdeling Original Urkunden (originele akten) komen voorop (I). Ze worden gevolgd door die uit de Copiale (kopieboeken)(II), secundair geordend op nummer van het Kopial. Daarna komen de stukken uit het Geheimes Archiv (III). Daar staan de subrubrieken op het trefwoord van hun titel (in het Duits!) alfabetisch geordend. Zonodig is aan de Duitse titel een vertaling of een nadere verklaring in het Nederlands toegevoegd. De "laagste" rubrieken hebben vaak een titel, ontleend aan een meestal veel langere titel. Die langere titel is in de inventaris in een kopnoot onder de rubriektitel weergegeven. De tot nu toe besproken stukken vormen in de inventaris het hoofdstuk Sächsisches Hauptstaatsarchiv (inv.nrs. 1-2312). Dat wordt gevolgd door de hoofdstukken Sächsische Landesbibliothek te Dresden (inv.nrs. 2313-2314) en Hof-, Haus- und Sta atsarchiv te Wenen (inv.nrs. 2315-2345).
Na deze ordeningswerkzaamheden konden de definitieve inventarisnummers worden aangebracht in de talrijke verwijzende noten bij de beschrijvingen. S. de Haan en A. van Dalfsen vervaardigden indices op de inventaris en kregen bij het daarmee verbonden invoerwerk hulp van Th. Ykema en K.J. Bekkema.

Kenmerken

Omvang:
263 Microfilm, fiches en jackets
Categorie:
  • Zonder categorie
Archiefvormer(s):