92-02 Kingma's Bank N.V. ( Tresoar (Frysk Histoarysk en Letterkundich Sintrum) )
92-02
Kingma's Bank N.V.
Inventaris
0. Inleiding
Inleiding *
0.2. Kingma's Bank N.V.
92-02 Kingma's Bank N.V.
0. Inleiding
0.2.
Kingma's Bank N.V.
De hierboven genoemde Credietvereeniging fuseerde in 1918 met het eveneens in Amsterdam gevestigde bankiershuis Wertheim en Gompertz. Zo ontstond de Bank-Associatie, die al spoedig te kennen gaf een fusie met de Firma Gebroeders Kingma op prijs te stellen. Aanvankelijk weigerden de Kingma's. Maar toen ze tot de conclusie waren gekomen dat een samengaan voordelen zou opleveren veranderden ze van gedachten. Er werden onderhandelingen geopend die in 1919 werden afgerond. De Firma Kingma droeg alle belangen over aan de Bank- Associatie. Uiteraard gebeurde dat onder voorwaarden. Zo zou Jan Kingma worden benoemd tot directeur van de op te richten NV Kingma's Bank, waarvan voorts drie van de vijf commissarissen door de familie Kingma zouden worden aangewezen. De oprichtingsakte van de vennootschap passeerde op 4 november 1919. Het hoofdkantoor werd in Leeuwarden gevestigd.
De zaken bleven zich gunstig ontwikkelen. In 1920 werd een bijkantoor in Sneek geopend. Omdat grote successen werden geboekt met kortlopende leningen werd door Kingma's Bank de Friesch-Hollandsche Hypotheekbank opgericht, die Makkum als vestigingsplaats kreeg. In 1921 breidde het aantal vestigingen zich verder uit, toen de firma Van der Meulen, met kantoren in Gorredijk en Oosterwolde, in liquiditeitsproblemen kwam te verkeren en door Kingma's Bank werd overgenomen.
In 1921 kelderden de aandelen van de Bank-Associatie, waarvan Kingma's Bank deel uitmaakte. Omdat een consortium van banken te hulp kwam werd de situatie gered. Maar de Kingma's besloten het zekere voor het onzekere te nemen en Kingma's Bank van de Bank-Associatie terug te kopen.Zo werd het familiebedrijf gered, zij het ten koste van zware financiële offers.
Onder de beurscrisis van 1929 en de daaruit voortvloeiende economische malaise heeft de Bank niet noemenswaardig geleden. In tegendeel zelfs. Omdat veel bedrijven gevoelige verliezen leden was de vraag naar kapitaal groot. Er werden talrijke leningen afgesloten zodat de Bank een belangrijke rentewinst in de boeken kon bijschrijven.
In 1935 kon weer een nieuw bijkantoor worden geopend, toen in Drachten het kassierskantoor Oosterbaan werd overgenomen. In 1937 werd in Leeuwarden het pand van de Amsterdamsche Bankvereeniging aangekocht. Daarin werd het hoofdkantoor gevestigd.
In 1940 werd Nederland bezet gebied. De directie van de Bank vreesde dat het Nederlandse betaalmiddel onder zware druk zou komen te staan. Daarom werd besloten een groot deel van de middelen om te zetten in onroerende goederen. Er dus werden boerderijen, landerijen en huizen gekocht. In 1944 opende de Bank een correspondentschap in Bergum, dat overigens pas in 1956 in een bijkantoor zou worden omgezet. Maar voor het overige lagen de activiteiten in het laatste oorlogsjaar vrijwel stil.
Na de bevrijding werd de Bank ingeschakeld bij de geldsanering en andere door minister van financiën Lieftinck genomen maatregelen. Daarnaast werden uiteraard de gewone bankzaken weer opgevat. In 1955 vond een belangrijke personeelwisseling plaats. Directeur Jan Marten Kingma, die de Bank sinds 1919 had geleid, werd opgevolgd door zijn zoon Tjeerd Herre.
laatste wijziging 10-07-2001
388 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Omvang:
1,5 meter Amsterd. en mod. dozen 15 meter Amsterdamse dozen 1,7 meter Standaardregisters
Opmerking:
S. de Haan
Categorie:
- Zonder categorie
Archiefvormer(s):
laatste wijziging 10-07-2001
388 beschreven archiefstukken