Uw zoekacties: Personen Abdij van Egmond

356 Abdij van Egmond ( Noord-Hollands Archief )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Naar boven om te zoeken
356   Abdij van Egmond
Inleiding
1. Voorwoord
2. Afkortingen
3. Inleiding
4. Bijlage
laatste wijziging 12-11-2022
2.593 beschreven archiefstukken
254 gedigitaliseerd
totaal 3.507 bestanden
Inventaris
1. Archief van de abdij van Egmond
2. Archief van memoriemeesters
3. Archief van de kosterij
4. Archief van hospitaalmeesters
5. Aanvulling
6. Regestenlijst, 889-1571
6.1. Afkortingen
6.2. Regestenlijst, 889-1571
6.2.1. Regesten 1 t/m 100
6.2.2. Regesten 101 t/m 200
6.2.3. Regesten 201 t/m 300
6.2.4. Regesten 301 t/m 400
6.2.5. Regesten 401 t/m 500
6.2.6. Regesten 501 t/m 600
6.2.7. Regesten 601 t/m 700
6.2.8. Regesten 701 t/m 800
6.2.9. Regesten 801 t/m 900
6.2.10. Regesten 901 t/m 1000
6.2.11. Regesten 1001 t/m 1100
6.2.12. Regesten 1101 t/m 1200
1101 Everardus Zoudenbalch, kanunnik in Traiectum, subexecutor van Anthonius de Tosabetis, gelast alle geestelijke en wereldlijke personen in zijn gebied peremptoir te dagvaarden in de kerk te Traiectum Odzerus Boys, deken, en Wilhelmus Paedze, Johannes bastaard van Egmond, en Petrus Johannesz.; kanunniken van de collegiaatkapel te Rynnegom, wijl zij aan de aanmaning hun gedaan om de kerk in handen te stellen van Arend van Dorp niet voldaan hebben.
Oorspr. (Inv.no. 699). Met het zegel van de oorkonder in rode was., 1454 April 6
1102 Notaris Petrus Gerardis die Milde instrumenteert, dat hij op verzoek van Arnoldus, pastoor der parochiekerk in Egmonda, een citatiebrief heeft voorgelezen aan deken en kapittel van de collegiaatkapel van Rvlinegom.
Oorspr. (Inv.no. 699). Met het handmerk van de notaris., 1454 April 11 (in capella collegiata ville de Rynnegom)
1103 Notaris Petrus Hasert instrumenteert, dat Everardus Zoudenbalch, kanunnik in Traiectum, subexecutor van Anthonius de Tosabetis, alle geestelijke en wereldlijke personen in zijn gebied gelast heeft in hun kerken af te kondigen, dat Odzerus Boys, deken, en Wilhelmus Paedze, Johannes bastaard van Egmond én Petrus Johannesz., kanunniken van de collegiaatkapel te Rynnegom, driemaal gedaagd en niet verschenen, geëxcommuniceerd zijn en de diensten in hun kapel geschorst zijn, totdat hun door hem of van hoger hand absolutie is geschonken.
Oorspr. (Inv.no. 699). Met het handmerk van de notaris. Het zegel van de oorkonder is afgevallen., 1454 Mei 8 (Traiecti)
1104 Notaris Albertus Folkeri de Enchusen instrumenteert, dat Wilhelmus, abt van S. Adalbertus in Egmonda, vóór hem en getuigen verklaard heeft, dat de geëxcommuniceerde deken en kanunniken van Rynnegom tijdens de mis in de kapel van de H. Maagd zijn gedrongen en hem bedreigingen hebben toegevoegd wegens de excommunicatie tegen hen uitgesproken door het bedrijf van Arnoldus van Dorp, monnik in het klooster, zodat de abt voornemens is hun een proces van injurie van 1000 Engelse nobels aan te doen.
Oorspr. (Inv.no. 699). Met het handmerk van de notaris., 1454 Mei 18 (in capella beate Marie virginis monasterii Egmondensis)
1105 Jan Gherytsz. van der Wateringhe, schout van Naeldwijc, verklaart van S. Aechtenzusters en Heilige Geestmeesters van de Oude kerk te Delf gekocht hebben zeker land, "geleghen ghemeenre voer ende ghemengeder aerde" met land van prior en convent van Egmond, welk goed gescheiden is door schout, zeven gezworenen en de gezworen landmeter, waarbij de prior en convent 4 morgen land min 90 gaarden aan de "lijtwech" tussen Naeldwijc en Honsol verkregen hebben.
a. Oorspr. (Inv.no. 918). Met het zegel van de schout.
b. Afschrift (Inv.no. 846, blz. 81)., 1454 Mei 27
1106 Everardus Zoudenbalch, kanunnik in Traiectum, subexecutor van Anthonius de Tosabetis, gelast alle geestelijke en wereldlijke personen in zijn gebied om Oedzerus Boys, deken, Wilhelmus Paedze, Johannes bastaard van Egmond en Petrus Johannesz., kanunniken van de kapel te Rynnegom, peremptoir te dagvaarden in de kerk te Trajectum ter instantie van broeder Arnoldus van Dorp.
Oorspr. (.Inv.no. 699). Met het zegel van de oorkonder in rode was., 1454 juni 3
1107 Paus Nicolaus V verklaart in het geschil tussen heer Willem van Egmond en deken en kapittel van S. Catharina bij Egmond op den Hoef enerzijds, en abt en convent van Egmond en broeder Arnoldus anderzijds over de kerk van Egmond, die naar beweren van de eerste partij door paus Johannes met het kapittel geïncorporeerd zou zijn en naar beweren van de tweede partij door paus Eugenius met de abdij geïncorporeerd zou zijn, dat naar de jongste brieven geoordeeld moet worden en dat deze geëxecuteerd moeten worden.
Oorspr. (Inv.no. 699), Met het loden zegel van de paus., 1454 juli 6 (Rome apud Sanctum Petrum)
1108 Ghijsbertus de Brederoede, proost en aartsdiaken in Traiectum gelast de deken van Kenemaria en alle andere geestelijken in zijn gebied om de twee definitieve vonnissen, gewezen ten voordele van Arnoldus de Dorpp tegen deken en kapittel van Rennegom over de parochiekerk in Egmonda, te doen uitvoeren, krachtens de executoriaalbrief van Everardus de Zoudenbalch.
Oorspr. (Inv.no. 699). Met het zegel van de oorkonder in rode was, 1454 juli 12
1109 Notaris Petrus Hasert instrumenteert, dat Everardus Zoudenbalch, kanunnik in Traiectum, subexecutor van Antonius de Tosabetis, aan alle geestelijke en wereldlijke personen in zijn gebied bericht heeft, dat hij een brief van aggravatie en reaggravatie uitvaardigt tegen Oedzerus Boys, deken, Wilhelmus Paedze, Johannes bastaard van Egmond en Petrus Johannesz., kanunniken van de kapel in Rynnegom.
a. Oorspr. (Inv.no. 699). Met het handmerk van de notaris. Het zegel van de kanunnik is verloren.
b. Gelijktijdig afschrift van Petrus Johan. (Inv.no. 699)., 1454 juli 17 (Traiecti)
1110 Notaris Walingus Rutgherusz. de Oestgeest instrumenteert, dat Arnoldus de Dorp de brief d.d. 1454 juli 17 (Reg.no. 1109), op welks rugzijde deze geschreven is, vóór hem en getuigen heeft voorgelezen en aan de deuren van de parochiekerk in Egmond heeft aangeslagen.
Oorspr. (Inv.no. 699). Met het handmerk van de notaris., 1454 juli 26 (Egmonde ante fores meridionales ecclesie parochialis)
1111 Andrys Claesz., schout in Lymmen, oorkondt, dat Aelbrecht van Scoten, Hillegont Pieter Mentend. en Heinrick Pleter Mentend. met hun voogd verklaarden verkocht te hebben aan heer Dirck Struys, priester, broeder in het klooster te Egmond, alle goederen hun aangekomen bij dode van hun oom heer Jan die Visscher, gelegen in de ban van Lymmen, van der Wyck en Heemskercke.
Oorspr. (Inv.no. 300). Met de zegels van de schout, en die van Wouters Buyse en Jan Albout uit naam van de verkopers., 1454 Augustus 6 (des Dingesdages nae Sinte Pietersdach ad vinculam)
1112 Everardus Zoudenbalch, kanunnik in Trajectum, subexecutor van Anthonius de Tosabetis, gelast alle geestelijke en wereldlijke personen in zijn gebied om Oedzerus Boys, deken, Wilhelmus Paedze Johannes, bastaard van Egmond en Petrus Johannesz., kanunniken van de kapel te Rynnegom, peremptoir te dagvairden in de kerk te Traiectum om de kerkelijke straffen tegen hen te horen uitspreken.
Oorspr. (Inv.no. 699). Met het zegel in rode was van de oorkonder., 1454 October 21
1113 Notaris Petrus Hasert instrumenteert, dat Everardus Soudenbalch, kanunnik in Traiectum, subexecutor van Antonius de Tosabetis, het interdict uitspreekt over de parochie van Egmond en alle plaatsen, waar Oedzerus Boys, deken, Wilhelmus Paedze, Johannes bastaard van Egmond en Petrus Johannesz., kanunniken van de kapel in Rynnegom zich ophouden.
a. Oorspr. (Inv.no. 699). Met het handmerk van de notaris en zegel van de kanunnik in rode was.
b. Gelijktijdig afschrift (in duplo) van notaris Johannes Reyneri. (Inv.no. 699).
c. Gelijktijdig afschrift van notaris Gerardus Febri. (Inv.no. 699)., 1454 October 25 Traiecti)
1114 Jacob Eelman, prior, en heer Arent van Hemert, monnik en doctor in de geestelijke rechten, gemachtigden van het convent van Egmonde, verklaren, dat het geschil met Bertelmeus van Prusen, baljuw van Bergen, over zekere wederzijdse schuldvorderingen bijgelegd is en dat zij elkaar alles kwijt schelden.
a. Oorspr. (Inv.no. 931). Met de zegels van de prior en de baljuw van Bergen.
b. Afschrift (Inv.no. 846, blz. 84)., 1455 Januari 2
1115 Gherijt van Noirtwijck verklaart vóór zegslieden en wijnkoopslieden te weten heer Willem van Mattenesse, abt van Egmond, heer Gheryt van Scoten, commandeur te Haerlem, heer Claes van Hoechtwoud en Claes van Scoten aan heer Aernt van Hemert, monnik in Egmond en gasthuismeester ten behoeve van het gasthuis van het klooster tot een vrij eigen goed verkocht te hebben een halve akker land, geheten de Cruysacker en gelegen in de ban van Beverwijck, welk land hij met het gasthuis gemeen had.
Oorspr. (Inv.no. 997). Met het zegel van de oorkonder., 1455 januari 5 (opten heylighen drye coninghenavent)
1116 Notaris Walcardus de Oosterhout instrumenteert, dat Ghysbertus de Brederoede, domproost in Traiectum, als executor in onderstaande zaak verklaard heeft, dat hem de hier opgenomen bul van paus Nicolaus d.d. 1452 november 28 (Reg.no. 1084) door mr. Walingius de Oestgest vanwege abt en convent van het klooster van S. Adalbertus in Egmonda is vertoond en dat hij alle geestelijken in zijn gebied gelast heeft deze bul te handhaven.
a. Oorspr. (Inv.no. 609) Met het handmerk van de notaris en zegel van de domproost in rode was.
b. Oorspr. (Inv.no. 609). Met het handmerk van de notaris en zegel van de domproost in rode was.
c. Oorspr. (Inv.no. 609). Met het handmerk van de notaris en zegel van de domproost in rode was., 1455 Februari 15 (Traiecti in domo habitacionis mea infra emunitatem ecclesie Traiectensis)
1117 Andrys Claesz., schout in Lymmen, oorkondt, dat heer Ysebrant van Scoren, priester, met Gheryt Buyser, zijn oom en voogd, Symon van Scoten met haar man Coman Jan Claesz., en Alyt van Scoten met haar man Melys Jansz., verklaren verkocht te hebben aan heer Dirck Struys, priester en conventuaal in het klooster te Egmond, de goederen, die hun door de dood van hun oom Jan die Visscher zijn aangekomen, gelegen in de ban van Lymmen en in de ambachten van der Waack en Heemskerck.
Oorspr. (Inv.no. 300). Met het zegel van de schout en dat van Jan Albout, uit naam van de verkopers., 1455 Februari 26 (des Woensdages nae sinte Mathys dach apostell)
1118 Notaris Walingus Rutgheri de Oestgeest instrumenteert, dat heer Wilhelmus de Mattenesse, abt van Egmonda, in bijzijn van heer Gerardus de Scoten, commendator van het klooster van S. Johannis in de stad Hairlem en vóór hem (notaris) en getuigen de brief d.d. 1452 november 28 (zie Reg.no. 1084) vertoond heeft, welke hij, notaris, daarop getranssumeerd heeft.
Oorspr. (Inv.no. 27). Met het handmerk van de notaris en het zegel van Gerardus de Scoten in rode was., 1455 Maart 23 (Hairlem in camera domini commendatoris)
1119 Gheryt Willemsz. van Pruyssen, schout in Berghen in Kenemerlant, oorkondt, dat Gheryt Gherytsz. vóór hem verklaarde verkocht te hebben aan heer Aernt van Hemert, doctor in de geestelijke rechten, monnik en gasthuismeester van het klooster te Egmonde, ten behoeve van het gasthuis, een stuk land, geheten Heddincsmeed, gelegen in de ban van Berghen.
Oorspr. (Inv.no. 995). Met het zeer geschonden zegel van Bartholomeus van Pruissen, baljuw van Berghen, in plaats van de oorkonder., 1455 juni 24
1120 Philips, hertog van Bourgoingen, verklaart, dat de abt van Egmond zich beklaagd heeft over het feit, dat, hoewel hem is toegestaan een meier te zetten, die de schulden van het godshuis mag innen volgens hetzelfde recht als de heer van Egmond, de schepenen van Egmond toch in strijd daarmee handelen; dat de heer van Egmond, zich in het z.g. cariteitsland rechten aanmatigt, die de abt toekomen en dat de renten wegens wagendiensten door de buren niet worden betaald; om welke redenen de hertog last geeft de heer van Egmond een dwangbevel te zenden en in geval van oppositie te dagvaarden voor het Hof van Hollant tegen de 21ste augustus naastkomende.
Oorspr. (Inv.no. 112). Met opgedrukt signet van de oorkonder in rode was., 1455 Augustus 5
1121 Sover Gerytsz., schout van Backum, oorkondt, dat heer Aelbrecht Folkertsz., van Enchusen, priester, vóór hem verklaarde aan heer Aernt van Hemert, doctor in de geestelijke rechten en monnik van Egmond, ten behoeve van het gasthuis van het klooster van Egmond, verkocht te hebben 2 grazen land, gelegen in de ban van Backum in Clivingeland.
Oorspr. (Inv.no. 992). Met het zegel van de oorkonder., 1455 October 11
1122 De abt van Egmonde en de heer van Egmonde komen overeen voor het Hof van Holland, het de klachten van de abt over het niet nakomen van de uitspraak van het Hof door de heer van Egmond onderzocht zullen worden door Geryt van Assendelff en mr. Henrick van der Mye vanwege de abt en door Lodewijck van der Eycke en Mr. Anthonis Michiels (raden van geneomd Hof) vanwege de heer van Egmond.
Oorspr. (Inv.no. 112). Met de handtekening van Adam van Cleve, secretaris van het Hof., 1455 December 22 (in den Hage)
1123 Jans Jansz. oorkondt, dat hij aan heer Jacob Eelman, prior von Egmond, ten behoeve van de kosterij een weiland, geheten de Lutkeven, gelegen in de ban van Lymmen, verkocht heeft.
Oorspr. (Inv.no. 952). Met de rest van het zegel van Jan Reynen, schout van Akersloot, in plaats van de oorkonder., 1456 Maart 22 (daechs nae S. Benedictusdach)
1124 Willem, abt van Egmond, verklaart in erfleen te geven aan Heynrick van Naeldwyck 40 morgen land, gelegen op Ruven, 12 morgen in Aertscamp in het ambacht van Wateringe en de tienden buitendijks in Vlaerdingen.
a. Afschrift (Inv.no. 569).
b. Afschrift (Inv.no. 12, fol, 59 vo)., 1456 April 18
1125 Simon van Tetroede, schout van Scoirle, oorkondt, dat Bertelmeus Jan Zweersz. vóór hem verklaarde verkocht te hebben aan de abt van Egmonde een stuk land, groot omtrent veertien snees(en), gelegen in Hargen in de ban van Scoirle.
Oorspr. (Inv.no. 434). Met het zegel van de schout., 1456 Mei 5
1126 Claes Brouwer, schout in het ambacht van der Wyck en Wyck opt Zee, oorkondt, dat Huyghe Buyse overgedragen heeft aan heer Dirc Struys, monnik in Egmond, de Liescamp, gelegen in het ambacht van der Wyck in de Wyckbroeck.
Oorspr. (Inv.no. 300). Met het zegel van de schout., 1456 Mei 11 (op S. Pancraes avont)
1127 Mary van Hodepyll, jonkvrouw van der Horst, geeft vergunning aan Johan van der Horst, haar zoon, de 10 morgen en 2 hont land, gelegen te Scipliede, die deze in leen heeft van de abt van Egmond en waarvan de lijftocht haar toekomt, te verkopen; zij verzoekt de abt haar zoon hierin ter wille te zijn.
a. Oorspr. (Inv.no. 578). Met het zegel van Johan Sloyer in plaats van de oorkondster.
b. Afschrift (Inv.no. 12, fol, 45 vo)., 1456 Mei 26 (op des heyligen Sacramentsavont)
1128 Jacobus Eelman, prior en sacristijn van het klooster van S. Adelbertus in Egmonda, verklaart een deel van zekere weide, geheten de Luttekenven gelegen in Lymmenban in Akersloot, gekocht te hebben, welk goed hij met goedkeuring van de abt heer Willem van Mattenesse aan de sacristie van dat klooster schenkt, op voorwaarde, dat jaarlijks voor het heil zijner ziel en die zijner voorouders en vrienden, in het midden van het koor van de kloosterkerk een waskaars zal worden gebrand op bepaalde feestdagen.
Oorspr. (Inv.no. 952). Met het geschonden zegel van de abt in rode was., 1456 juni 6
1129 Zoyer Geriit Willemsz., schout van Bachem, oorkondt, dat Claes Jacob Florisz. en Pieter Willemz. vóór hem verklaarden verkocht te hebben aan heer Jacob Eelman, prior van het klooster van Egmond, ten behoeve van het convent, twee aan elkaar grenzende halve viertelen grond, gelegen in de Hem in de ban van Bachem.
a. Oorspr. (Inv.no. 858). Met het zegel van de oorkonder.
b. Afschrift (Inv.no. 846, blz. 84 vo)., 1456 juli 3
1130 Willem, abt van Egmonde, geeft in erfleen aan Dirck Rycke Jansz, 10 morgen en 2 hont land, gelegen in Schipliede, welke goederen de abt door Jan van der Horst opgedragen waren.
Afschrift (Inv.no. 12, fol, 46)., 1456 Augustus 22
1131 Notaris Gerardus Johannesz. de Alcmaria instrumenteert, dat Johannes de Schyedam, doctor in de decreten, kanunnik der kerk van S. Johannes Evangelist in Traiectum en cureit van de parochiekerk te Alcmaria enerzijds en achttien broeders uit het convent der Observanten van S. Franciscus in Alcmaria als vertegenwoordigers van hun gehele convent anderzijds vóór hem (notaris) en getuigen een overeenkomst sluiten, waarbij de vrijheid van de broeders in het houden van missen, predikaties, processies, het afnemen van confessies van zieken, het aanvaarden van legaten enz. tegenover de parochie-geestelijken beperkt wordt.
Gelijktijdig afschrift (Inv.no. 680)., 1456 September 30 (Alcmarie in refectorio monasterii fratrum minorum)
1132 Arnt van Hemerdt, doctor in de decreten, Willem Butenwech, beide conventuaal in Egmonde, Gijsbert van der Huell, rentmeester, en Derick van Riedwijck, baljuw te Egmonde, zegslieden in het geschil tussen heer Willem van Matenesse, abt van Egmonde, en zijn convent enerzijds en heer Willem, broeder tot Gelre, heer van Egmond, Ysselsteyn en 's lands van Mechelen anderzijds, bepalen, dat ten aanzien van de achterstallen van wagendiensten, de erfhuren en het cariteitsland de uitspraak van Gijsbrecht van Vyanen c.s. zal uitgevoerd worden; dat de abt terzake van panding en toewijzing dezelfde rechten als de heer van Egmond zal hebben; dat de heer van Egmond zal waken, dat zijn onderzaten, die dienstland van het godshuis houden, dit onveranderd en onverdeeld zullen houden en dat reeds vervreemde landen weer "aan de dienst" teruggebracht zullen worden.
a. Oorspr. (Inv.no. 112). Met de geschonden zegels (in rode was) van abt en van het convent van Egmond en die van Willem Butenwech, Gysbert van der Huell en Derick van Riedwijck. De zegels van Arndt van Hemert en de heer van Egmond zijn verloren.
b. Gelijktijdig afschrift op perkament (Inv.no. 112)., 1456 October 24
1133 Claes Brouwer, schout van Wiick opt zee, oorkondt, dat Heynric Buyse Pieter Mentend. met haar oom en momber Gheriit Buyze, de helft van zeker ven, gelegen in de ban van Wiick opt zee, verkocht heeft aan heer Dirc Struys, monnik in het klooster te Egmond.
Oorspr. (Inv.no. 300). De zegels van de schout en van Wouter Buyse zijn verloren., 1456 October 27 (op S. Simon ende juden avont apostelen)
1134 Notaris Aelbertus Folkeri de Enchusen instrumenteert, dat heer Wilhelmus de Mattenesse, abt van Egmond, Jacobus Eelman, prior, Arnoldus de Hemert, Wilhelmus Butenwech en Arnoldus de Dorp, geprofeste monniken en capitulares van het klooster ter ene zijde en deken en kapittel van de collegiaatkapel van S. Katherina in Rynnegom ter andere zijde op 3 januari 1457 vóór hem (notaris) en getuigen overeengekomen zijn, de zaak van de parochiekerk van Egmond, tussen hen hangende voor het Hof van Rome, uit te stellen tot eerstkomende S. Johannesdag; dat vervolgens genoemde partijen op 8 juli 1457 vóór hem (notaris) en getuigen overeengekomen zijn de bovengenoemde zaak uit te stellen tot eerstkomende Kerstdag.
Gelijktijdig afschrift (Inv.no. 699)., 1457 januari 3-juli 8 (in posteriori camera abbatie)
1135 Schepenen in Leyden oorkonden, dat Jan Jan Gherytszoons. vóór hen verklaarden verkocht te hebben aan heer Claes van Leyden Florysz., priester, 4 morgen en 2 hont land, gelegen in het ambacht van Benthusen.
Afschrift (Inv.no. 846, blz. 86 vo)., 1457 Mei 6
1136 Paus Calistus op verzoek van Philippus, hertog van Burgundia, Jacobus van Poelgeest, abt van S. Paulus in Traiectum, benoemd hebbende tot coadjutor van Wilhelmus de Matenesse, abt van Egmonda, die wegens tachtigjarigen ouderdom de belangen van het klooster niet meer behoorlijk kan waarnemen, reserveert zich de benoeming van een opvolger van genoemde abt, die de hertog aangenaam zal zijn. Getranssumeerd in de brief d.d. 1457 juli 30 (Reg.no. 1141)., 1457 Mei 19 (Rome apud Sanctum Petrum quarto decimo Kalendas Junii)
1137 Judocus, bisschop van Ieropolis, professor in de theologie, vicaris-generaal van David de Burgundia, bisschop van Traiectum, wijdt het altaar in de kapel in Abtspoel ("Palude abbatis") buiten Leyden ter ere van God, de H. Maagd Maria, S. Benedictus, S. Jero, S. Adalbertus en S. Agatha en stelt verschillende aflaten in voor degenen, die zich voor het altaar verdienstelijk maken.
Oorspr. (Inv.no. 122). Met het geschonden zegel in rode was van de oorkonder., 1457 Mei 27
1138 Zoeyer Gerytsz., schout van Backum, oorkondt, dat Ysbrant Engbrechtsz., Florys Engbrechtsz., Staes Engbrechtsz., Gerijt Engbrechtsz., allen broeders en Goel Andriesz., hun zwager, vóór hem verklaarden verkocht te hebben aan heer Aernt Philipsz., priester en monnik van Egmond, 3 viertelen madeland, gelegen in de Hem in de vrijheid van Backum.
a. Oorspr. (Inv.no. 859). Met het zegel van de schout.
b. Afschrift (Inv.no. 846, blz. 86)., 1457 juni 17
1139 Aernt Philipsz., priester en monnik van Egmond, verklaart met goedkeuring van de abt het land, bedoeld in de brief d.d. 1457 juni 17 (Reg.no. 1138), waardoor deze gestoken is, geschonken te hebben aan zijn convent ten behoeve van de memorie.
a. Oorspr. (Inv.no. 859). Met het geschonden zegel van de prior Jacob Eelman in rode was.
b. Afschrift (Inv.no. 846, blz. 86)., 1457 juni 20
1140 Broeder Martialis Auribellii de Avinione, professor der H. Schrift en generaal van de orde der Predikheren, verklaart heer Wilhelmus Simonis, abt van het klooster van S. Adalbertus in Egmunda, en de monniken aldaar, dat hij hen deelgenoten maakt in alle werken en goederen, zo in leven als in dood, welke door de broeders en zusters van de orde bewerkt worden, terwijl na hun overlijden bij kennisgeving aan het Generaal-kapittel dezelfde diensten voor hen gehouden zullen worden als voor de broeders van de orde.
Oorspr. (Inv.no. 148). Met de rest van het zegel in rode was van de oorkonder., 1457 juli 5 (Sutphanie)
1141 Notaris Wilhelmus Jacobsz. van Noirtwijck geeft op verzoek van Jacobus de Poelgheest, abt van S. Paulus in Traiectum, transsumpt van de bul van paus Calixtus d.d. 1457 mei 19 (Reg.no. 1136).
Oorspr. (Inv.no. 62). Met het handmerk van de notaris., 1457 juli 30 (die vero Sabbati)
1142 Schepenen in Delf oorkonden, dat Symon Jacobsz. gehuurd heeft van heer Jacob Eelman, prior en koster van het klooster van Egmond, 12 morgen land, gelegen bij de Kerstangen bij Delf, voor 12 jaar.
Oorspr. (Inv.no. 945). Met de zegels van de schepenen Claes Ofhuys en Pieter Aelwin Pietersz., 1457 Augustus 22
1143 Willem, abt van Egmonde, verklaart in erfleen te geven aan Pieter Gielysz. de helft van 22 morgen land, gelegen op Schieveen in Roderyse, welks landen zijn broeder Goeswijn Gielysz. van de abdij in leen had gehouden.
Afschrift (Inv.no. 12, fol, 56 vo)., 1457 September 19
1143a Notaris Aelbertus Folkeri de Enchusen instrumenteert., dat heer Wilhelmus de Mattenesse, abt van Egmond, Jacobus Eelman, prior, Arnoldus de Hemert, Wilhelmus Butenwech en Arnoldus de Dorp, geprofeste monniken en capitulares van het klooster ter ene zijde en deken en kapittel van de Collegiaatkapel van S. Katharina in Rynnegom ter andere zijde op 3 januari 1457 vóór hem (notaris) en getuigen overeengekomen zijn, de zaak van de parochiekerk van Egmond, tussen hen hangende vóór het Hof van Rome, uit te stellen tot eerstkomende S. Johannesdag; dat vervolgens genoemde partijen op 31 juli 1458 vóór hem (notaris) en getuigen overeengekomen zijn de bovengenoemde zaak uit te stellen tot eerstkomende Kerstdag.
Gelijktijdig afschrift (Inv.no. 699)., 1458 januari 10-juli 31 (in posteriori camera abbatie)
1144 Willem, broer van Ghelre, heer van Egmonde, Yselsteyn en het land van Mechelen, geeft vergunning om in het proces over de kerk van Egmond, te Rome aanhangig gemaakt door de kanunniken van zijn slot te Egmond enerzijds en de abt van Egmond, anderzijds, opnieuw een uitstel te verlenen tot S. Johan midzomer.
Oorspr. (Inv.no. 699). Met een spoor van het opgedrukte zegel in rode was van de oorkonder., 145(8) Maart 15

1145 Willem, broeder van Ghelre, heer van Egmonde, Yselsteyn en het land van Mechelen, verklaart goed te vinden, dat de beslissing van de kwestie, gerezen tussen de kanunniken van zijn slot te Egmonde en de abt van Egmonde uitgesteld wordt.
Oorspr. (Inv.no. 699). Op papier. Met de rest van het opgedrukte zegel in de rode was van de oorkonder., 1458 juli 26 (Woensdaghes na Sinte Jacobsdach den heylighen apostel)
1146 Reynout Allertsz., schout in Wimnem, oorkondt, dat Florys Willem Bijlmansz. vóór hem verklaarde verkocht te hebben aan heer Jacob Eelman, prior van het klooster van Egmond, ten behoeve van het convent, een stuk land van 2 achtendeel rogzading, gelegen in de ban van Wimnem.
a. Oorspr. (Inv.no. 927). Met het zegel van de schout.
b. Afschrift (Inv.no. 846, blz. 84 vo.), 1458 October 6
1147 Jan van der Coulster Willemsz., leenman van de grafelijkheid wegens de ambachtsheerlijkheid van Oesdom, verkoopt aan heer Willem van Matenesse, abt van Egmonde, de poorters van Hairlem en Alcmair, de buren van Oesdom en allen, die geland zijn binnen het gebied van zijn leen, zowel binnen als buiten Oesdom, alle tinsen, vroonschulden en S. Martijnstinsen, die hij op hun goederen bezeten heeft en welke hem onlangs op 23 maart 1458 door de landsheer en de heer van Lannoy, stadhouder-generaal, en Raden tot een vrij goed waren gegeven; hij verklaart verder hun landen, liggende binnen de ban van Oesdom en daarbuiten, strekkende "totter Hoeff toe in de ban van Heylo" vrij van al deze lasten.
Oorspr. (Inv.no. 411). Met het zegel in rode was van Jan van der Coulster., 1458 October 27
1148 Willem, broeder van Ghelre, heer van Egmond, Yselsteyn en het land van Mechelen, verklaart goed te vinden, dat in het proces voor het Hof van Rome, gevoerd door abt en convent van Egmond enerzijds en deken en kapittel van Egmond, anderzijds, de pleitredenen uitgesteld worden tot S. Johansmis te midzomer.
Oorspr. (Inv.no. 699). Met het geschonden opgedrukt signet in rode was van de oorkonder., 1458 December 21
1149 Claes Symonsz., schout in Kasterkum, oorkondt, dat Symon Heynenz. vóór hem verklaarde verkocht te hebben aan heer Jacop Eelman, prior van het klooster van Egmond, ten behoeve van de memorie van het klooster, een stuk land, gelegen in de ban van Kasterkum, geheten "Backerstuyn" en een stukje daarnaast.
a. Oorspr. (Inv.no. 889). Met het zegel van de schout.
b. Afschrift (Inv.no. 846, blz. 85)., 1459 januari 22 (op S. Vincentiusdach)
1150 Notaris Aelbertus Folkeri de Enchusen instrumenteert, dat Arnoldus de Dorp en enige andere monniken, gemachtigden van heer Jacobus de Poelgeest, abt van Egmond, enerzijds, en deken en kanunniken van de Collegiaatkapel van S. Katharina in Rynnegom, anderzijds, op het kerkhof bij de parochiekerk overeengekomen zijn de zaak tussen hen hangende voor het Hof te Rome uit te stellen tot de tweede Zondag na Pasen; dat de abt van Egmond daarop deze overeenkomst bekrachtigd heeft.
Gelijktijdig afschrift (Inv.no. 699)., 1459 Februari 7 (in capella beate Marie virginis)
1151 Paus Pius bekrachtigt op verzoek van de abt van S. Thomas in Bursfeld c.s. de goedkeuring verleend door het concilie van Basilea aan het jaarlijkse kapittel der geünieerde kloosters van de orde van S. Benedictus en machtigt de Unie nog andere kloosters in zich op te nemen naar het voorbeeld van de Conerecatie van S. Justina de Padua. Getranssumeerd in de brief d.d. 1493 juni 18 (Reg.no. 1327)., 1459 Maart 6 (Senis anno incarnationis Dominice millesimo quadringentesimo quinquagesimo octavo pridie Nonas Martii pontificatus nostri anno primo)
1152 Notaris Aelbertus Folkeri de Enchusen instrumenteert, dat heer Jacobus de Poelgest, abt van Egmond en geprofeste monniken en capitulares van de abdij mr. Theodericus Calvis en 12 andere magisters tot hun gemachtigden benoemen bij het Hof te Rome, om aldaar hun zaak van appèl voort te zetten tegen deken en kapittel van de kapel van S. Katharina in Rynnegom, wegens het vonnis ten voordele van laatstgenoemden gewezen door de deken van Zutphen.
Afschrift z.j., (16e eeuw (?)) (Inv.no. 699)., 1459 April 9 (in capella beate Marie virginis monasterii Egmondenses)
1153 Notaris Tielmannus Munffeler de Uslaria instrumenteert, dat heer Jacobus van Poelgheest, abt van het klooster S. Adalbertus in Egmonda, door zijn procurator mr. Wilhelmus de Noertwijck vóór hem (notaris) en getuigen een protest heeft laten inleveren en voorlezen, waarin hij verklaart, dat de abdij van Egmond krachtens haar privilegiën niet gebonden is bij te dragen tot de blijde inkomst van David, bisschop in Traiectum, die door zijn commissarissen in Holland gevorderd is, en dat hij een som geld onverplicht en ter vermijding van moeilijkheden heeft laten afdragen.
Oorspr. (Inv.no. 96). Met het handmerk van de notaris., 1459 April 30 (Traiecti in ecclesie beate Marie)
1154 Broeder Bero van Amsterdam, prior der Regulieren te Syon in Beverwijck, Dirck Utenhaghe en Willem Utencamp, leenmannen van het godshuis van Egmont, oorkonden, dat Dirck Hoflant vóór hem en Gheryt Symonsz., de meier van de abdij, als vrij eigen opdraagt aan heer Jacop van Poelgheest, abt van Egmond, een akker land, groot een achtendeel rogzading, gelegen in de ban van Beverwijck, zulks omdat de abt hem enige leengoederen tot een vrij eigen gegeven had.
Oorspr. (Inv.no. 301). Met de zegels van de eersten en derde oorkonder en dat van "den edelen schiltboertighen man" Symon van Arinchem in plaats van de tweede oorkonder., 1459 Mei 10
1155 Claes Symon, schout van Kasterkum, oorkondt, dat Symon Heynenz. verklaarde vóór hem verkocht te hebben aan heer Jacop Eelman, prior van het klooster van Egmond, een stuk land, gelegen in de ban van Kasterkum, geheten "de groote breede twijn", en wel voor ... ten behoeve van de memorie en ... ten behoeve van de kosterij van het klooster.
a. Oorspr. (Inv.no. 890). Met het zegel van de schout.
b. Afschrift (Inv.no. 846, blz. 85 vo)., 1459 juni 7
1156 Jacob van Poelgheest, abt van Egmond, oorkondt, dat hij mr. Florys Claisz., doctor in de medecijnen, beleend heeft met 6 morgen land, gelegen op Ruven in het ambacht van Popswoude, welke zijn vader Claes Florysz. van de abt in leen had gehad.
Afschrift (Inv.no. 12, fol, 35)., 1459 juni 24
1157 Claes Symonsz., schout van Casterkum, oorkondt, dat Heynric Symon Heynriczoonsz. vóór hem verklaarde verkocht te hebben aan heer Jacop Eelman, prior van het klooster van Egmond "tot des convents behoeff van der memori des cloosters", een stuk land, geheten de Cleyne brede tuyn, gelegen in Casterkum.
a. Oorspr. (Inv.no. 891). Met het zegel van de schout.
b. Afschrift (Inv.no. 846, blz. 87)., 1459 Augustus 10 (op S. Louweriisdach)
1158 Jacob van Poelgheest, abt van Egmonde, geeft in leen aan Pieter Hughenz. 7 morgen land, gelegen tussen Schye en Delff in Koxhove, hem aanbestorven van zijn broer Willem Hughenz.
Afschrift (Inv.no. 12, fol, 38)., 1459 Augustus 17
1159 Jacob van Poelgeest, abt van Egmond, verklaart in erfleen te geven aan Dirck Ryck Jansz, 10 morgen en 2 hont land, gelegen in Scipliede.
Afschrift (Inv.no. 12, fol, 47)., 1459 November 4
1160 Philips, hertog van Bourgongnen, gelast de deurwaarder van de kamer van de Raad in Hollant om de schout Clais van Veen en de schepenen van Groede te verbieden zekere eigenmachtig vastgestelde keur en schouw over de duinen van Petten ten uitvoer te leggen, hem te gebieden de abt van Egmond en andere ingelanden ongemoeid te laten, en hen tegen abt en ingelanden vóór de Raad in Den Hage te dagen, ingeval zij bezwaren hebben.
Oorspr. (Inv.no. 623). Met opgedrukt signet in rode was van de oorkonder., 1459 December 1
1161 Claes Symonsz., schout van Kastricum, oorkondt, dat Heynric Symon Heynenz. vóór hem verklaarde verkocht te hebben aan heer Jacob Eelman, prior en koster van het klooster van Egmond, een stuk land, gelegen in de ban van Kastricum, geheten "de groote breede tuyn", waarvan de ene helft zal strekken ten behoeve van de memorie en de andere helft ten behoeve van de kosterij van dat klooster.
a. Oorspr. (Inv.no. 820). Met de rest van het zegel van de schout.
b. Afschrift (Inv.no. 846, blz. 87)., 1460 Februari 14
1162 Bertout Diric Oetgersz., burgemeester in de Beverwijc, en Gheerbrant Claesz., poorter aldaar, oorkonden, dat Louris Mychyelsz. aan heer Jacob Eelman, prior en koster van het klooster van Egmond, verkocht heeft, ten behoeve van de kosterij, een streng land, gelegen in de ban van de Beverwijc, waarvan de grenzen nader omschreven worden.
Oorspr. (Inv.no. 944). Met de licht geschonden zegels der oorkonders., 1460 Maart 10
1163 Wouter Buyse verklaart, dat hij aan heer Jacob van Poelgeest, abt van Egmond, zijn goederen, die hij van abt en godshuis in leen had, t.w. de Groote ven en Urlenven in de ban van Castrikem en een ven in Uutgeest, als vrij eigen heeft overgedragen.
Oorspr. (Inv.no. 385). Met de zegels van de oorkonder en van Jan van Huessen en Aelbrecht de Weendt, leenmannen van de abt., 1460 juni 13
1164 Oude Gheryt Rumbout, jonge Gheryt Rumbout, Claes Vrancken, Vranc Roloffz., Oetgher Roloffz., Daniel Allertz., Mathijs Allertz. en Jacop Allertz. verklaren, dat zij van de abt van Egmond enige stukken land, gelegen in de ban van Assendelff, gehuurd hebben voor de tijd van 9 jaar tegen een pacht van 30 Engelse nobels 's jaars.
Oorspr. (Inv.no. 242). Het zegel van Claes Tammaesz., schout van Assendelft is verloren., 1460 September 13
1165 Jacob van Poelgheest, abt van Egmonde, verklaart met toestemming van de paus in ruil voor ander land aan het convent van S. Aechte in Delff te hebben afgestaan, 3 morgen land, gelegen in het ambacht van Rijswijk bij de Hoernbrug en 4 morgen land, gelegen in Lyerambacht.
Oorspr. (Inv.no. 538). Met het licht geschonden zegel in rode was van de abt., 1460 October 13
1166 Theodericus, prior der Reguliere kanunniken te Windesim, daartoe gemachtigd bij brieven van wijlen paus Eugenius, geeft vergunning aan heer Jacobus de Poelgheest, abt van Egmond, enige landerijen van het klooster, gelegen in Beverwyck, Coedyck en Heyloe, te verkopen.
Oorspr. (Inv.no. 211). Met het zegel van de prior., 1460 November 20
1167 Theodericus, prior der Reguliere kanunniken te Windesim, daartoe gemachtigd bij brieven van wijlen paus Eugenius verleend, geeft vergunning aan heer Jacobus de Poelgheest, abt van Egmond, enige landerijen van het klooster, gelegen in Delfland, te ruilen met het klooster van S. Agatha in Delf.
Oorspr. (Inv.no. 211). Met het zegel van de prior., 1460 November 20
1168 Notaris Theodericus de Vinario instrumenteert, dat Bernardus de Rovira, auditor in onderstaande zaak, ter vervanging van Bernardus de Bosco, door ziekte verhinderd, op verzoek van abt en convent van het klooster van S. Adelbertus in Egmonda en Arnoldus de Dorp het vonnis vernietigt, gewezen door Rodolphus Bitter, deken van S. Walburgis in Sutphen, ten voordele van deken en kapittel van de kapel van S. Catherina bij het slot van Rinnegom, bij welk vonnis de brief door paus Eugenius over de parochiekerk in Egmonda aan abt en convent aldaar gegeven, nietig verklaard was.
Oorspr. (Inv.no. 699). Met het handmerk van de notaris en de rest van het zegel in rode was (in een doos) van de auditor., 1461 Februari 20 (Rome apud Sanctum Petrum)
1169 Jacob van Poelgheest, abt van Egmonde, verklaart aan Phillips Gielisz. tot een recht erfleen te geven 22 morgen land, gelegen op Scieveen in Roderyse.
Afschrift (Inv.no. 12, fol, 57)., 1461 October 31
356 Abdij van Egmond
Inventaris
6. Regestenlijst, 889-1571
6.2. Regestenlijst, 889-1571
6.2.12. Regesten 1101 t/m 1200
1169
Jacob van Poelgheest, abt van Egmonde, verklaart aan Phillips Gielisz. tot een recht erfleen te geven 22 morgen land, gelegen op Scieveen in Roderyse.
Afschrift (Inv.no. 12, fol, 57)., 1461 October 31
Zie ook:
Organisatie: Noord-Hollands Archief
laatste wijziging 11-11-2022
1170 Paus Pius benoemt naar aanleiding van een klacht van enige met name genoemde geünieerde kloosters van de regel van S. Benedictus, de dekens der kerken van S. Johannes in Maguntium, van S. Severus in Erffurdum en van het H. Kruis in Hildensem, tot conservatoren en rechters dezer kloosters.
a. Opgenomen in de brief d.d. 1491 augustus 29 (Reg.no. 1316).
b. Getranssumeerd in de brief d.d. 1493 juni 18 (Reg.no. 1327)., 1461 November 3 (Rome apud Sanctum Petrum)
1171 Paus Pius draagt de bisschop van Eystetum op naar aanleiding van het verzoek van de abten van de drie gereformeerde kloosters van Bursfeld in het diocees Maguntium, van Mellicium in het diocees Ratisponum en van Castellum in het diocees Bamberga om in de onderlinge verschillen omtrent de Waarneming van de eredienst en de observantie van de regel van de H. Benedictus een uitspraak te geven en allen in de Duitse natie, die onder de regel leven, te dwingende door hem te geven voorschiften na te komen. Getranssumeerd in de brief d.d. 1493 juni 18 (Reg.no. 1327)., 1461 November 3 (Rome apud Sanctum Petrum)
1172 Claes Andriesz., schout van Lymmen, oorkondt, dat Willem Pieter Willemsz. vóór hem verklaarde aan heer Jacob Eelman, prior en koster van het convent, ten behoeve van de kosterij, verkocht te hebben 3 grazen land min 5 roede, gelegen in de Westmade in den ban van Lymmen.
Oorspr. (Inv.no. 953). Met het zegel van de oorkonder., 1461 November 6
1173 Gheriit Zoeyersz., schout in Backum, oorkondt, dat Pay Ariisz. vóór hem verklaarde verkocht te hebben aan heer Jacop Eelman, prior van het klooster van Egmond en heer Aernt Philipsz., priester en conventuaal aldaar ten behoeve van de memorie van dat klooster, een stuk land, gelegen in de ban van Backum in de Hem.
Oorspr. (Inv.no. 860). Met het zegel van de oorkonder., 1461 December 29 (des anderen dages nae alre kinderen dach in den winter)
1174 Jacob van Poelgheest, abt van Egmonde, verklaart in tegenwoordigheid van mannen in leen gegeven te hebben aait heer Clais Hoeck, priester in Delff, 2¿ morgen land, gelegen in Maeslant, 4 morgen in het ambacht van Rijswijck en 7 morgen in den Vryenban, onder zekere voorwaarden omtrent het versterf van de lenen.
Afschrift (Inv.no. 12, fol, 27)., 1462 januari 14
1175 Claes Andriesz., schout van Lymmen, oorkondt, dat Claes Willemsz. vóór hem verklaarde verkocht te hebben aan heer Jacob Eelman, prior en koster van de abdij van Egmond, ten behoeve van de kosterij, een akker zaailand, groot 69 gaarden, gelegen in Disterdorp in Lymmen.
Oorspr. (Inv.no. 954). Met het zegel van de schout., 1462 januari 26
1176 Symon Baertsz., schout van Coedijck, oorkondt, dat Griet Heynend., ministerse van het jonghe hoff in Alcmayr, dat geheten is S. Marie, met haar voogd vóór hem verklaarde verkocht te hebben aan heer Jacop van Poelgeest, abt van Egmondt, een halve weide, gelegen in de bon van Coedijck.
Oorspr. (Inv.no. 386a). Met het conventszegel van S. Marie; het zegel van de schout is verloren., 1463 April 14
1177 Johannes, abt van S. Thomas in Bursfeld, Theodericus, abt van Reynhusen en Theodericus, abt van Huysberg in het diocees Maguntium, als presidenten van het jaarlijks kapittel en de andere abten van hetzelfde kapittel in Erffordia verklaren ontvangen te hebben een transsumpt van de privilegiën, toegestaan dan de congregatie van S. Justina door wijlen paus Eugenius en vervolgens ook aan hun kapittel geschonken door paus Pius. Getranssumeerd in de brief d.d. 1493 juni 18 (Reg.no. 1327)., 1463 April 24 (Erffordie)
1178 Jacop van Poelgheest, abt van Egmondt, geeft in erfleen aan Heynrick Doe 2 morgen land, gelegen in Maeslant en 4 morgen in het ambacht van Rijswijck, welke goederen zijn vader heer Heynric van Claes Hoeck aanbestorven waren; met bepalingen omtrent de vererving van het leen.
Afschrift (Inv.no. 12, fol. 9)., 1463 juni 1
1179 Huge van Tetroede verklaart verkocht te hebben aan Huge Jansz. van Amstelredam, die als voogd van de weduwe van Aerian Peter Coman Jansz. een halve sloot met een wal, gelegen in de ban van Heilo aan de zuidzijde van de Kleine zate van Cranebroeck, met voorwaarde, dat de koop vervallen zal, wanneer de abt van Egmond geen toestemming verleent.
Oorspr. (Inv.no. 375). Met het zegel van de oorkonder., 1463 Augustus 24
1180 Dielof Matheusz. als voogd van zijn moeder, Jan Jansz. en Jan Dircxz. verklaren gezamenderhand verkocht te hebben aan Huge Jansz. van Amsterdam als voogd van de weduwe van Jan Pieter Comen Jansz., zijn moei, de helft van een nader aangeduide sloot, gelegen in de ban van Helloe.
Oorspr. (Inv.no. 375). Met het zegel van Jacob van de Couster in plaats van de oorkonders., 1463 September 7 (op Onser Vrouwen avont nativitas)
1181 Philips, hertog van Bourgongnen, belast heer Jacob van Poelgeest, abt van Egmonde, daartoe aangezocht door stadhouder en Raad van Hollant, tot wederopzeggen met het beheer en onderhoud van het duin tussen Campe en Petten, geheten het Hondsbosch, en geeft een keur op het onderhouden van dit duin en de aanstelling van bewakers.
Oorspr. (Inv.no. 624). Met het signet in rode was van de oorkonder., 1463 October 18
1182 Notaris Hernens Cramezel instrumenteert, dat Bernardus Rovira, doctor in de decreten, pauselijk kapelaan en auditor het interdict uitspreekt over alle plaatsen, waar deken en kapittel van de kapel te Rinnegum zich bevinden en verzoekt de hertog van Burgundia en alle andere wereldlijke overheden in diens gebied, om, wanneer Arnoldus van Dorp dit verlangt, deken en kapittel gevangen te nemen en te houden, tot dat zij aan het vonnis voldaan hebben.
Oorspr. (Inv.no. 699). Met het handmerk van de notaris en het zegel in rode was (in een doos) van de auditor., 1463 December 16 (Rome apud Sanctum Petrum)
1183 Pieter Aelbrechtsz. van Heyloe verklaart, dat hij aan Hughe Janszoen als voogd van de weduwe van Adriaen Pieter Coman Jansz. verkocht heeft 5 want land min 30 roede, gelegen in de ban van Heyloe.
Oorspr. (Inv.no. 375). Met het geschonden zegel van Dirck Ysbrantsz., burgemeester van Alcmair., 1465 januari 18
1184 Adriaen van Raephorst verklaart zijn kapelaan, heer Jan Pouwelsz., om vele diensten, die hij hem en zijn overleden huisvrouw, in het bijzonder tijdens de ziekte van zijn vrouw bewezen heeft, het land te schenken, dat hij met de abt van Egmond, Jan van Hodenpijl en zijn neef, Florys van Cralingen, gemeen heeft liggen in het ambacht van Zwammerdam en Reewyck en dat hun "by versettinge" van heer Reynout, heer van Brederode en van Ghenyppe is aangekomen.
Oorspr. (Inv.no. 610). Met het zegel van rode was van de oorkonder., 1465 Februari 4
1185 De notarissen Wilhelmus Gerardusz. de Lyra en Florentius de Dam instrumenteren, dat ridder heer Johannes, heer van Egmond vóór hen (notarissen), Johannes de Poelgeest en Theodericus de Zwieten, commissarissen van de abt van Egmond en getuigen de deken en het kapittel van de collegiaatkerk van S. Katherina bij het slot van Egmond up die Huuff, verzocht heeft zich neer te leggen bij de uitspraken van den H. Stoel in zijn geschil met de abt en het convent van Egmond over het patronaat en de incorporatie van de parochiekerk van Egmond; dat het genoemde kapittel vóór hen, commissarissen en getuigen verklaart zich te onderwerpen aan de tegen hen gewezen uitspraken en van alle aanspraken op deze kerk tegenover de abt van Egmond afstand gedaan heeft, onder beding, dat de heer van Egmond en de leden van het kapittel, met hun huisgenoten de sacramenten van de Eucharistie en het laatste oliesel van de collegiaatkerk zullen mogen ontvangen zonder tussenkomst van de pastoor van de parochiekerk (mits het H. Oliesel jaarlijks alleen van het klooster van Egmond verkregen worden); dat aan de pastoor van de parochiekerk jaarlijks op Pasen als matriculaar recognitie 6 oude Vlaamse groten uitgekeerd zullen worden; dat de heer van Egmond, deken en kapittel en hun huisgenoten in de Collegiaatkerk of elders (behoudens de moederkerk haar recht) vrij een graf zullen mogen kiezen.
Oorspr. (Inv.no. 699). Met de handmerken van de notarissen en de zegels van heer Gerardus van Poelgeest, abt van het convent van Egmond, van heer Jan, heer van Egmond en van het kapittel van de Collegiaatkerk. Het abtszegel en het conventszegel hebben beide een contra-zegel, de laatste afgedrukt door een Romeins camée. Het abtszegel heeft bovendien op de rugzijde twee afdrukken van een ringzegel., 1465 Maart 26 (in villa Hagensi in anteriore nemore ante domum sagittariorum ville Hagensis)
1186 De notarissen Wilhelmus Gerardusz. de Lyra en Florentius de Dam instrumenteren, dat heer Gerardus Johannesz., cureit van de parochiekerk van Egmond opt Zee, in tegenwoordigheid van heer Johannes, ridder en heer van Egmond, Johannes de Poelgeest en Theodericus de Zweten als commissarissen van heer Gerardus de Poelgeest, abt van Egmond en vóór hen (notarissen) en getuigen vrijwillig de kerk van Egmond opt Zee met al haar rechten afgestaan en overgedragen heeft aan genoemde abt, collator en patroon van de genoemde kerk, in welke afstand de heer van Egmond toestemming heeft gegeven; dat de abt het recht van de heer van Egmond erkend heeft een geschikt persoon te mogen noemen en presenteren, als de kerk openvalt en dat verder het voorbehoud gemaakt is, dat de cureit aan de cureit van de parochiekerk van Egmond een jaarlijkse rente van 2 mark zilver zal uitkeren.
Oorspr. (Inv.no. 703). Met de handmerken van de notarissen en de zegels in rode was van de abt, met contra zegel, van het convent en van heer Jan, heer van Egmond. Het zegel van de Collegiaatkerk bij het slot van Egmond ontbreekt., 1465 Maart 26 (in villa Hagensi in anteriore nemore ante domum sagittariorum ville Hagensis)
1187 Notaris Johannes Reynerusz. instrumenteert, dat Johannes Teynck Egidii en Eglinus Hesyn, fabriekmeesters van de kerk te Oudendorp verklaren vóór heer Gerardus de Poelgeest, abt, heer Jacobus Eelman, prior, heer Nicolaus de Hoechwoude en Nicolaus de Leyden, conventualen, hem (notaris) en getuigen, dat die kerk jaarlijks aan het convent van Egmond 13 achtendeel gerst benevens 3 achtendeel ten behoeve van de Sacristie, schuldig is.
Oorspr. (Inv.no. 430). Met het handmerk van de notaris., 1465 April 17 (in abbacia Egmondensia)
1187a Paus Paulus gelast alle commissarissen en delegaten om bij aanvragen om vergunning tot vervreemding van geestelijke goederen steeds een nauwkeurig onderzoek in te stellen naar de reden van die aanvrage. Opgenomen in de brief d.d. 1473 maart 4 (Reg.no. 1243)., 1465 Mei 11 (Rome apud Sanctum Petrum quinto idus Maii)
1188 Gheryt Zoyersz., schout in Backum, oorkondt, dat Heynric Heynricsz., bouwknecht in het klooster van Egmondt, vóór hem en leenmannen verkocht heeft aan heer Gheryt van Poelgeest, abt aldaar, 2 grazen, gelegen in de Oude venne in de ban van Backum en 2 akkers aldaar.
Oorspr. (Inv.no. 941). Met het zegel van de schout., 1465 juni 8
1189 Gheryt van Poelgeest, abt van Egmondt, verklaart door heer Jacob Eelman, prior en koster van het klooster, vanwege de kosterij voldaan te zijn van de goederen, vermeld in de brief d.d. 1465 juni 8 (Reg.no. 1188), waardoor deze gestoken is.
Oorspr. (Inv.no. 941). Met rest van het zegel in rode was van de abt., 1465 juni 9
1190 Jan Pieters, schout in Egmonde, oorkondt, dat Willem van Cralingen, bij believen van de abt heer Gheryt van Poelgheest, verkocht heeft aan zijn zoon, Oedzier van Cralingen, monnik in Egmonde, een huis, erf, boomgaard met akker, gelegen op den Huef in de ban van Egmonde.
Oorspr. (Inv.no. 342). Met de zegels van de schout en Willem van Cralingen., 1465 juni 15
1191 Pieter, Dirc en Claes, zoons van Jan Teeten, en de voogden van Teet en Baef, dochters van Jan Teeten, verklaren, dat zij zeker vroonland zonder verlof van de meier aan hun broeder Jacop verkocht hebben, tengevolge waarvan dit aan de abt van Egmond vervallen is.
Oorspr. (Inv.no. 420). Met het zegel van Dirc Jan Voppenz., 1465 juli 13 (op sinte Margaretendach)
1192 Paus Paulus (II) geeft aan abt en convent van het klooster van S. Adelbertus in Egmonda op hun verzoek vergunning om reliquieën uit andere kerken of kloosters over te brengen en te bewaren in hun klooster, mits deze niet door diefstal verkregen zijn.
Oorspr. (Inv.no. 136). Met het loden zegel tijdens paus Paulus II in gebruik, aan zijden koord., 1465 October 2 (Rome apud Sanctum Petrum)
1193 Gherijt Soeierz., schout van Baccum, oorkondt, dat Jan van Egmonde Ottenz. vóór hem verklaarde verkocht te hebben aan heer Claes Florijsz., prior, en heer Claes Pietersz. en heer Aernt Phillipsz., conventualen van het klooster, ten behoeve van de memorie 3 akkers, geheten de Pollen, gelegen in de ban van Baccum.
Oorspr. (Inv.no. 861). Met het geschonden zegel van de schout en dat van Jan van Egmonde., 1466 Maart 31
1194 De Raad ten zaken van Hollant, Zeelant en Vrieslant gelasten de abt van Egmonde, heer Willem, bastaard van Hollant en heer tot Schagen, ridder, Jan van Assendelff, rentmeester van Noord-Hollant, en Jacob Bossairt, secretaris van de hertog, inspectie te doen van de Vriesendijk en het Hontbosch en dienaangaande rapport uit te brengen.
Oorspr. (Inv.no. 643). Met het signet in rode was., 1466 mei 2
1195 Clacs Dircxz., poorter van Delfft, verklaart, dat heer Gheryt van Poelgeest hem de gunst verleend heeft 5 morgen land, gelegen in de heerlijkheid van Popswoude op die Schie, te aanvaarden, hoewel hij niet binnen de heerlijkheid van Popswoude woont.
Oorspr. (Inv.no. 563). Met het zegel van Hugo Groet Hugez., 1466 Mei 19
1196 De Raad ten zaken van Hollant, Zeelant en Vrieslant beveelt de eerste deurwaarder om Ailbrecht van Raephorst, die het land van Texel met de tienden in pacht heeft, te gelasten daaruit 20 hoet gerst te leveren aan de abt van Egmonde, die daartoe gerechtigd is krachtens de overeenkomst door een zijner voorgangers gesloten met koning Willem, graaf van Hollant.
Oorspr. (Inv.no. 438). Met het geschonden signet van de hertog van Bourgondië tot de zaken in Holland en Zeeland in rode was., 1466 Mei 19
1197 De procureur van de abt van Egmonde hernieuwt voor het Hof van Hollant zijn eis, dat het Hof de buren van Berckel zal verbieden turf te delven, tenzij zij aan de abt de tiende turf geven aangezien de tienden in dat ambacht aan de abt toekomen.
Oorspr. (Inv.no. 479). Met de handtekening van de griffier., 1466 juni 30
1198 Johannes Plater, proost van het Praemonstratenserklooster in Scheiden in het diocees Colonia, oorkondt, dat hij op verzoek van Petrus de Hagha Comitis, prior van het klooster Altenburg, aan abt en convent in Egmunda reliquieën heeft gezonden n.l. zes hoofden van de Elfduizend Maagden, waarvan vier met name aangeduid waren, alsmede enige andere reliquieën, waarvan sommige met name aangeduid waren.
Oorspr. (Inv.no. 137). Met het zegel van de proost., 1466 juli 13 (in nostro monasterio Scheydensi die Margarete virginis et matyris)
1199 Het Hof van Hollant appointeert, dat de abt van Egmonde in zijn geschil met de buren van Berckel zijn conclusie maken zal juist als zijn voorgaande conclusie, wat betreft het verleden en dat hij, wat de toekomende tijd betreft zal concluderen, dat de buren zolang zij blijven delven hem de tiende turf zullen geven.
Oorspr. (Inv.no. 479). Met de handtekening van de griffier., 1466 juli 15
1200 De procureur van de buren van Berckel dient voor het Hof van Hollant van antwoord op de eis tot de tiende turf, gedaan door de abt van Egmonde en concludeert, dat die van Berckel van de eis zullen worden geabsolveerd.
Oorspr. (Inv.nr.479). Met de handtekening van de griffier., 1466 juli 23
6.2.13. Regesten 1201 t/m 1300
6.2.14. Regesten 1301 t/m 1400
6.2.15. Regesten 1401 t/m 1500
6.2.16. Regesten 1501 t/m 1557
laatste wijziging 12-11-2022
2.593 beschreven archiefstukken
254 gedigitaliseerd
totaal 3.507 bestanden
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1140-1574
Omvang in meters:
10,00
Periode documenten:
1140-1574
Openbaarheid:
openbaar
Raadpleegmogelijkheid:
Haarlem, Jansstraat, raadpleging mogelijk na transport
Gebruiksinformatie:
Inventaris inv.nrs. 1-1008. Inv.nrs. 79, 100, 132, 160, 167, 179, 191a, 544, 577, 586, 679, 710, 715, 837-838 ontbreken. Inv.nr. 828 is vervallen. De inventaris bevat een uitvoerige regestenlijst, 889-1571. Het archief is alleen op microfiches te raadplegen. Meer informatie over inv.nr. 13 (Bul, waarbij paus Innocentius II de abdijen van Egmond en Rijnsburg in eigendom en bescherming neemt, 1140) en de transcriptie van het stuk zijn te vinden op www.noord-hollandsarchief.nl>Ontdekken>Schatkamer>Het oudste stuk van het Noord-Hollands Archief.
Licentie metadata:
Creative Commons Zero (CC0) - Public Domain Dedication
Categorie:
laatste wijziging 12-11-2022
2.593 beschreven archiefstukken
254 gedigitaliseerd
totaal 3.507 bestanden