Uw zoekacties: Stadsbestuur van Groningen (1), 1246 - 1594

2100 Stadsbestuur van Groningen (1), 1246 - 1594 ( Groninger Archieven )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Naar boven om te zoeken
2100   Stadsbestuur van Groningen (1), 1246 - 1594
Toelichting
Het Archief
De archieftoegang
Literatuur
Afkortingen en literatuurverwijzingen i
laatste wijziging 06-09-2022
3.909 beschreven archiefstukken
3.870 gedigitaliseerd
totaal 79.573 bestanden
Inventaris
1. Archief van de secretarie
1.01. Stukken van algemene aard
1.01.1. Regelgeving
1.01.2. Ingekomen brieven vóór 1550
1.01.3. Ingekomen stukken 1550-1594
1191 Dankbriefjes van regeringsfunctionarissen en andere personen wegens de ontvangst van geschenken, 1551-1570
1462 Brieven, ingekomen bij burgemeesters en raad of burgemeesters en raad, oud en nieuw, met taalmannen, gezworen meente en bouwmeesters van de gilden, 1551, 1552, 1554-1573, 1577, 1579-1594
1462.1 Brief van Maria van Hongarije, houdende opdracht gestreng te waken tegen speculatie en prijsopdrijving van graan en noodvoorraden aan te leggen om in geval van nood de eenvoudige bevolking te kunnen helpen, 18 september 1551. 1 stuk i
1462.2 Dankbrief van de graaf van Arenberg voor de hem toegezonden informatie over troepenbewegingen in Thüringen, 26 december 1551. 1 stuk i
1462.3 Brief van Maria van Hongarije, houdende opdracht in overleg met de landcommandeur van Maastricht de nodige defensieve maatregelen te treffen vanwege de militaire dreiging vanuit Saksen en 'Oistland', en op te treden tegen verdachte Oostfriezen, met name een priester, gehuwd met de schoonzuster van Karel bastaard van Gelre, 27 oktober 1552. 1 stuk i
1462.4 Ordonnantie van Maria van Hongarije, houdende bevel landlopers en straatschenders in hechtenis te nemen en tegen 15 januari 1555 naar Antwerpen te brengen om dienst te doen op de galeien, 4 december 1554. Met begeleidende brief van de graaf van Arenberg aan luitenant en hoofdmannen en burgemeesters en raad, 12 december 1554. Met afschrift door Egbert Alting, 31 december 1554. 3 stukken i
1462.5 Brief van de graaf van Arenberg ten geleide van een ordonnantie inzake het aanhouden van inheemse soldaten, met bevel dit stuk af te kondigen en op te treden tegen de overtreders, 21 februari 1555. 1 stuk i
1462.6 Brief van het stadsbestuur van Soest met het verzoek om opheldering inzake het gerucht dat Emden door wederdopers zou zijn ingenomen, 21 juli 1555. 1 stuk i
1462.7 Verzoekschrift van Hayko en Eltyo Frezen aan burgemeesters en raad om vrijgeleide ten einde zich te Groningen te kunnen verdedigen, Door Egbert Alting gedateerd 16 januari 1556. Met aantekening van Egbert Alting over de overhandiging van dit stuk aan burgemeesters en raad door Eppe Emkens te Muntendam, 17 januari 1556, en een brief van de requestranten met een herhaling van het verzoek om vrijgeleide, 22 januari 1556. 2 stukken i
1462.8 Stukken betreffende het ter beschikking stellen van buskruit aan de koning ten behoeve van de oorlog met Frankrijk, 26 juli en 3 augustus 1557. 2 stukken i
1462.9 Brief van de graaf van Arenberg, houdende mededeling van de overwinning van Emmanuel Filibert van Savoye over de Fransen bij Saint Quentin, 11 augustus 1557. 1 stuk i
1462.21 Verzoekschrift van Wigbolt, weduwe van rentmeester Hiëronymus Frederici, met verzoek om uitstel van de aan haar gerichte dagvaarding, [1558 ?]. 1 stuk i
1462.10 Brief van de graaf van Arenberg aan de Staten van Stad en Lande met de opdracht een door luitenant Johan de Mepsche over te brengen voordracht te accepteren, 15 mei 1558. 1 stuk i
1462.11 Brief van de graaf van Arenberg met het verzoek een of twee raadsheren voor overleg naar Vollenhove te sturen, 1 juni 1558. 1 stuk i
1462.12 Brief van de graaf van Arenberg houdende mededeling van de overwinning van de koninklijke troepen op de Fransen die Duinkerken en andere plaatsen in Vlaanderen bezet hielden, 14 juli 1558. 1 stuk i
1462.13 Brief van Engelbert van Ensse, drost te Coevorden en van het landschap Drenthe, houdende verzoek om betaling van de eerste termijn van een bede en een verering, die door Stad en Lande aan stadhouder Arenberg zijn toegezegd, en medededeling van enkele berichten over de oorlog met Frankrijk, 16 september 1558. 1 stuk i
1462.15 Geloofsbrief van Bernhard, elect en confirmaat te Münster, voor zijn gezanten dr. Abraham Spengler en notaris mr. Gerhard Lennep, die hij naar Stad en Lande afvaardigt naar aanleiding van klachten van de koning over de toestand van de geestelijke jurisdictie, 21 februari 1559. 1 stuk i
1462.16 Verzoekschrift van een onbekende om interpretatie door de gezworen meente van een tegen de ketterse sekten uitgevaardigd plakkaat, Door Egbert Alting gedateerd op 31 maart 1559. 1 stuk i
1462.17 Briefwisseling tussen burgemeesters en raad van Emden en die van Groningen inzake het verstrekken van informatie over de om geloofsredenen uitgewezen Groningers die in Emden het burgerschap van die stad hebben aangevraagd, 17 april, 3 en 6 mei 1559. 3 stukken i
1462.18 Verzoekschrift van Bartold Wicheringe om weer in de stad Groningen te mogen wonen, omdat hij onbedoeld in strijd met het plakkaat van burgemeesters en raad heeft gehandeld, Met afwijzende beschikking, 18 augustus 1559. 1 stuk i
1462.19 Brief van de graaf van Arenberg ten geleide van een supplicatie van de inwoners van Appingedam, waarin zij vragen om afwikkeling van het hangende proces met de stad, en van een verzoekschrift van de inwoners van Farmsum, met de opdracht schriftelijk van repliek te dienen, 24 december 1559. 1 stuk i
1462.22 Postscriptum van de stadhouder inzake een Groninger klacht over het feit dat burger Ludeken Bruens een paard zou zijn ontnomen door de ambtman van Drenthe, [1560?]. 1 stuk i
1462.14 Brief van de graaf van Arenberg, houdende mededeling van zijn aanstaande vertrek als afgevaardigde van de koning naar de rijksdag te Augsburg en advies om zich tijdens zijn afwezigheid eventueel tot de hertog van Savoye te wenden, 25 januari 1560. 1 stuk i
1462.20 Verzoekschrift van Lyse van Besten en de andere jufferen ter verbetering van de 'nye watering', om vergoeding van de grond die zij zijn kwijtgeraakt door de aanleg van een straat en om compensatie voor het verlies aan vrijheid dat zij lijden door de bouw van nieuwe huizen, Door Egbert Alting gedateerd op 5 juli 1560. 1 stuk i
1462.24 Brief van Regnerus Meynardus over zijn studie, 8 april 1561. 1 stuk i
1462.23 Brief van het stadsbestuur van Emden, houdende waarschuwing tegen de ketter Hinrich Niclaessen of Hinrich van Amsterdam en verzoek om eventuele inlichtingen over hem, 8 december 1561. 1 stuk i
1462.25 Brief van de graaf van Arenberg, houdende opdracht tijdens zijn aanstaande afwezigheid zorgvuldig acht te slaan op de belangen van de koning en het gemene best, en in het bijzonder de sekten en verboden predikanten in de gaten te houden, 25 mei 1562. 1 stuk i
1462.26 Brief van de graaf van Arenberg, houdende protest tegen de voortijdige jachtpartij van Willem Ubbena in de nabijheid van het huis te Coevorden, met waarschuwing aan alle ingezetenen van Groningen om zich van dergelijke activiteiten te onthouden, 1 augustus 1563. 1 stuk i
1462.27 Brief van de graaf van Arenberg, houdende verzoek de ambtman van het Gorecht, Johan Valcke, ertoe te brengen zijn schuld te betalen aan de Zwolse hospes van zijn zoon, Henrick van Uyterwijck, 19 september 1563. 1 stuk i
1462.28 Brief van het stadsbestuur van Hamburg ter ondersteuning van het verzoek van zijn burger Herman Backhus om betaling van het hem door accijnsmeester Lambert ten Holte te Delfzijl ontnomen Hamburger bier, 8 maart 1564. 1 stuk i
1462.29 Brief van Johan Albrecht, hertog te Mecklenburg en vorst te Wenden, houdende verzoek om hem een goed paard te bezorgen en zijn ambtman Michaell Triebsess toe te staan zelf op het platteland enige paarden te kopen, 20 juni 1564. 1 stuk i
1462.30 Brief van de graaf van Arenberg, houdende bericht van het overlijden van keizer Ferdinand en de opdracht rouwplechtigheden te doen houden, 24 augustus 1564. 1 stuk i
1462.32 Brief van Margaretha van Parma waarin zij haar tevredenheid uitdrukt over het door bemiddeling van Philippus Coebel bereikte vergelijk tussen Stad en Lande en de stad vraagt zich met betrekking tot de kwestie van de accijnzen in de Ommelanden toegeeflijk op te stellen, dan wel de bezwaren schriftelijk aan haar kenbaar te maken, 23 september 1564. 1 stuk i
1462.31 Brieven van Hans van Aurich inzake zijn geschil met de heer van Ruinen, 16 oktober 1564 en 1565. 2 stukken i
1462.33 Brief van de graaf van Arenberg, houdende bevel te bidden en goede werken te verrichten tot verdrijving van de Turken van Malta, 15 juli 1565. 1 stuk i
1462.34 Brief van de graaf van Arenberg, houdende bericht van ontvangst van brieven van 22 en 23 september, 8 oktober 1565. 1 stuk i
1462.35 Brief van Margaretha van Parma aan burgemeesters en raad ten geleide van een afschrift van een request van de syndicus der Ommelanden, bij haar ingediend naar aanleiding van het verzoek van burgemeesters en raad d.d. 7 november 1565 tot verlenging van de hun verleende termijn ter beantwoording van een Ommelander verzoekschrift. Met afschrift van het Ommelander request, 30 november 1565. 2 stukken i
1462.46 Verzoekschrift van Anna Sasschers om genade in verband met het feit dat zij, in weerwil van het afgekondigde verbod, heeft deelgenomen aan bijeenkomsten waarbij bijbeluitleg werd gegeven, [1566 ?]. 1 stuk i
1462.41 Brief van het stadsbestuur van Emden met het verzoek de Emder stadsdienaar Derck recht te doen in zijn geschil met pastoor mr. Ranck Koninck, 26 februari 1566. 1 stuk i
1462.45 Brief van burgemeesters en raad van Bremen, houdende verzoek om de Groninger burger Roelof van Ruinen ertoe te bewegen de door hem bij de Bremer Jacob Bolte bestelde weite te Amsterdam in ontvangst te nemen en betalen, 13 april 1566. 1 stuk i
1462.37 Brief van Wilhelm, landgraaf van Hesse en graaf te Catzenelnbogen, houdende dankzegging voor het toegezonden paard, 26 april 1566. 1 stuk i
1462.43 Brief van de drost van Lingen aan dr. Albert Wyfrink, ambtman van de beide Oldambten, opdat deze, ten behoeve van de nagelaten kinderen van de door Oemko Poppen om het leven gebrachte Heinrich Bolecke, zorgt voor de inventarisatie en beslaglegging op diens nagelaten goederen voor betaling van een bloedgeld, 15 mei 1566. 1 stuk i
1462.38 Brief van president en raden in Friesland inzake hun houding ten opzichte van de Zweedse vrijbuiters, die omtrent de Scholbalg en het Vlie op koopvaarders jagen, 27 mei 1566. 1 stuk i
1462.44 Brief van voogd en schepenen van de vrije heerlijkheid Türnich met het verzoek om ten behoeve van hun ingezetene Hans van der Hagen Kruickenbecker de Groninger burger Everard van Setterick ertoe te brengen de koopsom voor enkele paarden te betalen aan Johan van Gelre, Willem van Coesfeld en Jorgen Hohenschild, 15 mei 1566. 1 stuk i
1462.42 Stukken betreffende een vordering van de Paderborner burger Johan Reneckens op Herman Hoepenbinders, moeder van Harmen Roelofs, 14 augustus en 28 september 1566. 2 stukken i
1462.39 Brief van de graaf van Arenberg inzake het impertinente optreden van een Groninger delegatie in de zaak van het door de Ommelanden verworven octrooi, 28 augustus 1566. 1 stuk i
1462.40 Brief van de graaf van Arenberg, houdende bevel op te treden tegen de ketterse predikaties in Groninger huizen, 29 augustus 1566. 1 stuk i
1462.47 Brief van Arenberg in antwoord op een schrijven van burgemeesters en raad van 22 oktober 1566, houdende mededeling dat hij, gezien de politiek van het Hof, geen steun kan geven aan het in de brief gedane verzoek om goedkeuring en, in tegendeel, een strikte naleving van de gegeven instructies tot herstel van de oude situatie in godsdienstzaken eist, 18 januari 1567. 1 stuk i
1462.48 Brief van de graaf van Arenberg in antwoord op een schrijven van burgemeesters en raad van 15 februari 1567, met de oproep hem schriftelijk of mondeling mede te delen welke regelingen zijn getroffen om tegemoet te komen aan de wensen van het Hof, 17 februari 1567. 1 stuk i
1462.49 Brief van de graaf van Arenberg in antwoord op een schrijven van burgemeesters en raad van 5 maart 1567 waarin hij meedeelt blij te zijn met het bericht dat de Minderbroederskerk weer in katholieke handen is, en het stadsbestuur oproept ervoor te zorgen dat de aangerichte schade wordt hersteld en de katholieke eredienst weer op de oude voet wordt uitgeoefend, 8 maart 1567. 1 stuk i
1462.50 Brief van de graaf van Arenberg in antwoord op missives van burgemeesters en raad van 17 en 24 april 1567 waarin hij meedeelt blij te zijn met het bericht dat er geen predikaties meer worden gehouden en de predikanten zijn vertrokken, maar daarbij het stadsbestuur opnieuw oproept ervoor te zorgen dat de aangerichte schade wordt hersteld en de katholieke eredienst weer op de oude voet wordt uitgeoefend, 30 april 1567. 1 stuk i
1462.51 Brief van de graaf van Arenberg aan burgemeesters en raad, oud en nieuw, taalmannen van de gezworen meente en bouwmeesters van de gilden met de mededeling, dat hij dr. Johan de Mepsche heeft afgevaardigd met mondelinge voorstellen waarop hij antwoord verwacht, 12 mei 1567. 1 stuk i
1462.53 Brief van de graaf van Arenberg uit Harlingen met de mededeling dat hij de brief van burgemeesters en raad heeft ontvangen en te gelegener tijd zal doorgeven aan Margaretha van Parma, 21 mei 1567. 1 stuk i
1462.55 Brief van de graaf van Arenberg waarin deze mededeelt het schrijven van het Groninger stadsbestuur van 26 mei 1567 met afschrift van een brief aan Margaretha van Parma ontvangen te hebben, maar van zijn kant voorlopig geen actie te kunnen ondernemen tot ondersteuning van de Groningse verlangens, 27 mei 1567. 1 stuk i
1462.60 Brief van Margaretha van Parma, houdende mededeling dat de koning van plan is voor het einde van de zomer naar de Nederlanden te komen om orde op zaken te stellen, en met het bevel de namen dergenen, die uit de stad zijn vertrokken of dat nog zullen doen, te noteren en hiervan mededeling te doen aan de bevolking, 3 juli 1567. 1 stuk i
1462.65 Brieven van het stadsbestuur van Emden en Unico Manningha, drost in die stad, in antwoord van klachten van burgemeesters en raad van Groningen over de aanhouding te Emden van Groninger schippers, 12 en 13 september 1567. 2 stukken i
1462.66 Ontvangstbewijs voor stadsbode Jurien inzake brieven aan stadhouder Arenberg, waarop via de post antwoord is verzonden, 28 september 1567. 1 stuk i
1462.67 Brief van de graaf van Arenberg in antwoord op een schrijven van 13 september 1567 met kopie van een aan Margaretha van Parma gerichte brief, waarin hij het Groninger stadsbestuur oproept geduld te hebben en getrouw de instructies van de hertog van Alva op te volgen, die door Johan de Mepsche zullen worden overgebracht, 28 september 1567. 1 stuk i
1462.68 Brief van de graaf van Arenberg waarin hij aankondigt naar Frankrijk te zullen vertrekken en opdracht geeft om tijdens zijn afwezigheid de bevelen van luitenant Van Groesbeek op te volgen, 24 oktober 1567. 1 stuk i
1462.73 Brieven van Anna van Oldenburg en Delmenhorst, gravin in Oost-Friesland, en burgemeesters en raad van Emden met het verzoek Dirck Boeth van Oldenburg, dienaar van jonker Hoijcko Manningha te Pewsum, die onderweg van Groningen naar Coevorden tussen Haren en Helpman gemolesteerd is, aan zijn recht te helpen. Met bijbehorende verzoekschriften van Dirck, 20 en 26 februari 1568. 4 stukken i
1462.75 Brief van enkele burgers en inwoners van Groningen [aan het stadsbestuur] houdende oproep zich te houden aan de eed aan de koning en met het dreigement de weerspannigen te zullen straffen, 7 mei 1568. 1 stuk i
1462.76 Geloofsbrief van de Ommelander Statenleden voor enkelen van hen voor een missie naar de raad van Groningen om diens standpunt te vernemen over hetgeen graaf Lodewijk van Nassau met de vertegenwoordigers van de Ommelanden te Appingedam heeft besproken, 8 mei 1568. Met afschrift van een door graaf Lodewijk ondertekende verklaring inzake de Ommelander interpretatie van zijn propositie en kopie van het mandaat van luitenant en hoofdmannen van 5 mei 1568, waarbij het de Ommelander statenleden wordt toegestaan om met Lodewijk van Nassau te beraadslagen, 9 mei 1568. 3 stukken i
1462.77 Brief van de graaf van Arenberg in antwoord op een schrijven van het stadsbestuur van 6 mei met kopie van het rondschrijven van Lodewijk van Nassau, houdende mededeling van zijn voornemen spoedig naar Harlingen en Leeuwarden te vertrekken, en verzoek stand te houden en berichten over veranderingen van de toestand aan hem door te geven, 9 mei 1568. 1 stuk i
1462.78 Brief van de graaf van Arenberg in antwoord op een schrijven van het stadsbestuur van 12 mei inzake de nederlaag van de eigen vendels onder Haren en over het gebeurde in Appingedam, houdende mededeling van zijn spoedige komst, 13 mei 1568. 1 stuk i
1462.79 Verzoekschrift van Christoffer Jurgens voor zichzelf en uit naam van de andere door graaf Lodewijk van Nassau te Appingedam gevangen gehouden Groningers, om vrijlating van 's graven tromslager, die te Groningen wordt vastgehouden. Met verzoekschrift van de overige Groningse gevangenen te Appingedam, Door Egbert Alting gedateerd op 18 mei 1568. 2 stukken i
1462.80 Verzoekschrift van Kunne Goltsmit om bevrijd te worden van de landsknechten die zij na terugkeer van Dijksterhuis in haar huis aantrof, en om bescherming tegen de overlast die ze ondervindt bij het drijven van haar handel. Door Egbert Alting gedateerd op 19 mei 1568. Met brief van haar man Isebrant Goltsmit uit Emden, waaruit blijkt dat zijn herhaald verblijf te Appingedam verband houdt met zijn werk ten behoeve van het Grijzemonnikenklooster, 15 mei 1568. 2 stukken i
1462.82 Brief van Jacob Husinge aan burgemeester Albert Rolteman met het verzoek een bakkersvrouw of broodverkoopster behulpzaam te zijn, die al voor meer dan 600 daalders brood heeft geleverd aan de soldaten te Groningen, maar daarvoor nog geen betaling heeft gekregen, 22 mei 1568. 1 stuk i
1462.83 Bevelschriften van Lodewijk van Nassau uit Appingedam en Heiligerlee aan burgemeesters en raad van Groningen, de inwoners van het Oldambt, het Westerkwartier en het gebied tussen Oldambt en Damsterdiep om respectievelijk afgevaardigden te sturen, door de vijand achtergelaten goederen aan de rechter te Winschoten over te dragen, en schatting, achterstallige pachten en schulden aan hemzelf te betalen, 4, 28 en 31 mei, 1 en 4 juni 1568. Afschriften, mogelijk alle gemaakt op 19 april 1569. 5 stukken i
1462.63 Brief van Margaretha van der Marck, weduwe van de graaf van Arenberg, met het verzoek een toegezegde som geld aan Joachim Ubbena mee te geven en haar op de hoogte te houden van de militaire ontwikkelingen, 6 juli 1568. 1 stuk i
1462.85 Memorie van antwoord van de schoenmaker Geert van Oldenzeel op een klacht van 'W. Knokenhouwersche' terzake van de aankoop van een huid, volgens haar zeggen afkomstig van haar gestolen koe, Door Egbert Alting gedateerd op 21 juli 1568. 1 stuk i
1462.87 Afscheidsbrief van Margaretha van der Marck, weduwe van de graaf van Arenberg, aan de Staten van Stad en Lande van Groningen, 30 juli 1568. Afschrift naar een origineel, blijkens aantekening van Egbert Alting, ontvangen van secretaris Everhardus. 1 stuk i
1462.88 Brief van Gisbert Aernsma te Leeuwarden, houdende mededeling dat hij niet in de gelegenheid is in te gaan op het aanbod syndicus van Groningen te worden, 23 augustus 1568. 1 stuk i
1462.89 Brief van Thomas Gramaye, raad en eerste rekenmeester in Gelderland uit Arnhem, met de mededeling dat twee onbeheerde paarden, afkomstig uit Groningen, tegen betaling van de door hem gemaakte kosten bij hem kunnen worden afgehaald, 7 september 1568. 1 stuk i
1462.90 Brief van Karel van Brimeu, graaf te Megen, houdende opdracht drie lasten weite en drie lasten rogge te malen en ter beschikking te houden van het leger, 20 september 1568. 1 stuk i
1462.93 Brief van Johan de Mepsche te Aduard met het verzoek de in bijgevoegde, aan luitenant en hoofdmannen gerichte, brief van Unico Manninga, drost te Emden, d.d. 24 september 1568 beschreven kwestie te behandelen, betreffende de ten tijde van de oorlog bij enkele inwoners van Jemgum ontvreemde brouwketels, aambeelden en gereedschappen, die zich te Groningen zouden bevinden, 5 oktober 1568. 2 stukken i
1462.91 Brief van Gabriel Oliveri te Haren aan burgemeester Joachim Ubbena te Helpman met het verzoek stenen van Haren en Helpman naar Marsburg te doen vervoeren, 14 oktober 1568. 1 stuk i
1462.94 Brief van Johan de Mepsche ten geleide van een aan luitenant en hoofdmannen gerichte brief van de heer van Groesbeek van 23 oktober 1568 en een brief van commissaris Gabriël Olivier van 18 oktober 1568 aan Groesbeek inzake de proviandering van het werkvolk te Marsburg en de van Groninger zijde gewenste arrestatie van een van Oliviers ondergeschikten, 28 oktober 1568. Afschriften. 3 stukken i
1462.92 Brief van Johan de Mepsche ten geleide van brieven van Viglius en Zeger van Groesbeek, waarover hij de dag tevoren met de Groningse gezanten heeft gesproken en met het verzoek dat uit de opbrengst van de goederen van Lubbe, weduwe van Gelmer Eissens in de Boteringestraat, een bedrag van 5 koningsdalers wordt betaald aan Gertgen, de voedster van zijn kind, 28 oktober 1568. 1 stuk i
1462.95 Brief van Johan de Mepsche, houdende verzoek deel te willen nemen aan een op verzoek van de Ommelanden door hem uitgeschreven landdag op 8 november 1568 ter bespreking van de lasten die de bevolking van de militaire activiteiten ondervindt, 30 oktober 1568. 1 stuk i
1462.96 Brief van Johan de Mepsche ten geleide van een kopie van een schrijven van de hertog van Alva aan de Raad van State d.d. 20 oktober 1568 over een overwinning op de rebellen bij Tienen, 1 november 1568. 2 stukken i
1462.97 Brief van Johan de Mepsche houdende advies om op de komende landdag met de Ommelanden de vraag te bespreken of er geld kan worden bijeengebracht om de soldaten zolang tevreden te stellen, en waarschuwing om niet te tolereren dat rebellen naar de stad en haar jurisdicties terugkeren en dat in de stad geschriften tegen Alva en voor de geuzen worden verspreid. Met postscriptum, houdende advies op te treden tegen de zeerover Jan Abels, die te Warffum een visser heeft beroofd, 6 november 1568. 2 stukken i
1462.98 Brief van ambtman Herman Clant, houdende verslag van zijn inspectie van de verlaten weem te Midwolda, 9 november 1568. 1 stuk i
1462.99 Brief van Matthias Orth aan burgemeester Derck Schaffer met de vraag of de door de stad aan Arenberg geschonken 1000 dalers gebruikt kunnen worden om de Groningse schulden van de weduwe Arenberg af te lossen, 26 november 1568. 1 stuk i
1462.100 Brieven van de Groninger gezanten ten Hove aan burgemeesters en raad, houdende mededelingen over hun pogingen toegang te krijgen tot de hertog van Alva om hem te verzoeken de stad van bezetting te bevrijden, over hun handelingen teneinde uitstel te krijgen voor het opstellen van een dupliek op een Ommelander stuk, over het gebeurde op 29 november 1568 en over verschillende militaire gebeurtenissen, 17 en 26 november, 5, 13, 18 en 25 december 1568. 6 stukken i
1462.107 Brief van de hertog van Alva, houdende aankondiging van de komst naar Groningen van de heer van Billy met zes vendels Waalse soldaten ter aflossing van de reeds aanwezige troepen, met bevel hem bij het betrekken van het garnizoen behulpzaam te zijn en hem te gehoorzamen, 31 december 1568. 1 stuk i
1462.126 Brief van Jarich van Botnia, drost te Coevorden, aan het stadsbestuur met het verzoek om hem de stadsscherprechter ter beschikking te stellen om enige gevangen aan een 'scherpe examinatie' te onderwerpen. , 3 juni 1569. 1 stuk i
1462.149 Brieven van Peter van Statijn en Claes Koene, bevelhebbers over 24 haakschutten in het Oldambt, aan burgemeesters en raad van Groningen. Met enkele bijlagen, 15 oktober - 31 december 1569. 1 omslag i
1462.150 Brieven van Georgien Westendorp aan burgemeesters en raad vanuit Delfzijl en Appingedam inzake de oorlogshandelingen aan de Eems en de versterking van de kustplaatsen, 9 november - 22 december 1569. 1 omslag i
1462.104 Bevelschrift van Jacob Husinge, overste-luitenant onder wijlen de graaf van Arenberg en Zeger van Groesbeek, aan de kerspelen van Fivelgo en het Oldambt om volmachten te sturen om te aanhoren wat zij moeten bijdragen tot het onderhoud van de troepen bij Marsburg. Met lijst van kerspelen en opgave van de verschillende oppervlakten en geschatte hoeveelheden benodigde goederen., [1569]. 1 stuk i
1462.153 Verzoekschrift van de inwoners van Winsum aan burgemeesters en raad van Groningen in hun kwaliteit van principaal collator van pastorie en kosterij te Winsum om Tjaert Janssens de kosterij te ontnemen wegens diens wangedrag en hem door een geschikte koster-schoolmeester te vervangen, Zonder datum. 1 stuk i
1462.197 Stuk houdende verklaringen van Herman Wiubens, Luicko Muermesseler, Ello Willbens, Rennolt Ockens, Hebelo Eggens en Sybelo Sybelenns over de reactie van heer Johan van Steenwijk, pastoor te Meeden, op de ontvreemding van zijn koeien, [1569 of 1570]. 1 stuk i
1462.154 Brief van Herman Clant, ambtman van beide Oldambten, aan burgemeesters met het verzoek hem te laten weten of hij kan ingaan op het verzoek van Matthias Orth om wagens te leveren voor het vervoer van proviand van Winschoten naar het huis te Wedde, 3 januari 1569. Met een afschrift van een bevelschrift over dit onderwerp van Zeger van Groesbeek van 10 december 1568. 2 stukken i
1462.103 Brief van Theodericus Nicolai uit Grijzemonniken aan burgemeester Albert Rolteman met verzoek om advies over de aan te nemen houding ten opzichte van het bevel van de legeraanvoerders om bij te dragen aan het onderhoud van de troepen bij Marsburg, 4 januari 1569. 1 stuk i
1462.101 Brief van het stadsbestuur van Emden met het verzoek zijn burgeres Alijdt Jacobs te helpen bij het verkrijgen van het erfgoed, dat haar te Groningen overleden zoon uit haar eerste huwelijk met Jacob Schroer heeft nagelaten, 9 januari 1569. 1 stuk i
1462.102 Brief van de heer van Berlaymont met het verzoek Jehan van der Vennen te helpen met het verkopen [?] van haver, 9 januari 1569. 1 stuk i
1462.105 Brief van de stad Zwolle in antwoord op een verzoekschrift van Willem Peters Bijlinckheer om het door Aylcko Onsta in beslag genomen geld vrij te geven, met de mededeling dat Aylcko en zijn vrouw metterwoon uit Zwolle zijn vertrokken en het Zwolse stadsbestuur niets voor hem kan doen, 20 januari 1569. 1 stuk i
1462.106 Brieven van het stadsbestuur van Schüttorf met het verzoek hun burgers Arendt ten Kohlenberg, Grethe Steins, Geert Brunderich en zijn zwager Bernd ten Daelenbroeck behulpzaam te zijn bij het verkrijgen van de hun toekomende nalatenschappen van hun te Groningen overleden verwanten, 11, 20 en 29 januari 1569. 3 stukken i
1462.110 Brief van Zeger van Groesbeek met het verzoek geen gerechtelijke stappen te ondernemen tegen zijn luitenant Jacob Husing, omdat de betreffende schulden zullen worden voldaan, 25 februari 1569. 1 stuk i
1462.108 Brief van Zeger van Groesbeek met het verzoek de creditoren van de houder der koninklijke post te Groningen tot geduld te manen, zodat deze functionaris in Groningen ongehinderd zijn werk kan doen, 27 februari 1569. 1 stuk i
1462.113 Brief van de graaf van Megen ter bevestiging van de ontvangst en het doorzenden aan de hertog van Alva van Groningse brieven van 28 februari en 1 maart 1569, inzake een onjuist opschrift op een bevelschrift van Alva en over het gebrek aan geld om de soldaten van Billy te betalen, 6 maart 1569. 1 stuk i
1462.109 Brief van Zeger van Groesbeek met het verzoek bij de behandeling van de appelzaak van Gerdt Thyssen te Ootmarsum rekening te houden met het hofrecht en door middel van de benoeming van een commissaris partijen aan hun recht te helpen, 27 februari 1569. Met verzoekschrift van Gerdt Thyssen aan Zeger van Groesbeek inzake een erfeniskwestie. 2 stukken i
1462.114 Brief van Margaretha van der Marck ter bevestiging van de ontvangst van de Groningse brief van 11 maart 1569, waarbij zij meedeelt bereid te zijn haar invloed ten gunste van de stad aan te wenden en het huwelijk aankondigt van haar oudste dochter met de graaf van Lalaing, 17 maart 1569. 1 stuk i
1462.111 Brief van de hertog van Alva, houdende opdracht de zaak tegen de gevangen vaandrig Jehan Haeck te instrueren en hem met advies en stukken naar Brussel te zenden, 12 maart 1569. Met begeleidend schrijven van de graaf van Megen, 24 maart 1569. 2 stukken i
1462.119 Aanbevelingsbrief van Erich zur Hoya, Ritpergk en Bruchausen, heer te Esens, Stedesdorf en Witmund voor zijn onderdaan Hans van Brunswijk ter ondersteuning van diens vordering op Hubert Fox inzake een huis met toebehoren, ingediend bij de raad van Groningen, 28 maart 1569. Met een verzoekschrift van Hans van Brunswijk aan de heer van Esens, 24 maart 1569. 2 stukken i
1462.112 Brieven van landsschrijver Johan Mus van Coevorden met het verzoek de Groningse scherprechter te sturen voor het verhoor van een op bevel van drost Jarich van Botnija in hechtenis genomen misdadiger, 30 maart en 11 april 1569. 2 stukken i
1462.115 Brief van het stadsbestuur van Leeuwarden met het verzoek ten behoeve van de behandeling van het voor hem dienende geding tussen Dionysius Kethel als curator voor Heyne Fockesz. tegen de Leeuwarder burger Pier Piersz. getuigen te horen aan de hand van de bijgevoegde artikelen, 16 april 1569. 1 stuk i
1462.117 Brief van Margaretha van der Marck, houdende mededeling van de ontvangst van het schrijven van Groningen van 15 april 1569, en aankondiging in Brussel ten behoeve van Groningen op te zullen treden, 27 april 1569. 1 stuk i
1462.121 Brief van Wybrant Bornstra, houdende uitnodiging een deputatie te sturen naar Douai, waar hij op 13 juni 1569 een feest zal geven ter gelegenheid van zijn doctoraat, 28 april 1569. 1 stuk i
1462.120 Brief van de hertog van Alva met het verzoek de burgers en herbergiers in Groningen ertoe te brengen de soldaten van Billy voorlopig op krediet te onderhouden, 29 april 1569. 1 stuk i
1462.118 Brief van de drossaart van het land van Bergen uit Bergen op Zoom aan de richter te Groningen met het verzoek de soldaat Hans Fockx te willen horen, 4 mei 1569. 1 stuk i
1462.122 Brief van Margaretha van der Marck ter bevestiging van de ontvangst van de Groningse brief van 28 april 1569 en haar voornemen te Brussel te pleiten tegen de Groningen opgelegde weeklening ter hoogte van 650 gulden, 7 mei 1569. 1 stuk i
1462.116 Brief van het stadsbestuur van Leeuwarden met het verzoek de echtgenote van de te Deutz gevangen zittende Jan Odesz. van Sneek behulpzaam te zijn met het opnemen en certificeren van getuigenverklaringen, 12 mei 1569. 1 stuk i
1462.124 Brief van procureur Daniël Schaerlants te Brussel houdende mededeling over hetgeen hij heeft gedaan met de aan regeringspersonen gerichte brieven die hij op 4 mei uit Groningen had ontvangen, 12 mei 1569. 1 stuk i
1462.123 Brief van het stadsbestuur van Bremen, houdende verzoek om Geeske Werenborges te helpen haar vordering op de Groninger Hilbrant Muter te innen, 20 mei 1569. 1 stuk i
1462.127 Brief van het stadsbestuur van Emden, houdende verzoek de Emder burgeres te helpen bij het innen van het geld, dat de Groningse Etke Heines haar schuldig is, 4 juni 1569. 1 stuk i
1462.128 Brieven van het stadsbestuur van Bremen en Paul Cornelis te Emden inzake een vordering van Huder Hilmers en Hinrick Rust op de Groninger Otto van Vullen, 4 juni en 2 juli 1569. 2 stukken i
1462.130 Brief van burgemeesters en raad van Minden in antwoord op een schrijven van Groningen ter ondersteuning van de vordering van de Groninger burgers Evert van Sittern en Clawes Wilms inzake het door ene te Minden overleden Botte nagelaten geld, houdende mededeling, dat betrokkene buiten hun jurisdictie zou zijn overleden, 13 juni 1569. 1 stuk i
1462.129 Brief van burgemeesters en schepenen van Steenwijk, houdende verzoek om informatie over een door hen in arrest genomen dief, die zich Joachim Jansz. van Groningen noemt en wiens moeder, de spinster Elsebij Jansen, zou wonen in de Breesteghe bij de Boteringepoort, 18 juni 1569. 1 stuk i
1462.132 Brief van Margaretha van der Marck ter ondersteuning van Johan van Ballen en diens vader in een geschil, hangende voor burgemeesters en raad te Groningen, 30 juni 1569. 1 stuk i
1462.131 Brief van Johan Thedema Schatter, Berend ten Camp, Johan Barnda en Eijlerdt Alma te Emden, mede namens de andere Groningers, wier namen op 22 juni 1569 zijn afgeroepen als degenen die zich voor de hertog van Alva moeten verantwoorden voor de gebeurtenissen in 1566, houdende verzoek om ondersteuning van stadswege, 4 juli 1569. 1 stuk i
1462.134 Brief van het stadsbestuur van Brugge met het verzoek getuigen te horen ten behoeve van een proces tussen Wigbolt Fredericks als eiser en Adriaen de Voocht, 'clerc van de becommerden' te Brugge en als zodanig beheerder van de goederen van Pieter St. Vincent de la Torre, gedaagde, 18 juli 1569. 1 stuk i
1462.135 Brief van de procureur Jan van Ghindertalen aan het stadsbestuur van Gorinchem met het verzoek iemand te sturen om het de stad toekomende geld op te halen uit de opbrengst van de verkoping van de goederen van mr. Delcampo, 18 juli 1569. 1 stuk i
1462.133 Brief van het stadsbestuur van Bremen met het verzoek om genoegdoening voor de Bremer burgers Luder Hilmers, Hinrick Rustes en Johan Luders' vrouw, creditoren van de Groninger Otto van Vullen wegens geleverd bier, 25 juli 1569. Met concept voor een certificatie van burgemeesters en raad van Groningen inzake het vredeloos leggen van Otto van Vullen en de aankondiging van de openbare verkoop van zijn goederen. 2 stukken i
1462.136 Briefwisseling tussen het stadsbestuur en Joachim Panser over de tegen de arrestant Albert Schalcke ingebrachte beschuldigingen, 30 juli-6 augustus 1569. 6 stukken i
1462.137 Brieven van Reiner Fritema, grietman van West-Dongeradeel inzake de zaak Wolter Wolters, 22 augustus, 11 september en 28 oktober 1569. 3 stukken i
1462.146 Brief van de hertog van Alva aan het Groninger stadsbestuur met het verzoek Gabrio de Servillon, commandeur van de orde van Malta, en zijn gevolg passend onderdak en alle nodige bijstand te verlenen, 22 augustus 1569. 1 stuk i
1462.138 Publicatie van burgemeesters en raad, houdende oproep van grondwerkers en bouwvakkers om deel te nemen aan de aanbesteding van het op te richten kasteel, 1 september 1569. Met aan het Groninger stadsbestuur toegezonden bevelschrift en publicatie in het Frans en Nederlandse vertalingen daarvan, 24 augustus 1569. 1 omslag i
1462.139 Brief van Jarich van Botnia uit Coevorden met het verzoek de nieuw ingevoerde accijnzen ongedaan te maken of hun rechtmatigheid schriftelijk aan te tonen, 25 augustus 1569. 1 stuk i
1462.140 Brief van het stadsbestuur van Lemgo aan burgemeesters en raad van Groningen, houdende verzoek ervoor te zorgen dat hun burger Sander Tillill te Groningen niet meer zal worden lastig gevallen wegens zijn inmiddels betaalde schuld aan Carstien Lamberts, 2 september 1569. 1 stuk i
1462.142 Brief van Herman Clant te Zuidbroek aan burgemeesters en raad met het verzoek tijdens zijn afwezigheid de zaak van Ayso Ubbens en enkele andere zaken, die wegens het niet doorgaan van generale rechtdagen zijn blijven liggen, in behandeling te willen nemen, 30 september 1569. 1 stuk i
1462.141 Brief van Nicolaus Marumius uit Emden aan burgemeesters en raad, houdende mededeling dat hij gezien de omstandigheden niet kan ingaan op het aanbod zijn vroegere functie in de school te Groningen weer op zich te nemen, 1 oktober 1569. 1 stuk i
1462.143 Brief van de hertog van Alva aan burgemeesters en raad in antwoord op hun brief en verzoekschrift van 24 september 1569, waarin wordt meegedeeld dat de bouw van het kasteel spoedig zal beginnen, dat er na de voltooiing ervan soldaten gelegerd zullen worden en de stad bevrijd zal worden van het garnizoen, 1 oktober 1569. Met begeleidend schrijven van de graaf van Megen uit Leeuwarden d.d. 6 oktober 1569 en een aantekening van Egbert Alting inzake de aanschrijftitel van de graaf van Megen. 3 stukken i
1462.144 Brief van het Hof van Friesland aan het stadsbestuur van Groningen met verzoek om informatie of afschriften van stukken ten laste van Griet Jans, geboortig uit Deventer, nu in hechtenis te Leeuwarden, maar voordien uit detentie te Groningen ontsnapt, 6 oktober 1569. 1 stuk i
1462.145 Brief van Zeger van Groesbeek uit Buitenpost aan burgemeesters en raad met het verzoek postrijder Hanske te Groningen te voorzien van hooi en haver, 8 oktober 1569. 1 stuk i
1462.147.1 Akte van aanstelling van Peter van Statijn en Claes Koene om 24 haakschutten te werven en met hen een maand lang de wacht te betrekken aan de Oldambtster zeedijk, Minuut. 10 oktober 1569. 1 stuk i
1462.147.2 Brief van Matthias Orth aan burgemeesters en raad met het verzoek de inwoners van het Oldambt te laten meehelpen met het herstel van het huis te Wedde, 10 oktober 1569. Met mandaat van het Groninger stadsbestuur aan de inwoners van Winschoten, Westerlee, Meeden en Muntendam om te Wedde graafwerk te verrichten en desgevraagd de wacht op het huis te betrekken, 13 oktober 1569. 2 stukken i
1462.148 Brief van Ernst Mulert, drost van Lingen, met het verzoek aan te geven op welke manier hij het best zijn borg Gerdt Johan Heynen schadeloos kan stellen die is aangesproken voor het Groningse vaandel dat Ernst na de slag bij Heiligerlee had geleend, 10 oktober 1569. 1 stuk i
1462.147.3 Brieven en mandaten inzake het optreden van de haakschutten onder bevel van Peter van Statijn en Claes Koene en de op de inwoners van het Oldambt rustende plicht de soldaten te onderhouden en mee te helpen bij het houden van de wacht. Minuten, 16, 20, 21 en 23 oktober 1569. 1 stuk i
1462.147.4 Klaagschriften van de inwoners van het Oosterambt van het Oldambt en van de kerspelen Noordbroek, Zuidbroek en Meeden inzake het onderhoud van de 24 haakschutten onder het bevel van Peter van Statijn en Claes Koene, 20 oktober 1569. 2 stukken i
1462.147.5 Verklaring van Joachim Ubbena over de rol van Peter van Statijn bij een op initiatief van functionarissen van de graaf van Megen en de heer van Groesbeek voorgenomen aanslag op Oterdum, 22 oktober 1569. 1 stuk i
1462.151 Brieven van Elssche, weduwe van Goedeke Vogels te Oldenburg, aan burgemeesters en raad in antwoord op een dagvaarding ten verzoeke van de Groninger burger Geert Bier, 2 en 24 november 1569. 2 stukken i
1462.152 Brief van bisschop Johan Knijff aan burgemeesters en raad van Groningen, houdende verzoek kapelaan Johan Huibers te ontslaan van de verplichting enkele soldaten te onderhouden, 30 december 1569. 1 stuk i
1462.155 Brieven van hopman Joachim Panser te Reide aan burgemeester Joachim Ubbena en burgemeesters en raad over de levering van hout en proviand voor zijn soldaten, 8, 10 en 13 januari 1570. 1 omslag i
1462.156 Dankbetuiging van president en raden des konings in Holland, Zeeland en Friesland wegens de van Groningen ontvangen waarschuwing voor een aanslag van de watergeuzen op Den Haag of Den Briel, 1 januari 1570. 1 stuk i
1462.209 Request van de gevangene François Bailleuf aan burgemeesters en raad om hem in de gelegenheid te stellen zijn rantsoen te verdienen door het verrichten van werkzaamheden , Ongedateerd. 1 stuk i
1462.210 Request van de Groninger burger Johan Barnda aan burgemeesters en raad om hem toestemming te verlenen zich weer in de stad te vestigen, onder betuiging van zijn bereidheid zich aan de justitie te onderwerpen, Ongedateerd. 1 stuk i
1462.157 Brief van Zeger van Groesbeek aan burgemeesters en raad, houdende mededeling dat hij in reactie op hun brief zich schriftelijk gewend heeft tot enkele personen aan het Hof, 11 januari 1570. 1 stuk i
1462.160 Brief van het stadsbestuur van Leeuwarden aan dat van Groningen met het verzoek te bevorderen dat aan Cunera Dircks, echtgenote van Jarich Wopckens te Leeuwarden, spoedig recht wordt gedaan in haar procedure tegen de creditoren van Lulof Coenders, 20 januari 1570. 1 stuk i
1462.163 Brief van burgemeesters en raadmannen van Bremen aan het stadsbestuur van Groningen met het verzoek hun burger Luder Hilmersz. aan zijn recht te helpen tegen de Groninger Haye Hiddennsz, 20 januari 1570. 1 stuk i
1462.158 Verzoekschrift van Reyner Frytema, grietman van Dongeradeel ten westen van de Peasens, om Wolter Wolters genade te schenken, Zonder datum [1570]. 1 stuk i
1462.159 Brief van de schulte van Anloo aan luitenant Johan de Mepsche met het verzoek paarden en wagens te sturen om de door de stad gekochte bomen naar het water te brengen, 29 januari 1570. Met - op een los strookje papier - een opmerking van de schrijver over de mogelijkheid een te Eext gevelde boom te vervangen door een andere of het daarvoor betaalde geld terug te krijgen indien hij niet mocht blijken te deugen. 2 stukken i
1462.162 Protocol van een getuigenverhoor, afgenomen ten verzoeke van de raad van Hasselt, inzake de noodzaak van het herstel van de brug over het Zwarte Water bij Hasselt. Met de bijbehorende vragen waarop de getuigen moesten worden gehoord. Minuut, 10 februari 1570. 1 stuk i
1462.167 Brieven van Joachim Ubbena uit Appingedam aan burgemeesters en raad van Groningen inzake zijn ontmoeting met Caspar de Robles, 24 februari 1570. 2 stukken i
1462.164 Brief van Joachim Ubbena uit Appingedam aan burgemeesters en raad van Groningen over verschillende aangelegenheden, 18 februari 1570. 1 stuk i
1462.168 Brief van Joost van Cleve en Evert Simons uit de omgeving van Amsterdam aan burgemeesters en raad van Groningen met het verzoek relevante informatie door te zenden naar Antwerpen, 22 februari 1570. 1 stuk i
1462.169 Brief van Caspar de Robles en Joachim Ubbena uit Appingedam aan burgemeesters en raad van Groningen met het verzoek de weduwe van Evert Lewe vrij te stellen van de 100 gulden zetgeld waarop zij getaxeerd was, 25 februari 1570. 1 stuk i
1462.170 Brief van Joachim Ubbena uit Appingedam aan burgemeesters en raad van Groningen met het verzoek om schuiten en andere vaartuigen te vorderen om de uit Deventer afkomstige soldaten die in Farmsum, Oterdum, diverse kloosters en elders gelegerd zijn en die op bevel van Caspar de Robles worden teruggetrokken, naar Zuidlaren te vervoeren en voor de nodige fourage te zorgen, 2 maart 1570. Met een losse notitie van Egbert Alting inzake het verzoek van De Robles aan het stadsbestuur om een achttal wagens ter beschikking te stellen voor het vervoer van de bagage van de soldaten, 3 maart 1570. 2 stukken i
1462.172 Brief van Christof Engelbertz, gograaf en richter van stad en land van Lingen, aan burgemeesters en raad van Groningen, met verzoek om voorrang voor de toner van de brief inzake diens vordering op de Groninger burger Tonnys Kremer, 4 maart 1570. 1 stuk i
1462.176 Stukken betreffende het oprichten van een monument te Heiligerlee op de plaats waar in 1568 de graaf van Arenberg de dood vond, 5 en 7 maart, 15 april 1570. 3 stukken i
1462.173 Stukken betreffende een verzoek van Parceval Balocus, houder van de bank van lening te Utrecht, om octrooi teneinde in Groningen een soortgelijke bank te mogen oprichten, Maart 1570. 3 stukken i
1462.174 Memorie van Georgien van Westendorp aan secretaris Alting inzake de inhoud van een aan de graaf van Megen te schrijven missive met de suggestie zich voor het voor de weeklening voor de soldaten benodigde geld tot Friesland te wenden, 2 april 1570. 1 stuk i
1462.175 Brief van Karel van Brimeu, graaf van Megen, aan burgemeesters en raad met aankondiging van zijn voornemen bij Alva te pleiten voor lastenverlichting voor de stad Groningen, 5 april 1570. 1 stuk i
1462.178 Brieven van het stadsbestuur van Kleef en Karel van Brimeu, graaf van Megen en stadhouder in Gelre, Zutphen, Friesland, Overijssel, Groningen en Lingen, aan het stadsbestuur van Groningen met verzoek ervoor te zorgen dat Matthias Koep, burger van Emmerik, in het bezit gesteld wordt van de 170 daler en 26 stuivers die Coert Coenrades hem schuldig is, 10 en 20 april 1570. 2 stukken i
1462.179 Brief van het stadsbestuur van Zutphen aan dat van Groningen met verzoek Tilman Kistemaicker behulpzaam te zijn bij de afwikkeling van de nalatenschap van zijn schoonmoeder Anna Hopperts, 15 april 1570. 1 stuk i
1462.177 Brief van Zijrck van Donia, grietman van Collumerlandt, aan burgemeesters en raad van Groningen met verzoek om medewerking bij de tenuitvoerlegging van een sententie van zijn gerecht tegen Claes Harckema, 18 april 1570. Met twee bijlagen d.d. 7 oktober en 13 december 1569. 3 stukken i
1462.183 Brief van burgemeesters en raad van Weissenburg aan de Rijn aan het stadsbestuur van Groningen met verzoek om Martin Soldt behulpzaam te zijn bij het in bezit nemen van het aan zijn echtgenote Susanna, dochter van wijlen Meijsse en Rudolf Hertgers, toekomende aandeel van de nalatenschap, 3 mei 1570. 1 stuk i
1462.185 Stuk, houdende Franse vertaling van een oorspronkelijk in het Spaans gestelde beschrijving van de plechtige inzegening van het huwelijk tussen koning Filips II en Anna van Oostenrijk, die op 4 mei 1570 te Praag plaatsvond, [Mei 1570]. 1 stuk i
1462.180 Brief van dr. Hilmer Diurken te Emden aan de burgemeester van Groningen met verzoek hem en zijn gevolmachtigde Gerrit Goltsmit van Emden behulpzaam te zijn bij de invordering van een schuld van 52 dalers bij de weduwe Kunne Sickens Schroder in de Ebbingestraat wegens aan haar zoon Sicko Almersma te Augsburg ten tijde van diens ziekte voorgeschoten geld, 9 mei 1570. 1 stuk i
1462.181 Brief van de kerkvoogden van Noord- en Zuidbroek aan burgemeesters en raad van Groningen met verzoek om advies inzake een voorstel van de commissaris van de bisschop van Münster, die hen heeft voorgehouden dat een geschenk aan de genoemde bisschop hem wellicht ertoe zou kunnen brengen om bij de koning, die wegens gepleegde 'excessen' tegen de kerk en het concilie van Trente van plan zou zijn het landschap in het verderf te storten, clementie te bepleiten, [Begin mei 1570]. 1 stuk i
1462.182 Brief van Jurgen Swarte, ambtman te Norden, aan burgemeesters en raad van Groningen met antwoord op hun schriftelijk verzoek om informatie inzake een geval van doodslag, welke door Lambert Micheels van Emlicheim in 1567 te Norden in de kroeg van Udo Muyrmeister zou zijn gepleegd, 11 mei 1570. 1 stuk i
1462.184 Brief van burgemeesters en raden van Rotterdam aan het stadsbestuur van Groningen met verzoek te bevorderen dat aan Nicolas Henrickz. recht wordt gedaan in zijn proces tegen de voogden van de kinderen van wijlen Franchois Henrickz. inzake een bij sententie van burgemeesters en raad van 6 maart 1561 in rechte geconsigneerd bedrag aan geld, 17 mei 1570. 1 stuk i
1462.188 Brief van de Margaretha van der Marck, weduwe van Arenberg, aan het stadsbestuur van Groningen met de mededeling dat zij niet in staat is invloed uit te oefenen op het Brusselse Hof teneinde lastenverlichting voor Groningen te bewerken, 10 juni 1570. 1 stuk i
1462.187 Brief van de procureur Daniël Scarlans te Brussel aan burgemeesters en raad inzake zijn bemoeienis met het bezorgen van brieven uit Groningen aan hoogwaardigheidsbekleders in Brussel en de ontvangst van 3 ponden vlaams, 11 juni 1570. 1 stuk i
1462.186 Brief van de zeilmaker IJsbrant Lamberts te Enkhuizen aan het stadsbestuur van Groningen met verzoek om betaling van een op 22 februari 1570 door hem op bestelling van kapitein Peter Thyssen gemaakt zeil voor een oorlogsschip, 19 juni 1570. 1 stuk i
1462.191 Brief van de graaf Van Megen uit Leeuwarden aan burgemeesters en raad, houdende verzoek om het huis van Gerkesklooster in de stad Groningen van inkwartiering met soldaten te vrijwaren, 19 juli 1570. 1 stuk i
1462.189 Brief van Karel van Brimeu, graaf van Megen en stadhouder van Gelre, Zutphen, Friesland, Overijssel, Groningen en Lingen, aan burgemeesters en raad, houdende mededeling van de wijze waarop de landvoogd een geschil heeft beslecht tussen bevelhebber Mondragon en het stadsbestuur van Deventer over de arrestatie van een Deventer burger, welke tevens van toepassing zal zijn wanneer zich te Groningen een vergelijkbaar geval zou voordoen, 15 juli 1570. 1 stuk i
1462.193 Stukken inzake een verzoek van Frederick Snucksen en Asmus Mommensen uit Husum aan het stadsbestuur van Groningen om vergoeding te ontvangen van de schade die de Groningers aan hun te Farmsum achtergelaten schip hadden toegebracht door het zonder hun toestemming te gebruiken als oorlogsschip, Juli en augustus 1570. 3 stukken i
1462.190 Brief van het Hof van Friesland te Leeuwarden aan burgemeesters en raad houdende verzoek om de arrestant Pieter Hendricksz., van wie het Hof een bekentenis heeft ontvangen, nog enkele dagen vast te houden opdat de procureur generaal zelf hem zal kunnen horen, 19 juli 1570. 1 stuk i
1462.192 Brief van Johan de Mepsche uit Spiers aan burgemeesters en raad houdende aanzegging om, in overeenstemming met een aan hemzelf gerichte brief van de graaf van Megen welke hij als bijlage meezendt, maatregelen te nemen tot het weren van Joden uit Groningen, 2 augustus 1570. Met bijlage van 19 juli 1570. 2 stukken i
1462.196 Proces-verbaal door Doede Tjarks van het afhoren door de burgemeesters Albert Rolteman en Albert Jarges van de rekening van de erfgenamen van wijlen Tyacko Eltkens en Luwert Tiddinga, in leven kerkvoogden van Midwolda, over de restanten van 1566, de inkomsten van 1567 en de helft der inkomsten over 1568, welke aan graaf Lodewijk van Nassau is afgedragen, 4 augustus 1570. 1 stuk i
1462.198 Brief van de Groningse gezanten naar de graaf van Megen waarin zij burgemeesters en raad mededeling doen van het feit dat zij nog niet in audientie zijn ontvangen omdat de hoogwaardigheidsbekleders bezet zijn vanwege de aankomst van de koningin in Nijmegen, 15 augustus 1570. 1 stuk i
1462.194 Verzoekschrift van Johan Claessens te Midwolda aan burgemeesters en raad van Groningen om ertoe bij te dragen dat Doede Tjarks spoedig een oordeel zal kunnen vellen in de rechtszaak tussen hemzelf en de voormonden van de kinderen van wijlen Sappe Luppens, 17 augustus 1570. 1 stuk i
1462.195 Stukken betreffende een geschil tussen de erfgenamen van wijlen Wessel Hartgers en de Vrouwe van Kniphuisen en Tymen Wilhelms, 17 augustus 1570 en 30 januari 1571. 2 stukken i
1462.200 Brief van luitenant Johan de Mepsche vanuit Spiers aan burgemeesters en raad van Groningen inzake de belangrijkste onderwerpen van de daar plaats hebbende beraadslagingen, 4 augustus 1570. 1 stuk i
1462.199 Aanbevelingsbrieven van Unico Manninga, drost te Emden, gericht aan burgemeesters en raad van Groningen ten behoeve van Joost van Gesseke en zijn vrouw om hen in het bezit te stellen van enige onroerende goederen en geld dat laatstgenoemde toebehoort en te Groningen in beslag genomen is, 29 augustus en 16 september 1570. Met recepta door Egbert Alting d.d. 1 en 19 september 1570. 2 stukken i
1462.201 Brief van stadhouder Zeger van Groesbeek, graaf van Megen, aan burgemeesters en raad van Groningen met verzoek om de openbare verkoop van een huis van Evert Evertzen, burger van Dokkum, uit te stellen totdat deze zijn schulden kan voldoen met de vergoeding die hij nog van de koning tegoed heeft voor de door hem aan de soldaten te Wedde geleverde proviand, 6 september 1570. Met ongedateerd request van Evert Evertzen aan de stadhouder. 2 stukken i
1462.203 Brief van burgemeesters en raad van Osnabrück aan het stadsbestuur van Groningen met verzoek om verificatie van de mededeling van een ingezetene van Osnabrück, genaamd Anna, dat zij te Groningen in het huwelijk zou zijn getreden met Johan Godekinck en van hem een dochter Geseke heeft gebaard, 12 september 1570. 1 stuk i
1462.202 Brieven van Unico Manninga, drost te Emden, en gravin Anna van Oost-Friesland en Delmenhorst aan burgemeesters en raad van Groningen in antwoord op hun verzoeken om medewerking bij hun pogingen het door vrijbuiters onder bevel van kapitein Wolter Frans te Norden geroofde schip met lading van de Groninger burger Bartholomeus Meertens vrij te krijgen, 13 september en 1 oktober 1570. Met recepta door Egbert Alting van 13 september en 3 oktober 1570. 2 stukken i
1462.204 Brief van gravin Anna van Oost-Friesland aan burgemeesters en raad in Groningen houdende mededeling dat zij, gezien haar pogingen de vrijbuiters uit de Oostfriese wateren te verwijderen, niet in de gelegenheid is met deze in contact te treden teneinde de vrijlating van de Groningse burger Filips Abne te bewerken. Met postscriptum inzake de ontvangst van een schrijven van burgemeesters en raad over Bartholomeüs Meertens, 20 september 1570. Met gelijktijdige afschriften [door Johan Julsing?]. 4 stukken i
1462.205 Brief van gravin Anna van Oost-Friesland aan burgemeesters en raad in Groningen houdende mededeling dat haar onderdanen, in weerwil van de geruchten welke onder Groningers de ronde doen, geen hulp verlenen aan de vrijbuiters of aanhangers van Oranje, dat de enkelingen die zich daaraan per ongeluk hebben schuldig hebben gemaakt, gevangen zijn gezet en dat zij bij gefundeerde klachten bereid is de nodige maatregelen te nemen, 29 september 1570. 1 stuk i
1462.206 Brief van Doede Tjarks aan burgemeesters en raad ten geleide van een aan hem ter hand gestelde brief welke geadresseerd was aan burgemeester Herman Clant en waarin inwoners van Noordbroek werden beschuldigd van het wegnemen van drijfgoed, met verzoek om overname van deze zaak of aanwijzing voor de behandeling ervan en suggestie om, desgewenst, een datum voor een warf te bepalen, 7 december 1570. 1 stuk i
1462.207 Brief van Hermen Kock, rentmeester in Eemsland, aan burgemeesters en raad, houdende verzoek om de toner van de brief toestemming te geven tot het uitvoeren van een vat boter, 15 december 1570. 1 stuk i
1462.208 Brief van Doede Tjarks, rechter in het Oldambt, aan burgemeesters en raad inzake de arrestatie van een vijftal vrijbuiters op het eiland Ulsda waarbij een van zijn mannen is omgekomen en een ander zwaar gewond, met verzoek om schriftelijke aanwijzingen over de vraag hoe verder met de arrestanten gehandeld moet worden, 29 op 30 december 1570. 1 stuk i
1462.211 Brief van Karel van Brimeu, graaf van Megen, aan burgemeesters en raad inzake het uitblijven van een besluit van Alva over de opheffing van de weeklening voor de soldaten, 20 april 1571. 1 stuk i
1462.212 Brief van Herman Clant, ambtman in de beide Oldambten, aan burgemeesters en raad houdende verzoek hem via in rechtsdienaar Jacup Reijnens te laten weten of zij van plan zijn binnenkort een warf te houden en wat er gedaan moet worden met de heerloze knechten die het land onveilig maken, 10 januari 1572. 1 stuk i
1462.213 Brief van Ernst Mulert, drost te Lingen, aan burgemeesters en raad houdende verzoek zijn dienaar Johan Effens behulpzaam te zijn bij het invorderen van een som gelds die zijn voormond, wijlen de Groninger burger Tonnis Kremer, tijdens zijn minderjarigheid had beheerd en nu onder de erfgenamen van laatstgenoemde berust, 21 januari 1572. 1 stuk i
1462.215 Brief van Daniel Scarlans, procureur te Brussel, aan het stadsbestuur van Groningen houdende mededeling dat het resultaat van zijn en Willem Geerts' bemoeienissen ter uitvoering van hetgeen het stadsbestuur bij zijn brief van 25 januari 1572 had opgedragen, door Willem zal worden meegedeeld, onder aanbieding van zijn bereidheid om de stad Groningen ook in toekomende gevallen van dienst te zijn, 9 februari 1572. 1 stuk i
1462.216 Brief van Frederik II, koning van Denemarken etc., aan het stadsbestuur van Groningen met verzoek om de afwikkeling te bespoedigen van de erfeniskwestie van Lammert van Groningen, welke voor de Groningse raad dient, 13 februari 1572. Met verzoekschrift van Lammert van Groningen aan Frederik, 14 februari 1572. 2 stukken i
1462.214 Brief van President en Raden van de koning in Friesland aan luitenant en hoofdmannen en het stadsbestuur van Groningen houdende verzoek om zorg te willen dragen voor de tenuitvoerlegging van hun sententie ten voordele van Jacob Pieters en zijn vrouw Jantien uit Sneek en ten laste van Jacob Huysinge te Groningen, 23 februari 1572. 1 stuk i
1462.219 Brief van Adolf van Noorwegen, hertog in Sleeswijk Holstein, graaf in Oldenburg etc., aan burgemeesters en raad met verzoek zijn ritmeester Jose van Qualen behulpzaam te zijn bij de aankoop van een goed zwart paard, 3 maart 1572. 1 stuk i
1462.235 Brief van het stadsbestuur van Wismar aan burgemeesters en raad, houdende verzoek om informatie over de stand van zaken met betrekking tot de door wijlen Peter van Werdt, alias Rover, te Groningen nagelaten goederen, 12 maart 1572. 1 stuk i
1462.218 Brief van de hertog van Alva aan het stadsbestuur, houdende opdracht om recht te doen in het geschil tussen hopman Johan van Warmelo te Diepenheim en Herman Enens, gewezen secretaris van Groningen, 15 maart 1572. Met bijlagen, 23 februari, 20 juni 1571, 23 januari 1572. 5 stukken i
1462.217 Brieven van het Gronings gezantschap naar het Hof te Brussel, gericht aan het stadsbestuur, houdende berichten over haar vorderingen en de stappen van de Ommelanders in hun geschil met de stad, 19 en 25 maart 1572. 2 stukken i
1462.220 Brief van burgemeesters en raad van Emden aan hun collega's in Groningen met verzoek Folkerdt Wantscher behulpzaam te zijn bij zijn poging tot het incasseren van de vordering die hij heeft op de goederen van Eylerdt Alma, burger te Groningen, 20 april 1572. 1 stuk i
1462.221 Brieven van syndicus Georgien van Westendorp aan burgemeesters en raad, geschreven vanuit Leeuwarden, 27 april en 3 mei 1572. 2 stukken i
1462.224 Brief van het stadsbestuur van Deventer aan burgemeesters en raad in Groningen met het verzoek hun burger Joest Henricxssen behulpzaam te zijn bij zijn poging tot het incasseren van zijn vordering op de goederen van wijlen Tonnis Michielsz Kremer, burger te Groningen, 1 mei 1572. Ontvangen op 15 mei 1572. 1 stuk i
1462.222 Brief van Caspar de Robles aan burgemeesters en raad met verzoek ermee in te stemmen dat syndicus Westendorp nog enige dagen te Leeuwarden blijft voor de behandeling van gewichtige zaken, 3 mei 1572. 1 stuk i
1462.223.1 Brief van Gilles van Berlaymont, vrijheer van Hierges, aan luitenant Johan de Mepsche, houdende mededeling van zijn voorlopige benoeming tot stadhouder in Gelderland, het graafschap Zutphen, Friesland, Overijssel, Groningen, Lingen etc., en bevel tot het op de gebruikelijke manier doen publiceren van het bijgevoegde stuk inzake de prolongatie van het 'generaal pardon', 4 mei 1572. Afschrift door Johannes Julsing. 1 stuk i
1462.223.2 Brief van Gilles van Berlaymont, vrijheer van Hierges, aan syndicus Georgien van Westendorp, waarin hij meedeelt dat hij van plan is spoedig in zijn nieuwe kwaliteit van stadhouder naar Groningen te komen en verzoekt belangrijke informatie aan hem toe te sturen, 4 mei 1572. Afschrift door Johannes Julsing. 1 stuk i
1462.225.1 Brief van de president van het Hof van Friesland, Igram van Achlen, en raadsheer Vastaert aan het stadsbestuur van Groningen, houdende bevel binnen 14 dagen te antwoorden op het reeds in maart 1572 toegezonden commentaar van de Ommelanden op de sententie van Alva van 7 augustus 1571, 16 mei 1572. 1 stuk i
1462.225.2 Brief van burgemeesters en raad van Groningen aan [hun syndicus dr. Georgien van Westendorp], houdende opdracht om zich bij de heer van Billy te excuseren en naar Groningen te komen, 20 mei 1572. Blijkens aantekening van Egbert Alting niet verzonden. 1 stuk i
1462.226 Brief van Caspar de Robles aan burgemeesters en raad van Groningen waarin hij meedeelt dat uitstel van het indienen van een Gronings antwoord op de Ommelander interpretatie [van Alva's sententie van 7 augustus 1571] niet mogelijk is, en dat Luitenant en Hoofdmannen uit zijn naam gevraagd zullen worden de zaak van secretaris Enens aan te houden totdat De Robles zelf te Groningen zal komen, 21 mei 1572. Blijkens aantekening van Egbert Alting ontvangen op 22 mei 1572. 1 stuk i
1462.227 Brief van stadhouder Gilles van Berlaymont aan burgemeesters en raad van Groningen houdende mededeling dat hij zo spoedig mogelijk naar Groningen wil komen, 21 mei 1572. 1 stuk i
1462.229 Brief van de graaf van Boussu aan alle burgerlijke autoriteiten houdende bevel hopman Pieter Zwarte van Stellingwerf behulpzaam te zijn bij het vinden van kwartier voor zijn vendel, 3 juni 1572. Met eveneens door Alting gewaarmerkt afschrift van de akte van bestelling van de hertog van Alva voor genoemde hopman. Door Egbert Alting gewaarmerkte afschriften van 6 juni 1572. 2 stukken i
1462.243 Stukken betreffende een geschil tussen Eva van Rennenborg, weduwe te Kniphuizen, en Tymen Willems eisers, en de erfgenamen van Wessel Hartgers en zijn echtgenote, gedaagden, 28 mei - 14 juli 1572. 1 omslag i
1462.228 Brief van Caspar de Robles aan burgemeesters en raad van Groningen met het verzoek in te stemmen met zijn voornemen syndicus Westendorp naar de landvoogd te sturen, 29 mei 1572. 1 stuk i
1462.230 Brieven van syndicus Westendorp en de hertog van Alva aan burgemeesters en raad van Groningen waarin hen mededeling wordt gedaan van een door Alva aan de syndicus verstrekte opdracht, waardoor deze wat later naar Groningen zal terugkeren, 9 en 11 juni 1572. 3 stukken i
1462.231 Verzoekschrift van Wolter Huynge op de Wijert aan burgemeesters en raad om een door het gericht van Selwerd ingezette procedure tot gerechtelijke verkoop van zijn onroerende goederen te stoppen, Ongedateerd. Met afschrift van een publicatie van het gericht van Selwerd van 14 juni 1572. 1 stuk i
1462.233 Brief van Adolf van Sleeswijk Holstein, graaf te Oldenburg en Delmenhorst, aan burgemeesters en raad, houdende mededeling dat hij op verzoek van Alva 2000 man troepen zal inzetten ter bestrijding van de vijand, in het bijzonder in Friesland, Overijssel en Groningen, 22 juni 1572. 1 stuk i
1462.236 Brief van de hertog van Alva aan het stadsbestuur van Groningen, waarin hij mededeling doet van de benoeming van Gaspar de Robles, heer van Billy, tot plaatsvervangend stadhouder voor Friesland en Stad en Ommelanden van Groningen, 26 juni 1572. Met begeleidende brief van Billy uit Leeuwarden van 4 juli 1572. 2 stukken i
1462.234 Brief van het stadsbestuur van Emden aan burgemeesters en raad, houdende mededeling dat Luetken Hoernkens bereid is zijn gerechtelijke actie tegen de Groninger raadsheer Albert Jarges op te schorten, 28 juni 1572. 1 stuk i
1462.232 Brief van Caspar de Robles aan burgemeesters en raad met de opdracht de wielen van de te Groningen aanwezige kanonnen te laten repareren, 29 juni 1572. 1 stuk i
1462.249.2 Brief van de dijkrechters van Groter Munten[Termunten] aan burgemeesters en raad waarin zij om instructies vragen voor de reparatie van een 112 voet lang dijkvak, [3 juli 1572]. 1 stuk i
1462.237 Verklaring van burgemeesters en raad van Emden inzake een door de graaf van Oost-Friesland afgekondigd uitvoerverbod op graan, 11 juli 1572. 1 stuk i
1462.238 Ontvangstbewijs van Guillaume Bardoul, secretaris van de heer van Billy, betreffende brieven van het stadsbestuur van Groningen, 12 juli 1572. 1 stuk i
1462.239 Verklaring van Eggerick Ripperda, drost van Salland, dat Johan van Beem die was uitgezonden naar Derck van Baer te Emmerik, vanwege de militaire situatie die stad niet heeft kunnen bereiken en naar Deventer is teruggekeerd, 13 juli 1572. 1 stuk i
1462.240 Brief van de erfgenamen van wijlen Peter Doys inzake het innen van een rente van 60 daler ten laste van de stad Groningen en een dergelijke rente, die zij hebben overgenomen van Walraven van Gelen en zijn zuster, 21 juli 1572. 1 stuk i
1462.241 Brief van Gillis van Berlaymont, heer van Hierges, aan het stadsbestuur van Groningen, waarin hij mededeling doet van de overwinning van don Frederico op de Hugenoten van de heer van Genlis en opdracht geeft om vreugdeschoten te lossen, 22 juli 1572. Met kopie van een brief van Alva aan Billy over hetzelfde onderwerp, 19 juli 1572. 2 stukken i
1462.242 Brief van Asinga Entens aan het stadsbestuur in antwoord op een wetebrief, waarbij hij wordt opgeroepen om kennis te nemen van hetgeen Ubbena in hun geschil te berde zal brengen, 30 juli 1572. 1 stuk i
1462.249.3 Brief van Hansken Styens, gerechtsdienaar te Termunten, aan burgemeester Albert Rolteman inzake de dijken bij Borgsweer, Lalleweer, Woldendorp en Olde Munten, 30 juli 1572. 1 stuk i
1462.249.1 Brief van Tyarck Reenkens en Bunno Haeyns, dijkrechters te Woldendorp, aan burgemeesters en raad waarin zij mededelen dat zij niet in staat zijn voor een bespreking naar Groningen te komen en om schriftelijke instructies verzoeken zoals hun collega's van Borgsweer en Termunten hebben gekregen, [6 augustus 1572]. 1 stuk i
1462.250.1 Brief van [kapitein] Gabriel de Manteville te Delfzijl aan burgemeesters en raad waarin hij de namen opgeeft van enkele personen die informatie zouden kunnen geven over een geval van molestering van een soldaat door enkele boeren uit Termunten, 6 augustus 1572. 1 stuk i
1462.244 Brieven van de hopman Jacob Husynck te Noordhorn aan burgemeesters en raad en aan luitenant De Mepsche met het verzoek om twee stadsvendels te mogen lenen in afwachting van de aankomst van door stadhouder Berlaymont beloofde troepen. Met notitie inzake afwijzende beschikking door de raad van Groningen, 7 augustus 1572. 3 stukken i
1462.250.2 Stukken houdende getuigenverklaringen inzake de molestering van een soldaat, afgelegd voor de gerechtsdienaar van Termunten, Hansken Styens, 7 augustus 1572. 3 stukken in 1 omslag i
1462.245 Brief van hopman Jacob Husynk te Noordhorn aan burgemeester Johan Clant met verzoek om vrijlating van de onder zijn bevel staande Tyacke Herens, die te Groningen gevangen zit, 11 augustus 1572. 1 stuk i
1462.246 Brief van Fredrich van Baer te Lingen, mede namens zijn broer Derck inzake de ontvangst van een door de stad verschuldigde rente, 11 augustus 1572. 1 stuk i
1462.247 Brief van Johannes Krithe, pastoor te Westerwijtwerd, aan burgemeesters en raad, waarbij hij beroep aantekent tegen een uitspraak van de raad in zijn zaak tegen Aleit Pottebackers, 19 augustus 1572. 1 stuk i
1462.248 Brief van Caspar de Robles uit Leeuwarden waarin hij burgemeesters en raad verwijt onvoldoende steun te geven aan de zaak van de koning, hen opdraagt het beleid te wijzigen en onmiddellijk de burgemeesters Ubbena an Schaffer naar Leeuwarden te sturen, 21 augustus 1572. 1 stuk i
1462.249.4 Brief van Hansken Styens, gerechtsdienaar te Termunten, aan burgemeester Albert Rolteman waarin hij vraagt om een mandaat waarmee hij de opkopers van drijfhout zal kunnen verplichten de door hun verschuldigde koopsommen te betalen, met mededeling dat, op het aanbrengen van het benodigde houtwerk na, de noodzakelijke reparaties aan de dijken zijn verricht, en verzoek om aanwijzing of hij een voorschouw van de dijken moet houden, 25 augustus 1572. 1 stuk i
1462.251 Brief van President en Raad van Friesland aan burgemeesters en raad, houdende verzoek om de Leeuwarder burger Pieter Sijbrants verlof te geven 6 of 7 lasten rogge uit Groningen naar Leeuwarden uit te voeren, 4 september 1572. 1 stuk i
1462.252 Brief van Johan van Hoya, bisschop van Münster en administrator van Osnabrück en Paderborn, met het verzoek hem een goed paard te leveren, 5 september 1572. 1 stuk i
1462.253 Afschrift van een brief van de hertog van Alva aan de heer van Billy, houdende mededeling van het feit dat de stad Bergen weer in handen van de koning is gekomen, 21 september 1572. 1 stuk i
1462.259 Brieven van Lancelot van Berlaymont, Goosen van der Eem (secretaris van de graaf van Megen), Johan van Retraedt (drost te Lobith) aan burgemeesters en raad inzake een tweetal schulden van de stad Groningen ten bedrage van respectievelijk 1.200 en 13.000 gulden, 26 september, 21, 25 en 27 oktober en 1 december 1572. Met recepta van Egbert Alting d.d. 30 september, 1 en 25 oktober, 3 november, 8 december 1572. 1 omslag i
1462.254 Brieven van het stadsbestuur van Amsterdam en Jacob Vinkenborg inzake de organisatie van convooien tussen Harlingen en Amsterdam waardoor de Groningse ossenkooplieden in staat zullen zijn hun beesten veilig ter markt te brengen, 27 en 28 september 1572. 2 stukken i
1462.256 Brief van Georgien van Westendorp uit Bensberg houdende mededeling dat de hertog van Alva hem verzocht heeft nog enige tijd op het hof te Bensberg te blijven om nadere instructies af te wachten, 28 september 1572. 1 stuk i
1462.255 Brief van Evert Grothus te Warler over zijn pogingen om geldschieters te vinden die bereid zijn de stad Groningen krediet te geven, 15 oktober 1572. 1 stuk i
1462.258 Brief van de hertog van Alva aan burgemeesters en raad met de mededeling dat syndicus Georgien van Westendorp naar huis vertrokken is en het verzoek hem het lange uitblijven niet aan te rekenen, 22 november 1572. 1 stuk i
1462.257 Brief van Caspar de Robles aan burgemeesters en raad met de belofte dat hij de hertog van Alva zal verzoeken de lasten van de stad te verlichten en ook Boustamente zal vragen de stad zoveel mogelijk te ontzien, 23 november 1572. 1 stuk i
1462.260 Brief van de hertog van Alva, houdende mededeling dat de renten uit geconfisqueerde goederen op de bekende wijze ingevorderd moeten worden, 10 december 1572. 1 stuk i
1462.261 Brief van koning Filips II aan prelaten, ridderschap, burgemeesters en raad van Stad en Ommelanden van Groningen inzake de benoeming van don Louis van Requesens en Zuniga tot opvolger van de hertog van Alva als gouverneur-generaal, 19 oktober 1573. Door Egbert Alting gewaarmerkt afschrift d.d. 31 december 1573. 1 stuk i
1462.473 Brief van Philippus Sigismundus, postulaat te Osnabrück en Verden en hertog te Brunswijk en Luneburg, ter ondersteuning van de eis van Hans van Gladbeek tot terugbetaling van de door diens moeder aan de stad Groningen betaalde hoofdsom van 8000 gouden rijnse guldens, 5 augustus 1593. Met als bijlagen het request van Hans van Gladbeek aan de postulaat (18 juli 1593) en een kopie van de oorspronkelijke rentebrief (7 april 1574). 3 stukken i
1462.262 Verzoekschrift van Georgien van Westendorp aan het stadsbestuur van Groningen om vrijlating uit gevangenschap en gehoord te mogen worden door stadhouder Rennenberg, Door Egbert Alting gedateerd op 19 februari 1577. 1 stuk i
1462.263 Brief van stadhouder George van Lalaing aan burgemeesters en raad met het verzoek zorg te dragen voor de betaling van [kapitein] Luzy, 27 april 1577. 1 stuk i
1462.264 Brief van stadhouder George van Lalaing aan burgemeesters en raad waarin hij zijn militair beleid verklaart, het vervoer van proviand en munitie verbiedt, hen herinnert aan hun verplichtingen ten opzichte van de Generaliteit en opdraagt zorg te dragen voor een bijdrage in het tractement van 'sijne hoicheyt', 7 maart 1579. 1 stuk i
1462.265 Brief van stadhouder George van Lalaing aan burgemeesters en raad waarin hij hen opdraagt heerloze soldaten de doortocht door de stadsjurisdicties te verhinderen en in verdachte gevallen tot arrestatie van dergelijke personen over te gaan, 7 maart 1579. 1 stuk i
1462.266 Brief van de stadsgezanten Johan Wyfrink, Johan de Gouda en Lulof Roelofs aan burgemeesters en raad, houdende relaas van hun gesprekken met stadhouder George van Lalaing. Met bijlage, 8 april 1579. 1 stuk i
1462.267 Fragment van een brief [van de stadsgezanten aan burgemeesters en raad], houdende relaas van [hun] gesprekken met aartshertog Matthias, de prins van Oranje en leden van de Raad van State te Antwerpen, [18 april 1579]. 1 stuk i
1462.268 Brief van de stadsgezanten Johan Wyfrink, Johan de Gouda en Lulof Roelofs aan burgemeesters en raad, houdende relaas van hun handelingen te Antwerpen en antwoord op een brief van het stadsbestuur van 2 mei 1579, 10 mei 1579. 1 stuk i
1462.269 Brief van de stadsgezanten Johan Wyfrink, Johan de Gouda en Lulof Roelofs aan burgemeesters en raad inzake de opstelling van de stad ten opzichte van de partners in de unie, de generale middelen en de vredesonderhandelingen te Keulen, 10 mei 1579. 1 stuk i
1462.270 Brief van de stadsgezanten Johan Wyfrink, Johan de Gouda en Lulof Roelofs aan burgemeesters en raad inzake de onderschepping van aan het stadsbestuur gezonden brieven en de noodzaak de graaf van Rennenberg binnen de stad te halen, 15 mei 1579. 1 stuk i
1462.271 Brief van George van Lalaing vanuit Selwerd aan het stadsbestuur van Groningen ten geleide van brieven van aartshertog Matthias en de prins van Oranje, waarin onder meer hem wordt opgedragen Groningen binnen te gaan, 29 mei 1579. 1 stuk i
1462.272 Brief van Henrich Schinkel, richter te Bellingwolde, aan Remmert Entens en Egbert Upkena inzake de wens van de ingezetenen van Bellingwolde om een nieuwe klok te laten gieten, 15 juli 1579. 1 stuk i
1462.273 Brief van George van Lalaing, graaf van Rennenberg, aan het stadsbestuur, met het verzoek om aan commissaris Courtewille het hem verschuldigde vacatiegeld ad f300 te betalen, of tenminste de helft daarvan, welk bedrag in mindering kan worden gebracht op de door de stad te betalen belasting, 17 juli 1579. 1 stuk i
1462.274 Brief van George van Lalaing, graaf van Rennenberg, aan het stadsbestuur waarin hij meedeelt dat hij van plan is naar Groningen te komen om de stad in haar privileges te herstellen, maar eerst voor dringende zaken naar Zwolle moet vertrekken, 29 augustus 1579. 1 stuk i
1462.275 Brief van George van Lalaing, graaf van Rennenberg, aan het stadsbestuur, met de mededeling dat hij beschikt over een aan de stad gerichte brief van de hertog van Villa Nova inzake de Keulse vredesonderhandelingen en deze te gelegener tijd met het stadsbestuur zal bespreken, 29 augustus 1579. 1 stuk i
1462.280 Verzoekschrift van Dominicus de Castello aan het stadsbestuur om terugbetaling aan zijn vrouw Fenne Joachims van een door hem in 1577 ten behoeve van de betaling van de Waalse soldaten verstrekt bedrag, of tenminste uitbetaling van de in de tussentijd verschenen rente. Met begeleidende brief, 14 september 1579. 2 stukken i
1462.277 Brief van Jacob Hilbrandes aan het stadsbestuur waarin hij meedeelt dat Rennenbergs voornemens is om op 18 of uiterlijk 19 september naar Groningen te komen, 16 september 1579. 1 stuk i
1462.276 Brief van George van Lalaing, graaf van Rennenberg, aan het stadsbestuur, met de mededeling dat hij verwacht op 19 september naar Groningen te kunnen komen, 17 september 1579. 1 stuk i
1462.278 Brief van de graaf van Rennenberg aan het stadsbestuur waarin hij meedeelt voorlopig niet naar de stad te kunnen komen wegens een dreigende inval van ruiters in Drenthe, 19 september 1579. 1 stuk i
1462.279 Memorie van antwoord van de graaf van Rennenberg aan het stadsbestuur van Groningen naar aanleiding van vragen van een stedelijk gezantschap inzake zijn komst naar de stad en het herstel van de Groningse privileges en justitie, waarin hij voorstelt om een gevolmachtigd gezantschap naar hem te sturen teneinde besluiten te nemen in enkele actuele kwesties. Met begeleidende brief, 17 september 1579. 2 stukken i
1462.282.1 Brief van de gezanten Willem Ubbena, Jacob Hilbrandes, Rembertus Ackema, Henrick Buttel en Hindrick Helmichs aan het stadsbestuur met de mededeling dat zij door ongunstig weer in Steenwijk zijn opgehouden, maar de graaf van Rennenberg door middel van een bode van hun aanstaande komst op de hoogte hebben gesteld, 6 oktober 1579. 1 stuk i
1462.281 Brief van de graaf van Rennenberg aan het stadsbestuur met de mededeling dat hij Hans Bernardtz, zijn slager, naar Groningen heeft gezonden om de hem beloofde twee ossen op te halen, en verzoekt om Hans de nodige medewerking te verlenen, 7 oktober 1579. 1 stuk i
1462.282.2 Brief van de gezanten Willem Ubbena, Jacob Hilbrandes, Rembertus Ackema, Henrick Buttel en Hindrick Helmichs aan het stadsbestuur, houdende verslag van hun onderhoud met de graaf van Rennenberg te Vollenhove, 8 oktober 1579. 1 stuk i
1462.283 Brief van de graaf van Rennenberg aan het stadsbestuur, houdende mededeling dat hij op 12 oktober 1579 met de stadsgezanten naar Essen zal vertrekken in de verwachting daar met vertegenwoordigers van het stadsbestuur te kunnen spreken over het herstel van de justitie, 10 oktober 1579. Met gelijktijdig afschrift. 2 stukken i
1462.284 Brief van ritmeester Dodo van Laer uit Essen aan het stadsbestuur waarin hij, in antwoord op een schrijven van burgemeesters en raad, uitleg geeft over zijn overtocht bij Rodehaan en meedeelt dat niemand onbillijk belast behoort te worden door de aanwezigheid van zijn ruiters, 13 oktober 1579. 1 stuk i
1462.286 Brief van Johan de Gouda aan het stadsbestuur inzake het op de Keulse vredesartikelen in te nemen standpunt, de politieke en militaire gebeurtenissen in de Zuidelijke Nederlanden en de doop van 's prinsen dochter [Charlotte] Flandrina, 20 oktober 1579. 1 stuk i
1462.285 Stuk, houdende voorwaarden waaronder de graaf van Rennenberg bereid is de bediening van de justitie door de Hoofdmannenkamer op de oude voet te herstellen, 21 oktober 1579. 1 stuk i
1462.287 Brief van de graaf van Rennenberg aan het stadsbestuur, houdende opdracht om de gezworen gemeente samen te roepen om de voorstellen te aanhoren die hij de volgende dag te Groningen bekend zal laten maken, 27 oktober 1579. 1 stuk i
1462.288 Geloofsbrief van de graaf van Rennenberg op Pompeius Ufkens en dr. Joris de Gruter die hij naar Groningen heeft gezonden om namens hemzelf voorstellen te doen met opdracht om hen terstond van antwoord te dienen, 28 oktober 1579. 1 stuk i
1462.289 Brief van syndicus Johan de Gouda aan het stadsbestuur over de standpunten van de verschillende provincies inzake de Keulse vredesvoorstellen, 9 november 1579. 1 stuk i
1462.290 Geloofsbrief van de graaf van Rennenberg op Joris de Gruter en zijn secretaris Ghislain le Bailly, die door hem naar Groningen zijn gestuurd om informatie in te winnen over de opschudding die daar daags te voren heeft plaatsgevonden, 20 november 1579. 1 stuk i
1462.291 Brief van burgemeesters en raad van Emden aan het stadsbestuur, houdende herhaling van de dagvaarding van juffer Swane Hoerenken naar aanleiding van de aanspraken van Evert ter Braeke op een som van f250 ten laste van haar overleden halfzuster Geese Hoerenken, 24 november 1579. 1 stuk i
1462.293 Brief van syndicus Johan de Gouda aan het stadsbestuur ten geleide van twee brieven inzake het onderhoud van de gezanten te Keulen, waarin hij mededeling doet van het optreden van Johan Rengers to Hellum in de Staten-Generaal, waar deze zich gepresenteerd heeft als vertegenwoordiger van de Ommelanden als zijnde een afzonderlijke provincie, 28 november 1579. 1 stuk i
1462.292 Brief van [Doede Tjarks uit Bellingwolde] aan het stadsbestuur, waarin hij mededeling doet van de aankomst van troepen in Westerwolde en de bewegingen van Bartold Entens, 4 december 1579. 1 stuk i
1462.294 Brief van burgemeesters en raad van Emden aan het stadsbestuur, houdende verzoek Aleit Jacobs behulpzaam te zijn bij het verkrijgen van het haar toekomende deel uit de nalatenschap van haar vader Johan Wagen, ten laste van haar zich te Groningen ophoudende moeder Lutgert, 10 december 1579. 1 stuk i
1462.299 Brieven van de regeringsraad van Schaumburg en Hermann, confirmaat van het bisdom Münster, mede uit naam van de overige erfgenamen van graaf Otto van Holstein, Schaumburg en Sternberg, heer te Gemen, inzake terugvordering van een aan de stad Groningen geleende hoofdsom van 5000 rijksdaalders, 24 december 1579 en 2 februari 1580. Met bijlagen inzake een gedeeltelijke betaling de verschuldigde rente door Roeloff van Leyden, burger te Wezel, in handen van Henrich Hesehausen, Schaumburgs bevelhebber te Kredenborch, 1578 en 21 december 1579. 4 stukken i
1462.295 Brief van het stadsbestuur van Dokkum aan dat van Groningen, houdende mededeling van het overlijden van de lakenkoopman Adam Defevre en verzoek om diens nagelaten goederen te doen inventariseren en verzegelen, 5 januari 1580. 1 stuk i
1462.296 Brieven van Willem Moller te Emden en het Hamburger stadsbestuur aan burgemeesters en raad van Groningen inzake een door Groningen aan de stad Hamburg verschuldigde rente, 2, 9 en 27 januari 1580. 3 stukken i
2100 Stadsbestuur van Groningen (1), 1246 - 1594
Inventaris
1. Archief van de secretarie
1.01. Stukken van algemene aard
1.01.3. Ingekomen stukken 1550-1594

1462 Brieven, ingekomen bij burgemeesters en raad of burgemeesters en raad, oud en nieuw, met taalmannen, gezworen meente en bouwmeesters van de gilden, 1551, 1552, 1554-1573, 1577, 1579-1594
1462.296
Brieven van Willem Moller te Emden en het Hamburger stadsbestuur aan burgemeesters en raad van Groningen inzake een door Groningen aan de stad Hamburg verschuldigde rente, 2, 9 en 27 januari 1580. 3 stukken
Datering:
2, 9 en 27 januari 1580
Omvang:
3 stukken
NB:
Met recepta van Egbert Alting d.d. 9 en 27 januari 1580. Groningen is Hamburg 320 mark, 1 schelling en 9 penningen Lübisch schuldig over 5 jaren, samen belopende 1.600 mark, 8 schelling en 9 penningen. Bij brief van 9 januari stuurde Moller een Hamburgse brief van 2 januari door naar Groningen, waarin om betaling wordt gevraagd. De brief van 27 januari is een herinnering. Blijkens dorsaal van Alting is Mollers tweede brief binnengekomen nadat het Groningse antwoord al verstuurd was. Zie voor dit antwoord inv.nr. 16.3 fol. 163-164. Een schelling is 12 penningen.
Betreft Register Feith 1580.85
Trefwoorden:

Vorige
Volgende

Gebruik CTRL + scroll om te scrollen

Ga
Organisatie: Groninger Archieven
laatste wijziging 29-06-2015
1 gedigitaliseerd
totaal 9 bestanden
1462.298 Brieven van de Saten-Generaal, aartshertog Matthias en de prins van Oranje aan burgemeesters en raad en de Staten van Groningen met het verzoek te besluiten op hetgeen hun gezanten hun zullen voorleggen en hun gezanten vervolgens te voorzien van ruimere volmachten, zodat zij ter vergadering van de Staten-Generaal kunnen deelnemen aan de besluitvorming, 13 januari 1580. 3 stukken i
1462.297 Brief van Pierre de Meleun uit Doornik aan de Staten van Friesland, Groningen en Overijssel met verzoek om militaire bijstand tegen de opdringende vijand, 17 januari 1580. Afschrift door Johan Julsing. 1 stuk i
1462.300 Brief van de gedeputeerden der landen en steden van Friesland aan het Groninger stadsbestuur met verzoek om de onlangs uit Friesland naar Groningen uitgeweken vijanden van het vaderland uit te wijzen en dergelijke personen in de toekomst niet meer toe te laten, 11 februari 1580. 1 stuk i
1462.301 Brieven van de Joachim Ubbena vanuit Emden aan het Groninger stadsbestuur inzake zijn verkiezing tot raadsheer en burgemeester, 11 en 17 februari 1580. 2 stukken i
1462.303 Brief van Ernst Mulert, drost te Lingen, aan het Groninger stadsbestuur waarin hij meedeelt niets te kunnen ondernemen ter restitutie van de door Covert Barels geleden schade, omdat de ruiters van Kurzbach die 11 hengsten van Barels hadden gestolen, inmiddels zijn drostambt verlaten hebben, 13 februari 1580. 1 stuk i
1462.302 Brief van Frederick Moysteen aan het Groninger stadsbestuur waarin hij verzoekt ontslagen te worden van zijn uitverkiezing tot lid van de raad van Groningen, 16 februari 1580. 1 stuk i
1462.304 Ontwerp-verordening op de te nemen maatregelen ter bevordering van de aanvoer van levensmiddelen naar de stad vanuit Oost-Friesland en het Sticht Münster, 15 juli 1580. 1 stuk i
1462.305 Brief van de graaf van Rennenberg aan het stadsbestuur, houdende opdracht tot het sturen van het door commissaris Johan van Ballen verzamelde geld ter betaling van het krijgsvolk voor Oldenzaal, 24 september 1580. 1 stuk i
1462.306 Brief van Henrich van Bernfeld aan het stadsbestuur met het verzoek te verhinderen dat Anna Kuipers zich meester maakt van de door zijn onlangs overleden vrouw nagelaten goederen, [22 maart 1581]. 1 stuk i
1462.307 Geloofsbrief van de graaf van Rennenberg voor zijn afgevaardigde Johan de Mepsche op diens missie naar het stadsbestuur, 31 mei 1581. 1 stuk i
1462.308 Brief van Hans Pieraert, hopman te Termunten, waarin hij het stadsbestuur om restitutie verzoekt van de soldij die hij voor zijn soldaten uit eigen zak heeft voorgeschoten, 24 maart 1582. 1 stuk i
1462.309.1 Brief van Vincenzio Barducci aan luitenant en hoofdmannen en gedeputeerden van Stad en Lande, met de mededeling dat hij de volgende dag niet naar Groningen kan komen en dat zijn soldaten niet verhinderd mogen worden de stad gewapend te verlaten, 29 maart 1582. 1 stuk i
1462.309.2 Brief van Vincenzio Barducci aan luitenant en hoofdmannen, burgemeesters en raad en verordenten van Stad en Lande in antwoord op missiven van 3 en 5 april inzake de door de soldaten aangerichte wanorde en het geld dat hij spoedig ter betaling van de soldaten zal sturen. Met naschrift van Francisco Verdugo over de militaire situatie, 8 april 1582. 1 stuk i
1462.309.3 Brief van Vincenzio Barducci aan luitenant en hoofdmannen en gedeputeerden van Stad en Lande, waarin hij meedeelt bevel gekregen te hebben om met zijn regiment naar Roden te vertrekken en dat ook zal doen indien hem 50 schoppen, gravers en ammunitie ter beschikking gesteld worden, 11 april 1582. 1 stuk i
1462.311 Brief van Herman de Moesijenbroucq uit Keulen aan burgemeesters en raad over de stand van zaken en het bezoek van de stadsafgevaardigde Sybrand Menolts, 29 juli 1582. 1 stuk i
1462.312 Brief van Herman de Moesijenbroucq uit Keulen aan burgemeesters en raad inzake de successen van de prins van Parma bij Duinkerken en zijn verwachte terugkeer naar Doornik, waar hij stadsafgevaardigde Sybrand Menolts wellicht een bevredigend antwoord zal kunnen geven. Met uittreksels uit brieven van 10 en 12 augustus uit Antwerpen, Augsburg, Doornik en Namen over actuele politieke en militaire gebeurtenissen, 18 augustus 1582. 5 stukken i
1462.313 Brief van Herman de Moesijenbroucq uit Keulen aan burgemeesters en raad inzake de militaire situatie. Met uittreksels uit brieven van 18 oktober uit het leger voor Cluzon, 20 en 28 oktober uit Antwerpen, 21 en 28 oktober uit Namen en 26 oktober uit Doornik, 3 november 1582. 4 stukken i
1462.314 Brief van Herman de Moesijenbroucq uit Keulen aan burgemeesters en raad inzake de situatie in Keulen en omgeving. Met uittreksels uit brieven van 8 november uit het leger voor Ninove, 9 november uit Doornik en 11 november uit Namen en Antwerpen, 19 november 1582. 2 stukken i
1462.316 Brief van Herman de Moesijenbroucq uit Keulen aan burgemeesters en raad waarin hij hen feliciteert met de inname van Steenwijk. Met kopieën en uittreksels uit brieven van 11 november uit Utrecht, 15 november uit het leger voor Ninove, 16 november uit Doornik, 18 november uit Namen en 17 november uit Antwerpen, een ongedateerde brief en een relaas over het conflict tussen de aartsbisschop van Keulen en de burgers van Bonn, 26 november 1582. 5 stukken i
1462.315 Brief van Philippus Schulttis [?] te Münster aan burgemeesters en raad, houdende waarschuwing voor een verraderlijke aanslag op de stad Groningen, 27 november 1582. 1 stuk i
1462.317 Brief van Margaretha van der Marck, gravin van Arenberg, aan de gedeputeerden van stad Groningen en Ommelanden met het verzoek om betaling van een achterstallige jaarlijkse rente van 300 gulden in handen van de drost te Wedde, 24 mei 1583. 1 stuk i
1462.318 Brief van Gaspar de Robles, baron de Billy, aan burgemeesters en raad met verzoek om hem weer in het bezit te stellen van het door hem achtergelaten zilverwerk en meubilair, 26 juni 1583. 1 stuk i
1462.319 Brief van burgemeesters en raad van Emden aan het stadsbestuur te Groningen, waarin zij verzoeken om teruggave van een te Delfzijl vastgelegd schip en zijn lading, 1 februari 1584. 1 stuk i
1462.320 Brief van graaf Edzard van Oost-Friesland aan burgemeesters en raad van Groningen met verzoek om teruggave van het door soldaten van Verdugo aan een Oostfriese bode ontnomen geld, 15 februari 1584. 1 stuk i
1462.322 Brief van burgemeesters en raad van Emden aan het stadsbestuur van Groningen met verzoek om teruggave van het door soldaten van Verdugo aan Emder burgers ontnomen geld en herstel van de onbelemmerde handelsvaart, 14 maart 1584. 1 stuk i
1462.321 Brief van Pedro de .... uit Doornik aan burgemeesters en raad van Groningen aangaande de betaling van de f3.000 die de stad nog schuldig was aan de heer van Billy, 16 maart 1584. 1 stuk i
1462.323 Brief van Caspar de Robles, heer van Billy, [aan burgemeesters en raad van Groningen] inzake zijn bemoeienissen met de brief van het stadsbestuur van 12 maart 1584 en de betaling van f3000, 9 april 1584. 1 stuk i
1462.324 Brief van de Geheime Raad te Doornik aan burgemeesters en raad van Groningen houdende bevestiging van het bevel tot sequestratie van de goederen van de heer van Billy, 18 april 1584. 1 stuk i
1462.333 Brief van de prins van Parma aan luitenant en hoofdmannen en burgemeesters en raad van Groningen met de mededeling dat de koning maandelijks geld ter beschikking zal stellen en het verzoek om Francisco Verdugo, als vanwege de koning aangestelde superintendent met het nodige respect te bejegenen en hem ook het wachtwoord te laten geven wanneer hij te Groningen is, 18 mei 1584. 1 stuk i
1462.325 Brief van Taco Haringius, proost te Schildwolde, en Popko Ufkens aan burgemeesters en raad van Groningen inzake het graafwerk voor de schans bij Oterdum en de inzet van gravers uit verschillende landschappen, met verzoek om te zorgen voor een goede regeling van de aflossing van de gravers, in het bijzonder van die uit Duurswold, 4 oktober 1584. 1 stuk i
1462.326 Brief van syndicus Johan de Gouda aan burgemeesters en raad van Groningen ter begeleiding van afschriften van een verzoekschrift aan en een brief van Parma aan Verdugo inzake de aanleg van een verlaat ten behoeve van de nieuwe vaarweg naar Bourtange. Met afschriften van de genoemde stukken, 12 december 1584. 2 stukken i
1462.327 Brief van François de Verdugo aan luitenant en hoofdmannen, burgemeesters en raad, en verordenten van Stad en Lande waarin meedeelt geen alternatief te zien voor de betaling van een weeklening door Stad en Lande ten behoeve van het onderhoud van de soldaten, en zich akkoord verklaart met verplaatsing van de troepen van Aduard naar Nienoord, 14 april 1585. 1 stuk i
1462.329 Brief van François de Verdugo vanuit Coevorden aan burgemeesters en raad van Groningen met verzoek om onmiddellijke toezending van de twee 'jonckvrouwen' waarom hij reeds eerder had gevraagd, 23 april 1585. 1 stuk i
1462.328 Brief van Alexander van Parma aan hoofdmannen, burgemeesters en raad van Groningen waarin hij mededeling doet van een overwinning op de vijand bij Antwerpen en verzoekt om openbare dankgebeden en processies te laten houden, 26 mei 1585. 2 stukken i
1462.330 Brief van Alexander van Parma aan burgemeesters en raad van Groningen mededelende dat hij binnenkort een som ten bedrage van twee maanden soldij voor het krijgsvolk zal sturen, 8 januari 1586. 1 stuk i
1462.331 Brief van Alexander van Parma aan burgemeesters en raad en verordenten van Stad en Ommelanden van Groningen waarin hij aankondigt binnenkort 60.000 pistoletten ter dekking van twee maanden soldij voor het krijgsvolk te zullen sturen, 21 januari 1586. 1 stuk i
1462.334 Bevelschrift van de Secrete Raad aan luitenant en hoofdmannen en het stadsbestuur van Groningen om het verhoor van getuigen in de zaak tussen de weduwe Van Monceau en de erfgenamen van Billy door de president van Friesland, waartegen de Groninger autoriteiten zich op grond van de privileges hadden verzet, doorgang te doen vinden, Met duplicaat. 13 februari 1586. 2 stukken i
1462.332 Staat van alle bedragen die Stad en Lande bij wijze van lening ten behoeve van ruiters en knechten hebben betaald, 17 maart 1586. 1 stuk i
1462.338 Brief van de landvoogd Alexander van Parma aan het stadsbestuur van Groningen en de verordenten van Stad en Lande waarin hij hen aanspoort de achterstallige rente aan de prinses van Arenberg te voldoen, 25 april 1586. 1 stuk i
1462.335 Brief van H.v.D. aan Hans van Da te Emden met nieuws uit Hamburg en het verzoek om de stadhouder of het stadsbestuur van Groningen te waarschuwen voor een aanslag, 28 april 1586. 1 stuk i
1462.336 Brief van Antonie de Cocquel aan burgemeesters en raad van Groningen met het verzoek om vooruitbetaling van twee weekleningen ten behoeve van de Duitse soldaten, 22 mei 1586. 1 stuk i
1462.337 Brief van de landvoogd Alexander van Parma aan burgemeesters en raad van Groningen en de verordenten van Stad en Lande waarin hij hun de nodige hulp toezegt, hen aanmoedigt stand te houden en opwekt om belangrijke informatie door te geven, 25 mei 1586. 1 stuk i
1462.339 Brief van de landvoogd Alexander van Parma aan burgemeesters en raad van Groningen en de verordenten van Stad en Lande waarin hij hen met het oog op de acties van de vijand aanspoort de nodige waakzaamheid te betrachten en meedeelt dat Verdugo inmiddels weer naar het noorden onderweg is, 28 mei 1586. 1 stuk i
1462.340 Brief van Christiaen Boie, landvoogd van Ditmarsen, aan burgemeesters en regenten van de stad en het gebied van Groningen om opheldering over de Spaanse bestelling van Johann Frantzen van Emden, en vrijlating van een onderdaan van de hertog van Sleeswijk Holstein, Johann Lenssen of Reymerssen, van wie gezegd wordt dat hij gevankelijk naar Friesland zou zijn afgevoerd, 27 augustus 1586. 1 stuk i
1462.341 Brief van Antonie de Cocquel, Evert van Ensse en Tiete van Kamminga [aan burgemeesters en raad] waarin zij Johan Wiltens aanbevelen in de vacature die is ontstaan door het overlijden van de stadsbode [Hinrick Claessen] Stopijen, 8 maart 1587. 1 stuk i
1462.342 Brief van J. de Voogd van Rijneveld uit Brussel [aan burgemeesters en raad] waarin hij opgave verzoekt van het aantal leningen dat hij tot 31 december 1586 uit Groningerland voor zijn vendelen heeft ontvangen en het totaalbedrag daarvan, 20 mei 1587. 1 stuk i
1462.343 Geloofsbrieven van graaf Edzard van Oost-Friesland en burgemeesters en raad van Emden voor de door hen naar Groningen afgevaardigde gezanten Alricus Schluter en Johan Wilcken, 30 juni 1587. 2 stukken i
1462.345 Brief van Luys de Rijswick uit Farmsum aan burgemeesters en raad met bericht over zijn visitatie van de schans te Nijenhuijs en de nodige reparaties en leveranties aldaar en te Farmsum, 26 juli 1587. 1 stuk i
1462.344 Request van Hinrick Bartoltz, soldaat op de Nienoord, aan burgemeesters en raad om aanwijzing aan zijn voormonders Johan Hollander, Jan Gaikens en Jan Hoedemaker, dat zij zorgdragen voor de betaling van zijn schulden aan Aleff Lamberts in de Boteringestraat, 31 juli 1587. 1 stuk i
1462.348 Brief van burgemeesters en raad te Münster [aan het stadsbestuur van Groningen] waarin zij betaling eisen van een jaarlijkse rente van 80 goudguldens met achterstallen ten behoeve van het godshuis Nysinck, 4 augustus 1587. 1 stuk i
1462.349 Brief van burgemeesters en raad te Munster [aan het stadsbestuur van Groningen] waarin zij op verzoek van de erfgenamen van Borchard Herde betaling eisen van een jaarlijkse rente overeenkomstig de waarde van de oorspronkelijke rentebrief, 6 augustus 1587. Met verzoekschrift van genoemde erfgenamen om een aanbeveling van de zijde van het Munsterse stadsbestuur, 6 augustus 1587. 2 stukken i
1462.346 Brief van Evert van Ensse, drost te Coevorden en van het landschap Drenthe, aan [het stadsbestuur van Groningen] met het verzoek hem de stedelijke scherprechter mr. Henrick uit te lenen, 9 augustus 1587. 1 stuk i
1462.347 Brief van graaf Edzard van Oost-Friesland aan [het stadsbestuur van Groningen] waarin hij de gevraagde toestemming tot het laten drukken van een catechismus in Emden afwijst, 9 augustus 1587. 1 stuk i
1462.350 Brief van burgemeesters en raad te Bremen aan [het stadsbestuur van Groningen] waarin zij zijn medewerking vragen tot de vrijlating van de door Spaanse oorlogsschepen in de monding van de Wezer bij Wangeroog in beslag genomen goederen van Conradt Osterrade uit Elversfelde in het land van Gulik. Met lijstje van de in beslag genomen goederen, 30 oktober 1587. 2 stukken i
1462.351 Brief van burgemeesters en raad van Emden aan [het stadsbestuur van Groningen] waarin zij zijn medewerking vragen bij de invordering van te Groningen uitstaande schulden door de Emder burger Hinrick Maler, 31 oktober 1587. 1 stuk i
1462.352 Brief van burgemeesters en raad van Emden aan [het stadsbestuur van Groningen] waarin zij steun betuigen aan hun burgers Joris Paien en Jaques die Loesen bij hun pogingen om hun schepen vrij te krijgen die door soldaten van de Spaanse koning bij Delfzijl in beslag zijn genomen, 10 november 1587. 1 stuk i
1462.353 Brief Evert van Ensse, drost te Coevorden en van Drenthe, aan [het stadsbestuur van Groningen] met verzoek om hulp bij de bevoorrading van Coevorden, waartoe hij van de stadhouder bevel heeft gekregen, 29 november 1587. 1 stuk i
1462.354 Brief van Rudolf van Munster te Hirtzefoerdt en hoveling te Sauwert, [aan het stadsbestuur van Groningen] met verzoek om correcte betaling van de hem en de zijnen toekomende rente, waarvan de waarde oorspronkelijk in goudguldens was uitgedrukt, 16 december 1587. 1 stuk i
1462.367 Verzoekschrift van de 'gemeente' van Slochteren aan luitenant en hoofdmannen om een uit de algemene middelen te bekostigen verlaat te laten plaatsen in de veendijk, ten einde de landerijen tegen overstroming door via het 'Nie deep' toestromende Oldambtster water te kunnen vrijwaren. [1588]. 1 stuk i
1462.355 Brief van hertog Frantz van Saksen aan het stadsbestuur van Groningen met het verzoek zijn onderdaan Jacob Jochums behulpzaam te zijn tijdens zijn zakenbezoek aan Groningen, 8 januari 1588. 1 stuk i
1462.356 Request van Hindrick Jurgens aan het stadsbestuur van Groningen om zijn zoon het burgerrecht gratis te verlenen. Met appointement waarbij bepaald wordt dat betrokkene het burgerrecht voor de helft van het verschuldigde bedrag zal worden verleend, 19 februari 1588. 1 stuk i
1462.357 Brief van Ailcko Winken en Popko Uffkens [aan het stadsbestuur van Groningen] met mededelingen over de toestand van de schansjes bij de Zwaagster en Wagenborger Nieuwe Zijl, 13 april 1588. 1 stuk i
1462.358 Brief van Ayso to Wartum en Tonnis Gerrits aan het stadsbestuur van Groningen met het verzoek om latten ten behoeve van de schans te Nijenhuis, 6 mei 1588. 1 stuk i
1462.359 Brief van Berent Reijners aan het stadsbestuur van Groningen met het verzoek materialen te sturen ten behoeve van het [door Verdugo] aangevangen werk [aan de schans] bij Oterdum, 12 mei 1588. 1 stuk i
1462.360 Brief van Gerardus Ahues, abt te Thesinge, Aylco Wincken en Popko Ufkens [aan het stadsbestuur van Groningen] over het feit dat de Oldambtsters hen ervan beschuldigen de reparatie van de dijk om het nieuwe hamrik te dwarsbomen, 15 mei 1588. 1 stuk i
1462.361 Brief van Tonnis Gerrits aan het stadsbestuur van Groningen waarin hij verzoekt schanskorven te sturen en mededeling doet over scheepsbewegingen op de Eems, 17 mei 1588. 1 stuk i
1462.362 Brief van Tonnis Gerrits aan het stadsbestuur van Groningen met de mededeling dat Verdugo dringend schanskorven nodig heeft om een watergang te stoppen, 20 mei 1588. 1 stuk i
1462.363 Brief van Wilhelmus Hammonius vanuit Farmsum [aan het stadsbestuur van Groningen] met de mededeling dat Verdugo dringend behoefte heeft aan het halve kartouw dat 'des heren van Billy stuck' wordt genoemd, en dat geschut uit Coevorden is opgevraagd. Met los postscriptum waarin gevraagd wordt om 150 schoppen, 100 turfkorven en de eerder bestelde schanskorven, 23 mei 1588. 2 stukken i
1462.364 Brief van Aylco Wincken, Popko Ufkens, Fecke Ompteda en Remmert van Berum, ingevolge besluit van de landdag belast met de reparatie van de kadijk tussen Farmsum en Oterdum, [aan het stadsbestuur van Groningen] met het verzoek de ingelanden van de beide stadshamrikken het hunne bij te laten dragen, 28 mei 1588. 1 stuk i
1462.365 Brief van de kapitein der galeien Stefano Carro te Farmsum [aan het stadsbestuur van Groningen] met het verzoek goede proviand te laten bezorgen ten behoeve van de soldaten en gevangenen in de galeien, 11 augustus 1588. 1 stuk i
1462.366 Brief van graaf Edzard van Oost-Friesland [aan het stadsbestuur van Groningen] met het verzoek de Emder burgeres Auke Gisberts snel aan haar recht te helpen, 26 november 1588. Met aan hemzelf gericht verzoekschrift van Auke Gisberts. 2 stukken i
1462.410 Verzoekschrift van olderman, hovelingen en broeders van het lakenbereidersgilde aan burgemeesters en raad van Groningen om afschaffing of vermindering van de accijns op witte lakens en invoering van een accijns op vreemde geverfde lakens, [1589?]. 1 stuk i
1462.368 Brief van de Brunswijkse kanselarij namens Julius van Braunschweig aan de Rraad van Groningen, met het verzoek de weduwe van Valentin Ludwig te helpen bij haar poging een schuld van 408 daler op de Groninger burger Rike Rikens in te vorderen. Met het oorspronkelijke verzoekschrift van Elisabeth Veltin Lodewichs weduwe aan Julius van Braunschweig, 13 en 21 februari 1589. 2 stukken i
1462.369 Brief van Evert van Ensse, drost te Coevorden, [aan het stadsbestuur van Groningen] met verzoek om hem behulpzaam te zijn bij de levering van boter ten behoeve van zijn huishouding, 7 april 1589. 1 stuk i
1462.371 Brief van Christoff Helffrich [aan burgemeesters en raad van Groningen] met het verzoek hem van een goed paard te voorzien, 10 april 1589. 1 stuk i
1462.372 Brief van het stadsbestuur van Ootmarsum [aan burgemeesters en raad van Groningen] met het verzoek te bevorderen dat de lading boter en haver die de vrouw van Hynderick Krul in Groningen van Gerdt van Enschede gekocht heeft ten behoeve van de troepen te Ootmarsum, onverwijld van Groningen naar Ootmarsum kan worden vervoerd, 11 april 1589. 1 stuk i
1462.370 Brief van Herman Clant sr. aan burgemeesters en raad van Groningen met verzoek hem de namen door te geven van de drie personen die zich namens zijn creditoren bij het stadsbestuur hebben gemeld, 13 april 1589. 1 stuk i
1462.373 Brief van Wilhelm Bernssauw, heer van Hardenberg, aan burgemeesters en raad van Groningen met de mededeling dat Johan Koch van Langenberg [ook wel Kleyn zu Kophaus genoemd] genoegdoening heeft gedaan voor de door hem in Groningen gepleegde doodslag op Frerick Tijer van Langenberg, om welke reden zij het stadsbestuur verzoeken eerstgenoemde vrijelijk zijn handel en wandel te laten vervolgen, 20 april 1589 en 11 april 1589. Met een door de verordenten van de kluft opgenomen getuigenverklaring van de doodslag, afgelegd door de dienstmaagd van Jurgen Hardenborch, 31 juli 1587. 2 stukken i
1462.374 Brief van burgemeesters en raad van Münster [aan burgemeesters en raad van Groningen] met het verzoek zorg te dragen voor een passende uitbetaling van verschuldigde rente aan Christoffel Hofflinger, Goddert Bolandt en Clara Kodde, weduwe van Borchard Herde, 27 april 1589. Met verzoekschrift van genoemde personen om voorspraak van het stadsbestuur van Munster, 20 april 1589. 2 stukken i
1462.375 Briefwisseling tussen Johannes Barell [?] te Jemgum en burgemeesters en raad van Groningen inzake een viertal 'ijzeren koeien' toebehorende aan de pastorie van Woldendorp die eerstgenoemde zich ten onrechte zou hebben toegeëigend, 29 april en 13 mei 1589. 2 stukken i
1462.376 Brief van het stadsbestuur van Bremen [aan burgemeesters en raad van Groningen], houdende verzoek om opheffing van het beslag op een partij haver, toebehorende aan de Bremer raadsheer Hinrich Bredeloh, die te Groningen wordt vastgehouden, 12 mei 1589. 1 stuk i
1462.377 Brief van Wilhelmus Moller, syndicus van de stad Hamburg, aan burgemeesters en raad van Groningen, met het verzoek de teruggave te bevorderen van twee schepen en andere goederen, respectievelijk toebehorende aan de Hamburgers Simon van Petkum en Giesebrecht van Daelen, die door bevelhebbers in dienst van Verdugo op de Eems in beslag zijn genomen, 26 mei 1589. 1 stuk i
1462.379 Brief van burgemeesters en raad van Münster [aan het stadsbestuur van Groningen] met het verzoek te bevorderen dat de vordering van hun burger Johan Juriens op de Groninger Herman Evertz wordt uitbetaald, 28 mei 1589. Met verzoekschrift van Johan Juriens aan het stadsbestuur van Münster om voorspraak bij dat van Groningen, 25 mei 1589. 2 stukken i
1462.380 Brief van Jacob van Ancklum [aan het stadsbestuur van Groningen] met het verzoek te bevorderen dat de schans te Reide wordt gerepareerd, 31 mei 1589. 1 stuk i
1462.381 Brief van Petrus Doys, decanus, en Lambertus Bruins, erfgenamen van Peter Doys, [aan burgemeesters en raad van Groningen], houdende uitnodiging om in onderhandeling te treden teneinde een schikking te bereiken over de betaling van achterstallige rente, 3 juni 1589. 1 stuk i
1462.382 Stukken betreffende de poging van Hildebrand Rolteman om met voorspraak van het stadsbestuur van Bremen, waar hij sinds de komst van Alva verblijf houdt, toegang te krijgen tot de stad Groningen en haar onderhorige gebieden ten einde er zijn zaken te regelen, 5 juni 1589. 3 stukken i
1462.383 Brief van Aylco Wincken en Remmert van Berum aan de verordenten van Stad en Lande met het verzoek om afgevaardigden te sturen die moeten bepalen wat er gebeuren moet met de 8 roeden dijk die oostelijk van Delfzijl zijn verzakt, 5 juni 1589. 1 stuk i
1462.384 Brief van Matthias Orth, drost te Wedde, [aan het stadsbestuur van Groningen] met het verzoek de paarden die voor de heer van Arenberg zijn bestemd tolvrij te laten passeren, 7 juni 1589. 1 stuk i
1462.385 Brief van burgemeesters en raad van Münster aan het stadsbestuur van Groningen met het verzoek om correcte betaling van de rentebedragen die de stad Groningen verschuldigd is aan verschillende Münsterse schuldeisers, 18 juni 1589. Met als bijlagen kopieën van oude rentebrieven ten laste van de stad Groningen en een losse notitie van Egbert Alting over de ontvangst van deze stukken van Herman Herde door tussenkomst van Peter Visser d.d. 6 juli 1589. 1 omslag i
1462.386 Verzoekschriften van burgemeesters en raad van Emden en Jacob Eylerts van Emden aan het stadsbestuur van Groningen teneinde vrijlating te verkrijgen van twee met mout geladen en aan Emder reders toebehorende schepen, die op de Eems zijn aangehouden en naar Delfzijl zijn opgebracht, 19 juni 1589 en zonder datum. 2 stukken i
1462.387 Brief van Evert van Ensse, drost te Coevorden en van Drenthe, aan de burgemeesters van Groningen met verzoek om toestemming voor de uitvoer van de door hem ten behoeve van zijn huishouding gekochte vaten boter, 9 juli 1589. 2 stukken i
1462.388 Brief van Godard Boland te Münster aan Peter Visser te Groningen waarin hij hem meedeelt dat er uit Groningen geen antwoord is ontvangen op de Münsterse verzoeken op betaling van de achterstallige renten en dat de gezamenlijke creditoren gerechtigd en van plan zijn vanaf Michaelis de Groninger boter- en ossenhandelaren in het Sticht Münster met hun goederen aan te houden, 13 juli 1589. 1 stuk i
1462.389 Brief van Christoffer Jurgens te Delfzijl aan luitenant en hoofdmannen en het stadsbestuur te Groningen met het verzoek mannen en wagens te sturen voor de reparatie van de schans en twee tonnen kruit te leveren, en advies inzake de huisvesting van Berent Timmerman, 13 juli 1589. 1 stuk i
1462.390 Brief van Frederick Moysteen aan burgemeesters en raad van Groningen, houdende mededeling van het verloop van het graafwerk bij de schans te Delfzijl en verzoek om schriftelijke opdracht tot aardhaling van landerijen van Maurits Ripperda, 16 juli 1589. 1 stuk i
1462.392 Brief van Evert van Ensse, drost te Coevorden en van Drenthe, [aan het stadsbestuur van Groningen] met verzoek om toestemming te geven voor de uitvoer van een last haver voor zijn paarden en de eerder door hem gekochte boter, 9 juli 1589. 1 stuk i
1462.393 Brief van het stadsbestuur van Deventer [aan dat van Groningen] met herhaald verzoek om financiële hulp in de vorm van een lening van 2000 daler, ter dekking van de kosten van rantsoenen voor gevangen genomen Deventer gedeputeerden, 25 juli 1589. 1 stuk i
1462.394 Brief van Petrus Doys, decanus, en Lambertus Bruins, erfgenamen van Peter Doys, [aan burgemeesters en raad van Groningen], met verzoek om onmiddellijk antwoord op hun brief van 3 juni 1589 over de betaling van achterstallige rente, 27 juli 1589. 1 stuk i
1462.395 Brief van burgemeesters en raad van Emden [aan burgemeesters en raad van Groningen], met verzoek om opheffing van de belemmeringen die de Emder koopman Willem Mellens in Groningen ondervindt, 2 augustus 1589. 1 stuk i
1462.396 Brief van het stadsbestuur van Deventer [aan dat van Groningen] ter herinnering aan hun verzoek om een lening van 2000 daler d.d. 25 juli 1589, 8 augustus 1589. 1 stuk i
1462.397 Brief van de stadhouders van het Sticht Münster [aan het stadsbestuur van Groningen] waarin deze meedelen dat de wegen en markten in het sticht onveilig gemaakt worden door soldaten van de koning, die opereren met kennelijke toestemming van Verdugo [?], en verzoekt om hem te waarschuwen voor uitbreiding van de vijandelijkheden, 24 augustus 1589. 1 stuk i
1462.398 Brief van het stadsbestuur van Emden [aan dat van Groningen] met verzoek om de Emder burger Goesen Heinrichs, glazenmaker, en zijn vrouw Gese te helpen bij het verwezenlijken van hun aanspraken op de erfenis van Marrichen Heinrichs, die zonder erfgenamen in Groningen is overleden, 27 augustus 1589. 1 stuk i
1462.399 Brief van het stadsbestuur van Emden [aan dat van Groningen] met verzoek om de Emder secretaris Henricus Paulinus en diens gemachtigde Gerdt van Knipens te helpen bij de invordering van de zeventig daler die de Groninger Hinrich Janssen Cliveringh nog schuldig is wegens aan hem verkocht laken, 29 augustus 1589. Met kopie van de schuldbekentenis van Hindryck Jansen Klijveringh d.d. 1 maart 1589. 2 stukken i
1462.400 Brief van Matthias Orth, drost te Wedde, aan [het stadsbestuur van Groningen] met het verzoek de scherprechter naar Wedde te zenden voor het straffen van een 'delinquantt', 2 september 1589. 1 stuk i
1462.401 Brief van burgemeesters en raad van Hamburg aan [het stadsbestuur van Groningen] met het verzoek bij Verdugo stappen te ondernemen ter vrijlating van het schip van de Hamburger Luetken Dreiers, dat, geladen met goederen van Johan Renzel, Gerdt Winstmann en Luert Esich onderweg naar Amsterdam, door Groningse 'auslieger' en soldaten op zee is overvallen en opgebracht naar Delfzijl, 14 september 1589. 1 stuk i
1462.402 Stuk, houdende opgave van Herman Clant sr. van zijn schulden en verzoek aan de raad van Groningen om zijn crediteurs te bewegen in te stemmen met een uitstel van betaling. Met aantekening van secretaris Egbert Alting over het door de crediteurs vergunde uitstel van betaling voor de tijd van 3 maanden, 15 september 1589. 1 stuk i
1462.403 Geloofsbrief van burgemeesters en raad van Hamburg voor dr. Philippus Mo.. [?], ondersyndicus, en raadsheer Joachim Brandt, die zij als hun gezanten hebben afgevaardigd naar [het stadsbestuur van Groningen], 18 september 1589. 1 stuk i
1462.404 Verzoekschrift van Christiaan Colgen, raadsheer te Keulen en eigenaar van een baal lakens die hij vanuit Hamburg met het schip van Luyttien Drayer naar Amsterdam had laten verzenden, aan burgemeesters en raad van Groningen om hulp om zijn goederen, die samen met het schip door soldaten te Delfzijl worden vastgehouden, terug te krijgen, Ongedateerd. Met bijbehorende aanbevelingsbrief van het stadsbestuur van Keulen, 30 september 1589. 2 stukken i
1462.405 Brief van het stadsbestuur van Nederwezel [aan burgemeesters en raad van Groningen] met verzoek om een patent inzake de aanstelling van een vice-schrijver te Nederwezel bekend te maken, 24 oktober 1589. 1 stuk i
1462.407 Brief van een onbekende afzender vanuit Farmsum [aan Verdugo] inzake de problemen bij de voortgang van de werkzaamheden, vooral als gevolg van geldgebrek, 3 november 1589. 1 stuk i
1462.408 Brief van hopman Peter Swart aan burgemeesters en raad met verzoek om een goede bevoorrading van het vendel waarmee hij de schans van Delfzijl heeft bezet, 12 november 1589. 1 stuk i
1462.409 Brief van Evert van Ensse, drost te Coevorden, over een gewapend treffen tussen Staatse troepen en die van de koning bij Hardenberg, 14 november 1589. 1 stuk i
1462.406 Brief van burgemeesters en raad van Emden aan [het stadsbestuur van Groningen] met verzoek om stappen te ondernemen om de teruggave te bewerken van het schip van de Emder schipper Luert Mennens, dat, in opdracht van Emder kooplieden, met diverse goederen vanuit Holland onderweg was naar Emden en door soldaten van de koning naar Delfzijl is opgebracht, 30 november 1589. 1 stuk i
1462.411 Brief van burgemeesters en raad van Jever aan [het stadsbestuur van Groningen] met het verzoek niet in te gaan op de actie van Nyclaes Bonacroy tegen Reiner Broyls, omdat er geen sprake is van rechtsweigering. Met bijgevoegd request van Reiner Bröell aan burgemeesters en raad van Jever d.d. 29 november 1589, 6 december 1589. 2 stukken i
1462.434 Brief van Simon Steenbergen, boekdrukker te Deventer, waarin hij het stadsbestuur enige 'Deventersche Almanacken' en andere boeken ten geschenke aanbiedt, 31 december 1590. 1 stuk i
1462.478 Request van Thomas van Bemmel, raadsheer, Popco Everardi en Hendrick Hovinge als gewezen wijnheren van het wijnhuis, om tot beslaglegging van Van Ensses paarden over te mogen gaan vanwege het uitblijven van betaling voor wijn, [1590?]. 1 stuk i
1462.433 Verzoekschrift van Jochum van Brandenborg aan burgemeesters en raad van Emden om de hem ontnomen goederen in rechtshanden te plaatsen en hem gehoor te verlenen, Zonder datum. 1 stuk i
1462.413 Brief van Joachim Schueler te Aduard aan [het stadsbestuur van Groningen] om extra brandstof voor de verwarming van het klooster, 4 februari 1590. 1 stuk i
1462.414 Brieven inzake de vervulling van de vacature van scherprechter te Groningen, 11 en 13 februari en 7 maart 1590. 4 stukken i
1462.412 Verzoekschrift aan [het stadsbestuur van Groningen] om verhoging van de gage voor de Hoofdmannen, [1590]. 1 stuk i
1462.415 Brief van burgemeesters en raad van Emden aan het stadsbestuur van Groningen inzake de klacht van Dirck Goldsmid tegen het optreden van de Emder drost Ocko Vrese, 10 maart 1590. 1 stuk i
1462.416 Geloofsbrief van graaf Edzard van Oost-Friesland voor Alricus Sluter ten behoeve van zijn missie naar het stadsbestuur van Groningen, 17 maart 1590. 1 stuk i
1462.421 Brieven van burgemeesters en raad van Emden en Maurits Ripperda te Norden [aan het stadsbestuur van Groningen] met het verzoek Tyes Laurens te helpen bij zijn actie om ten behoeve van zijn echtgenote en haar nichten in het bezit te komen van het toekomende deel van de erfenis van Marrichen Knols, 8 en 25 mei 1590. 2 stukken i
1462.420 Brief van Evert van Ensse, drost te Coevorden aan burgemeesters en raad van Groningen met het verzoek toestemming te geven voor de uitvoer van een last haver, 25 mei 1590. 1 stuk i
1462.417 Brief van het stadsbestuur van Oldenzaal [aan burgemeesters en raad van Groningen] met het verzoek hun medeburger Tilman Eyss bij te staan in zijn vordering op de Groninger Derryck Hendricksz, 1 juni 1590. 1 stuk i
1462.418 Brief van Evert van Ensse, drost te Coevorden, aan burgemeesters en raad van Groningen met het verzoek toestemming te verlenen voor de uitvoer van een of twee lasten mout, 18 juni 1590. 1 stuk i
1462.419 Brief van het stadsbestuur van Deventer [aan burgemeesters en raad van Groningen] met het verzoek ten spoedigste te zorgen dat de rogge, die Johan of Henrick Sluijter van de Deventer burger Peter Dreyer heeft gekocht, wordt betaald, 23 juni 1590. 1 stuk i
1462.422 Brief van burgemeesters en raad van Osnabrück [aan het stadsbestuur van Groningen] met het verzoek de in Groningen geheven accijns op linnen te verlagen, 30 juni 1590. 1 stuk i
1462.423 Brief van syndicus Wilhelmus Hammonius aan burgemeesters en raad van Groningen met het verzoek de inhoud van bijgevoegd briefje onmiddellijk te laten publiceren en, wegens het opdringen van de vijand in de richting van Kollum, alle soldaten zich bij hun vendels te laten voegen, [11 juli 1590]. 1 stuk i
1462.424 Brief van Evert van Ensse, drost te Coevorden aan burgemeesters en raad van Groningen met het verzoek toestemming te geven voor de uitvoer van een halve last haver, 4 augustus 1590. 1 stuk i
1462.425 Brief van Sweer van Dhelen, hoofdeling te Harstkampf, Risum, Loquardt en im Ham [aan burgemeesters en raad van Groningen] met het verzoek toestemming te geven voor de uitvoer van enkele voeren hooi die hij in Groningen, en Delfzijl en daaromtrent heeft laten kopen alvorens daarop een uitvoerverbod is afgekondigd, 16 augustus 1590. 1 stuk i
1462.427 Brieven van Evert van Ensse, drost te Coevorden, aan burgemeesters en raad van Groningen met het verzoek toestemming te verlenen voor de uitvoer van door hem gekochte goederen, 7 en 14 september 1590. 2 stukken i
1462.428 Brief van Evert van Ensse, drost te Coevorden, [aan burgemeesters en raad van Groningen] met het verzoek om toestemming tot het laten arresteren en naar Coevorden afvoeren van een of meer verdachten van in Drenthe gepleegde euveldaden, 24 september 1590. 1 stuk i
1462.426 Brieven van de hopman Tjaart van Heerma op de Iselmudenborg aan burgemeesters en raad van Groningen inzake de uitvoering van de door hen bevolen troepenbewegingen, 27 en 28 september 1590. 2 stukken i
1462.429 Geloofsbrief van burgemeesters en raad van Emden voor Johan Wilcken ten behoeve van diens missie [naar het stadsbestuur van Groningen], 9 oktober 1590. 1 stuk i
1462.430 Brief van Arent Krull te Ulsen [aan burgemeesters en raad van Groningen] met verzoek om toestemming voor de uitvoer van haver, 25 oktober 1590. 1 stuk i
1462.431 Brief van Johan to Lellens sr. [aan burgemeesters en raad van Groningen] met verzoek om in zijn geschil met de erfgenamen van zijn overleden vrouw Jeye Wicheringe audiëntie te verlenen aan zijn procureur, 29 oktober 1590. 1 stuk i
1462.432 Brief van burgemeesters en raad van Emden [aan het stadsbestuur van Groningen] met verzoek om uitstel te verlenen in de zaak tussen de Emder burger Jacob Jarges en de Groninger Eilert Hoenrichs, 3 november 1590. 1 stuk i
1462.443 Requesten van belanghebbenden om de tol en herberg bij de Punterbrug te mogen bedienen, [1591]. 2 stukken i
1462.444 Request van Johan ten Buer om de viskenij in de gracht tussen Ebbinge- en Poelepoort te mogen pachten, [1591]. 1 stuk i
1462.435 Brieven van Evert van Ensse, drost te Coevorden, waarin hij burgemeesters en raad verzoekt toestemming te verlenen voor de uitvoer van levensmiddelen, 13 januari - 8 september 1591. 1 omslag i
1462.437 Brieven van burgemeesters en raad van Bremen, 3 februari, 17 en 27 augustus 1591. 3 stukken i
1462.439 Brief van burgemeesters en raad van Hamburg waarin zij het stadsbestuur te Groningen verzoeken de Groninger apotheker Peter Mantheu te dwingen zijn schuld aan de Hamburger Peter van Meintzen te voldoen via diens gemachtigde Cordt Bösche, 15 februari 1591. 1 stuk i
1462.438 Brief van Salomon Wagner, schrijver van de hopman Adam [Schedner] van Munster te Ootmarsum, met het verzoek Rolef van Lennep te dwingen het hem, Salomon, toekomende bedrag te betaling in handen van zijn gemachtigde, Wilhelm Daniel, 12 maart 1591. 1 stuk i
1462.440 Brief van Gerdt Kerckering aan burgemeesters en raad in Groningen inzake de vordering die de Groninger Döke Krüdener op hem heeft, 11 mei 1591. 1 stuk i
1462.436 Brief van burgemeesters en schepenen van Coevorden aan het stadsbestuur te Groningen met verzoek om toestemming voor de uitvoer van 1 of 2 lasten mout en 1 last haver, Juli 1591. 1 stuk i
1462.441 Stukken betreffende vorderingen van burgers van Wesel op Groningers, 14 september en 27 november 1591, 24 januari en 24 september 1592, 22 en 25 februari 1593. 5 stukken i
1462.442 Brief van Matthias Orth, drost te Wedde, aan het stadsbestuur van Groningen met het verzoek de scherprechter verlof te geven met toner van de brief naar Wedde te gaan, 3 december 1591. 1 stuk i
1462.445 Brieven van het stadsbestuur van Dortmund inzake de vordering van de Groninger burger Hendrik Berends Hoepenbinder op de Dortmunder Anthonis Nisinck, 4 januari en 2 maart 1592. Met twee bijlagen. 5 stukken i
1462.446 Promotoriaal van het stadsbestuur van Groningen voor de vordering van Anna Lütkens, weduwe van Johan Lütkens, op de Groninger Ubbe [. . .], 26 januari 1592. 1 stuk i
1462.447 Brief van Simon Steenberghen, 'boeckdrucker der stadt Deventer', ten geleide van enkele almanakken en voorspellingen, met de beste wensen voor het nieuwe jaar, 2 februari 1592. 1 stuk i
1462.448 Brief van het stadsbestuur van Emden, inzake klacht van de Emder burger Joris Claesen Trommeter tegen het optreden van enkele soldaten van Hugo Fourneau, 14 februari 1592. 1 stuk i
1462.449 Brief van burgemeesters en raad van Münster, waarbij zij mededelen dat hun medeburger Gerdt Kerckeringh niet voor een vreemde rechtbank kan worden gedaagd vanwege een vordering die de weduwe van Doke Janssen op hem heeft, 12 maart 1592. 1 stuk i
1462.451 Brief van Ruart van Craenhals uit Oldenzaal over de vordering van Hendrick Mensinck en zijn schoonvader Remmert Stelmaker op luitenant Menda, 21 maart 1592. Met bijlage. 2 stukken i
1462.452 Brief van de raad van Peine met het verzoek Lutgen Fuchs of Vos van Peine eervol ontslag te verlenen als soldaat onder hopman Wolfard Prenger, 1 mei 1592. 1 stuk i
1462.453 Promotoriaal van burgemeesters en raad van Emden voor hun burger Johan van Marienhove opdat deze, als borg voor de Groninger Johan ten Buer, gevrijwaard wordt wegens de schuld van Ten Buer aan Ridtzardt Schwertfeger, 1 mei 1592. 1 stuk i
1462.454 Brief van burgemeesters en raad van Emden met het verzoek om medewerking opdat hun burger Hans Schwers de stukken lijnwaad (of de waarde ervan) terugkrijgt die hem door soldaten waren ontstolen, 18 mei 1592. 1 stuk i
1462.455 Brief van burgemeesters en raad te Bremen met het verzoek behulpzaam te zijn bij de invordering van het geld dat enige Groninger burgers schuldig zijn aan Dethart Köper, 25 mei 1592. 1 stuk i
1462.456 Brief van rechter, burgemeester en raad te Lingen met het verzoek behulpzaam te zijn bij de invordering van het geld dat de weduwe van Dieterich von Böir schuldig is aan de weduwe van Martgaretha Stude te Lingen, 1 juni 1592. 1 stuk i
1462.458 Request van de voogden van de kinderen Lupko Aeylckens te Winschoten aan burgemeesters en raad om enige goederen te mogen verkopen, Met appointement d.d. 8 juni 1592. 1 stuk i
1462.457 Brief van Evert van Ensse, drost te Coevorden, waarin hij verzoekt om toestemming tot de uitvoer van 4 1/2 vat boter, 17 juni 1592. 1 stuk i
1462.459 Brief van burgemeesters en raad van Bremen met het verzoek om restitutie van geld en goederen die enige Bremer burgers zijn ontnomen door enige Spaanse soldaten en een Groninger, Mopso auf dem Hamme geheten, 23 juni 1592. Met bijlage. 2 stukken i
1462.460 Brief van burgemeesters en raad van Münster met het verzoek een onderzoek in te stellen naar de wandaden van Mattheüs van Praag, 17 augustus 1592. Met bijlage. 2 stukken i
1462.461 Brief van burgemeesters en raad van Bremen waarin zij aandringen op restitutie van de goederen die zeerovers onder leiding van kapitein Jacob Thomas geroofd hebben van enige Bremer kooplieden, 23 oktober 1592. Met een request van de benadeelde kooplieden, 22 oktober 1592, en een opgave van het geroofde. 3 stukken i
1462.462 Brief van de auditeur dr. Ruaert van Craenhals aan burgemeesters en raad over zijn privé-schulden aan Werner Janssen en Arend Schedam. Met bijlage, 7 november 1592. 2 stukken i
1462.463 Brief van Peter Micault van Indevelde uit Lingen, houdende bericht over de tocht van de stadsgezanten en dankbetuiging voor de uitgevoerde boter, 25 november 1592. 1 stuk i
1462.467 Request van Ewit Eppens te Midwolderhamrik aan burgemeesters en raad, waarin hij verzoekt om, gelet op zijn ellendige toestand, ontslagen te worden van zijn verplichting tot het betalen van achterstallige landhuur en schatting, Met apostille van 8 mei 1593. 1 stuk i
1462.464 Brief van de auditeur-militair Ruard van Craenhals aan het stadsbestuur inzake de door Verdugo gelaste executie tegen kapitein Mendo, 25 januari 1593. 1 stuk i
1462.465 Brief van Peter Micault van Indevelde, drost te Lingen, over een convooi dat via Wedde Groningen probeert te bereiken, 29 januari 1593. 1 stuk i
1462.450 Brieven van graaf Herman van den Berg uit Wedde en Slochteren inzake de aankomst van een convooi, 1 en 3 februari 1593. 2 stukken i
1462.466 Brieven van Francisco Verdugo uit Lingen, 29 januari, 12 en 15 februari 1593. 3 stukken i
1462.468 Brieven van Godfried Moesyenbroucq te Keulen aan het stadsbestuur, in hoofdzaak met nieuwsberichten uit diverse landen in Europa, 1 en 21 april, 3 en 15 mei 1593. 4 stukken i
1462.469 Brieven van graaf Herman van den Berg uit Lingen en Roermond, 29 mei, 6 juni en 20 juli 1593. 3 stukken i
1462.470 Brieven van Godfried Mussenbroek uit Keulen, 24 juni en 3 juli 1593. 2 stukken i
1462.471 Brieven van Verdugo aan het stadsbestuur uit Zuidlaren en Haren, 14-16, 19, 22 en 23 juli 1593. 1 omslag i
1462.472 Brieven van Godfried Mussenbroek te Keulen over het overmaken van geld en verschillende actualiteiten, 31 juli, 11 en 19 augustus 1593. 3 stukken i
1462.474 Brieven van Peter Micault van Indevelde, drost te Lingen, over het verzenden van brieven en de aankomst van het hulpleger, 16 en 18 augustus, 4 en 8 september 1593. 4 stukken i
1462.476 Brief van Johan Hoefslag te Oldenzaal aan de drost te Coevorden, Evert van Ensse, te Groningen, inzake de aankomst van het hulpleger, 8 september 1593. 1 stuk i
1462.475 Brief van de burgemeesters Johan van Ballen en Albert Jarges uit Winschoten aan het stadsbestuur inzake hun overleg met stadhouder Verdugo, [23 september] 1593. Met bijlage. 2 stukken i
1462.477 Brieven van het stadsbestuur van Emden aan dat van Groningen ter ondersteuning van vorderingen van Emder ingezetenen tegen Groningers, 21 en 23 november 1593. Met bijlage. 3 stukken i
1462.481 Brief van Godfried Mussenbroek te Keulen met als bijlagen brieven van aartshertog Ernst van Oostenrijk (6 februari 1594) en koning Filips II (30 november 1593), 24 februari 1594. 3 stukken i
1462.479 Brief van de gardiaan der minderbroeders te Groningen, Joannes a Bruxellis, vanuit Keulen aan het stadsbestuur, ten geleide van brieven van de koning, 15 december 1593. 1 stuk i
1462.482 Brief van Joachim Pantzer jr. uit Osnabrück met verzoek om zijn echtgenote bescherming te verlenen tegen haar schuldeisers, 19 maart 1594. 1 stuk i
1462.480 Brieven van Francisco Verdugo uit het leger voor Coevorden, 2 januari, 16, 25, 26 en 28 februari 1594. 1 omslag i
1462.483 Brieven van Francisco Verdugo uit het leger voor Coevorden, 3-26 maart 1594. 5 stukken i
1462.486 Brief van Godfried Moesyenbroucq te Keulen, ten geleide van een brief van Guillelmus a Ste Clemente uit Praag van 8 maart 1594, 31 maart 1594. 2 stukken i
1462.484 Brief van Horatius van Donia aan de heren van Stad en Ommelanden over twee gevangen Staatse soldaten, 12 maart 1594. 1 stuk i
1462.487 Brief van burgemeesters en raad van Keulen met verzoek om informatie over Wilhelm Walcourt, 28 maart 1594. 1 stuk i
1462.485 Request van Judith Jansdochter van Grollo om ingewezen te worden in de goederen van commissaris Vasquez, ter betaling van alimentatie voor het dochtertje dat zij van hem heeft. Met gunstig appointement, 30 maart 1594. 1 stuk i
1462.488 Brieven van Verdugo uit het leger voor Coevorden, 2-21 april 1594. 5 stukken i
1462.489 Brief van Claes Willems op de Isselmudenborg inzake de transportmogelijkheden vanuit de Ommelanden naar de stad en over bewegingen van de vijand, 17 april 1594. 1 stuk i
1462.490 Brieven van graaf Willem Lodewijk van Nassau en prins Maurits vanuit het legerkamp aan stadsbestuur en burgerij van Groningen, 5-28 juni 1594. 1 omslag i
1462.491 Brieven van Francisco Verdugo en graaf Herman van den Berg uit Denekamp, 17 juni 1594. 3 stukken i
1462.492 Paspoort van prins Maurits voor een aantal vrouwen en kinderen die door een begeleider uit Groningen moeten worden opgehaald, 10 juli 1594. 1 stuk i
1462.493 Brief van Johan ten Buer uit het legerkamp aan het stadsbestuur, 17 juli 1594. 1 stuk i
1462.494 Request van Meynt Jansen Knokenhouwer, die sinds 19 juni [1591] uit de stad is verbannen, om naar Groningen terug te mogen keren, [Augustus 1591]. 1 stuk i
1462.495 Brief van Reyner Claesz. te Harlingen aan het stadsbestuur in Groningen waarin hij verzoekt om de moordenaar van zijn zoon die, naar hij vernomen heeft, zijn toevlucht in Groningen heeft genomen, uit de Stad en de Ommelanden te verbannen. , 25 februari 1595. 1 stuk i
794 Verzoekschrift van de gemene burgerschap van Antwerpen aan burgemeesters en raad van die stad om de koning voor het Rijkskamergericht te dagen vanwege de door hem in strijd met de privileges bevolen inquisitie in het hertogdom Brabant, 27 december 1565. Afschrift i
1462 Stukken betreffende het vertrek van Margaretha van Parma en het aantreden van de hertog van Alva als hoofd van de koninklijke regering in de Nederlanden, 1567
1188 Brieven van bisschop Johan Knijff en luitenant Johan de Mepsche aan burgemeesters en raad over geestelijke en andere onderwerpen, 8 november 1568 - 6 januari 1569
1183 Request van de Emder burger Engelbert Schutte aan burgemeesters en raad aldaar, om bijstand in verband met de confiscatie van zijn schip, Door notaris Jacob Boelsen gewaarmerkt afschrift, [c. 1570] i
1182 Certificaat van burgemeesters en raad van Emden inzake de door enkele Emder burgers aan Gerdt Buehrman gegeven opdracht voor hen te Stade 15 last molt op te kopen en naar Emden te verschepen, met verzoek om vrije passage voor dit transport, 25 juni 1573 i
1220 Brieven over krijgszaken, ingekomen bij het stadsbestuur alleen of bij luitenant en hoofdmannen met het stadsbestuur samen. Voor het merendeel afkomstig van de verschillende hoplieden in koninklijke leger. Met enkele concepten van uitgaande brieven en enige andere stukken, 1580-1582, 1584. Ten dele met dorsale aantekening van de syndicus De Gouda
1463 Brieven, ingekomen bij burgemeesters en raad of burgemeesters en raad, oud en nieuw, met taalmannen van de gezworen meente en bouwmeesters van de gilden, 1588-1593
691 Brief van Willem Herll te Keulen aan Dederich van Nimwegen, zadelmaker te Groningen, waarin hij mededeelt dat Dederichs zoon tijdens de reis van Keulen naar Groningen is overvallen en wegens het voor hem betaalde losgeld te Dülmen in gijzeling wordt gehouden, 15 juni 1591 i
1222 Brieven van Joachim Ubbena en Wilhelmus Hammonius, vanwege Stad en Lande gezonden tot de hertog van Parma, aan hun committenten: burgemeesters en raad, oud en nieuw, benevens taalmannen, gezworen meente en bouwmeesters van de gilden, of luitenant en hoofdmannen, burgemeesters en raad mitsgaders de afgevaardigden van Stad en Ommelanden, 1592, 1593
695 Akte, waarbij enige burgers van Coevorden en notaris Johannes Leidecker getuigenis afleggen over een eerder huwelijk en de daaruit geboren kinderen van de uit Coevorden afkomstige, nu te Groningen woonachtige molenaar Hindrick Geertmaeges, 14 januari 1593 i
1221 Brieven van een door Stad en Ommelanden naar aartshertog Ernst van Oostenrijk gezonden gezantschap, bestaande uit Bernardus Menssens, abt te Rottum, Joachim Ubbena en Wilhelmus Hammonius, aan zijn opdrachtgevers, 14, 19 en 31 maart 1594 i
1223 Brieven van Wilhelmus Hammonius, vanwege Stad en Lande gezonden tot de hertog van Parma, aan zijn committenten: burgemeesters en raad met of zonder taalmannen, gezworen meente en bouwmeesters van de gilden, of burgemeesters en raad mitsgaders de afgevaardigenden van Stad en Ommelanden. 1589, Met begeleidende brieven van G. Moesyenbroucq uit Keulen
1.01.4. Ingekomen plakkaten, 1540-1590
1.01.5. Protocollen van uitgaande stukken
1.01.6. Losse minuten van uitgaande stukken
1.01.7. Niet verzonden brieven
1.01.8. Kopieboeken
1.02. Stukken betreffende de interne organisatie
1.03. Rechtspraak
1.04. Betrekkingen met de keizer, landsheren en hun vertegenwoordigers
1.05. Handhaving van de souvereiniteit en verschillende voorrechten van de stad
1.06. 'Heerlijke rechten': Verwerving, verdediging, beheer en uitoefening van overheidsrechten
1.07. Andere rechten
1.08. Toezicht op de gilden
1.09. Zetting van het brood
1.10. Verwerving en beheer van goederen, financiën
1.11. Openbare werken
1.12. Externe betrekkingen
1.13. Betrekkingen met landsheren en hun regeringen
1.14. De stad als deel van het gewest Stad en Lande
1.15. Verhouding van de stad Groningen tot de Ommelanden
1.16. Varia, naar onderwerpen gerangschikt
2. Archief van de syndicus
3. Archief van het gildrecht
4. Stukken van stadsambtenaren en andere functionarissen
5. In beslag genomen stukken
7. Stukken waarvan de band met de stad niet is gebleken
laatste wijziging 06-09-2022
3.909 beschreven archiefstukken
3.870 gedigitaliseerd
totaal 79.573 bestanden

Kenmerken

Beschrijving:
Inventaris van het archief van de Secretarie van het stadsbestuur van Groningen en de onderhorige jurisdicties
Bewerker:
J.F.J. van den Broek
Behoort tot collectie:
Gemeente Groningen
Laatste Publicatie:
2009
Laatste uitvoer:
20-04-2021
Omvang:
35,98 m standaardarchiefberging
Licentie:
CC0 1.0 Public Domain Dedication
Categorie:
Archiefvormer(s):
 
Archiefvormer Groningen, stadsbestuur van, ca.1247 - 1811
laatste wijziging 06-09-2022
3.909 beschreven archiefstukken
3.870 gedigitaliseerd
totaal 79.573 bestanden