0326 Sint-Remigiuskerk te Steenderen ( Gelders Archief )
0326
Sint-Remigiuskerk te Steenderen
Inleiding
laatste wijziging 21-01-2021
69 beschreven archiefstukken
9 gedigitaliseerd
totaal 72 bestanden
Inventaris
2. De pastoor en de pastorie
N.B. De pastorie was geïncorporeerd bij het klooster Bethlehem (Sloet, Oorkondenboek van Gelre en Zutphen, no. 446).
N.B. De pastorie was geïncorporeerd bij het klooster Bethlehem (Sloet, Oorkondenboek van Gelre en Zutphen, no. 446).
9 Willam van Baek, drost in den lande van Zutphen, oorkondt, dat Clementie van Starkenborch, vrouwe van Steenre en weduwe van heer Herman van Steenre, en Gisebert, haar zoon, verkocht en overgedragen hebben aan heer Johan van Averkamp, priester en vicaris van het altaar van de H.H. Barbare en Elisabeth in de kerk van Steenre, een rente van 5 heerenponden 's jaars uit een goed in het kerspel Steenre in Woesten, waarvan 3 ponden 's jaars ten behoeve van dat altaar en het overige tot lijfrente voor den vicaris en zijn moeder, doch na hun beider dood ten behoeve der kerkfabriek en der pastorie, zullen worden aangewend, 1397 juni 12 [up dach ende hoechtiit des guden Sunte Odulphus eens heligen confessoers].
N.B. Oorspr. Met de zegels van den oorkonder, de verkopers en Ernst van Steenre, Bate van Steenre, weduwe van Bartolt van Brantsenborch, waarvan de randschriften geschonden zijn, in groene was.
Afschrift in het grote cartularium der pastorie, folio 1 (zie inv.no. 2).
In margine staat hier aangeteekend, dat heer Jan van Walbeec de rente van 1½ pond, welke ten slotte aan de kerkfabriek zou komen, van de kerkmeesters heeft aangekocht (zie ook den brief d.d. 1440 maart 16, reg.no. 13).
Afschrift in het kleine cartularium der pastorie, folio 11 (zie inv.no. 1).
N.B. Oorspr. Met de zegels van den oorkonder, de verkopers en Ernst van Steenre, Bate van Steenre, weduwe van Bartolt van Brantsenborch, waarvan de randschriften geschonden zijn, in groene was.
Afschrift in het grote cartularium der pastorie, folio 1 (zie inv.no. 2).
In margine staat hier aangeteekend, dat heer Jan van Walbeec de rente van 1½ pond, welke ten slotte aan de kerkfabriek zou komen, van de kerkmeesters heeft aangekocht (zie ook den brief d.d. 1440 maart 16, reg.no. 13).
Afschrift in het kleine cartularium der pastorie, folio 11 (zie inv.no. 1).
0326 Sint-Remigiuskerk te Steenderen
Inventaris
2. De pastoor en de pastorie
N.B. De pastorie was geïncorporeerd bij het klooster Bethlehem (Sloet, Oorkondenboek van Gelre en Zutphen, no. 446).
N.B. De pastorie was geïncorporeerd bij het klooster Bethlehem (Sloet, Oorkondenboek van Gelre en Zutphen, no. 446).
9
Willam van Baek, drost in den lande van Zutphen, oorkondt, dat Clementie van Starkenborch, vrouwe van Steenre en weduwe van heer Herman van Steenre, en Gisebert, haar zoon, verkocht en overgedragen hebben aan heer Johan van Averkamp, priester en vicaris van het altaar van de H.H. Barbare en Elisabeth in de kerk van Steenre, een rente van 5 heerenponden 's jaars uit een goed in het kerspel Steenre in Woesten, waarvan 3 ponden 's jaars ten behoeve van dat altaar en het overige tot lijfrente voor den vicaris en zijn moeder, doch na hun beider dood ten behoeve der kerkfabriek en der pastorie, zullen worden aangewend, 1397 juni 12 [up dach ende hoechtiit des guden Sunte Odulphus eens heligen confessoers].
N.B. Oorspr. Met de zegels van den oorkonder, de verkopers en Ernst van Steenre, Bate van Steenre, weduwe van Bartolt van Brantsenborch, waarvan de randschriften geschonden zijn, in groene was.
Afschrift in het grote cartularium der pastorie, folio 1 (zie inv.no. 2).
In margine staat hier aangeteekend, dat heer Jan van Walbeec de rente van 1½ pond, welke ten slotte aan de kerkfabriek zou komen, van de kerkmeesters heeft aangekocht (zie ook den brief d.d. 1440 maart 16, reg.no. 13).
Afschrift in het kleine cartularium der pastorie, folio 11 (zie inv.no. 1).
N.B. Oorspr. Met de zegels van den oorkonder, de verkopers en Ernst van Steenre, Bate van Steenre, weduwe van Bartolt van Brantsenborch, waarvan de randschriften geschonden zijn, in groene was.
Afschrift in het grote cartularium der pastorie, folio 1 (zie inv.no. 2).
In margine staat hier aangeteekend, dat heer Jan van Walbeec de rente van 1½ pond, welke ten slotte aan de kerkfabriek zou komen, van de kerkmeesters heeft aangekocht (zie ook den brief d.d. 1440 maart 16, reg.no. 13).
Afschrift in het kleine cartularium der pastorie, folio 11 (zie inv.no. 1).
Datering:
1397 juni 12 [up dach ende hoechtiit des guden Sunte Odulphus eens heligen confessoers]
Organisatie: Gelders Archief
laatste wijziging 06-09-2011
laatste wijziging 21-01-2021
69 beschreven archiefstukken
9 gedigitaliseerd
totaal 72 bestanden
Kenmerken
laatste wijziging 21-01-2021
69 beschreven archiefstukken
9 gedigitaliseerd
totaal 72 bestanden