2092 Norbertijnenabdij van Berne, oud archief, 1134-1857 ( Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC) )
2092
Norbertijnenabdij van Berne, oud archief, 1134-1857
Inleiding
Regesten
638 1429 juli 7
Ante domum inhabitationis dictorum conjugum testatorum, sitam in parochia de Roesmalen ad locum dictum Coudewater.
Johannes van der Meulen, geheten Bolte, priester en vicarius-perpetuus van de parochiekerk van Roesmalen, instrumenteert, dat Johannes van Berlikem en zijn vrouw Hilla hun testament maken, waarbij zij vermaken aan de kerkfabriek van Leodium 2 kromstaart eenmalig, aan (het altaar?) B. Maria in Roesmalen evenveel, aan hem, Johannes van der Meulen, evenveel, en aan de koster ook evenveel; aan het nog te funderen altaar van B. Maria in de kerk van Berlikem ½ bunder in Roesmalen in de Roemput na hun dood, en het vruchtgebruik ervan zolang het altaar nog niet is gewijd; aan de kerk van Berlikem, ook na hun dood, een erfpacht van 1 zester rogge, en nog 1 zester rogge uit hun goederen; op voorwaarde, dat hun namen worden ingeschreven in het dodenboek (sielbrief), om te worden voorgelezen op het einde van de preek; aan de vicarie van Roesmalen 1 zester rogge uit een stuk land in Roesmalen bij Hynen aan de Heycamp, ook eerst na hun dood.
Ante domum inhabitationis dictorum conjugum testatorum, sitam in parochia de Roesmalen ad locum dictum Coudewater.
Johannes van der Meulen, geheten Bolte, priester en vicarius-perpetuus van de parochiekerk van Roesmalen, instrumenteert, dat Johannes van Berlikem en zijn vrouw Hilla hun testament maken, waarbij zij vermaken aan de kerkfabriek van Leodium 2 kromstaart eenmalig, aan (het altaar?) B. Maria in Roesmalen evenveel, aan hem, Johannes van der Meulen, evenveel, en aan de koster ook evenveel; aan het nog te funderen altaar van B. Maria in de kerk van Berlikem ½ bunder in Roesmalen in de Roemput na hun dood, en het vruchtgebruik ervan zolang het altaar nog niet is gewijd; aan de kerk van Berlikem, ook na hun dood, een erfpacht van 1 zester rogge, en nog 1 zester rogge uit hun goederen; op voorwaarde, dat hun namen worden ingeschreven in het dodenboek (sielbrief), om te worden voorgelezen op het einde van de preek; aan de vicarie van Roesmalen 1 zester rogge uit een stuk land in Roesmalen bij Hynen aan de Heycamp, ook eerst na hun dood.
2092 Norbertijnenabdij van Berne, oud archief, 1134-1857
Inleiding
Regesten
638
1429 juli 7
Ante domum inhabitationis dictorum conjugum testatorum, sitam in parochia de Roesmalen ad locum dictum Coudewater.
Johannes van der Meulen, geheten Bolte, priester en vicarius-perpetuus van de parochiekerk van Roesmalen, instrumenteert, dat Johannes van Berlikem en zijn vrouw Hilla hun testament maken, waarbij zij vermaken aan de kerkfabriek van Leodium 2 kromstaart eenmalig, aan (het altaar?) B. Maria in Roesmalen evenveel, aan hem, Johannes van der Meulen, evenveel, en aan de koster ook evenveel; aan het nog te funderen altaar van B. Maria in de kerk van Berlikem ½ bunder in Roesmalen in de Roemput na hun dood, en het vruchtgebruik ervan zolang het altaar nog niet is gewijd; aan de kerk van Berlikem, ook na hun dood, een erfpacht van 1 zester rogge, en nog 1 zester rogge uit hun goederen; op voorwaarde, dat hun namen worden ingeschreven in het dodenboek (sielbrief), om te worden voorgelezen op het einde van de preek; aan de vicarie van Roesmalen 1 zester rogge uit een stuk land in Roesmalen bij Hynen aan de Heycamp, ook eerst na hun dood.
Ante domum inhabitationis dictorum conjugum testatorum, sitam in parochia de Roesmalen ad locum dictum Coudewater.
Johannes van der Meulen, geheten Bolte, priester en vicarius-perpetuus van de parochiekerk van Roesmalen, instrumenteert, dat Johannes van Berlikem en zijn vrouw Hilla hun testament maken, waarbij zij vermaken aan de kerkfabriek van Leodium 2 kromstaart eenmalig, aan (het altaar?) B. Maria in Roesmalen evenveel, aan hem, Johannes van der Meulen, evenveel, en aan de koster ook evenveel; aan het nog te funderen altaar van B. Maria in de kerk van Berlikem ½ bunder in Roesmalen in de Roemput na hun dood, en het vruchtgebruik ervan zolang het altaar nog niet is gewijd; aan de kerk van Berlikem, ook na hun dood, een erfpacht van 1 zester rogge, en nog 1 zester rogge uit hun goederen; op voorwaarde, dat hun namen worden ingeschreven in het dodenboek (sielbrief), om te worden voorgelezen op het einde van de preek; aan de vicarie van Roesmalen 1 zester rogge uit een stuk land in Roesmalen bij Hynen aan de Heycamp, ook eerst na hun dood.
NB:
a. Oorspr. VIII. E. 19. Met het zegel van pastoor Van der Meulen. In dorso, ten dele verbleekt: Dimidium bonarii terrae in Roesmale pro altari fundando in ecclesia de Berlikem, item census sextarii siliginis pro fabrica ecclesie de Berlikem; item census sestarii siliginis, ut nomina dantium ponerentur in sielbrief in Berlikem, 1429.
b. Afschrift in Kopieboek Hoevenaars, I, nr.410.
c. Getypte tekst in Map-Afschriften.
b. Afschrift in Kopieboek Hoevenaars, I, nr.410.
c. Getypte tekst in Map-Afschriften.
Organisatie: Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC)
laatste wijziging 30-09-2016
laatste wijziging 30-04-2022
2.891 beschreven archiefstukken
1.892 gedigitaliseerd
totaal 28.682 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 30-04-2022
2.891 beschreven archiefstukken
1.892 gedigitaliseerd
totaal 28.682 bestanden
Kenmerken
Datering:
1134-1857
Vindplaats origineel:
Depot Abdij Berne, Heeswijk-Dinther
Categorie:
laatste wijziging 30-04-2022
2.891 beschreven archiefstukken
1.892 gedigitaliseerd
totaal 28.682 bestanden