Mijn Studiezaal (inloggen) 1 documenten
sorteren op:
HSOG Hervonden Stad (Ondergronds)
Bloemsingel 2-8, Booronderzoek (12.), 2017
Soort publicatie:
Artikel (tijdschrift, boek)
Titel publicatie:
Hervonden Stad Ondergronds 2018, Verslag archeologie in 2017 (pag.025)
MON nummer:
112184
Eigenaar documentatie:
gemeente Groningen
Archis:
4029218100
Samenvatting:
Aanleiding voor het onderzoek het bouwrijp maken van de ondergrond. De bodem binnen het plangebied is verstoord tot een diepte variërend van 1,8 tot 2,7 m -Mv. In een aantal boringen is mogelijk een nieuwetijdse sloot aangetroffen. Onder het verstoorde pakket is een onverstoorde kleilaag aangetroffen met daaronder een veen(detritus)houdende kleilaag. In boring 5 is onder de veenhoudende klei, op een diepte van 3,3 m -Mv dekzand met een intacte podzol aangetroffen.
De top van de klei, waar laatmiddeleeuwse en nieuwetijdse resten verwacht konden worden, is sterk verstoord. De kans op het aantreffen van onverstoorde resten uit deze periode is minimaal. Tijdens het veldonderzoek zijn geen vegetatieniveaus/brandlagen aangetroffen in het onderliggende kleipakket. Er is dan ook geen aanleiding om te veronderstellen dat binnen het plangebied ijzertijdresten verwacht kunnen worden. Indien dergelijke lagen (of sporen) al aanwezig zijn geweest binnen het plangebied zullen deze door de diepe verstoring verdwenen
zijn. In één boring is dekzand met een intacte podzol aangeboord. Het dekzand bevindt zich op een diepte van 2,3 m -NAP.
De archeologisch relevante kleiniveaus zijn verstoord. In een aantal boringen is mogelijk een nieuwetijdse sloot aangetroffen, de informatiewaarde hiervan is vermoedelijk niet groot. Het dekzand is in 5 boring intact aangetroffen (op circa 2,3 m -NAP). Het is niet onmogelijk dat zich op dit niveau archeologische resten bevinden. Vermoedelijk zakt de top van het dekzand in oostelijke richting verder naar beneden.
(vervolg: Zie "Opmerkingen")
De top van de klei, waar laatmiddeleeuwse en nieuwetijdse resten verwacht konden worden, is sterk verstoord. De kans op het aantreffen van onverstoorde resten uit deze periode is minimaal. Tijdens het veldonderzoek zijn geen vegetatieniveaus/brandlagen aangetroffen in het onderliggende kleipakket. Er is dan ook geen aanleiding om te veronderstellen dat binnen het plangebied ijzertijdresten verwacht kunnen worden. Indien dergelijke lagen (of sporen) al aanwezig zijn geweest binnen het plangebied zullen deze door de diepe verstoring verdwenen
zijn. In één boring is dekzand met een intacte podzol aangeboord. Het dekzand bevindt zich op een diepte van 2,3 m -NAP.
De archeologisch relevante kleiniveaus zijn verstoord. In een aantal boringen is mogelijk een nieuwetijdse sloot aangetroffen, de informatiewaarde hiervan is vermoedelijk niet groot. Het dekzand is in 5 boring intact aangetroffen (op circa 2,3 m -NAP). Het is niet onmogelijk dat zich op dit niveau archeologische resten bevinden. Vermoedelijk zakt de top van het dekzand in oostelijke richting verder naar beneden.
(vervolg: Zie "Opmerkingen")
Eigenaar vondsten:
gemeente Groningen
Onderzoeksjaar:
2017
Objectnaam:
Bloemsingel 2-8, Booronderzoek (12.)
Adressen:
Bloemsingel 2, 4, 6, 8, Groningen
Aanleiding:
Sloop/nieuwbouw
Activiteit:
booronderzoek
Opmerkingen:
(vervolg van "Samenvatting":)
Uit de resultaten van het veldonderzoek is gebleken dat de bodem binnen het plangebied (en daarmee ook de archeologische niveaus in de klei) sterk verstoord is. Voor deze niveaus wordt geen vervolgonderzoek geadviseerd. In één boring is, op een diepte van 3,3 m -Mv (2,3 m -NAP) intact dekzand aangetroffen. Dit relevante archeologische niveau bevindt zich echter veel dieper dan de geplande ingreep, die slechts tot 1,5 m -Mv reikt. Het dekzand wordt door deze ingreep dus niet bedreigd. Vervolgonderzoek wordt op basis van deze geplande ingreep niet noodzakelijk geacht. Indien (in de toekomst) in het plangebied ingrepen worden uitgevoerd die wel tot 3 m -Mv reiken, wordt geadviseerd nader archeologisch onderzoek uit te voeren in de vorm van een proefsleuvenonderzoek.
Uit de resultaten van het veldonderzoek is gebleken dat de bodem binnen het plangebied (en daarmee ook de archeologische niveaus in de klei) sterk verstoord is. Voor deze niveaus wordt geen vervolgonderzoek geadviseerd. In één boring is, op een diepte van 3,3 m -Mv (2,3 m -NAP) intact dekzand aangetroffen. Dit relevante archeologische niveau bevindt zich echter veel dieper dan de geplande ingreep, die slechts tot 1,5 m -Mv reikt. Het dekzand wordt door deze ingreep dus niet bedreigd. Vervolgonderzoek wordt op basis van deze geplande ingreep niet noodzakelijk geacht. Indien (in de toekomst) in het plangebied ingrepen worden uitgevoerd die wel tot 3 m -Mv reiken, wordt geadviseerd nader archeologisch onderzoek uit te voeren in de vorm van een proefsleuvenonderzoek.
Organisatie: Gemeente Groningen Erfgoed
laatste wijziging 27-03-2023
1 gedigitaliseerd
