Uw zoekacties: 10 jaar Heemkundevereniging Houthem-St. Gerlach : Tentoonste...

Artikelen ( Heemkundevereniging Houthem-St.Gerlach )

beacon
 
 
Artikel
10 jaar Heemkundevereniging Houthem-St. Gerlach : Tentoonstelling Charles Eijck
Datering:
2002
Titel:
10 jaar Heemkundevereniging Houthem-St. Gerlach : Tentoonstelling Charles Eijck
Auteur:
G. de Heus
Titel tijdschrift:
Parochieblad voor Broekhem en Houthem
Afleveringsnummer:
Parochieblad voor Broekhem en Houthem, 10 (2002) nr. 12, p. 8
Samenvatting:
Zoals u in de vorige uitgave van het Parochieblad heeft kunnen lezen, zal de Heemkundevereniging in het kader van haar 10-jarig bestaan in mei 2003 een tentoonstelling organiseren van werken van Charles Eijck.
Onderstaand laten wij u kennis maken met het leven van Charles Eijck. Charles Eijck, kunstenaar van het Geuldal en speciaal hoe zag hij Houthem, Broekhem en Geulhem. Met een variant op het oude spreekwoord, dat een "Heilige nooit in zijn eigen stad wordt vereerd" mag men zeggen dat ook menig kunstenaar in zijn eigen tijd en omgeving vaak niet gekend of herkend wordt. Soms komt die erkenning pas veel later als ze al oud geworden of al lang dood zijn. Hoewel het aanwezige talent bij Charles Eijck al vroeg ontdekt werd, moest hij eerst nog vele jaren zwoegen. Diepe armoede, afhankelijkheid van derden en tegenwerking en mis­kenning kwam hij tegen alvorens hij als groot kunstenaar erkend werd en roem kon vergaren. Jammer genoeg duurde het lang eer hij in eigen streek die erkenning vond. Charles Eyck werd op 21 maart 1897 Is vijfde van 14 kinderen in Meerssen geboren. Op 11-jarige leeftijd werd hij getroffen door roodvonk en typhus. Als gevolg daarvan werd hij doofstom. Op 14-jarige leeftijd gaat hij als decorateur werken bij de aardewerkfabriek Ceramique in Maastricht. Vier jaar tekent hij daar versieringen op koppen en schoteltjes. Als 18-jarige gaat hij werken bij het schildersbedrijf van Jean Wingen in Maastricht. Via de schrijfster Maria Viola - kunstredactrice bij het Handelsblad - krijgt hij een plaats op de Academie in Rotterdam. Daar leert hij liplezen. De 1e Wereldoorlog breekt uit. Hij wordt door ondervoeding zwaar ziek en moet een aantal weken in het Rotterdamse Ziekenhuis worden opgenomen. Hij komt terug naar Meerssen. Na zijn herstel komt hij met enkele kunstenaars in contact en gaat hij naar Amsterdam waar hij zich laat inschrijven op de Rijksacademie. Daar studeert hij onder leiding van een aantal professoren.
Samenvatting2:
Vooral prof. Derkinderen heeft een grote invloed op hem. Hij woont dan in de Jordaan en ondervindt bittere armoede. Gelukkig dat een aantal vrienden regelmatig financieel bijspringt. Als kunstenaar ontwikkelt hij zich voorspoedig. Op 25-jarige leeftijd verwerft hij voor zijn eindexamenwerk met het schilderwerk "De Verloren Zoon" de hooggewaardeerde onderscheiding Prix de Rome en is dat de voleinding en bekroning van zijn opleiding. Althans zijn schoolse opleiding. Aan de prijs zit een voor die tijd fors geldbedrag vast dat besteed moet worden voor een 3-jarige studie van kunstobjecten in Frankrijk en Italië en rapportage aan de Academie. Zo vertrekt hij naar de zuidelijke landen. In Italië ontmoet hij de Zweedse schilderes Karin Meyer, waarmee hij later huwt. Het echtpaar Eijck-Meyer krijgt 2 kinderen. In 1924 zijn zij in Stockholm gehuwd. Behalve de "Grand Prix Internationale des Arts et Nations", die zijn kunstenaarschap bevestigen, maakt het gezin Eijck moeilijke tijden mee. De in 1926 geboren dochter Anne-Margit -meer bekend als "Bimba" op de vele schilderwerken die Charles van haar maakte - blijkt na een kinderziekte gedeeltelijk verlamd. Het gezin verhuist naar Amsterdam maar vertrekt in 1927 weer naar Clamart in Zuid-Frankrijk en later naar Fontenay Aux Roses. Zij kennen daar bittere armoede. Vrienden organiseren voor hem een tentoonstelling in Parijs in de kunstzaal van......
Geografische namen: