40 Hendrikus van Someren, rentmeester der goederen herkomstig van de abdij van Sint Truiden als gelaste van de commissie van administratie over alle goederen en domeinen door de Franse aan de Bataafse republiek bij transactie afgestaan, residerende te Breda, mitsgaders als gelaste van de erfgenamen N. Pompe en van B. de Kadt voor hun aandeel in voornoemde tienden ten overstaan van schout en schepenen van Groot Lith aan de meestbiedende verpacht in de grove tienden voor 1/6e deel toebehoord hebbend aan abdij van Sint Truiden; 1/2e toebehorend de erfgenamen N. Pompe en van B. de Kadt, samen vierde part in de grove tienden onder Lith; helft in de Smalle tienden waarvan eigenaars zijn de erfgenamen N. Pompe en B. de Kadt; 1/3e deel in smalle tienden van de abdij van Sint Truiden. De eerste clamp betreft: 1/6e en 1/12e in de Groote en Kleine Akkeren; tweede clamp van den Tiendweg van Lithoijen tot de Aartsteeg en Agterdijk; derde clamp van den Eng; vierde clamp van den Heuvel; vijfde clamp van d’Uitslagensteeg, aan Johannes Wakkermans; de zesde clamp langs de Kesselsche Graaf en 1/3e en 1/12e in de Smalle tienden over geheel Lith, aan H. van Rosmaalen