Omstreeks 1925 werd naar ontwerp van architect Goethals dit kantoorpand in zakelijk expressionistische stijl gebouwd. Het pand vormt daarmee één van de zeldzame voorbeelden van oorspronkelijke vroeg-twintigste-eeuwse-kantoorgebouwen binnen de vesten van Middelburg. Door zowel horizontale als verticale sprongen in het metselwerk, pilasterachtige elementen en natuurstenen lekdorpels ontstond een levendige gevel, afgesloten door een ver overstekende gootlijst. Karakteristiek voor deze bouwtrant is ook de toepassing van horizontale roedeverdelingen in de ramen. Het pand is gebouwd in de zichtlijn van de Stationsstraat, waardoor de bijzondere architectuur tussen de historische bebouwing extra opvalt

Het sterk groeiende elekticiteitsbedrijf P.Z.E.M. liet in 1938 een nieuw hoofdkantoor, voor technische en administratieve diensten, met dienstwoning bouwen naar ontwerp uit 1937 van architect A. Rothuizen. Het gebouw op L-vormige plattegrond is opgetrokken uit geelbruine baksteen en bezit een betrekkelijk traditionele hoofdopzet gecombineerd met diverse modernistische architectonische elementen. De langgerekte voorgevel wordt nog extra benadrukt door de horizontale reeksen stalen vensters. Als contrast bevindt zich in het linkerdeel van de gevel een slanke vierkante toren met de hoofdingang onder een luifel, wwarboven een uitkragende verticale vensterpartij. Rechts van de voorgevel bevindt zich een vooruitgeschoven bouwdeel met de portierspost. Aan de kop van de L-vormige vleugel aan de linker achterzijde bevindt zich een dienstwoning. De monumentaliteit van de lange voorgevel met hoog opgaande toren, naar voorbeeld van de Stockholmse stadhuistoren, een duidelijke weerspiegeling van de positie die het energiebedrijf in de maatschappij in nam

Het kleine classicistische gebouwtje met gepleisterde gevels en rondboog gevelopeningen werd omstreeks 1845 als commiezenkantoor (tol/belastingkantoor) gebouwd en vanaf 1872 als bagageruimte verhuurd aan de Middelburgsche Stoomvaart Maatschappij, die hier een aanlegplaats van de boot naar Rotterdam had. Oorspronkelijk bezat het gebouwtje een zadeldak met forse overstekken