Uw zoekacties: Van de Pluymaekersen uit Zambia

Artikelen ( Heemkundevereniging Houthem-St.Gerlach )

beacon
 
 
Artikel
Van de Pluymaekersen uit Zambia
Datering:
2003
Titel:
Van de Pluymaekersen uit Zambia
Titel tijdschrift:
Parochieblad voor Broekhem en Houthem
Afleveringsnummer:
Parochieblad voor Broekhem en Houthem, 11 (2003) nr. 9, p. 1
Samenvatting:
Begin dit jaar berichtten we op deze praats over onze medeparochianen dhr. en mw. Pluymaekers-van Hettema, die voor enkele jaren naar Minga, Zambia, zijn vertrokken om daar mee te helpen in de gezondheidszorg. Inmiddels lijken zij ginds hun draai redelijk gevonden te hebben. Een korte impressie van hun ervaringen tot nu toe. Het ziekenhuis zelf bestaat uit een aantal niet al te grote gebouwen van Steen met daken van ijzeren (roestige) golfplaten. Er zijn gebouwen voor de operatiekamer, een verpleegunit, de polikliniek, het Laboratorium en de administratie. Verder bevinden er zich watertanks op het dak (grondwaterwater uit putten), een olietank (diesel voor het aggregaat, dat dagelijks drie uur voor stroom zorgt) en gas uit flessen. In de omgeving Liggen verder nog enkele stenen huizen en voor het overige ronde hutten waarvan de spitse daken in de groene periode net boven het loot van de bomen uitsteken. Het medisch werk is heel gevarieerd: van moeilijke bevallingen en puzzelen op diagnoses tot opereren (veel botbreuken en huidaandoeningen) en bijspijkeren van verpleegkundigen Door het invoeren van dagelijkse visites kan sneller en beter gecontroleerd (en zo nodig ingegrepen) worden, verbeten de hygiene, gaat het personeel zorgvuldiger te werk, etc. Kortom: De aanwezigheid van een dokter zorgt voor meer élan en structuur in het ziekenhuis. Dat geeft alle betrokkenen daar meer voldoening. Aan de andere kant leidt het er vervolgens wel weer toe, dat het werk toeneemt: er wordt steeds meer vanuit gezondheidscentra zonder dokter in de wijdere regio naar Minga verwezen en men weet hen bij problemen ook ‘s avonds en ‘s nachts te vinden.
Samenvatting2:
Ook de aanpak van aanpalende werkzaamheden krijgen ze nu wat beter in beeld: Zo zijn achterstallige administratie en financiële verslagen weggewerkt en worden mensen getraind om dit ook bij te houden; hier werd weer eens duidelijk hoeveel administratieve rompslomp vast zit aan officiële ontwikkelingsprojecten (die bij onvoldoende draagvlak onder de bevolking overigens weer even snel inzakken, zodra de westerse hulpverleners teruggaan). Verder wordt onderzocht hoe programma's voor voeding en preventieve gezondheidszorg nieuw leven ingeblazen kan worden op een manier, dat de Zambianen dat straks zelf kunnen blijven doen. Dat laatste is trouwens niet alleen van belang in de gezondheidszorg ginds. Je kunt wel hulp bieden op allerlei terreinen, maar de kunst is toch om ervoor te zorgen, dat zij uiteindelijk zelf het initiatief overnemen. Dat betekent dat er meer gelet moet worden op wat zij zelf willen en nuttig vinden. Onze westerse maatstaven passen zeker niet altijd in de Zambiaanse cultuur, die de Pluymaekers heel treffend als volgt typeren: Wel zorgen over basisbehoeften, zoals voeding, onderdak, gezondheid en onderwijs; is dat in orde, dan is het even zo slecht nog niet: grote gemeenschapszin geen zorgen voor de dag van morgen, mondjesmaat informatie over wereldleed, veel tijd, genieten van alles watje overkomt en .............
Geografische namen: