Uw zoekacties: Artikelen

Artikelen ( Heemkundevereniging Houthem-St.Gerlach )

Filter: veldnamenx
beacon
64  artikelen
sorteren op:
 
 
 
 
Artikel
Beeld van Broekhem
Datering:
1988
Titel:
Beeld van Broekhem
Auteur:
Jan G.M. Notten
Foto's door:
Jo van Aken
Samenvatting:
Beeld van Broekhem / Jo van Aken [fotografie], Jan G.M. Notten [tekst]. - Broekhem : [de auteurs], 1988. - 88 p. ; 24 cm
Samenvatting2:
Boekje over de leefgemeenschap Broekhem, met de geschiedenis van de parochie en de kerk en een overzicht van pastoors, kapelaans en leden van het kerkbestuur.
Verder een beschrijving van Broekhem in 1935, de school, het Mariabeeldje, de naam "Broekhem", uit het verleden van Broekhem, schutterij Sint Joseph, bokkerijders, Koningswinkel, het veranderende centrum, het kapelletje, Strabeek, de beemde of baende, Krejjeberg, het Witte Dorp, Broekhem-Zuid, de Kattebeek en het Ignatiuscollege. Ook het verenigingsleven komt aan bod: de Posduif, fanfare Sint Joseph, carnavalsvereniging de Loeszek, de Valkenburgse Boys, Jong Nederland en K.C. '69.
Het boekje bevat vele historische foto's, waaronder ook foto's van de verschillende verenigingen en foto's en gegevens van enkele Broekhemse families en inwoners: Breuer-Luiten, Spronck-van Aken, Meyers-van de Weijer, Leenders-Boheur, Wetzels-Schoenmakers, Leenders-van de Weijer, Vroemen-Cobbenhagen, Caelen-Schouteten, Stevens-Ummels, van Aken-Leenders, Driessen-Luyten, Willems-Stassen, Reyntjens-Debaye, Willems-Reyntjens en Jan Hoebrechts.
Verder verklaringen van de diverse namen: Heutschuur, Bosstraat, Keelweg, Galgendriesch, Op de Bèdder, Cremerstraat, Loeszak.
Geografische namen:
 
 
 
 
 
Artikel
Een verdwenen idylle
Datering:
1988
Titel:
Een verdwenen idylle
Auteur:
Huub Duijzings
Illustraties door:
Bèr Schols
Titel tijdschrift:
Geulrand
Afleveringsnummer:
Geulrand, (1988), nr. 24,(okt.), p. 35
Samenvatting:
Kinkevoerdersweg / Felisgats / Holeweg

Als men in Hulsberg aan de Kersboomkensweg (de weg van Garage Excelsior naar Wijnandsrade) even voor of even na kwekerij de ,,Osseploeg" links de veldweg inslaat, komt men op een kruising van de Kinkevoerdersweg, de Felixgats en de Holeweg. De tijd schijnt hier echt te hebben stil gestaan. Alleen de indrukken van de paardehoeven en de karresporen zijn vervangen door de
profielen van tractorbanden.


Erosie herinnert aan de vrije loop der natuur: regen, sneeuw, storm en zon. Mooi om te zien zijn de verschillende voremn van planten- en bomengroei. Wanneer men in het wild groeiende bomen ,,onthooft" en dit geregeld doet, ontstaat er knotgroei. Op deze plek treft men verschillende knotbomen aan te weten knotwilg, knot-es, knotpopulier en eik. Jammer dat het kruis dat daar rechts vast en zeker heeft gestaan, gezien de houten trappen in de "graaf" - een in Limburg veel bezongen idvlle - nu verdwenen is. Het paste zo goed dit tafereel.
De Kinkevoerdersweg, van Hulsberg naar Vink (Wijnandsrade) is op bovenstaande tekening gezien richting Hulsberg, een holle weg. Verder terug naar Vink is het een gewone veldweg. Toen een jaar of tien geleden opmetingen werden gedaan, bleek dat de weg zeker 15 meter breed moet zijn geweest, waarvan nu nog hoogstens twee meter is overgebleven. De rest is in de loop der tijden van beide kanten door de boeren met ploegen bij hun land gevoegd, ieder jaar een beetje meer.... De weg moet dus een belangrijke verbindingsweg zijn geweest, (zoals in Geulrand nr. 23 juli 1988 is vermeld) tussen de mijnstreek en de Maas voor het vervoer van kolen door de kinkers of kinkevoerders met hun paardjes.
Trefwoorden:
Geografische namen:
 
 
 
 
 
Artikel
Handel en wandel langs oude wegen
Datering:
1988
Titel:
Handel en wandel langs oude wegen
Auteur:
Huub Duijzings
Titel tijdschrift:
Geulrand
Afleveringsnummer:
Geulrand, (1988), nr. 23,(juli), p. 60-61
Samenvatting:
Namen van velden (bossen) en oude wegen houden wel eens verband met elkaar, zoals in namen die met aan en op beginnen, b.v. Op de Bles. Wegen hebben vaak de naam te danken aan de plaats waarheen ze leiden, zoals de Meerssenerweg en de Bergerstraat in Maastricht.

Wanneer deze namen oud zijn, wijzen ze vaak op ,,handelsverkeer" tussen betreffende plaatsen. We moeten ons dit niet te modern voorstellen. Elke plaats van betekenis had vroeger wel een markt, waarnaar de boeren uit de (vaak) verre omgeving hun produkten brachten om te verkopen. De weg die men dan volgde kreeg als vanzelfsprekend een naam die van de plaats van bestemming was afgeleid. Zo zal wel de naam ontstaan zijn van de Sittarderweg in Valkenburg die van Hotel Prinses Juliana naar de spoorlijn voert en vroeger aan de overkant doorliep. Toen na de oorlog hier sociale woningbouw werd gepleegd, kregen de straten alle namen van strijders voor de arbeidersklasse, zoals Dr. Poels, Dr. Ariëns. Vroeger blijkbaar belangrijk is de Sitiarderweg nu een onbetekenende en vrij onbekende weg.
Nog groter is dit contrast bij de Trichtergrubbe. Grub(be) houdt verband met graven (en met graaf, gracht, greppel) en is in Limburg vaak de naam van een holle weg. In dit geval van de holle weg die door het bos, van Valkenburg links langs het kerkhof omhoog loopt naar de top van de Cauberg richting Maastricht: dus de weg van Valkenburg richting (Maas)tricht.
De Daelhemerweg is dus de weg naar Daelhem. Daelhem (of Dalhem) is nu een plaatsje in België even over de grens bij Eysden, oostelijk van Visé. Vroeger - en dan kunnen we teruggaan tot in de 13e eeuw - was het een plaats van betekenis. Het Land van Daelhem en dat van Valkenburg waren zelfs enige tijd in handen van dezelfde familie. Er zijn dus van oudsher banden geweest tussen Valkenburg en Daelhem, dat zelfs tot de Franse tijd een belangrijke plaats was.
Er is altijd nogal wat handel geweest tussen onze streken en het aangrenzende België.
Samenvatting2:
Hiervan getuigt ook de Kenkersweg te Sibbe (eigenlijk Kinkersweg). De weg die tot in de vorige eeuw gebruikt werd door de kinkers, die de tarwe (of ander graan) óf zelf van de boeren opkochten ôf ze voor de boeren tegen beloning naar België brachten (Aubel). De tarwe werd in zakken van 50 kg. aan weerszijden op de ruggen van een aantal paardjes gelegd. Deze liepen in een rij achter elkaar, want de wegen waren smal, via de Planck naar Aubel. Daar werden ze betaalt in vijf frankstukken, die in een brede leren riem om hun middel verstopt, door het gevaarlijke Rode Bos naar huis gebracht moesten worden: de z.g. geldgondel (zie ook Geulrand no. 6, april 1984). De naam Kinersweg komt méêr voor; b.v. in Hulsberg de Kinkevoerdersweg: de weg van achter garage Excelsior naar Vink (Wijnandsrade). Deze weg zou gebruikt zijn door kinkers die steenkolen op de hierboven beschreven wijze vervoerden van de Mijnstreek naar de Maas. Ook in Schin op Geul kent men de Kinkeweg, die ook wel voor het vervoer van graan naar België gediend zal hebben.
In Schin op Geul kent men ook de Luvtenweg, die echter in de 2e helft van de 16e eeuw vermeld staat als Luycxschen wech, de weg dus naar Luyk, die overigens aansluit op de Kinkeweg. De naam is later waarschijnlijk verbasterd tot Luytenweg, omdat er misschien een familienaam Luyten bekend was, toen de betekenis van weg naar Luyk vervaagde. Overigens zijn (of waren er tot voor kort) mensen in Schin op Geul, die nog wisten dat het verkeer naar Luyk via deze weg plaats vond. Interessant is, dat hierlangs en stukje land ligt dat Napoleon heet. Volens de overlevering was er een soldaat, genaamd Linkens, die in het leger van Napolepn diende, die nog veel achterstallig soldij te goed had, dat hij bij zijn terugkeer uit het leger geheel uitbetaald kreeg. Daarvoor kocht hij een perceel grond, dat hij dan ook Napoleon noemde.
Samenvatting3:
De Aokerwaeg in het Ransdalerveld is ook maar een veldweg: een mooie holle weg die aan het eind van Ransdaal, tegenover Termoors, rechts naar de hoogte voert; een weg - nu niet voor de handel - maar voor de ,,wandel"; via deze weg ging men - te voet! - naar zijn werk in Aken. Zoals bekend werkten veel Zuidlimburgers tot in het begin van deze eeuw in Aken.
Een weg die nog grotere afstanden verbond is de Steenstraat in Valkenburg. Deze was een onderdeel van de oude Romeinse heerbaan van Boulogne sur Mer via Heerlen naar Keulen. De naam wijst erop dat hij geplaveid moet zijn geweest. Even verder, op de Goudsberg, zou een signaaltoren gestaan hebben, zoals er op vaste punten langs de Romeinse wegen meer stonden. Deze dienden om met rook- of lichtsignalen (met behulp van spiegels en de zon) berichten over te brengen. Op deze manier kon men een bericht in twee uur van Keulen ,,overseinen" naar Boulogne, aan de Franse kust. De weg diende overigens voor het snel verplaatsen van de Romeinse troepen in hun uitgestrekte rijk.
Belangrijke wegen uit het verleden - verbindingen van onze omgeving met Sittard, Maastricht, Daelhem, Aubel, Aken, Boulogne sur Mer en Keulen - vinden nog hun weerslag in de namen van wegen, die nu merendeels zo onbeduidend zijn, dat men de vroegere betekenis er niet van zou aflezen.
Samenvatting4:
Foto: Sjang Peerhoom uit Terblijt toonde Geulrand in 1984 de meer dan honderd jaar oude ,,geldgondel" waarin de ,,kinkers" het in en rond Aubel ontvangen geld verstopten voor de rovers in
het Rode Bos nabij Teuven.
Trefwoorden:
 
 
 
 
 
Artikel
Over namen van oude wegen: Vele wegen leiden naar de kerk
Datering:
1988
Titel:
Over namen van oude wegen: Vele wegen leiden naar de kerk
Auteur:
Huub Duijzings
Illustraties door:
Bèr Schols
Titel tijdschrift:
Geulrand
Afleveringsnummer:
Geulrand, (1988), nr. 22,(apr.), p. 70-72
Samenvatting:
Vroegere toestanden zijn vaak terug te vinden in bewaard gebleven namen. Veldnamen duiden niet zelden op historische situaties. Ook oude straatnamen doen dat wel eens. Elders in dit nummer wordt ingegaan op de weg naar kerk en school die bewoners van afgelegen gehuchten vroeger moesten afleggen. Hieronder zullen we zien, hoe deze historische toestand valt af te lezen uit nog bewaard
gebleven straatnamen.

Zo draagt de weg van Arensgenhout richting kerk van Hulsberg de naam Mes(t) weg. of de t in deze naam origineel is valt te betwijfelen: het valt niet aan te nemen, dat één bepaalde weg gebruikt werd speciaal voor het vervoer van mest (vanwaar en waarheen?). Aannemelijker is, dat hij in het dialekt Mèswaeg (Misweg) werd genoemd: de weg via welke men vanuit Arensgenhout naar de mis ging. Bij het officieel noteren van de naam vervolgens kan het zo gegaan zijn, dat de betreffende (Staatse) ambtenaar (vaak een Hollander!) de naam opschreef, zoals hij die hoorde uit de mond van de Limburger, maar dan wel , ,verhollandst". Van mèswaeg maakte hij mestweg, omdat hij er niets anders in kon lezen en omdat hij dacht, dat de Limburgers ook hier weer de slot - t niet uitspraken zoals ze dat vaker niet doen (vgl. wach aeve). Het is dus zeer waarschijnlijk dat de oorspronkelijke naam Meswaeg (= Misweg) is: de gebruikelijke weg naar de kerk. Nog een argument hiervoor is, dat deze naam meer voorkomt in onze contreien. Zo b.v. in Terblijt met een kleine variant: Mèsberg.
Samenvatting2:
Deze weg werd in de 16e eeuw den Blier Messwech genoemd, in hedendaags Nederlands zou dit de Terblijter Misweg zijn. Hij werd door de inwoners van Terblijt gebruikt om naar de kerk in Berg te gaan (die vroeger Op de Bies stond). Ook hier ziet (en zag) men de naam wel eens ten onrechte als Mestberg geschreven.
De spelling in het Nederlands kan zo een oorspronkelijke dialektnaam doen verdwijnen. Zo is b.v. ook gebeurd met de Meesweg in Vilt. In de 16e eeuw genoteerd als de Meswech van Vilt nae Berghe. Deze weg voerde de inwoners van Vilt naar dezelfde kerk als de bovengenoemde Mèsberg. Geen moderne mens leest er nog Mis in, maar mees, de bekende vogel. Dit heeft (voor de straatnamen) verstrekkende gevolgen gehad. In dezelfde buurt zijn nieuwe straatnamen naar vogels genoemd: Vinkenweg, Leeuwerikstraat, Merelstraat, Zwaluwstraat en Nachtegaalstraat.
Wie durft dan nog te twijfelen aan de aanwezigheid van een vogel in de Meesweg?

Een volgende stap zou kunnen zijn, dat men de naburige Leystenstraat tot Leisterstraat laat verbasteren, want dat past toch zo goed bij die andere vogels! Men zou dan helaas Pietje Leysten, jarenlang raadslid van Vilt in de gemeente Berg en Terblijt, uit de historie wegvagen. Het behoud van het dialekt en zich bewust zijn en blijven van oude namen heeft dus wel zijn waarde.
Zo duidt de Liekwaeg (van Vilt naar het Geuldal) erop, dat een gedeelte van Vilt vroeger gemeente en parochie Houthem was. Veertig jaar geleden droegen de huizen aan de Oostzijde van de Geulgracht en de Noordzijde van de aansluitende Rijksweg richting Cauberg de huisnummers van Houthem (nrs 451-475!). Voor begrafenissen moest men dus de lange weg naar Houthem via de Liekwaeg maken. Men kan zich afvragen waarom deze weg niet Mèswaeg heet.
Samenvatting3:
Een mogelijk antwoord zou kunnen liggen in Terblijt. Hier immers diende iets ten westen van de Mèsberg een Liekwaeg voor het ten grave dragen van overleden Terblijtenaren. Dit omdat de Mèsberg maar een voetpad was en dus te smal voor een lijkstoet. Was de kortste weg naar de Houthemse kerk vanuit Vilt misschien ook maar een pad? Misschien het pad langs de Geul vanuit Vilt
het snelste te bereiken via de Geulgracht? Ten slotte d'r Bronkwaeg in het Ransdalerveld, die de Vrakelbergerweg met Elkenrade verbindt. Een gedeelte van Ransdaal en Elkenrade behoorde vroeger (tot in de eerste helft van deze eeuw) tot parochie Wijlré. De processie (de Broonk) trok dus vanuit Wijlré via Ransdaal naar Elkenrade via deze weg. Met een variant op de bekende uitdrukking zou men kunnen stellen, dat er vroeger vele wegen naar de kerk leidden, waarschijnlijk meer dan nu..
Samenvatting4:
Tekening:
..Kerkstraat" is wel een van de meest voorkomende straatnamen die afgeleid zijn van de daaraan gebouwde kerk. Ter illustratie een pentekening van Bèr Schols, Op de Bies in Berg en Terblijt in de oude situatie, toen het oude kerkje van Berg en Terblijt er nog gevestigd was. De tekenaar tekent hierbij aan: ..Door afbraak en vernieuwing heeft men vaak prachtige herinneringen weggenomen. Iedere vernieuwing is nog geen verfraaiing. Zo ook dit treffend pittoresk hoekje in Berg en Terblijt. Eeuwig jammer!
Samenvatting5:
Overigens zijn wij van mening, dat het hoog tijd wordt dat er in Vut of elders in de voormalige gemeente Berg en Terblijt een straat genoemd wordt naar Martin Meertens vanwege zijn jarenlange inzet voor de gemeenschap als verenigingsman en wethouder.