Zie voor de correspondentie over het jaar 1814: ID 692, inv. nr. 54.
Van 1815 tot 1908 chronologische ordening. 1815-1833 ongenummerd, van 1834 af genummerd, geleidelijk overgaand in dossiernummering binnen ieder jaar, waarbij het eerste stuk van een zaak de chronologische opvolging van het dossier bepaalt. Reeds van 1895 af keren enige onderwerpen steeds terug en leveren per jaar dossiers op die elk volgend jaar in aantal groeien. Van 1905 af blijft dit aantal vaste nummers relatief constant. Bij het uitvallen van een van deze onderwerpen is doorgenummerd.
De vaste onderwerpen vormen het eerste gedeelte van de serie ingekomen stukken van elk jaar, terwijl het tweede gedeelte in chronologische volgorde is doorgenummerd.
Van 1909 tot 1920 dossierordening in gebonden delen (de dossiers 11 tot 25 van ieder jaar handelen over de hinderwet, nieuw-, ver-, bij- en aanbouw).
Zie voor de series bouwvergunningen (dossiers 20, nieuwbouw, en 21, verbouw) ID 1405.
Van 1921-1930 dossierordening van losse stukken in dozen, ieder jaar voorafgegaan door de gebonden dossiers 11 tot 25. Deze losse stukken trachtte men na invoering van het decimale stelsel (mei 1930) achteraf te herordenen. Hierbij werd aanvankelijk een aantal stukken verwijderd, die in de chronologische en alfabetisch ingangen wel staan vermeld. Van 1834 af bestaan er jaarregisters op de besluiten van het gemeentebestuur, inv. nrs. 2181- 2295. Daarop zijn zogenaamde tienjarenklappers vervaardigd, inv. nrs. 210-219.