73 De burgemeesters, Peter Wilms en Cornelis Peter Zegers, verkopen na de verplichte voorafgaande zondagse publicaties enige morgens groeslanden gelegen in het gebroekte. De wijze van veilen en betalen wordt uitvoerig beschreven. Zo ook de verplichting tot het graven van sloten, de wijze van bebouwen en de eventuele sancties. 1e perceel, gelegen aan de Groesplak grenzend aan Hermanus Versteegen en het tweede perceel. Mijnbod bij afslag: Johannes van Erp. Hij is ook de hoogste bieder bij opbod. Borgen: Magiel van Dongen en Andries van Erp; 2e perceel, gelegen aan de Groesplak tussen het eerste en derde perceel. Mijnbod bij afslag: Magiel van Dongen. Hij is ook de hoogste bieder bij opbod. Borgen: Cornelis Jan Rutten en Hendricus Kilsdonk; 3e perceel, gelegen aan de Groesplak tussen het tweede en vierde perceel. Mijnbod bij afslag: Andries van Erp. Hij is ook de hoogste bieder bij opbod. Borgen: Magiel van Dongen en Cornelis Jan Rutten; 4e perceel, gelegen aan de Groesplak tussen het derde en vijfde perceel. Mijnbod bij afslag: Cornelis Jan Rutten. Hij is ook de hoogste bieder bij opbod. Borgen: A. van Erp en Magiel van Dongen; 5e perceel, gelegen aan de Groesplak tussen het vierde en zesde perceel. Mijnbod bij afslag: Peter Wouters. Hij is ook de hoogste bieder bij opbod. Borgen: Cornelis Jan Rutten en Magiel van Dongen; 6e perceel, gelegen aan de Groesplak tussen het vifde perceel en de openbare weg. Mijnbod bij afslag: Jacobus van Dongen. Hij is ook de hoogste bieder bij opbod. Hij handelt evenwel in commissie van Johannes van Erp (zie Transportakte d.d. 1810.08.02).Borgen: A. van Erp en Cornelis Jan Rutten.