10148 Stichting Educatieve voorzieningen voor Eindhoven en omgeving SEVEO, 1973-1985 ( Regionaal Historisch Centrum Eindhoven )
10148
Stichting Educatieve voorzieningen voor Eindhoven en omgeving SEVEO, 1973-1985
Inventaris
INLEIDING
10148 Stichting Educatieve voorzieningen voor Eindhoven en omgeving SEVEO, 1973-1985
INLEIDING
Op 11 februari 1971 werd in Eindhoven opgericht een Overlegorgaan voor Vorming en Opleiding. Hierin werkten op vrijwillige basis vertegenwoordigers van diverse instanties samen, die werkzaam zijn op het gebied van opleiding en vorming van werkende jongeren. De behoefte werd gevoeld dit overleg uit de vrijblijvende sfeer te halen en te gieten in een meer gestructureerde vorm.
Op 26 oktober 1973 verschenen de heren A. Fondse en W.H. Kalb ten kantore van de Eindhovense notaris G.J. Boswinkel ten einde
de akte te verlijden voor de oprichting van de Stichting Educatieve voorzieningen voor Eindhoven en omgeving.
De instellingen die deelnamen in de Stichting waren:
- Philips' Vereniging voor Onderwijs
- Vereniging voor Katholiek Technisch Onderwijs
- Vormingsinstituut voor werkende jongeren
- Katholiek levensschool voor werkende jongeren
- Stichting voor het Zonnebloemwerk voor werkende jongeren
- Van den Donkstichting
- Regionaal Orgaan van het leerlingwezen voor Noord-Brabant Oost
- Kring Eindhoven van de Brabantse-Zeeuwse werkgeversvereniging allen te Eindhoven
- RK Scholengemeenschap Best voor MAVO en LHNO
- Levensschool voor Best en omstreken
- Stichting Mater Amabilisschool
allen te Best
- Katholieke levensschool voor jonge arbeiders
- Katholieke Mater Amibilissschool
beiden te Geldrop
- Levensschool voor jongeren te Valkenswaard
- RK School voor Lager en Middelbaar Huishoud- en nijverheidsonderwijs "Regina Pacis" te Veldhoven
- Vormingscentrum voor jongeren in de Kempen te Bladel
In 1979 werden de statuten aangepast aan de bepalingen in de nieuwe Wet op de Stichtingen.
Het doel van de Stichting was een brug te slaan tussen de diverse instanties die werkzaam waren op het terrein van het (beroepsbegeleidend)
onderwijs en het vormingswerk. Dit alles met inachtneming van ieders identiteit.
Op 26 oktober 1973 verschenen de heren A. Fondse en W.H. Kalb ten kantore van de Eindhovense notaris G.J. Boswinkel ten einde
de akte te verlijden voor de oprichting van de Stichting Educatieve voorzieningen voor Eindhoven en omgeving.
De instellingen die deelnamen in de Stichting waren:
- Philips' Vereniging voor Onderwijs
- Vereniging voor Katholiek Technisch Onderwijs
- Vormingsinstituut voor werkende jongeren
- Katholiek levensschool voor werkende jongeren
- Stichting voor het Zonnebloemwerk voor werkende jongeren
- Van den Donkstichting
- Regionaal Orgaan van het leerlingwezen voor Noord-Brabant Oost
- Kring Eindhoven van de Brabantse-Zeeuwse werkgeversvereniging allen te Eindhoven
- RK Scholengemeenschap Best voor MAVO en LHNO
- Levensschool voor Best en omstreken
- Stichting Mater Amabilisschool
allen te Best
- Katholieke levensschool voor jonge arbeiders
- Katholieke Mater Amibilissschool
beiden te Geldrop
- Levensschool voor jongeren te Valkenswaard
- RK School voor Lager en Middelbaar Huishoud- en nijverheidsonderwijs "Regina Pacis" te Veldhoven
- Vormingscentrum voor jongeren in de Kempen te Bladel
In 1979 werden de statuten aangepast aan de bepalingen in de nieuwe Wet op de Stichtingen.
Het doel van de Stichting was een brug te slaan tussen de diverse instanties die werkzaam waren op het terrein van het (beroepsbegeleidend)
onderwijs en het vormingswerk. Dit alles met inachtneming van ieders identiteit.
Kernwoorden in de activiteiten van de Stichting waren stimuleren en coördineren van dit integratieproces. Daarnaast nam de regionalisering, vooral op voorschrift van de rijksoverheid, een belangrijke plaats in.
Teneinde deze doelen te bereiken werden diverse werkgroepen opgericht, waarin ook vertegenwoordigers van andere instellingen zitting
hadden. Zo werd er overleg gevoerd met allerlei vormings- en onderwijsinstellingen uit de regio, met de Regionale dienst voor het leerlingwezen in Oost-Brabant, maar ook met de Agglomeratie Eindhoven en het Streekorgaan Kempenland. Dit leidde tot oprichting van een Gewestelijke Coördinatieraad die een centrale rol werd toebedeeld in dit proces. Een van die processen was het op elkaar afstemmen van de programma's van het beroepsbegeleidend onderwijs en het vormingswerk.
Aan de Stichting konden alleen instellingen, geen particuliere personen deelnemen. Zij vergaderden in de Raad van aangeslotenen.
Daaruit werden een algemeen en een dagelijks bestuur gekozen. Volgens artikel 5 lid 1 van de statuten uit 1973 bestond het bestuur uit een voorzitter en twaalf bestuursleden die afkomstig waren uit de drie "bloedgroepen" die in de stichting vertegenwoordigd waren, te weten onderwijsinstituten, vormingsinstituten en de overigen. De voorzitter hoefde geen binding te hebben met een van de aangeslotenen.
In 1983 werd besloten over te gaan tot de oprichting van een regionaal instituut met een overeenkomstige taak als het SEVEO. Dit leidde in 1985 tot de liquidatie van de Stichting.
Het is opmerkelijk dat het archief van de Stichting, zoals dit in 1993 aan het Streekarchief is geschonken slechts materiaal bevat uit de periode 1974-1979. Stukken van na die tijd zijn slechts zeer sporadisch aanwezig.
Teneinde deze doelen te bereiken werden diverse werkgroepen opgericht, waarin ook vertegenwoordigers van andere instellingen zitting
hadden. Zo werd er overleg gevoerd met allerlei vormings- en onderwijsinstellingen uit de regio, met de Regionale dienst voor het leerlingwezen in Oost-Brabant, maar ook met de Agglomeratie Eindhoven en het Streekorgaan Kempenland. Dit leidde tot oprichting van een Gewestelijke Coördinatieraad die een centrale rol werd toebedeeld in dit proces. Een van die processen was het op elkaar afstemmen van de programma's van het beroepsbegeleidend onderwijs en het vormingswerk.
Aan de Stichting konden alleen instellingen, geen particuliere personen deelnemen. Zij vergaderden in de Raad van aangeslotenen.
Daaruit werden een algemeen en een dagelijks bestuur gekozen. Volgens artikel 5 lid 1 van de statuten uit 1973 bestond het bestuur uit een voorzitter en twaalf bestuursleden die afkomstig waren uit de drie "bloedgroepen" die in de stichting vertegenwoordigd waren, te weten onderwijsinstituten, vormingsinstituten en de overigen. De voorzitter hoefde geen binding te hebben met een van de aangeslotenen.
In 1983 werd besloten over te gaan tot de oprichting van een regionaal instituut met een overeenkomstige taak als het SEVEO. Dit leidde in 1985 tot de liquidatie van de Stichting.
Het is opmerkelijk dat het archief van de Stichting, zoals dit in 1993 aan het Streekarchief is geschonken slechts materiaal bevat uit de periode 1974-1979. Stukken van na die tijd zijn slechts zeer sporadisch aanwezig.
laatste wijziging 15-01-2020
32 beschreven archiefstukken
Kenmerken
laatste wijziging 15-01-2020
32 beschreven archiefstukken