Uw zoekacties: Bestanden

Bestanden ( Collectie Overijssel locatie Deventer )

In deze index doorzoekt u bestanden van archiefstukken die door middel van OCR technieken of het toevoegen van transcripties inhoudelijk doorzoekbaar zijn.

beacon
92  zoekresultaten
sorteren op:
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Erfgoedstuk
Scan bij een inventarisnummer
6m 1787-1794, 1787-1794
Datering:
1787-1794
Reden geen uitleen:
Dit stuk is gedigitaliseerd
Aanvraagnummer:
22185 : 6m
Ga naar dit stuk:
Volgnummer:
6 van 232
15 january

-rentie te treeden tot het voorslaan van zo-
danige maatregelen, hierop te nemen, als na
bevindinge van zaaken zal vermeend worden
te behooren. En hebben Schepenen en Raad
hiertoe benoemd de heeren G.D. Jordens, Weerts,
Tichler en C.A. Jordens.

De Gezwooren Gemeente benoemd tot
de voorgeslagen commissie L. Bannier,
P. Dueijsen, G.J. Dumbar, H. Budde, H.J.
Jordens, A.G. Besier, G.J. Jacobson en
W.L. Storm van 's Gravesande, om daadelijk
in conferentie te treeden.

De heeren uit Raad en Gemeente op heden
gecommitteerd om derzelver gedagten te zeggen
over de maatregelen, door de regeeringe te
neemen tegen zekere verbindtenisse, welke
men geinformeerd is, dat thans in de gilden
ter tekening gelegt word, hebben gerapporteerd.

Dat van advise zouden zijn, dat Derk Nijland
en de slagter Van Weteringen direct zouden moe-
ten worden geciteerd voor heeren praesidenten,
met ordre om het papier welk ter tekening ge-
legt is, mede te brengen en dat dezelve dan
ook zouden moeten worden ondervraagd over den
opsteller van dat papier en op wiens order of be-
geerte zij hetzelve in de gilden gebragt hadden,
teneinde dit vernomen zijnde, nader te delibe-
reeren.

Hierop zijn door de heeren
praesidenten genomen de navol-
gende informatien.

Erscheenen Derk Nijland, zeggende, dat hij in
qualiteit van generaal olderman der gilden,
aan de gilden hadden overgegeeven zeker papier,
inhoudende eene klagte, dat de heeren hunne re-
questen niet hadden verhoord. Gevraagd zijnde,
van wie hij die klagte ontvangen hadde, zegt hij
comparant, dat hij dezelve van de nieuwe ge-
committeerden en keurnooten hadde ontvangen.
Gevraagd wanneer, waar ter plaatse en in wier
praesentie dat papier aan hem comparant was
1787.

overgegeven? zegt hij comparant, dat hij com-
parant en Lodewijk van Weteringen op laastleden
saturdag agtermiddag in de herberg de Prins dat
papier hadden ontfangen. Van wie heeft com-
parant dat papier ontfangen? Zegt comparant
zulks niet te weeten, alzo hij dat niet konde
onthouden. Behelsde dat papier niet onder an-
deren om de oude gecommitteerden niet meer te
erkennen? Zegt comparant van ja, alzo geen
een gilde die meer erkenden. Bevatte dat
papier ook niet eene verbindtenisse om de
oude gecommitteerden in hunne persoonen
en goederen te vervolgen? Zegt comparant
zulks niet te weeten. Word in dat papier
ook niet van de mennoniten gesproken?
Zegt comparant dat hem zoveel gevraagd word,
dat hij dat alles niet kan onthouden. Bij welke
gilde beruste dat papier thans? Zegt compa-
rant zulks niet te weeten.

Erscheenen Lodewijk van Weteringen en aan
hem gevraagd zijnde of hij dat papier, hetgeen
ter tekening word gepraesenteerd, bij zig had?
Zegt hij comparant van neen, alzo dat pa-
pier onder de gilden rondging. Wanneer is
dat papier aan comparant ter hand gesteld?
Zegt comparant op laastleden saturdag
agtermiddag op de gildekamer. Wie heeft
dat papier daar gebragt? Zegt comparant
zulks niet te weeten. Behelsde dat pa-
pier een klagte of wat behelsde hetzelfde?
Zegt comparant zulks niet te weeten,
alzo niet hij, maar Albert Kransjes ge-
neraal olderman is, en hij comparant alleen
in afweezigheid van Kransjes dien post
waarneemd. Gevraagd of comparant zig
niet het een of ander van dat papier kan
erinneren? Zegt comparant van neen.

Hierop hebben de heeren gecommitteerden
uit Raad en Gemeente ten tweeden maale
gerapporteerd, dat het papier door een roe-
dendraager van dat gilde moet opgehaald wor-
Gevonden alinea's: 2