Toen in 1969 de noordelijkste inham van Nederland werd afgesloten, met de bedoeling een groot spaarbekken te creëren, ontstond daar de merkwaardigste polder van ons land. Géén keurig verkaveld landbouwgebied, maar een wild stuk natuur, inclusief de oude kwelders en een prachtig binnenmeer. Dankzij een dijk van beton en basalt kregen volgens en planten, maar ook mensen, in dit gebied een reeks van verrassende mogelijkheden. zout water veranderde inzoet water en met de mosselbanken en de garnalen was het gedaan, toch is de Lauwersmeer in de korte tijd van haar bestaan een uniek natuurgebied geworden met nationale en internationale betekenis. Er groeit zeekraal, zeeaster en moerasandijvie. Brandganzen, kluten, visdiefjes, velduilen, kiekendieven en lepelaars vonden het als foerageer- of broedgebied. Biologen vonden het als werkterrein, om er unieke processen van een zich vormende natuur nauwgezet te volgen en waardevolle gegevens te verzamelen. Boeren, vissers, surfers en zeilers vonden het gebied. Maar de film gaat ook in op - voor menigeen minder welkome - aanspraak die er op het gebied gemaakt worden. Wat willen wij Nederlandse burgers en eigenaars van deze polder met dat gebied? De film vertelt het verhaal van pioniers en kolonisten - onder de planten en vogels, wel te verstaan. Alles wat leeft in dit kale land, moet optornen tegen de elementen. De kwetsbaarheid is groot, elke dreiging er één te veel. (Beschrijving uit persmap van de film)

Via een animatie kunnen we zien hoe 2 maal daags de Dollard bekken zich vult met zeewater. Ook zijn hier de mondingen van twee rivieren de Eems en de veel kleinere Westerwoldse AA hierdoor ontstaat een vermenging van zoet en zout water en dit heeft verstrekkende gevolgen voor de biologische rijkdom.
We zien dan ook veel vogels en eenden zoals de Smient en wilde ganzen die hier dan ook overwinteren. In februari maart ligt er in de kwelders een dikke laag slip en verderop waar de slip laag tweemaal dag ondergestroomd zijn veel vogels foerageren. De kemphanen vechten om het vrouwtje de slobeenden zoeken naar voedsel in het zachte slik. We zien de in ons land de zeldzame pijlstaarteend en een aantal bergeenden. De kluten zijn aan het voedsel zoeken en bij hoogwater zijn ze druk bezig met de vorming van broedparen en het uitzoeken van een geschikte nestplaats. Een groep wulpen de nog even hun reserves komen aanvullen voor dat ze doorvliegen naar hun noordelijke broedgebied.
In mei is het slik opgedroogd en er komt grootvee voornamelijk jongvee en paarden op de kwelder.

Gaat over het Eems en Dollard gebied over uitbreiding van de Eems Haven en het verdwijnen van de dorpen Weiwerd, Hevekes en Oterdum de aanleg van Suis bij Nieuw Statenzijl en de Eemscentrale
Ook zingt cabaretier en zanger Henk Lagerweij over het verdwijnen van de dorpen. Het Monument Oterdum. December 1977 wordt de van de Eemscentrale in werking gezet voor de vergroting van ons elektrische overschot. In het voorjaar van 1969 werd het Lauwersmeer gesloten en volgt er een evaluatie van de flora en fauna en het lijkt geen schade te zijn. De Zeeaster en 10 000 ganzen hebben dit nu als pleisterplaats. Ook zijn er beelden van een defensie film met vliegtuigen aan het oefenen. Een kijkje bij de ophoging van de dijk (Deltaplan).
De waddenfietstocht over Plan A te promoten. Beelden van boeren die het land bewerken nog met paard en wagen maar ook met moderne machines en de opening van het informatie centrum voor plan A. De fietstocht gaat dan verder naar Duitsland en Denemarken.
Veel beelden van de flora en Fauna in het wadden gebied.
Hemmo Muntingh legt uit wat de waddenvereniging doet ook op internationaal gebied.
De wadden vereniging begint met de actie tot behoudt van de zeehond. Ook zijn er beelden van zeehonden. Jan Dogterom voorzitter van de waddenverenging geeft een uiteenzetting van de gasboringen in het waddengebied.

Aan het v.m.d. zuiderbolwerk te Harlingen met daaraan afgemeerd de HA89, H19 en WON6 en de garnalen visser zien we aan het werk aan boord. Eind april gaan de Meeuwen terug naar de wadden eilanden om te broeden. Uitgestrekte stranden en kwelder vlakten bieden aan veel meer vogels een veilig broedgebied. Scholekster, visdiefjes, kokmeeuwen balse op alle eilanden en de grote stern doen die alleen op het eiland Griend. De Bontbekplevier is aan het broeden op een schelpenbank.
Ook de zeldzamer dwergstern broed hier. De jonge vogels komen uit hun eieren en worden gevoerd door de ouders. De Lamsoor bloeit. De veerboten brengen toeristen naar de eilanden die hier op zoek zijn naar de ruimte en de rust. Als het eb is lijkt het wel levenloze vlakte maar het leven is weg gekropen in de zeebodem we zien aan de randen van een stroompje waar de wanden afbrokkelen ook de wormen, schelpdieren en hun gangen. De zandhoopjes zijn etensresten van de zandpier die zich uitgegraven niet veilig voelt. De platte slijkgraver en een kokkel graaft zich in.
Een mossel zien we dat al wat niet eetbaar is hij weer naar buiten werkt. Plevieren en steenlopers gebruiken hun ogen voor het opsporen van hun prooi de scholekster voornamelijk zijn snavel de scholekster laat zien hoe ze zo’n kokkel open krijgt. De rosse grutto doen dit met de tastorganen in hun lange snavel.