01.187A Vrije Rijksheerlijkheid Thorn ( Historisch Centrum Limburg, te Maastricht )
01.187A
Vrije Rijksheerlijkheid Thorn
Inleiding
laatste wijziging 03-05-2024
1.203 beschreven archiefstukken
102 gedigitaliseerd
totaal 252 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 03-05-2024
1.203 beschreven archiefstukken
102 gedigitaliseerd
totaal 252 bestanden
Regesten
351 1448 maart 6
Tilman van Weert, kanunnik te Thorn legt bij testament vast dat zijn lichaam begraven zal worden in de kerk van Thorn, voor het altaar van St. Lambertus; een zerksteen met grafschrift zal op zijn graf worden geplaatst met vermelding syner begenkenisse ende spenden . De armen die zijn uitvaart bijwonen zal men geven twee broden en een alden braspenninck en voor het licht van de kerk 20 pond was; voor het jaargetijde van zijn ouders laat hij een erfrente van vier malder rogge jaarlijks na. Voor zijn eigen jaargetijde schenkt hij aan het kapittel 2 malder rogge erfpacht, en aan de kapellanen ook twee malder, item voor zijn gehoygnisse te hebben in dier quatertempen twe erffmalder roggen, hetzelfde aan het kapittel om zijn graff op alrezielen ende paesdaghen te visiteeren een erfmalder rogge. Onder de erflatingen aan zijn familie komen voor: een legaat aan zijn neef Thomas van Schenne, een aan zijn neef heer Johan van Weert en aan Willem den Heiligengeestmeester te Nederweert, een erfpacht van acht malder rogge voor twee wekelijkse missen en twee erfmalder om onder de armen van Nederweert bedeeld te worden. Verder laat hij aan vrouw Jacoba van Horen, die alde vrouw van Thorn , aan Jacoba van Heinsberg, gubernesse des monsters van Thorn, aan de dekanes, aan de oudste stiftsdame, aan de kanunnik Jacob van Oeteren en de kapellaan Jan van Weert, elk een kleine som geld en aan de Thornse parochiekerk een malder erfpacht. Aan zijn voornoemde neef Jan van Weert vermaakt hij ook zijn brevier, in twee stukken verdeeld. Item aan de armen van Thorn 500 grypen ter stichting van een kapitaal en 600 grypen aan de kerkfabriek van de stiftskerk. Als zijn executeuren stelt hij aan: de kanunnikes Elisabeth van Carpen, Heer Jacob van Oteren, kanunnik, heer Jan van Weert, kapellaan, jonker Gerard Haeck, Jan Pollarts en de dekanes van het kapittel; zij zullen de clausules van dit testament uitvoeren en over de overige goederen van den overledene disponeren tot heil zijner ziel. Bij deze akte verschenen als getuigen heer Peter van Weert, kapellaan van het stiftskerk, meester Jan Oirsoye en Thys Creenkens. Het testament werd geschreven door den notaris Dirk van Liethoven, klerk van het bisdom Luik, in eene nedere kameren des huys des voirs. heren Tilmans op dueterste eynde, dair hy op syn bedde sieck lach Thoren.
Tilman van Weert, kanunnik te Thorn legt bij testament vast dat zijn lichaam begraven zal worden in de kerk van Thorn, voor het altaar van St. Lambertus; een zerksteen met grafschrift zal op zijn graf worden geplaatst met vermelding syner begenkenisse ende spenden . De armen die zijn uitvaart bijwonen zal men geven twee broden en een alden braspenninck en voor het licht van de kerk 20 pond was; voor het jaargetijde van zijn ouders laat hij een erfrente van vier malder rogge jaarlijks na. Voor zijn eigen jaargetijde schenkt hij aan het kapittel 2 malder rogge erfpacht, en aan de kapellanen ook twee malder, item voor zijn gehoygnisse te hebben in dier quatertempen twe erffmalder roggen, hetzelfde aan het kapittel om zijn graff op alrezielen ende paesdaghen te visiteeren een erfmalder rogge. Onder de erflatingen aan zijn familie komen voor: een legaat aan zijn neef Thomas van Schenne, een aan zijn neef heer Johan van Weert en aan Willem den Heiligengeestmeester te Nederweert, een erfpacht van acht malder rogge voor twee wekelijkse missen en twee erfmalder om onder de armen van Nederweert bedeeld te worden. Verder laat hij aan vrouw Jacoba van Horen, die alde vrouw van Thorn , aan Jacoba van Heinsberg, gubernesse des monsters van Thorn, aan de dekanes, aan de oudste stiftsdame, aan de kanunnik Jacob van Oeteren en de kapellaan Jan van Weert, elk een kleine som geld en aan de Thornse parochiekerk een malder erfpacht. Aan zijn voornoemde neef Jan van Weert vermaakt hij ook zijn brevier, in twee stukken verdeeld. Item aan de armen van Thorn 500 grypen ter stichting van een kapitaal en 600 grypen aan de kerkfabriek van de stiftskerk. Als zijn executeuren stelt hij aan: de kanunnikes Elisabeth van Carpen, Heer Jacob van Oteren, kanunnik, heer Jan van Weert, kapellaan, jonker Gerard Haeck, Jan Pollarts en de dekanes van het kapittel; zij zullen de clausules van dit testament uitvoeren en over de overige goederen van den overledene disponeren tot heil zijner ziel. Bij deze akte verschenen als getuigen heer Peter van Weert, kapellaan van het stiftskerk, meester Jan Oirsoye en Thys Creenkens. Het testament werd geschreven door den notaris Dirk van Liethoven, klerk van het bisdom Luik, in eene nedere kameren des huys des voirs. heren Tilmans op dueterste eynde, dair hy op syn bedde sieck lach Thoren.
01.187A Vrije Rijksheerlijkheid Thorn
Regesten
351
1448 maart 6
Tilman van Weert, kanunnik te Thorn legt bij testament vast dat zijn lichaam begraven zal worden in de kerk van Thorn, voor het altaar van St. Lambertus; een zerksteen met grafschrift zal op zijn graf worden geplaatst met vermelding syner begenkenisse ende spenden . De armen die zijn uitvaart bijwonen zal men geven twee broden en een alden braspenninck en voor het licht van de kerk 20 pond was; voor het jaargetijde van zijn ouders laat hij een erfrente van vier malder rogge jaarlijks na. Voor zijn eigen jaargetijde schenkt hij aan het kapittel 2 malder rogge erfpacht, en aan de kapellanen ook twee malder, item voor zijn gehoygnisse te hebben in dier quatertempen twe erffmalder roggen, hetzelfde aan het kapittel om zijn graff op alrezielen ende paesdaghen te visiteeren een erfmalder rogge. Onder de erflatingen aan zijn familie komen voor: een legaat aan zijn neef Thomas van Schenne, een aan zijn neef heer Johan van Weert en aan Willem den Heiligengeestmeester te Nederweert, een erfpacht van acht malder rogge voor twee wekelijkse missen en twee erfmalder om onder de armen van Nederweert bedeeld te worden. Verder laat hij aan vrouw Jacoba van Horen, die alde vrouw van Thorn , aan Jacoba van Heinsberg, gubernesse des monsters van Thorn, aan de dekanes, aan de oudste stiftsdame, aan de kanunnik Jacob van Oeteren en de kapellaan Jan van Weert, elk een kleine som geld en aan de Thornse parochiekerk een malder erfpacht. Aan zijn voornoemde neef Jan van Weert vermaakt hij ook zijn brevier, in twee stukken verdeeld. Item aan de armen van Thorn 500 grypen ter stichting van een kapitaal en 600 grypen aan de kerkfabriek van de stiftskerk. Als zijn executeuren stelt hij aan: de kanunnikes Elisabeth van Carpen, Heer Jacob van Oteren, kanunnik, heer Jan van Weert, kapellaan, jonker Gerard Haeck, Jan Pollarts en de dekanes van het kapittel; zij zullen de clausules van dit testament uitvoeren en over de overige goederen van den overledene disponeren tot heil zijner ziel. Bij deze akte verschenen als getuigen heer Peter van Weert, kapellaan van het stiftskerk, meester Jan Oirsoye en Thys Creenkens. Het testament werd geschreven door den notaris Dirk van Liethoven, klerk van het bisdom Luik, in eene nedere kameren des huys des voirs. heren Tilmans op dueterste eynde, dair hy op syn bedde sieck lach Thoren.
Tilman van Weert, kanunnik te Thorn legt bij testament vast dat zijn lichaam begraven zal worden in de kerk van Thorn, voor het altaar van St. Lambertus; een zerksteen met grafschrift zal op zijn graf worden geplaatst met vermelding syner begenkenisse ende spenden . De armen die zijn uitvaart bijwonen zal men geven twee broden en een alden braspenninck en voor het licht van de kerk 20 pond was; voor het jaargetijde van zijn ouders laat hij een erfrente van vier malder rogge jaarlijks na. Voor zijn eigen jaargetijde schenkt hij aan het kapittel 2 malder rogge erfpacht, en aan de kapellanen ook twee malder, item voor zijn gehoygnisse te hebben in dier quatertempen twe erffmalder roggen, hetzelfde aan het kapittel om zijn graff op alrezielen ende paesdaghen te visiteeren een erfmalder rogge. Onder de erflatingen aan zijn familie komen voor: een legaat aan zijn neef Thomas van Schenne, een aan zijn neef heer Johan van Weert en aan Willem den Heiligengeestmeester te Nederweert, een erfpacht van acht malder rogge voor twee wekelijkse missen en twee erfmalder om onder de armen van Nederweert bedeeld te worden. Verder laat hij aan vrouw Jacoba van Horen, die alde vrouw van Thorn , aan Jacoba van Heinsberg, gubernesse des monsters van Thorn, aan de dekanes, aan de oudste stiftsdame, aan de kanunnik Jacob van Oeteren en de kapellaan Jan van Weert, elk een kleine som geld en aan de Thornse parochiekerk een malder erfpacht. Aan zijn voornoemde neef Jan van Weert vermaakt hij ook zijn brevier, in twee stukken verdeeld. Item aan de armen van Thorn 500 grypen ter stichting van een kapitaal en 600 grypen aan de kerkfabriek van de stiftskerk. Als zijn executeuren stelt hij aan: de kanunnikes Elisabeth van Carpen, Heer Jacob van Oteren, kanunnik, heer Jan van Weert, kapellaan, jonker Gerard Haeck, Jan Pollarts en de dekanes van het kapittel; zij zullen de clausules van dit testament uitvoeren en over de overige goederen van den overledene disponeren tot heil zijner ziel. Bij deze akte verschenen als getuigen heer Peter van Weert, kapellaan van het stiftskerk, meester Jan Oirsoye en Thys Creenkens. Het testament werd geschreven door den notaris Dirk van Liethoven, klerk van het bisdom Luik, in eene nedere kameren des huys des voirs. heren Tilmans op dueterste eynde, dair hy op syn bedde sieck lach Thoren.
Datering:
1448 maart 6
Datum onopgelost:
In t jaer der zeliger geboert ons liefs Heren Jhesu Christi dusent vier hondert ende veertich, in den maent van Meert tot Thorn, des sesden daechs, te vespertyt.
Ontwikkelingsstadium:
origineel
Materiaal:
perkament
Organisatie: Historisch Centrum Limburg, te Maastricht
laatste wijziging 12-07-2021
laatste wijziging 03-05-2024
1.203 beschreven archiefstukken
102 gedigitaliseerd
totaal 252 bestanden
Zegelbeschrijvingen
laatste wijziging 03-05-2024
1.203 beschreven archiefstukken
102 gedigitaliseerd
totaal 252 bestanden
Kenmerken
Datering:
10e eeuw-1550
Auteur:
J. Habets en A.J.A. Flament, aangepast en verbeterd door Peter Bakker (2020-2021)
Inventaris:
De archieven van het kapittel van de Hoogadelijke Abdij Thorn ('s-Gravenhage 1889)
Omvang m1:
0,3
Bijzonderheden:
Sinds juni 2021 wordt u de eerste 300 inventarisnummers van het archief in deze online toegang aangeboden. De inventaris wordt in de komende tijd verder opgemaakt en tevens zullen de resterende 185 inventarisnummers, regesten en zegelbeschrijvingen opgenomen worden. Het archief is in bewerking. Hetgeen ook kan betekenen dat beschrijvingen nog incorrect zijn en/of in een later stadium gewijzigd worden. Voor meer informatie verwijs ik u door naar de Inleiding.
Opmerking:
Bestaat uit 2 delen, deel 1 is de zgn nummering Habets.
460 charters.
460 charters.
Categorie:
laatste wijziging 03-05-2024
1.203 beschreven archiefstukken
102 gedigitaliseerd
totaal 252 bestanden