Uw zoekacties: Notulen van de gemeenteraad Vlissingen 1994

Notulen gemeenteraad Vlissingen ( Zeeuws Archief )

beacon
1  records
 
 
Erfgoedstuk
Pagina in notulen
Notulen van de gemeenteraad Vlissingen 1994
Titel:
Notulen van de gemeenteraad Vlissingen 1994
Jaar:
1994
Pagina:
117
27 oktober 1994
De voorzitter: Mevrouw Postma heeft het woord.
Mevrouw Postma (CDA): Omdat dit project de verwachtingen overtreft - dat blijkt na een jaar van uitvoering - hebben wij gemeend dat dit een ontzettend goed project is en dat het daadwerke¬ lijke sociale vernieuwing is.
De heer Van Nispen (CDA): Ik had het niet beter gekund, voorzitter.
De heer Van Scheppingen (NB): Dank u, voorzit¬ ter. De stelling van het Nederlands Blok: ten aanzien van het agendapunt zelve zou ik het volgende willen stellen. Mijn fractie is van mening dat de gemeente Vlissingen een terug¬ houdend beleid dient te voeren ten aanzien van nog meer nieuwkomers of migranten, ook al zijn dat zelfs rijksgenoten uit Suriname of de Antillen. Uit officiële peilingen is namelijk gebleken dat 70% van de Nederlandse bevolking tegen de komst is van nog meer asielzoekers. Wij dienen dit democratische gegeven als gemeenteraad te respecteren. Ook in Vlissingen. Bovendien gaat er reeds buitengewoon veel belastinggeld of ontwikkelingsgeld naar deze gebieden, waarmee mensen ter plekke hun eigen toekomst dienen op te bouwen. Zo is Suriname bijzonder rijk aan delfstoffen en met een beetje goede wil is er samen met Nederlandse adviseurs een prachtige toekomst op te bouwen. U zult begrijpen dat mijn fractie dus mordicus tegen is.
De voorzitter: Juist, en u moet maar eens leren wat het verschil is tussen iemand uit Suriname en een asielzoeker. Maar u hebt nog veel te leren.
De heer Van Scheppingen (NB): Dank u.
De voorzitter: Het woord is aan de wethouder.
Wethouder Poppe-de Looff (CDA): Dank u, voorzitter. Eerst maar een reactie richting PvdA en CDA, die het voorstel steunen. Ik heb eigenlijk toch nog een vraag richting de heer Van Wijnen, want u vindt het goed dat we die subsidie voor het tweede jaar toekennen vanuit sociale ver¬ nieuwing, maar dan zegt u vervolgens "opnemen binnen het reguliere aanbod" en voegt daaraan toe de instellingen. Welke instellingen bedoelt u dan en hoe? Ik kijk nu zo naar u, maar misschien kunt u daar ....
De voorzitter: Daar is een tweede termijn voor.
Wethouder Poppe-de Looff (CDA): Ja, precies, voorzitter. Ik hoor graag uw reactie daar straks op. Richting de heer Van Scheppingen: u hebt
hier in de commissie geen reactie op gegeven en nu hoor ik van u deze reactie. Ik denk dat de opmerking van de voorzitter zeer terecht is. Er is een zeer groot verschil tussen een Surinamer of een Antilliaan en een asielzoeker, maar wij behandelen ze hier in Nederland allemaal gelijk. Het college stelt u nu voor dit nieuwkomerspro¬ ject te steunen en als u van mening bent dat u het niet moet steunen, dan is dat aan u. Dat zal dan wel bij uw partij passen.
De heer Van Scheppingen (NB): Dank u, voorzit¬ ter.
De voorzitter: Dan was er in elk geval de vraag aan de heer Van Wijnen om nader toe te lichten wat hij bedoelde in z'n eerste termijn.
De heer Van Wijnen (PvdA): Ja, wij willen eigenlijk niet dat vanuit de sociale vernieuwing dit project volgend jaar weer wordt aangeboden, omdat we vinden dat de sociale vernieuwing toch iets tijdelijks in zich heeft, althans die projecten. Dan moet er weer ruimte zijn voor nieuwe projecten, het moet vernieuwing inhou¬ den. Dus ik dacht voor het komende jaar aan instellingen die zich bezig houden met educatie en dergelijke. Ik wil op dit moment liever geen instellingen noemen, dat moet juist bekeken worden.
De voorzitter: Is er nog iemand voor de tweede termijn? Dat is niet het geval. Dan is het woord aan wethouder Poppe-de Looff.
Wethouder Poppe-de Looff (CDA): Voorzitter, ik ben het eens als de heer Van Wijnen stelt dat dit project geïntegreerd moet worden. Het moet eigenlijk gewoon een structurele zaak zijn. Het heeft zijn effect bewezen; er zijn zeker tachtig gezinnen die nu intensief benaderd worden. Ik noem u als voorbeeld het activiteitencentrum, dat hebben we ook twee jaar vanuit de sociale vernieuwing gesubsidieerd en dat is nu geïnte¬ greerd bij het Sociaal Cultureel Werk en dat gaat dan om een veel kleiner bedrag. Ik zal u verder niet vermoeien met hoe moeizaam het is om dat binnen zo'n organisatie in te sluizen, want die subsidie wordt niet verhoogd en wij leggen als het ware de opdracht bij die organisatie om binnen hun bestaande middelen ruimte te cre- eren. Datzelfde vraagt u nu eigenlijk ook voor dit project. Ik ben het met u eens, misschien moe¬ ten we dat ook eens in die hele beleidsvernieu- wing meenemen. Maar het is natuurlijk toch best wel een opdracht als je bijvoorbeeld tegen een educatieve instelling zegt "Lossen jullie dat nu maar op". Het gaat hier toch om f 50.000,-. Ik ben blij dat de raad dit voorstel toch steunt.
-228-
27 oktober 1994
We geven het project voor het tweede jaar een kans en we zullen zeker dan weer een evaluatie¬ rapport krijgen. Op dat moment moeten we beoordelen hoe we ermee verder gaan. Dank u.
De voorzitter: Dank u zeer. De raad stemt in met dit voorstel onder de aantekening dat de heer Van Scheppingen daar tegen is.
7. VOLKSGEZONDHEID
2. 5e en 6e begrotingswijziging 1994 van de GGD Zeeland (reg.nr. MZ/wz/189)
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burge¬ meester en wethouders besloten.
8. RUIMTELIJKE ORDENING EN VOLKSHUIS¬ VESTING
1. Voorbereïdingsbesluit Buitengebied en Landelijke Bebouwingsconcentraties (ged.) (reg.nr. ST/bw/190)
2. Voorbereïdingsbesluit Scheldestraat (ged. Kasteelstraat 147) (reg.nr. ST/- bw/191)
3. Vaststelling bestemmingsplan Landelij¬ ke Bebouwingsconcentraties, 3e herzie¬ ning (reg.nr. ST/bw/192)
4. Vaststelling bestemmingsplan Vrijburg, Ie herziening (reg.nr. ST/bw/193)
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen van burge¬ meester en wethouders besloten.
5. Vrijstelling art. 19 wet R.O. woonzorg¬ complex Dr. Ottestraat (reg.nr. ST/bw/- 194)
De heer Koppejan (RPCU): Dank u wel, voorzit¬ ter. Het woonzorgcomplex is vanavond al enkele malen genoemd, misschien dan niet het betref¬ fende. De RPCU-fractie is blij dat het toch tot stand zal gaan komen, ook al is het tijdens commissievergaderingen niet helemaal ver¬ schoond geweest van emoties. De teneur van die vergaderingen was vooral dat er bij het opzetten van dergelijke projecten toch vroegtijdiger overleg gepleegd moet worden, ook met de omwonenden. De betreffende wethouder heeft dat ook toegegeven. Ik heb er verder geen behoefte aan om daar hier nog verder op in te gaan, maar ik hoop dat men uit deze zaak lering mag trekken voor andere complexen die waar
dan ook in onze goede stad worden opgetrokken, zodat men in het kader van de beleidspunten en ook in het kader van het aannemen van de nota "De vraagkant van de burger in beeld" dit ook betrekt niet alleen in inspraak, maar ook in samenspraak. Dank u wel.
De heer Van Nispen (CDA): Voorzitter, ik kan onderschrijven wat de heer Koppejan naar voren brengt. Dat overleg met omwonenden, ofwel door de gemeente geïnitieerd of daarop sterk aangedrongen door in dit geval Basco, heeft niet plaatsgevonden. Ik denk dat we daar voor een volgende keer van kunnen leren. Aan de andere kant moet ik zeggen dat Basco zich toch redelijk positief opgesteld heeft als het gaat om één van de insprekers door een aardig bod op het huis te doen. Ik denk dat Basco wat dat betreft geen blaam treft. Wij zijn uiteraard akkoord. Wij zijn blij dat dit woonzorgproject er komt.
De heer Schaap (D66): Dank u wel, voorzitter. Bij de realisering van een woonzorgcomplex aan de Doctor Ottestraat spelen belangen van direct omwonenden, van de opdrachtgever Basco en van de toekomstige bewoners van het woonzorg¬ complex, maar ook het zogenaamd algemeen belang een rol in de besluitvorming. Een feit is dat de beslissing tot vrijstelling ex artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening door het college van B&W wordt genomen. Toch meent de fractie van D66 dat genoemde beslissing tot vrijstelling in dit geval door de raad van deze gemeente moet worden genomen, omdat er naar onze mening geen sprake is geweest van een goede samenspraak met direct omwonenden. Zodoende krijgen zij toch nog de gelegenheid om datgene naar voren te brengen in commissie en mogelijk schriftelijk, wat tot een betere afweging zou kunnen leiden. Dat zeg ik omdat in de nota "De vraagkant van de burger" een heel andere tekst staat over de samenspraak met burgers in Vlissingen. Daarin wordt ook gesproken over het erbij betrekken van alternatieve plannen. Het was beter geweest als daarover bij de planvor¬ ming in een vroegtijdig stadium met de omwo¬ nenden eens van gedachten was gewisseld. Formeel is de inspraak gelopen zoals die dus beschreven staat in onze gemeente, maar toch. Ik wil toch eens een reactie horen van de wet¬ houder of ik het nu goed begrijp dat bij planvor¬ ming burgers toch de gelegenheid krijgen eens samen te spreken met college en met belangheb¬ benden. Het valt mij ook wat tegen dat in de projectgroep, die bestaat uit vertegenwoordigers van de gemeente, toekomstige bewoners en de Basco en die door Basco al in een vroegtijdig stadium bijeen geroepen is, de omwonenden niet opgenomen zijn. Ik had ook verwacht dat de
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer
Organisatie: Zeeuws Archief