Uw zoekacties: Barraconvent of Bergklooster te Bergum

232-02 Barraconvent of Bergklooster te Bergum ( Tresoar (Frysk Histoarysk en Letterkundich Sintrum) )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Naar boven om te zoeken
232-02   Barraconvent of Bergklooster te Bergum
Inventaris
1. Inventaris
2. Eigendommen en financiën
3. Regestenlijst
1 Rumbertus, pastoor te Wirdum, en deken te Liouwert, Jellardus, pastoor te Alda hou in Liouwert, en Tzommo Wyarda, als scheidslieden uitspraak doende in een geschil tussen prior en convent der Reguliere Orde te Birgum en pastoor, kerkvoogden en "gamegen"te Thietzerka, bepalen dat het klooster na de dood of het vertrek van de tegenwoordige pastoor, heer Johannes, 7 postulaatsgulden zal offeren in de kerk voor een "alterfestingha" en voorts 2 postulaatsgulden zal bijdragen in de verterings(?)-kosten van kerkvoogden alsmede 1/2 schuit zwarte "barra"turf of 1 schild 's jaars, terwijl "gamegen"en eigenerfden van Thietzerka voortaan een pastoor buiten het klooster om kunnen kiezen en het klooster zijn eigendommmen zal kunnen gebruiken, vrij van alle aanspraken daarop van de kerk. Int jeer ws Heren thusen fiouwerhundert ende sauwen ende fiiftich op sinte Johannis jond Baptista.
2 Ona Jousma, grietman van Lyouwerderadeel, Jow(ta Scroets)sin, grietman van Tzyttzerkeradeel, Gotta Bawkes, grietman van Smellingeraland, en Tyaerth Gherryttziensin, grietman van Ydaerderedeel, tezamen grietmannen in de Leppa in dae Fyouwer Deelen, en hun mederechters staan aan de monniken van (Barra)convent te Birghum af de Luudmersdam, die zij moeten onderhouden voor verkeer uit twee richtingen en er een achtvoetszijl in leggen (waarvoor 100 pondematen kloosterland in dae Stuuken en daaraan grenzend over het Diep verbonden blijven), waarna de oude zevenvoets Buurnzijl zal worden afgesloten, terwijl de rechten daarop van Nordemerra, Eest(rum), (Aes)tmerra en Suudismerra overgaan op de nieuwe zijl en het klooster verder naast zijn oude visrecht te Meytkin tenye ook dat in de dam krijgt en de schouw van dam en zijl berusten bij het Fyouwerdeelsgerecht. Int jeer uus Herens (th)usen fyouwerhundert ende twa ende tachtich up Sancto Peter Vincula dey.
3 Arnoldus van Swolle, prior, en convent van Bergum verplichten zich iedere week drie missen te lezen voor Folcke Wijtija en Eelcke, zijn vrouw, en voor hun beider verwanten, levenden en doden, waarvoor het convent na de dood van de dood van Folcke en Eelcke zal ontvangen: het huis en het land dat dezen thans in gebruik hebben totte Spicker; een fenne van 8 mad in da Warrum, voorheen van het klooster gekocht; 10 1/2 pondematen meedland, waarvan 5 pondematen liggen in Luijpme meden, 1 op saelige Ulbesen sloots wal, 4 1/2 in Wtpostme mieden; 4 1/2 pondematen op de Wtlanden; en 14 roeden veen op Barrafeen, waarvan 9 voorheen gekocht van het klooster en 5 van Feycke Hoessche op Kamminga Buijr; welke landen de conventualen, als zij de missen niet meer willen lezen, terug moeten geven aan de familie. Anno vijffhondert ende vier op paessche achdagen.
232-02 Barraconvent of Bergklooster te Bergum
3. Regestenlijst
3
Arnoldus van Swolle, prior, en convent van Bergum verplichten zich iedere week drie missen te lezen voor Folcke Wijtija en Eelcke, zijn vrouw, en voor hun beider verwanten, levenden en doden, waarvoor het convent na de dood van de dood van Folcke en Eelcke zal ontvangen: het huis en het land dat dezen thans in gebruik hebben totte Spicker; een fenne van 8 mad in da Warrum, voorheen van het klooster gekocht; 10 1/2 pondematen meedland, waarvan 5 pondematen liggen in Luijpme meden, 1 op saelige Ulbesen sloots wal, 4 1/2 in Wtpostme mieden; 4 1/2 pondematen op de Wtlanden; en 14 roeden veen op Barrafeen, waarvan 9 voorheen gekocht van het klooster en 5 van Feycke Hoessche op Kamminga Buijr; welke landen de conventualen, als zij de missen niet meer willen lezen, terug moeten geven aan de familie. Anno vijffhondert ende vier op paessche achdagen.
Datering:
14 maart (15)04
NB:
Inv. nr. 3; Auth. copie op papier d.d 25 juni 1608 van een copie d.d 3 februari 1506.; Zie regest 4
Organisatie: Tresoar (Frysk Histoarysk en Letterkundich Sintrum)
laatste wijziging 18-02-2005
4 Eelcke, Sipcke Wijtties en IJntie, zijn vrouw, te Hardegarijp, en Wierdt Metthijsz. te Bergum, erfgenamen van wijlen Folcke Wijtij bekrachtigende bovengeschreven overeenkomst d.d. 14 maart 1504 (regest 3). Anno vijffhondert ende ses op sinte Blasius dach marteler.
5 Gerbrandt Foppema te Bergum verklaart overgedragen te hebben aan het convent van Bergum de landen en renten met de achterstallige pacht die hij van wijlen Gaythije Broersma in Collum gekocht had, waarvoor het convent iedere week drie missen moet lezen voor Gerbrandt, zijn overleden vrouw Freede en hun verwanten, machtigt het convent, ingeval Anna Broersma, weduwe van Gaythije, ten onrechte renten int, in rechte op te treden, schenkt het daartoe een rente van 2 goudguldens (uit land) te Dijxterhuijsen op de Nyendijck bij Gherxcloester en verklaart het convent van zijn verplichtingen ontslagen naar de mate waarin het er niet in slaagt de renten te innen, zulks ter beoordeling van pastoor en voogden te Bergum. Int jaer ons Heeren duijsent vijff hondert ende drije ende twintich op sunte Paulus den eersten heremyten dach.
6 Het Hof van Friesland doet uitspraak in de zaak tussen prior en conventualen te Bergum, eisers, en Anna Broersma, gedaagde, over 44 goudgulden achterstallige rente en veroordeeld gedaagde te betalen 43 1/2 goudgulden aan eisers en de kosten van het proces. Te Leeuwarden inder Cancelarijen vpten xxvij: dach octobris anno XVc: xxxiiij.
7 Bernardus Olst, prior, en senioren en conventualen van Bergum aan de ene en Hieronimus Rataller, Keiz. Maj. grietman over Thyetzerxsteradeel, aan de andere zijde verklaren een ruil te zijn aangegaan, waarbij de conventualen aan Hieronimus overdragen een heem en damgeest, in Hieronimus' hof besloten, voor een eeuwige jaarlijkse vrije rente van 1 goudgulden uit Popcke Eelckema sate te Nordemeer, waarmee een oudere vordering van jaarlijks 1 goudgulden van het convent op Johan Rataller, Hieronimus' vader, vervalt. Actum toe Bergum Anno XVc xlj de xiijsten dach Januarij.
8 Wilhelmus Zwollis, pastoor te Bergum, en Benno Theijama, Sywert Bockama, Sytck Auckesz. en Geert Tiebbesz., kerkvoogden aldaar, verzoeken het Hof van Friesland aan Sittie Boelis, grietman van Achtkerspel, die uit naam van de abt van Gerckescloster beslag gelegd had op goederen, door Gerbrant Foppema nagelaten ter ondersteuning van de armen, op te dragen dit beslag weer op te heffen en, indien de abt zich verzet, de zaak over te dragen aan het Hof.
9 Heer Harmannus Swol, prior en procurator, heer Johannis Schoronborch, subprior, senioren en conventualen van het convent Bergum en heer Johannis Asschendorp, pastoor, en de voogden van de parochiekerk te Bergum aan de ene, en Anna Tijegersma, met toestemming van haar echtgenoot Folckert Buwes, aan de andere zijde verklaren een ruil te zijn aangegaan, waarbij Anna aan het klooster heeft overgedragen 3 pondematen en aan de parochie 1 1/2 pondemaat, liggend op het Wthland, in ruil voor 3 pondematen van het klooster en 1 1/2 van de parochie, eveneens op het Wthland gelegen. Op den xxj Augusti XVc twie ende vijftich int ons heeren Keijsers rijcke t xxxiije ende den Rijcken van Castilijen ende allen anderen t xxxvije jaer.
10 Cunerus, bisschop van Leouardia, geeft toestemming aan heer Guilhelmus Swollei de in bovengeschreven akte d.d. 13 januari 1541 (regest 7) vermelde goudgulden te innen. Actum 1 Maij anno 1575
laatste wijziging 10-02-2021
17 beschreven archiefstukken

Kenmerken

Datering:
1457-1575
Periode:
1457-1575
Beschrijving:
Barraconvent of Bergklooster te Bergum
Categorie:
laatste wijziging 10-02-2021
17 beschreven archiefstukken