0314 Klooster Bethlehem bij Doetinchem ( Gelders Archief )
0314
Klooster Bethlehem bij Doetinchem
Inleiding
laatste wijziging 06-07-2024
2.020 beschreven archiefstukken
256 gedigitaliseerd
totaal 9.989 bestanden
Inventaris
2. Akten en brieven
N.B. Hierbij ook enkele andere soorten stukken. Het gaat hier om de door Sloet genummerde stukken, voorzover fysiek aanwezig (in ieder geval in de tijd van Sloet) en niet alleen als afschrifit in het cartularium.
N.B. Hierbij ook enkele andere soorten stukken. Het gaat hier om de door Sloet genummerde stukken, voorzover fysiek aanwezig (in ieder geval in de tijd van Sloet) en niet alleen als afschrifit in het cartularium.
2.08. 1476-1500
654 Sweder van Doedynckwerden, richter van Doetinchem, lude Frederic van Baer en Ingrym Poesse, dat jonker Johan van Wisch en Margaretha, zijn echtgenote, bekennen aan proost Andries van Ampen, prior Adolph van Rijswijck en convent Bethlehem schuldig te zijn 8 enkel golden Rijnsche gulden jaarlijks uit het goed voir den Dijcke, gelegen in het kerspel van Doetinchem in het buurschap Oessell, half op pasen, half op St. Victor te betalen op straffe van peinding, waarna binnen 14 dagen die pande te beschudden. Terug te kopen elke golden gulden voor 16 golden gulden, 1486 november 3 (In den jaere ons Heren duesent vierhondert ind seesendetachtentich opten maenendach nae Sunte Martensdach in den wynter). 1 charter en 3 stukken
N.B. Met twee notariële afschriften, de een door notaris Johan van Wisch, de ander door Bernardus Gryse, alias Moerbeck, van heer Wisch. En een register van ontvangsten, 19e-32e jaar uit dit goed. i
N.B. Met twee notariële afschriften, de een door notaris Johan van Wisch, de ander door Bernardus Gryse, alias Moerbeck, van heer Wisch. En een register van ontvangsten, 19e-32e jaar uit dit goed. i
0314 Klooster Bethlehem bij Doetinchem
Inventaris
2. Akten en brieven
N.B. Hierbij ook enkele andere soorten stukken. Het gaat hier om de door Sloet genummerde stukken, voorzover fysiek aanwezig (in ieder geval in de tijd van Sloet) en niet alleen als afschrifit in het cartularium.
N.B. Hierbij ook enkele andere soorten stukken. Het gaat hier om de door Sloet genummerde stukken, voorzover fysiek aanwezig (in ieder geval in de tijd van Sloet) en niet alleen als afschrifit in het cartularium.
2.08. 1476-1500
654
Sweder van Doedynckwerden, richter van Doetinchem, lude Frederic van Baer en Ingrym Poesse, dat jonker Johan van Wisch en Margaretha, zijn echtgenote, bekennen aan proost Andries van Ampen, prior Adolph van Rijswijck en convent Bethlehem schuldig te zijn 8 enkel golden Rijnsche gulden jaarlijks uit het goed voir den Dijcke, gelegen in het kerspel van Doetinchem in het buurschap Oessell, half op pasen, half op St. Victor te betalen op straffe van peinding, waarna binnen 14 dagen die pande te beschudden. Terug te kopen elke golden gulden voor 16 golden gulden, 1486 november 3 (In den jaere ons Heren duesent vierhondert ind seesendetachtentich opten maenendach nae Sunte Martensdach in den wynter). 1 charter en 3 stukken
N.B. Met twee notariële afschriften, de een door notaris Johan van Wisch, de ander door Bernardus Gryse, alias Moerbeck, van heer Wisch. En een register van ontvangsten, 19e-32e jaar uit dit goed.
N.B. Met twee notariële afschriften, de een door notaris Johan van Wisch, de ander door Bernardus Gryse, alias Moerbeck, van heer Wisch. En een register van ontvangsten, 19e-32e jaar uit dit goed.
laatste wijziging 06-07-2024
2.020 beschreven archiefstukken
256 gedigitaliseerd
totaal 9.989 bestanden
Kenmerken
Datering:
1200-1611
Auteur:
I.A. Nijhof, J.J.S. Sloet, P.J.J. Moors, K.J.W. Peeneman
Categorie:
laatste wijziging 06-07-2024
2.020 beschreven archiefstukken
256 gedigitaliseerd
totaal 9.989 bestanden