Comparanten: - Elbert Wouters en - Cornelis Rutgers van Moorselaer. Er is onenigheid ontstaan en er zal nog meer gaan komen tussen beide comparanten aangezien Rutger Cornelis, het onmondige zoontje van Cornelis Rutgers van Moorselaer, oud omtrent 9 jaren, met een boogje in het gezicht van Henrick Elberts, onmondig zoontje van Elbert Wouters, oud omtrent 6 jaren, heeft geschoten. Zodanig, dat het gezicht(svermogen) beschadigd is en door een zeker ongeval naderhand waardoor hij is gevallen is hij verder verwond. Partijen zijn door tussenkomst van nagenoemde bemiddelaars in vriendschap tot overeenstemming gekomen. Cornelis Rutgers van Moorselaer zal uit naam van zijn zoontje aan Elbert Wouters betalen ten behoeve van diens zoontje, voor de smart en de "leemte", binnen 6 maanden aanstaande de som van 131 carolus gulden. Cornelis Rutgers van M. zal nog gehouden zijn de chirurgijn te betalen de som van 19 gulden, waarmee alle onenigheid die tussen de partijen is ontstaan in vriendschap is opgelost en zal blijven, zowel voor het verlies van het gezicht als leven of sterven van het kind nu en ten eeuwigen dage, zonder dat deze kinderen noch de voornoemde partijen die in deze vervangen en zich sterk maken voor hun respectieve huisvrouwen of andere kinderen, "vrunden of magen" (familie), elkander zullen mogen molesteren of "misdoen". De partijen beloven dit te zullen beletten en ieder zal de zijnen in het andere geval bestraffen en er op attenderen en dit strekt zich uit tot zowel de afwezigen als de aanwezigen, huidige en toekomende. Wanneer Henrick Elberts komt te overlijden voor de betaling van de penningen, dan zullen deze door zijn vader ontvangen en genoten worden. Getuigen: Henrick Aris, momber over Rutger Cornelis, Hermen Janszn., Gerrit Janzn., Ernest van de Wal en Anthonis Rutgersen.