Hittie Carsten (Karsten) en Hendrick Jansen Sadelaar, ruiter onder de Guarde Corps van Sijn Furstelijcke Doorluchticheit, echtelieden, binnen Leeuwarden.
14 April 1700: Schuldbekentenis (ƒ355-5-), terzake gekochte en ontvangen winckelwaren en ter leen ontvangen gelden, verschuldigd aan Maeijs Eilerts van Putten, coopman en burger, cum uxore [met zijn vrouw], binnen Leeuwarden.

Cornelia Bruijnsma, binnen Leeuwarden.
Over bovenstaand persoon is Aemilius Jensma, curator, te Leeuwarden.
18 November 1671: Schuldvordering (ƒ1.800.-.-), tersake ter leen gegeven gelden, te vorderen van Lutske Atses, weduwe van Sioerdt Everts Wattinga, in leven coopman, binnen Leeuwarden.
Tot meerdere securiteit van Amilius Jensma, binnen Leeuwarden, als curator over bovenstaand persoon, en als uso fructuarius van sijn wijlen vrouw Claaske Nicolai, heeft Evert Sioerdts Wattinga, ruyter onder de ritmeester Unia, zich tot borg gesteld voor Lutske Atses, weduwe van Sioerdt Everts Wattinga, in leven coopman, binnen Leeuwarden, tersake ter leen gegevens gelden ad ƒ1.800.-.-, die eerstgenoemd persoon in syn qualiteit te vorderen heeft van laatstgenoemd persoon.

Andrijs Hansen, ruijter onder de compagnie van de baron IJselstein, majoor van 'r regiment cavalerije van sijn Fürstelijcke Doorluchticheit Hendrick Casimier Furst thoe Nassauw, graaff toe Catzenellenbogen, Vianden, Dietz, etc. erfstadholder en capitein generaal van Frieslant etc, binnen Leeuwarden, en Sibbeltie Jeppes, echtelieden binnen Leeuwarden.
Bovenstaand persoon is zoon van Hans Dircks, molenaar bij de twee molens, buijten Leeuwarden en van wijlen Martien Andrijs, in tijden echtelieden.
Oom van bovenstaand persoon is Pijter Jeltes, coopman, op de Tuijnen, binnen Leeuwarden.
1679 Junij 15. Schuldbekentenis (f 125,--) tersake ter leen ontvangen gelden, verschuldigd aan Pijter Jeltes, coopman, op de tuijnen, binnen Leeuwarden.

Hendrick Everts, binnen Leeuwarden.
Een soon van bovenstaand persoon is Pieter Hendricx (ondertekening Pieter Hendricx Rispens), ruiter onder de compagnie der here ritmeester Ignatius van Kingma, garniesoen holdende binnen Leeuwarden.
1655 Augusti 12. Schuldvordering (f 507-5-) tersaecke ter leen gegeven gelden voor het kopen van zijn uitrusting, te vorderen van Pieter voornoemd.