Samenvattingen van oude akten ( Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC) )
712 zoekresultaten
sorteren op:
2114 Abdij van Postel, 1138-1797
Inleiding
Regesten
85 1293-05-16.
Johannes, hertog van Brabant, en Johannes, heer van Cuijk, oorkonden in het geschil tussen de abdij van Floreffe en het huis van Postel enerzijds en Gerardus, investiet van Asten en Lierop, anderzijds, over de tienden van Lierop, dat Gerardus erkent geen recht hierop te kunnen uitoefenen op grond van het pastoraat van Asten en Lierop.
Johannes, hertog van Brabant, en Johannes, heer van Cuijk, oorkonden in het geschil tussen de abdij van Floreffe en het huis van Postel enerzijds en Gerardus, investiet van Asten en Lierop, anderzijds, over de tienden van Lierop, dat Gerardus erkent geen recht hierop te kunnen uitoefenen op grond van het pastoraat van Asten en Lierop.
Datumaanduiding:
in vigilia penthecoste
Ontwikkelingsstadium:
origineel inv.nr. Lierop_4
Beschrijving zegel:
met fragmenten van het zegel van de hertog
NB:
uitgegeven in H.P.H. Camps, Oorkondenboek van Noord-Brabant tot 1312: Deel I De Meierij van 's-Hertogenbosch (met de heerlijkheid Gemert) ('s-Gravenhage 1979) nr. 493
Zie ook:
Organisatie: Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC)
laatste wijziging 28-03-2024
2114 Abdij van Postel, 1138-1797
Inleiding
Regesten
582 1456-02-18.
Nicolaes Merselis, secretaris van heer Jacob, graaf van Horne etc., geeft afschrift van stukken uit 1455 van aanklachten en verdediging in het geschil tussen Theeus (Thieus, Thevis) Calenbaert te Someren en de meester van Postel. Betreft onder meer het in ballingschap jagen van zijn vader buiten Brabant en verkoop van diens goederen, het gijzelen in 's-Hertogenbosch van zijn zwager Willem van Cuijk, door Postel bewaarde documenten van hem over door Postel verpande goederen, de tienden van Someren, de windmolen en het maalrecht van Someren en Lierop en vier hoeven te Someren.
Nicolaes Merselis, secretaris van heer Jacob, graaf van Horne etc., geeft afschrift van stukken uit 1455 van aanklachten en verdediging in het geschil tussen Theeus (Thieus, Thevis) Calenbaert te Someren en de meester van Postel. Betreft onder meer het in ballingschap jagen van zijn vader buiten Brabant en verkoop van diens goederen, het gijzelen in 's-Hertogenbosch van zijn zwager Willem van Cuijk, door Postel bewaarde documenten van hem over door Postel verpande goederen, de tienden van Someren, de windmolen en het maalrecht van Someren en Lierop en vier hoeven te Someren.
Ontwikkelingsstadium:
origineel inv.nr. Someren_9
Zie ook:
Organisatie: Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC)
laatste wijziging 28-03-2024
2114 Abdij van Postel, 1138-1797
Inleiding
Regesten
217 1357.
Notaris Johannes de Heardevelde geeft afschrift van stukken uit 1357 van aanklachten en verdediging in het geschil tussen Willem van Stackenborgh te Someren enerzijds en pater Jan van Perweijs, meester van Postel, en de abt van Floreffe anderzijds, ter beslechting waarvan de hertog en de hertogin van Brabant hebben aangesteld heer Jan, ridder, heer van Wittem en Wahlwiller, en heer Jan Tserclaes, deken van Sint-Goedele te Brussel. Het betreft onder meer de verkoop van heerlijkheid en kasteel van Asten (broer van Willem is Henrick, ridder en later meester van Postel, hun moeder is vrouwe van Boisschot, grootmoeder is Beatix van Cuijk), in bewaring gegeven documenten en kostbaarheden wegens een reis van Willem naar het Heilig Land met zijn broer Theus, diverse andere kostbaarheden, hoeven, tienden en de molen te Someren, goederen te Rode, Hofstade, Hilvarenbeek.
Notaris Johannes de Heardevelde geeft afschrift van stukken uit 1357 van aanklachten en verdediging in het geschil tussen Willem van Stackenborgh te Someren enerzijds en pater Jan van Perweijs, meester van Postel, en de abt van Floreffe anderzijds, ter beslechting waarvan de hertog en de hertogin van Brabant hebben aangesteld heer Jan, ridder, heer van Wittem en Wahlwiller, en heer Jan Tserclaes, deken van Sint-Goedele te Brussel. Het betreft onder meer de verkoop van heerlijkheid en kasteel van Asten (broer van Willem is Henrick, ridder en later meester van Postel, hun moeder is vrouwe van Boisschot, grootmoeder is Beatix van Cuijk), in bewaring gegeven documenten en kostbaarheden wegens een reis van Willem naar het Heilig Land met zijn broer Theus, diverse andere kostbaarheden, hoeven, tienden en de molen te Someren, goederen te Rode, Hofstade, Hilvarenbeek.
Ontwikkelingsstadium:
origineel inv.nr. Someren_9
Zie ook:
Organisatie: Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC)
laatste wijziging 28-03-2024
2130 St. Catharinagasthuis Grave, 1291-1973
Inleiding
Regestenlijst.
1400-1471
a532 1469.
Loeff Jeger, richter in het Land van Cuijk, Bartolt Jeger en Noeyke Henricssoen, schepenen te Cuijk, oorkonden, dat Herman van Beynem, H.Geestmeester, ten behoeve van het Graafse Geesthuis, een panding verricht heeft in verband met de achterstalligheid in de betaling van een rente van 8 1/2 malder rogge.
Loeff Jeger, richter in het Land van Cuijk, Bartolt Jeger en Noeyke Henricssoen, schepenen te Cuijk, oorkonden, dat Herman van Beynem, H.Geestmeester, ten behoeve van het Graafse Geesthuis, een panding verricht heeft in verband met de achterstalligheid in de betaling van een rente van 8 1/2 malder rogge.
Beschrijving zegel:
Het zegel van Loeff Jeger verloren.
Zie ook:
Organisatie: Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC)
laatste wijziging 15-05-2019