Uw zoekacties: Parochie St. Petrus te Berlicum met de kapellen te Kaathoven...

1575 Parochie St. Petrus te Berlicum met de kapellen te Kaathoven, Bedaf en Middelrode, 1401-1985 ( Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC) )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Inleiding

Berlicum ligt te midden van Rosmalen en Nuland in het noorden, Heeswijk in het oosten, Schijndel in het zuid/zuidwesten en Sint-Michielsgestel en Den Dungen in het westen. Het grondgebied van Berlicum bestond behalve uit het dorp Berlicum uit de buurten Middelrode en Assendelft, de gehuchten Hasselt, Kampen, Loofaart, Motven en Veebeek, en een deel van Kaathoven. Dit gebied besloeg bijna 2.500 hectare.
Er werd al vroeg gewoond in Berlicum. Op de donken in het verder nogal natte landschap ontwikkelde zich een boerengemeenschap, die het vee op de weiden langs de regelmatig overstromende rivier liet grazen.
Er zijn geen geschreven bronnen bekend uit die tijd.
W.J.M. van der Heijden schrijft in zijn boek ‘Berlicum, zwerftocht door het verleden, deel I’ dat de nederzetting Berlicum is ontstaan in de periode 400 à 500 doordat een nomadische Frankische stam rond het huidige raadhuisplein zijn woonplaats vestigde, waar de leefomstandigheden daar gunstig genoeg werden geacht. Daar ontstond een combinatie van akkerdorp-domeindorp. Zij zullen dan nog heidens zijn geweest.
Gedurende de 8e eeuw dringt de geloofsverbreiding in het kielzog van de Merovingische en Karolingische veroveringen door ook in de meer afgelegen gebieden. Deze bekering ging gepaard met dwang en de heidense heilige plaatsen werden dan omgebouwd tot de eerste christelijke heilige plaatsen.
De plaatselijke landheer zal een vermoedelijk houten kerkje hebben laten bouwen als plek van samenkomst voor de bewoners van zijn landgoed.
Vanaf 8 mei 1237 als de overdracht en dan op 15 juni 1240 met de verkoop, is er een bijzondere band tussen Berlicum (toen nog inclusief Middelrode) en de Norbertijnen van de abdij van Berne ontstaan.
Het kapittel van Sint Salvator of Oudmunster in Utrecht verkoopt dan zijn “hof te Berlicum” aan het Convent van de H. Maria te Berne van de orde van Premonstreit (sinds 1134 was de abdij van Berne gevestigd in Heusden).
Een interessante vraag is dan natuurlijk weer van hoe dit kapittel aan deze bezitting, dit domein, is gekomen.
In elk geval werd voor het eerst formeel een Brabantse parochie aan regulieren toevertrouwd en verwierf de abt van Berne het patronaatsrecht van de kerk van Berlicum.
Als dan in 1243 de heer van Herlaer nog zijn bewindsrechten over dat Berlicums goed verkoopt aan de abdij dan is de zaak rond.
In 1252 heeft het kapittel te Utrecht ook de tienden en cijnzen te Berlicum overgedragen aan de abdij, met dien verstande dat de tienden van Middelrode zullen toebehoren aan de dienstdoende geestelijke van de kerk van Berlicum.
Er is in 1304 voor het eerst sprake van een pastoor Joannes.
Vermoedelijk is dus het kerkje van Berlicum in de loop van de 13e eeuw of omstreeks 1300 verheven tot parochiekerk van de parochie Berlicum.
Van ouds behoort de parochie Berlicum bij het bisdom Luik.
Eind 15e eeuw kreeg de Berlicumse kerk, dan inmiddels van steen, een kerktoren. Het bedehuis had destijds al een grote omvang: een schip met kleine zijbeuken en drie koren. De toren werd geflankeerd door twee aanbouwen: de rechtse diende als raadhuis, de linkse als woning (rond 1750 verdwenen de zijbeuken weer).

Het gaat soms niet al te best met de dorpskerken. Zo is rond 1550 de kerk van Berlicum in verval door de strooptochten der Geldersen.
En in de jaren 1585-1587 vindt een Beeldenstorm plaats in de Berlicumse kerk, die wordt geplunderd, ontheiligd en vernield. De schade wordt in de jaren daarna wel hersteld maar veel later, pas in 1613, wordt de kerk opnieuw ingezegend.

Na de vrede van Münster (1648) kwam deze kerk, zoals vele andere, in handen van de protestanten. In die toestand is geen verandering meer gekomen, ook niet in 1810, toen de katholieken de kerk konden terugkrijgen. Men maakte toen enige tijd gebruik van de kapel te Kaathoven.

Vanaf 1676 beschikten de parochianen van Berlicum over een eigen schuurkerk aan het Braakven. Zoals het woord al aangeeft, zag deze eruit als een boerderij. Het woongedeelte was pastorie en de stal was ingericht als kerkzaal.
(zie inv.no. 145)
Omdat de schuurkerk centraler lag dan de oude middeleeuwse dorpskerk, bleven de katholieken hem in 1810 gewoon gebruiken.
H. Corneliuskapel
Doordat Middelrode een behoorlijk eind verwijderd lag van de middeleeuwse kerk, kreeg het vanaf 1454 een eigen kapel, toegewijd aan de H. Cornelis.
De Marialuidklok in het torentje van de middeleeuwse kapel dateerde van 1483. In de kapel bevinden zich de altaren van H. Catharina, H. Maria, H. Johannes de Doper en H. Barbara.
Direct na de Vrede van Munster in 1648 wordt de kapel verbeurd verklaard en als school in gebruik genomen. Het beeld van de H. Cornelius brengt men onder in de kerk van Zeeland.
(Berne en Berlicum 1240-1990, door A. v.d. Hurk en W. v.d. Heijden b.g.v. viering 750 jaar, afb. p. 68)

H. Cunerakapel
Ook het gehucht Kaathoven kreeg een eigen kapel, gebouwd door de eigenaren van het landgoed de Boxhoeve, een leen van de hertog van Brabant. Deze Cunerakapel wordt al c. 1475 voor het eerst vermeld. Tot 1637 vonden er bedevaarten plaats. Men kreeg toen immers te maken met de hevige vervolging door de calvinisten. Daarom verhuisden de Cuneradevotie en de kapelinventaris naar Bedaf. Pastoor Keijsers van Berlicum moest de relieken uit de altaren verwijderen en zijn parochie verlaten. Hij vluchtte met zijn ‘kostbaarheden’ naar het Land van Ravenstein, waar zijn confrater, de pastoor Janssens van Heeswijk op Bedaf onder Uden, een schuur had gehuurd, waar al een zg. “grenskapel” was ontstaan voor de inwoners van Dinther en Heeswijk. Zie verder Antonius Abtkapel.
De Cunerakapel kwam na 1648 nog even ter beschikking van de protestantse gemeente Dinther. Het onteigende r.k. bedehuis staat vervolgens ruim 40 jaar ongebruikt en vervalt daardoor. Vanaf c. 1690 wordt de voormalige kerkruimte als school gebruikt; voor de protestantse schoolmeester werd er een woning aangebouwd.
In 1981 wordt het herstelde pand als woonhuis in gebruik genomen.
(Berne en Berlicum 1240-1990, door A. v.d. Hurk en W. v.d. Heijden b.g.v. viering 750 jaar, foto p. 70)
H. Antonius abtkapel
Veel parochies in de Meierij van 's-Hertogenbosch, die grensden aan het Land van Ravenstein, hebben in 1648 of kort nadien kerkhuizen opgericht in deze vrije heerlijkheid. Zo kregen de parochianen van Heeswijk en Dinther een kapel op Bedaf onder Uden. Na de Vrede van Munster werd de reliek van de H. Cunera uit de kapel van Kaathoven in de schuurkerk te Bedaf in veiligheid werd gebracht om ook vereerd te kunnen worden door de inwoners van de Meierij.
De kapel op Bedaf stond als grenskapel juist op het gebied met godsdienstvrijheid, het Land van Ravenstein.
Hoewel de kapel was gewijd aan de H. Antonius abt, bloeide hier de Cuneraverering weer op. Men mag aannemen dat de gelovigen van Berlicum jarenlang de meer dan twee uur durende voettocht naar Bedaf hebben gemaakt op zon- en feestdagen.
nb. zie ook: Berne en Berlicum, gedenkboek uitgegeven bgv de viering van 750 jaar pastorale zorg van Berne over Berlicum, door A.W. vd Hurk en W. vd Heijden. Berlicum 1990.
Om nu eens het maatschappelijk (katholieke) netwerk te demonstreren ten tijde van het Rijke Roomse leven, volgt hier een opsomming van (katholieke) organisaties, aangetroffen in inv.no. 413 van onderhavig archief (van de parochie Berlicum, blok 1575). Het betreft hier dus de situatie te Berlicum, een gewoon Brabants dorp anno c. 1920 met toen ongeveer 3.000 inwoners.

Kerkelijke verenigingen:
Congregatie
H. Familie
Retraite Penning
Kerkelijk Zangkoor
r.k. kerkbestuur
Conferentie
Kerkelijke Armen
Altaarwacht
H. Kindsheid
Processie
Derde Orde
Algemene Armen

Sociale Verenigingen
Werkliedenverbond
Tabaksbewerkersbond
Ziekenfonds
Doktersfonds
Concordia
Vakbond
Woningbouw
Ziekenkas
Spaarkas
Boerenbond
Paarden en veeverzekering
Zuivelbond
Geitenfokvereniging
Veefokvereniging
Eierbond
Boerenleenbank
Imkersbond
Pluimveehoudersbond
Stierenvereniging
Fok- en Controlevereniging
Boerinnenbond
Drankbestrijding
Kruisverbond
Jongensbond
Mariavereniging
Meisjesbond
St. Annavereniging
Witgele kruis
TBC – commissie
Polderbestuur
Schattingscommissie
r.k. Kiesvereniging
Gemeenteraad

Ontspanning
Volkszang
Harmonie
B.F.C.
O.N.A.
Kunst- en Vriendenkring
Nooit Volleerd
Handboog
Berlicums Toneel
Berlicums mannenkoor
Rose Marie
Schuttersgilde
Gildebond R.D.B.
De Jantjes
St. Soranus
Gemengd koor
Toneelclub Eensgezind
Dorpsverfraaiing
Leesbibliotheek
Berlicumse Burgerwacht
Bijzondere Vrijwillige Landstorm
Kinologenclub
Commissie schoolverzuim
Hermanus Josephus school
Theresiaschool
Norbertusschool









Het archief is in twee gedeelten bij het BHIC terechtgekomen.
Eerst arriveerde in 2008 het oudste gedeelte vanuit de abdij van Berne, betreffende de inventarisnummers 1 -147.
In 2009 kwam er een nieuw gedeelte vanuit het parochiebestuur Berlicum, betreffende inventarisnummers 148-412.
Vervolgens kwamen in 2009-2011 nog enkele kleine aanvullingen (inv.nos. 413-420,).
Bij het archief van het dorpsbestuur zitten nog enige stukken betreffende de Tafel van de H. Geest.
Maar er bestaat ook een apart archiefblok 5248 Tafel H. Geest Berlicum.
Pastoors van Berlicum (allen Norbertijnen), 1304 - 1835
Joannes 1304
Robertus van Doerne 1364-1375
Theodorus Gerirts de Raet 1375-1395
Ingramus Rompot Hendrikzn 1401-1435 jaar van aanstelling onzeker
Arnoldus Martinuszn 1436-1445
Lambertus Lambertuszn van den IJvelaer 1448-1485 jaar van aanstelling onzeker
Johannes van Orten 1485-1517
Conrardus van Malsen 1517-1528
Otto van den Boetselaer 1528-1549
Johannes de Greef 1549-1564
Heijmericus Joannes van Macharen 1564-1569
Joannes van Eijck 1569-1598
Everardus Walterus Vonck 1598-1604
Petrus Jacobus van den Meulenhof 1604-1613
Joannes Reinier Moors 1613-1624
Henricus Johannes Boulieu 1625-1628
Paulus van den Dael 1628-1640
Joachim Keijsers 1641-1668
Guilhelmus Quisthoudt 1668-1669
Johan Bulens 1669-1671
Johannes Baptist Bulens 1671-1674
Lucas Gerlachus Sjongers 1674-1678
Antonius van Lendt 1678-1679
Lucas Gerlachus Siongers 1680-1693
Carolus Robertus Baron van Ravenschot 1693-1719
Godefridus Hugo Loef 1719-1721
Augustinus van Rijswijk 1721-1745
Gerardus van Berckel 1745-1760 vanaf 1757 bediende zijn opvolger Verhoeven de parochie alleen, vanwege een beroerte van Van Berckel
Henricus Verhoeven 1760-1804
Nicolaas Hogers 1804-1835

Literatuur:
Berne en Berlicum 1240-1990, door A. v.d. Hurk en W. v.d. Heijden b.g.v. viering 750 jaar pastorale zorg
Het verborgen leven van de Abdij van Berne in haar parochies 1797-1857, door dr. W.J.C.C. v.d. Hurk o.praem. (stichting zuidelijk historisch contact, Tilburg 1977 deel 39)
Pastoors van Berlicum, 1835 - 2009
Lambertus Antonius Josephus Thionville 1835-1837
Gerardus Wilhelmus Neefs 1837-1856
Gerardus van Gerwen 1856-1884
Lambertus Burmanje 1884-1915
Wilhelmus van Oorschot 1915-1921
Johannes Franciscus Knaapen 1921-1929
Antonius Ludovicus van Gorkum 1929-1934
Dr. Johannes Ondersteijn 1935-1942
Wilhelmus van den Boom 1942-1958
Henricus van den Berg 1958-1959
Henricus Johannes Hoek 1959-1977
Waltherus Pulles 1977-1996
-- Vanaf 1996: pastorale eenheid Berlicum-Middelrode
E.Th.F.M. Cortvriendt 1996-2004
Drs. B. Jansen 2004-…
Inventaris
Inventaris van het parochiearchief, 1401-1985
Privileges
Regesten van de charters tot 1500
De regesten zijn meestendeels overgenomen uit :
Bavel, H. van. (1984). Regestenboek van het archief van de Abdij van Berne 1134-1400. Heeswijk: Abdij van Berne.
(RAB)
Bavel, H. van. (1990). Regestenboek van het archief van de Abdij van Berne 1400-1500. Heeswijk: Abdij van Berne.
(RAB)
12 1429 juli 7 Ante domum inhabitationis dictorum conjugum testatorum, sitam in parochia de Roesmalen ad locum dictum Coudewater..
Johannes van der Meulen, geheten Botte, priester en vicarius-perpetuus van de parochiekerk van Roesmalen, instrumenteert, dat Johannes van Berlikem en zijn vrouw Hilla hun testament maken, waarbij zij vermaken aan de kerkfabriek van Leodium 2 kromstaart eenmalig, aan (het altaar?) B. Maria in Roesmalen evenveel, aan hem, Johannes van der Meulen, evenveel, en aan de koster ook evenveel; aan het nog te funderen altaar van B. Maria in de kerk van Berlikem 1 bunder in Roesmalen in de Roemput na hun dood, en het vruchtgebruik ervan zolang het altaar nog niet is gewijd; aan de kerk van Berlikem, ook na hun dood, een erfpacht van 1 zester rogge, en nog 1 zester rogge uit hun goederen; op voorwaarde, dat hun namen worden ingeschreven in het dodenboek (sielbrief), om te worden voorgelezen op het einde van de preek; aan de vicarie van Roesmalen 1 zester rogge uit een stuk land in Roesmalen bij Hynen aan de Heycamp, ook eerst na hun dood.
a. Oorspr. VIII. E. 19. Met het zegel van pastoor Van der Meulen. In dorso, ten dele verbleekt: Dimidium bonarii terrae in Roesmale pro altari fundando in ecclesia de Berlikem, item census sextarii siliginis pro fabrica ecclesie de Berlikem; item census sestarii siliginis, ut nomina dantium ponerentur in sielbrief in Berlikem, 1429.
b. Afschrift in Kopieboek Hoevenaars, I, nr.410.
c. Getypte tekst in Map-Afschriften.
RAB regest 1429
18 1452 oktober 10 In parochia de Berlikem in domo inhabitationis ípsarum testatricum..
Johannes van Berlikem, dienstdoend priester en waarnemend pastoor in de kerk van Berlikem, instrumenteert, dat Margreta, dochter van Theodericus Wellenszn, en haar enige natuurlijke dochter Elizabeth, beiden bedlegerig en door hem van de kerkelijke sacramenten voorzien, haar testament maken, waarbij zij vermaken aan het altaar van Anthonius-abt en Barbara in de parochiekerk aldaar, weliswaar gefundeerd maar nog niet gewijd, een cijns van 10 schelling uit hun woonhuis, erf en hof, aldaar op de Hasselt, groot 11 lopen akkerland en nader gesitueerd; en aan de pastoor aldaar voor hun jaargetijden een cijns van 1 oude groot uit genoemde goederen.
a. Oorspr. VIII. E. 24. Met het doorgestoken zegel van de priester. In dorso: 10 Solidi Sunte Anthonisaltaer van Margriet en Dirc Wellensdochter. Ende 1 ouden grooten die persoenscap. In de Hasselt. Dit gelt Barbara op die (Dritborcht?)
b. Getypte tekst in Map-Afschriften.
RAB regest 746
1575 Parochie St. Petrus te Berlicum met de kapellen te Kaathoven, Bedaf en Middelrode, 1401-1985
Inventaris
Inventaris van het parochiearchief, 1401-1985
Privileges
Regesten van de charters tot 1500
18
1452 oktober 10 In parochia de Berlikem in domo inhabitationis ípsarum testatricum..
Johannes van Berlikem, dienstdoend priester en waarnemend pastoor in de kerk van Berlikem, instrumenteert, dat Margreta, dochter van Theodericus Wellenszn, en haar enige natuurlijke dochter Elizabeth, beiden bedlegerig en door hem van de kerkelijke sacramenten voorzien, haar testament maken, waarbij zij vermaken aan het altaar van Anthonius-abt en Barbara in de parochiekerk aldaar, weliswaar gefundeerd maar nog niet gewijd, een cijns van 10 schelling uit hun woonhuis, erf en hof, aldaar op de Hasselt, groot 11 lopen akkerland en nader gesitueerd; en aan de pastoor aldaar voor hun jaargetijden een cijns van 1 oude groot uit genoemde goederen.
a. Oorspr. VIII. E. 24. Met het doorgestoken zegel van de priester. In dorso: 10 Solidi Sunte Anthonisaltaer van Margriet en Dirc Wellensdochter. Ende 1 ouden grooten die persoenscap. In de Hasselt. Dit gelt Barbara op die (Dritborcht?)
b. Getypte tekst in Map-Afschriften.
RAB regest 746
27 1460 december 11 In domo inhabitacionis honorabilis viri magistri Martini de Rode, sita in opido de Buscoducis..
Notaris Godefridus Hels instrumenteert, dat voor hem en voor heer Lambertus van den Yvelaer, rector en investiet van de parochiekerk van Berlikem, meester Martinus de Rode, licentiaat in de rechten, en Johannes de Ouden, burger van Buscumducis, namens de geburen van Middelroy onder de parochie van Berlikem uiteenzetten, dat de inwoners van Middelroy aldaar een kapel met altaar ter ere van de H. Maria en de H. Cornelius, paus en martelaar, hebben opgericht en van voldoende inkomsten voor een eeuwig beneficie hebben voorzien tot instandhouding van 4 missen wekelijks op maandag, woensdag, vrijdag en zaterdag, en dat enige geburen tevens nog een vijfde mis op zondag willen stichten, waarvoor zij aan de bisschop van Leodium en aan de investiet van Berlikem toestemming hebben gevraagd; en dat nu deze laatste, overwegende, dat die van Middelroy, gewoonlijk zondags de kapel van Heeswijc bezoekend, vanwege de verre afstand bezwaarlijk naar Berlikem kunnen gaan, hun toestaat, zondags in de kapel van Middelroy de mis te volgen, op voorwaarde dat deze mis voldoende wordt gefundeerd. Met als getuige o.a. heer Johannes Volken, rector van de kapel van Middelroy.
Oorspr. VIII. E. 32. Met het handmerk van de notaris. In dorso: Consensus investiti de Berlikem de missa dominicali celebranda in capella de Middelroy. Consent des persoens van der sondaegsmissen erflick in der tapellen van Middelroy.
a. Authentiek afschrift op papier van 18 dec.1615 van notaris Renerus Moors van het Hof van Brabant (broer van de Berner abt Johannes Moors), secretaris van Heeswijck, Dinther en Berlicum. Bewaard bij oorspr.; eerste van de 3 afschriften.
b. Afschrift in Kopieboek Hoevenaars, I, nr.492.
c. Getypte tekst in Map-Afschriften.
RAB regest 785
30 1468 januari 26 Anno Domini 1467..
Schepenen van Buscumducis oorkonden, dat Rodolphus die Bever Rodolphuszn in cijns en in pacht geeft aan Johannes z.v.w. Nycolaus van Hollant een huis, erf en hof, plus een akker ervoor gelegen, in de parochie van Nuwelant op de Hage, nader gesitueerd, alsook een stuk weiland erachter, ook nader gesitueerd; en wel tegen de volgende pachten: 1 mud rogge voor de kinderen van wijlen Nycolaus van der Hagen, 1 zester rogge voor de vicarie van Nuwelant, 1 mud rogge voor de heiliggeesttafel van Buscumducis, alsook tegen een pacht van 5 mud rogge voor Rodolphus die Bever voornoemd.
a. Oorspr. VIII. E. 35. Van de zegels van Johannes Steenwech en Godefrídus Cleynael zijn slechts resten over. In dorso: Rodolphus die Bever. (In 18de-eeuws schrift van J. van der Lagen:) Census 5 modiorum siliginis; et non hee litterae sed earum antiqua superscriptio indícat esse pro altari B. Mariae virginis in Berlikem, 1467.
(Over een tekst van ongeveer 9 regels heengeschreven, die verbleekt en onleesbaar zijn:) Vijff mudden roggen rectori des altaers .... Marie et Catarine virginum in de parochie van Berlichem. (Eronder:) Te heffen tot Nulant ad pactum.
(Dwars geschreven en verbleekt:) 5 Modii siliginis ...van Vladeracken.
b. Authentiek afschrift, op papier, van notaris Johannes Hogardi Kelders (ca.1600). Bewaard bij origineel.
c. Authentiek afschrift, op papier, van notaris Erbertus Lamberti van der Stappen, 1604. Bewaard bij origineel.
d. Authentiek afschrift, op papier, van notaris Johannes Moors, 17 nov.1617. Bewaard bij origineel.
e. Getypte tekst in Map-Afschriften.
RAB regest 829
31 1469 juli 2 In domo habitationis Nicolai dicti Coel van Berlicum in villa de Berlicum..
Notaris Johannes van Gerwen, priester van Luik, instrumenteert, dat de echtelieden Johannes z.v.w. Johannes Rutgheruszn en Elizabeth een wekelijkse mis funderen voor het nog niet gewijde altaar van Anthonius-abt en Barbara in de kerk van Berlicum, te verzorgen door heer Johannes Nicolauszn van Berlicum of door zijn natuurlijke zoon Johannes, als deze tot priester zal zijn gewijd, en daarna voor de opvolgende rector van het altaar, de pastoor of een plaatsvervanger; waarvoor zij schenken een pacht van 1 mud rogge uit een stuk akkerland, 1 zester groot, in de parochie van Scijndel in het Weselbosch, uit een stuk land de Brake, 10 lopen groot, in Scijndel ín het Wijbosch; een cijns van 6 pond uit huis, erf en hof o.a. te Scijndel in het Delsthout, ter plaatse geheten Veerdonck -alle drie landerijen nader gesitueerd- alsook een cijns van 1 pond uit huis, erf en hof op Die Dungen nl. in de Litschestraat, niet ver van de kapel ter plaatse.
a. Oorspr. VIII. E. 36. Met het handmerk van de notaris. Rechtsonder in eigentijds schrift: Solvit michi notario prescripto pro salario meo dominus Johannes Berlikem 71 stuferos. Naast het merk van de notaris staat de notitie: Dirck Lauwrensen heeft mij in specie betaelt, doen hij daer op woenden, ende tot Middelroy gebrocht, anno 1617 et anno 1618; bij mij Joachim Goeske Walraven, rectoir van den altaer.
In dorso, nauwelijks met het blote oog op te merken, rechts: Instrumentum Johannis filii quondam Johannis Ruttesoens pro una missa celebranda septimanatim in Berlikem. Unde habet rector altaris dimidium modiorum siliginis et septem. (Links:) Van Meus Spirincx. Een malder rogs uuyt erffe tot Schijndel totten behoeff voer den rector van het Anthonis altaer tot Berlicum. Desen roggen heeft nu Jan Luycken gecocht met het erffenisse, aen het Wíjbosch ge-leghen bij de capelle, ende heeft betaalt rogge in spetie, anno 1617 ende anno 1618.
b. Ingekort afschrift in Kopieboek Hoevenaars, I, nr.520.
c. Getypte tekst in Map-Afschriften.

RAB regest 835
39 1494 juni 5
Acta fuerunt hec quoad collectionem factam pretactam in ecclesia S. Johannis Busciducensi..
Notaris Henricus van den Loe van Oesterwijck, clericus van Leodium, in dezen gecommitteerde en schrijver van de offíciaal van Leodium, bericht (in de slottekst van 12 regels naast het notarieel handmerk), dat hij het protocol van wijlen notaris Walterus Bloyman, priester, betreffende het tes¬tament van wijlen Johannes Johanneszn Bouwens en zijn vrouw Petra heeft gebruikt voor het opmaken van het onderhavige publiek instrument; waarbij hij
1. een ongedateerd schrijven van de officiaal citeert, waarin deze, na de status questíonis te hebben uiteengezet, nl. dat bij die laatste wilsbeschikking voor notaris Walterus Bloyman een schenking van 2 pond ís gedaan aan de kerk van Berlicom en aan de kapel van Middelrode elk, nu op verzoek van de met name genoemde kerk- en kapelmeesters aan notaris Henricus van den Loe opdraagt, aan de hand van diens protocol nadere bepalingen en getuigenverklaringen een publiek instrument hierover uit te vaardigen;
2. uit het protocol van wijlen notaris Henricus Bloyman meerdere legaten van het testament van 4 juli 1492 (reg. nr.942) opnieuw redigeert, en
3. de tekst insereert van de algemene machtiging van de officiaal voor notaris Henricus van den Loe van 4 dec. 1493 (reg. nr.946), om protocollen en andere bescheiden, nagelaten door wijlen notaris Walterus Bloyman, nader uit te werken, als hierom verzocht wordt.
a. Oorspr. VIII. E. 46. Met het handmerk en de handtekening van notaris Henricus van den Loe. In dorso: Dit is een instrument, der kercken van Berlikem ende vander capellen van Myddelroey tesamen toebehorende, van vyer ponden paeyments van Jan Bauwens beset.
b. Getypte tekst van de concrete machtiging van de officíaal (regel 1-20) wordt slechts ten dele geciteerd en is zelf, zoals gezegd, ongedateerd; ze wordt gevolgd (regel 20-24) door een notitie van de officiaal, dat notaris Van den Loe zich van zijn taak heeft gekweten. Dit (tweevoudig?) schrijven is moeilijk precies te dateren en apart in regest te brengen.
RAB regest 947
De regesten hierna betreffen een aanvulling uit 2011

Kenmerken

Datering:
1401-1985
Vindplaats origineel:
BHIC 's-Hertogenbosch
Openbaarheid:
Deze toegang bevat een of meer stukken die tot 1 januari 2069 niet zonder meer openbaar zijn.
Het precieze jaar van openbaarheid kun je per inventarisnummer vinden.

Bij vragen kun je contact opnemen met het BHIC.