21 Geerit Peeter Jaanen van Vucht verkoopt voor 650 gulden aan Gerrit Jan Arts een huis en hof afkomstig van Gijsbert Jan Luijcasse cum suo gelegen inde Crinckelhoeck groot 6 vatzaden met de houtwas e.z. Gerrit Gijsbers, a.z. de gemene straedt, e.e. Handerik Meegens, a.e. de gemene straedt, belast met een Sint Wilbrordus cijns van 11 duiten jaarlijks aan deze gemeente.

22 Gerrit Jan Arts verkoopt voor 200 gulden aan Gerrit Peeter Jaanen van Vucht een stuk teulland gelegen onder deze stadsvrijheid Oss ter plaatse genaamd Ou Ussen, welke hij kocht van de koper in deze, groot circa 7 vatzaden met de houtwas e.z. de erfgenamen van Jan Sijmens, a.z. de goederen van tgemene landt, e.e. de gemene straedt, a.e. Achterussensse steech.

23 Jenneke Jan Tunisse weduwe van Frens Gerrit Hermens, geassisteerd door Jan IJwens haar gekozen momber verklaart een contract aangegaan te zijn met Jan Ariaen Jan Tijssen, die ook compareert. Jan Ariaen Jan Tijssen verklaart Jenneke Jan Tunisse levenslang te zullen geven eten, drinken en kleding en haar na haar dood een eerlijke uitvaart en begrafenis te geven. In ruil daarvoor draagt zij in erfrecht over aan Jan Ariaen Jan Tijssen een huis en hof met aangelag groot 5 vatzaden gelegen ter plaatse genaamd int Cortvoort e.z. Handerik Gerrit Hermens, a.z. Jan Ariaen Jan Tijsse, e.e. de gemeene straet, a.e. Handerik Handerix Verhoeven en de helft van 5 vatzaden land ongescheiden en gedeeld met de weduwe Dirrik Joordens met de houtwas gelegen inden Heesteren wech e.z. Corstjaen Henderix, a.z. Jan Ceelen Coolen, e.e. de gemeene straet, a.e. de weduwe Claes Willems met meer anderen. De goederen hebben een waarde van 500 gulden. Huis en hof zijn belast met 2 gulden en 14 stuivers jaarlijks aan de kerk van Oss. Jan Ariaen Jan Tijssen moet tevens overnemen een schepenschuldbrief van 50 gulden in een meerdere brief van 100 gulden te betalen aan Gerrit Dielisse te ’s-Bosch.

24 Voornoemd huis en hof en de helft van genoemde 5 vatzaden (zie scans 28-30) zijn op verzoek van Jan Ariaen Jan Tijssen door schepenen getaxeerd op 500 gulden, behalve de grondcijns en 50 gulden.