Comparant, Leonardus Meijers, als geconstitueerde van zijn zwager, Joannes Jongen, verklaart verkocht te hebben aan Peter Cuijpers, de gehele bouagie met mesthoff en huijsweijde, gestaan en gelegen tot Caumer, een weijde met backhuijs, een weijde genoemd de Tater, een coolhoff en een stuk land in het Kleen Caumerleen, een stuk gelegen in de hoef van Wilhelmus Haemers, een weijde genaamd de Plackart, een stuk land achter de Hoppekamp, een stuk land in de Horicherhoff en nog vier stukken land.
De koper betaalt een deel van de koopprijs contant en verklaart de rest binnen veertien dagen te betalen.