1401-01 Vrijwillige Reddingsbrigade ( Haags Gemeentearchief )
1401-01
Vrijwillige Reddingsbrigade
Inleiding
Geschiedenis van de Haagse vrijwillige Reddingsbrigade
De Vrijwillige Reddingsbrigade is opgericht op 28 oktober 1915. Het was de chef-zweminstructeur van het zwembad aan de Mauritskade die een centrale rol speelde in de oprichting van de brigade. Oorspronkelijk waren de leden actief op het zogenaamde Stille Strand, het strand vanaf de Kwartellaan tot aan Kijkduin. Later werden de activiteiten uitgebreid tot het Zuiderstrand en Noorderstrand tot aan Scheveningen. Samen met de brigades uit Amsterdam, Haarlem, Breda en 's-Hertogenbosch werd op 16 september 1917 de Nederlandsche Bond tot het Redden van Drenkelingen opgericht.
Op 3 augustus 1919 kwam de actieve strandwacht Ernst (in de wandeling Tom) Schildheim bij een reddingspoging in zee door verdrinking om het leven. Deze noodlottig afgelopen heldendaad is binnen de reddingsbrigade blijven voorleven. De eerste flotteurs, de reddingsboten van de brigade, kregen de naam 'Tom'. De latere boten werden eveneens 'Tom' genoemd. Ook de benamingen Tomloods voor de reddingsbotenloods, Tomleden voor brigadeleden die bevoegd zijn leiding te geven bij reddingsacties en 'De Tom' voor het verenigingsorgaan hebben de herinnering aan de moedige redder levend gehouden.
De gemeente Den Haag steunde het werk van de reddingsbrigade. De aanschaf en het onderhoud van de Tomboten kon worden gerealiseerd door gemeentesubsidies. In 1933 ging de gemeente Den Haag over tot de aankoop van de werf Pontos in Scheveningen en droeg deze officieel over aan de brigade, die het tevens als een eigen clubgebouw in gebruik nam. In de Tweede Wereldoorlog dwong de bezetter de reddingsbrigade het strand te verlaten. De organisatie trok zich in deze jaren terug rond de Tomloods in het Zuiderpark.
De Vrijwillige Reddingsbrigade is opgericht op 28 oktober 1915. Het was de chef-zweminstructeur van het zwembad aan de Mauritskade die een centrale rol speelde in de oprichting van de brigade. Oorspronkelijk waren de leden actief op het zogenaamde Stille Strand, het strand vanaf de Kwartellaan tot aan Kijkduin. Later werden de activiteiten uitgebreid tot het Zuiderstrand en Noorderstrand tot aan Scheveningen. Samen met de brigades uit Amsterdam, Haarlem, Breda en 's-Hertogenbosch werd op 16 september 1917 de Nederlandsche Bond tot het Redden van Drenkelingen opgericht.
Op 3 augustus 1919 kwam de actieve strandwacht Ernst (in de wandeling Tom) Schildheim bij een reddingspoging in zee door verdrinking om het leven. Deze noodlottig afgelopen heldendaad is binnen de reddingsbrigade blijven voorleven. De eerste flotteurs, de reddingsboten van de brigade, kregen de naam 'Tom'. De latere boten werden eveneens 'Tom' genoemd. Ook de benamingen Tomloods voor de reddingsbotenloods, Tomleden voor brigadeleden die bevoegd zijn leiding te geven bij reddingsacties en 'De Tom' voor het verenigingsorgaan hebben de herinnering aan de moedige redder levend gehouden.
De gemeente Den Haag steunde het werk van de reddingsbrigade. De aanschaf en het onderhoud van de Tomboten kon worden gerealiseerd door gemeentesubsidies. In 1933 ging de gemeente Den Haag over tot de aankoop van de werf Pontos in Scheveningen en droeg deze officieel over aan de brigade, die het tevens als een eigen clubgebouw in gebruik nam. In de Tweede Wereldoorlog dwong de bezetter de reddingsbrigade het strand te verlaten. De organisatie trok zich in deze jaren terug rond de Tomloods in het Zuiderpark.
Na de oorlog wijzigde de reddingsbrigade de naam in Haagse Vrijwillige Reddingsbrigade (HVRB). Tijdens de watersnoodramp in 1953 verleende de HVRB hulp met 16 leden en twee Tomboten. In 1959 kreeg de HVRB van de Koninklijke Nederlandse Reddingsbrigade vijf motorvletten. In 1961 verscheen de eerste patrouillewagen op het strand en 1968 de tweede wagen. Hiermee veranderde het werk van de strandwachters. Lag vroeger de nadruk op het redden van drenkelingen, vanaf de komst van de wagens wordt er intensief gepatrouilleerd, waardoor het aantal reddingen sterk is teruggelopen.
In de zomermaanden is de HVRB verantwoordelijk voor reddingen en strandbewaking direct onder de kust. Wanneer reddingen meer dan 500 meter uit de kust moeten worden verricht neemt de Koninklijke Nederlandse Bond tot het Redden van Drenkelingen (KNBRD) de actie over.
De HVRB leidde zelf nieuwe strandwachters op. Vanaf de oprichting verzorgden leden van de reddingsbrigade in het zwembad Mauritskade zwemlessen. In de zomermaanden is ook jarenlang het buitenbad in het Zuiderpark favoriet geweest. Al vóór de Tweede Wereldoorlog is zwembad De Regentes in gebruik genomen voor zweminstructies. Tot 1987 zijn lessen in dit zwembad gegeven, sindsdien heeft de reddingsbrigade voor de zwemlessen onderdak gevonden in het zwembad De Waterthor.
De strandwachten hebben hun werkzaamheden oorspronkelijk verricht op verhoogde stoelen en vanuit tenten aan het strand. De strandposten zijn naoorlogs. In 1961 verscheen bij Kijkduin het eerste posthuis op het strand. Thans (2006) staan vijf strandposten tot de beschikking van de HVRB.
In de zomermaanden is de HVRB verantwoordelijk voor reddingen en strandbewaking direct onder de kust. Wanneer reddingen meer dan 500 meter uit de kust moeten worden verricht neemt de Koninklijke Nederlandse Bond tot het Redden van Drenkelingen (KNBRD) de actie over.
De HVRB leidde zelf nieuwe strandwachters op. Vanaf de oprichting verzorgden leden van de reddingsbrigade in het zwembad Mauritskade zwemlessen. In de zomermaanden is ook jarenlang het buitenbad in het Zuiderpark favoriet geweest. Al vóór de Tweede Wereldoorlog is zwembad De Regentes in gebruik genomen voor zweminstructies. Tot 1987 zijn lessen in dit zwembad gegeven, sindsdien heeft de reddingsbrigade voor de zwemlessen onderdak gevonden in het zwembad De Waterthor.
De strandwachten hebben hun werkzaamheden oorspronkelijk verricht op verhoogde stoelen en vanuit tenten aan het strand. De strandposten zijn naoorlogs. In 1961 verscheen bij Kijkduin het eerste posthuis op het strand. Thans (2006) staan vijf strandposten tot de beschikking van de HVRB.
Vóór de oorlog was het voornaamste trefpunt van de brigadeleden loods De Pontos in Scheveningen. In 1970 kreeg de brigade een eigen clubhuis 'Het Praathuis' aan de Nieuwendamlaan 38. In 1975 vestigde de brigade zich in het gebouw aan het 1e Eeldepad 3.
Vanwege de speciale verdiensten voor de Haagse gemeenschap ontving de HVRB in 1983 de 'Haagsche Courant/Eeuwpenning', en in 1987 van de gemeente Den Haag de Gulden Ooievaar.
Vanwege de speciale verdiensten voor de Haagse gemeenschap ontving de HVRB in 1983 de 'Haagsche Courant/Eeuwpenning', en in 1987 van de gemeente Den Haag de Gulden Ooievaar.
Het archief
Het archief van de HVRB is aangetroffen in een ruimte in het brigadeclubhuis aan het 1e Eeldepad 3 te Den Haag. Vermoedelijk zijn veel archiefstukken door de verhuizingen van de brigade verloren gegaan. Uit de periode vóór 1939 zijn weinig archiefstukken bewaard gebleven. Gelukkig berust het oudste notulenboek van de vereniging nog wel in het archief, zodat de oprichtingsgeschiedenis van de (H)VRB kan worden gereconstrueerd.
De inventarisatie van het archief van de HVRB is een gezamenlijk project van medewerkers van het Haags Gemeentearchief (Henk Dekker, Corien Glaudemans, Fred Siliakus en Jan van Wandelen) en vrijwilligers van de HVRB (Sylvia Wagemans-Veurman, Cor den Dulk, Bert Wagemans). Corien Glaudemans coördineerde het project.
De omvang van het archief van de HVRB is ongeveer 12 strekkende meters en is in 2006 in bewaring gegeven aan het Haags Gemeentearchief.
Openbaarheid van het archief
De openbaarheid van het archief van de HVRB is beperkt. De ledenadministratie jonger dan 50 jaren (inventarisnummers 102-135, 138-139) is slechts met toestemming van het bestuur van de HVRB te raadplegen.
Het archief van de HVRB is aangetroffen in een ruimte in het brigadeclubhuis aan het 1e Eeldepad 3 te Den Haag. Vermoedelijk zijn veel archiefstukken door de verhuizingen van de brigade verloren gegaan. Uit de periode vóór 1939 zijn weinig archiefstukken bewaard gebleven. Gelukkig berust het oudste notulenboek van de vereniging nog wel in het archief, zodat de oprichtingsgeschiedenis van de (H)VRB kan worden gereconstrueerd.
De inventarisatie van het archief van de HVRB is een gezamenlijk project van medewerkers van het Haags Gemeentearchief (Henk Dekker, Corien Glaudemans, Fred Siliakus en Jan van Wandelen) en vrijwilligers van de HVRB (Sylvia Wagemans-Veurman, Cor den Dulk, Bert Wagemans). Corien Glaudemans coördineerde het project.
De omvang van het archief van de HVRB is ongeveer 12 strekkende meters en is in 2006 in bewaring gegeven aan het Haags Gemeentearchief.
Openbaarheid van het archief
De openbaarheid van het archief van de HVRB is beperkt. De ledenadministratie jonger dan 50 jaren (inventarisnummers 102-135, 138-139) is slechts met toestemming van het bestuur van de HVRB te raadplegen.
laatste wijziging 10-02-2023
335 beschreven archiefstukken
12 gedigitaliseerd
totaal 5.036 bestanden
Inventaris
1.2 Stukken betreffende bijzondere onderwerpen
1.2.7 Cluborgaan
1401-01 Vrijwillige Reddingsbrigade
1 Inventaris
1.2 Stukken betreffende bijzondere onderwerpen
1.2.7
Cluborgaan
Organisatie: Haags Gemeentearchief
laatste wijziging 07-02-2023
1 gedigitaliseerd
totaal 875 bestanden
laatste wijziging 10-02-2023
335 beschreven archiefstukken
12 gedigitaliseerd
totaal 5.036 bestanden
Kenmerken
Datering:
1915-2004
Beschrijving:
Inventaris van het archief van de Haagse Vrijwillige Reddingsbrigade (HVRB)
Omvang in m¹:
14
Openbaarheid:
Beschrijvingen openbaar, stukken gedeeltelijk openbaar
Categorie:
Archiefvormer(s):
laatste wijziging 10-02-2023
335 beschreven archiefstukken
12 gedigitaliseerd
totaal 5.036 bestanden