Uw zoekacties: Schackmann, Adriaan

Dagboeken-NIOD ( NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies )

  • In het veld "auteur" zoekt u op naam van de dagboekauteur
  • In het veld "localisering" zoekt u naar de plaatsen waarover de dagboekauteurs schrijven.
  • In het veld "inhoud" zoekt u naar termen die voorkomen in de online-samenvattingen van de dagboeken.

Als u het veld "alle velden" invult, doorzoekt u het gehele bestand. U kunt de zoekresultaten beperken door in de velden achter "periode" specifieke jaartallen in te vullen.Een overzicht van alle dagboeken kunt u oproepen door hier te klikken.


Tijdens de bezettingsjaren vertrouwden honderden mensen hun alledaagse belevenissen toe aan het papier. Vanuit Londen riep Radio Oranje de Nederlandse bevolking op een dagboek bij te houden. Deze geschriften vormen een rijke historische bron omdat de gebeurtenissen en ervaringen uit de eerste hand opgetekend zijn. Het NIOD beschikt over ruim duizend dagboeken van onder meer huisvrouwen, burgemeesters, winkeliers, artsen, NSB'ers, Oostfrontstrijders, scholieren en gevangenen.

Meteen na haar oprichting begon het toenmalige Rijksbureau voor Oorlogsdocumentatie met het verzamelen van dagboeken. Vanaf december 1945 verzocht Lou de Jong in radio-uitzendingen om dagboeken ter beschikking te stellen. Het vergaren van deze egodocumenten was belangrijk omdat "de vaak onopzettelijk door tallozen bijgehouden dagboeken bij uitstek het nageslacht een juiste indruk geven van wat de gewone burger in de oorlogs- en bezettingsjaren beleefde". Daarnaast hebben de dagboeken grote waarde omdat zij een uitvoerig beeld geven van belangwekkende plaatselijke gebeurtenissen. Zo verwierf het RIOD honderden dagboeken die elk "voor het historisch onderzoek naar de jaren der Duitsche bezetting tot in de lengte van generaties van de grootste beteekenis zal zijn".

In 1949 werden de dagboeken geanalyseerd en beschreven, zodat "systematisch al datgene zou worden opgetekend wat voor de verdere wetenschappelijke arbeid [...] van belang zou kunnen zijn". De analyses bevatten informatie over de auteur, locatie, periode en inhoud van de betreffende dagboeken. Op 20 november 1954 verscheen een bloemlezing onder de titel "Dagboek-fragmenten 1940-1945". Een exemplaar hiervan bevindt zich in de studiezaal van het NIOD. De helft van de dagboekbeschrijvingen is gemaakt in de jaren vijftig en ademt de sfeer van de toen geldende maatschappelijke opvattingen. Sinds 10 jaar worden de dagboeken beschreven door Marian Ros.

De dagboeken zelf zijn in te zien in de studiezaal van het NIOD. Vanwege het vaak persoonlijke karakter van de dagboeken is de collectie beperkt openbaar. In de praktijk betekent dit dat de dagboeken pas gelezen kunnen worden na het tekenen van een verklaring waarin is vastgelegd hoe de bescherming van de privacy gewaarborgd moet worden.

beacon
 
 
Erfgoedstuk
Inventaris
Dagboek
1678 Schackmann, Adriaan
Auteur:
Schackmann, Adriaan
Titel:
Herinneringen van A.Schackmann, razzia 11-11-1944
Openbaarheid:
Deze stukken zijn beperkt openbaar. Zij zijn slechts raadpleegbaar na verkregen schriftelijke toestemming van de directeur van het NIOD. Onderzoekers kunnen zich daartoe schriftelijk wenden tot de directeur van het NIOD.
Vorm:
Herinneringen (Handgeschreven tekst in een cahier met hard kaft met ingeplakte bijvoegingen)
Omvang:
60 pagina's
Periodisering:
11 november 1944 - 24 juni 1945
Periode van ontstaan:
vlak na de oorlog
Localisering:
Rotterdam, Bettenhausen (bij Kassel), Feldkirchen en Zorneding ((bij München) en de tocht naar huis
Taal:
Nederlands
Inhoud:
De auteur, die kleurenblind is, wordt bij de razzia van 11 november 1944 in Rotterdam van zijn bed gelicht. Hij zit in de laatste klas van de HBS. Hij mag voedsel en kleding meenemen. Lopend gaat hij naar Delft. Daar krijgt hij eten en men wordt in een treinwagon geladen. In Den Haag en Hilversum krijgen ze van de bevolking voedsel en sigaretten. Onderweg wordt hij éénmaal per dag gelucht en eet sneeuw. Er springen mensen uit de trein. Na een lange rit komt hij in Kassel aan en krijgt soep. Zijn Lager is in Bettenhausen, een voorstad van Kassel. Hij slaapt op een strozak. Hij is de eerste week timmerman, daarna rijdt hij op en neer naar werkkamp Wilhelmshöh, waar hij voor de kacheltjes in de schaftcafé'tjes zorgt. Bij het koffiezetten voor de baas gebruikt hij stiekem diens shag en zeep. Zijn toen geschreven dagboek is hij kwijt. Berichten uit Nederland zijn schaars, de stemming in het Lager is slecht. Ieder is om de beurt kamerwacht. Er is te eten, dat slechter wordt. De sigaretten waar hij recht op heeft krijgt hij niet, behalve soms één voor een luchtaanval. Van de stad Kassel, die hij mag bezoeken om er te eten, staat steeds minder overeind. Tenslotte eet hij alleen in het kamp. December 1944 is er een groot bombardement en moet hij helpen puin ruimen. Bij een tweede bombardement wordt de schuilkelder getroffen. Met kerstmis moet hij kerstpakketten overladen. Hij vertrekt naar Göttingen, waar hij in een personenwagon wordt overgeladen en passeert Neurenberg. Hier staan gestolen Nederlandse treinwagons. 31 December 1944 Komt hij in Feldkirchen bij München aan. Een wagon is zijn onderdak. Het eten is slecht, maar de plaatselijke bevolking helpt hen. Hij werkt niet. De kachel wordt omgebouwd om pannetjes op te zetten met aardappels uit een plaatselijke aardappelkuil. Zieke arbeiders worden ingeruild tegen nieuwe Nederlandse arbeiders. Als ze arriveren hebben ze bevroren ledematen door de lange reis in een onverwarmde trein. Hij gaat naar München.
Inhoud vervolg:
Hier ruilt hij op de markt eten tegen kleding en koopt sigaretten. 7 Januari 1944 is er een bombardement. Hij wast zich vanwege de kou niet vaak. Zondags zoekt hij zijn vertier ver van het kamp. De omgeving is heuvelachtig en soms ziet hij de Alpen. Nu helpt hij met het aanleggen van een spoorbaan tussen Feldkirchen en Zorneding, waar hij ook naar toe verhuist. Onderdak is weer in een treinwagon. Hij maakt lange koude dagen. Na werkweigering krijgen ze warmere kleren. Doordat hij zijn voet breekt en ook nog een tijd verkouden is, wordt hij tijdelijk afgekeurd. Het eten wordt steeds minder. Het werk vordert langzaam ondanks het geschreeuw der Duitsers, waar hij voorbeelden van geeft. Er komt een politieagent in het Lager, maar deze is makkelijk te beduvelen. Er worden pakjes van thuis ontvangen. Ze weigeren in de sneeuw gevaarlijk werk te doen. 15 April 1945 wordt de lijn waaraan ze werken gebombardeerd. Er komen zelfs lege jerrycans naar beneden. München wordt gebombardeerd. 21 April 1945 vlucht iedereen bij een groot bombardement tijdelijk het Lager uit. Ze moeten de bomtrechters dichten en opruimen, wat eerst geweigerd wordt. Door het vele alarm wordt hij buiten het kamp gehuisvest. Er komt een vrijheidszender door. Nadat de SS boerderijen in brand heeft gezet en er vandoor gaat, komen de Amerikanen. Ze zijn bevrijd. Polen en ook Nederlanders plunderen. Het leven wordt aangenamer, ze maken muziek en men gaan zwemmen. Er is genoeg te eten. Juni 1945 wordt hij per vrachtauto, na oponthoud in München, naar huis gebracht door Amerikanen. Het is een mooie tocht langs verschillende Duitse steden. De natuur staat in volle bloei. Aangekomen in Maastricht moet hij in een school op de grond slapen. Het eten is veel slechter. Hij wordt gekeurd. Na een week reist hij door over België naar Eindhoven, Nijmegen en Amersfoort. In Rotterdam wordt hij 24 juni 1945 door een extra tram thuisgebracht.
NB:
Het boek staat vol tekeningen van de verschillende kampen. Aangevuld februari 2012 met later verkregen origineel.
Datum beschrijving:
september 2010
Illustratie:
De foto is de auteur. in de tekst staan tekeningen van de verschillende kampen, gemaakt door de auteur.
Ga naar dit stuk: