Uw zoekacties: Heerkens, familie

0238.1 Heerkens, familie ( Collectie Overijssel locatie Zwolle )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1. Aard en betekenis van het archief
2. De herkomst van het archief
3. Verantwoording van de inventarisatie
Inventaris
7. Regestenlijst
0238.1 Heerkens, familie
Inventaris
7.
Regestenlijst
7 Ariaen Florissoen, vanwege Jan van Woerden, heer then Vliet, knaap en ambachtsheer van Heren Aertsberghe, schout in Bergambocht, Maerten Jansoen van Berge, Jan, zoon van Willem Gheritsoen, Symen Jansoen, Jacob Dammissoen, Jacob Claessoen, Gherit Aertsoen en Willem Louwensoen, heemraden in Bergambocht, oorkonden, dat zij ten behoeve van het gemene land van Bergambocht van de ingelanden van Bilwyck een stuk land hebben "gecoft ende verpacht ....... om onze moelens daerin te malen ende te bosemen", welk land zich uitstrekt vanaf De Berchvliet tot aan de westkant van "Weyngens Brede Weer" en dat zuid gelegen is aan de wetering, die op haar beurt aan de noordzijde grenst aan De Billickerwech, tot aan het land van Haestert (Haastrecht) toe, een en ander met nadere bepalingen over het verrichten van dijkwerk, het aanleggen van een duiker en een sluis, het graven van sloten en het onderhoud daarvan, met voorts de voorwaarden, waarop de ingelanden van Bergambocht hun boezem nog verder zullen mogen vergroten, de verrekening van kosten en tenslotte de sancties; welke akte op verzoek van Maerten, Jan, Symen, Jacob, Jacob Gheritsoen (sic) en Willem, heemraden van Bergambocht voornoemd, en Dirck Aertsoen en Jacob Ghysbertsoen, heemraden van Bilwyck, wordt bezegeld door Ariaen Florissoen, schout van Bergambocht, omdat zij zelf geen zegel hebben.
Authentiek afschrift door Cornelis Willemsen, schout van Haastrecht, ongedateerd (ca. 1550), (inv. nr. 1078).
Vermeld: Inventaris van de archieven van de gemeente Haastrecht, door dr. A.J. Kölker (Haastrecht 1967, stencil), inventarisnr. 2022.
11 Schelto Lyauckema maakt zijn testament, waarbij hij allereerst een aantal legaten vermaakt aan verschillende kerken, kloosters, orden en geestelijke personen in Friesland en vervolgens zij beide kinderen Sicke en Tryncke elk voor de helft als zijn erfgenamen aanwijst met dien verstande echter, dat Sicke vooraf (to vorndeel) uit zijn nalatenschap Lyauckemastate met hof, hornleger en gracht krijgt toebedeeld met nog vijftig enkele guldens aan jaarlijkse renten, welke renten testator reeds eerder aan zijn zoon had toegezegd in tegenwoordigheid van de getuigen Hendricus, pater van Lunykerck (Ludingakerke), en van heer Goeslinck Wingha en heer Ockingha, die daarom dit testament medebezegelen, waarna testator vervolgens als voogden over zijn kinderen aanstelt mr. Sicke, pastoor te Oosterbierum, heer Goeslinck Iwing (=Wingha?), zijn broer Epe en heer Ockingha, terwijl bij het opmaken van dit testament de volgende getuigen zijn geroepen: heer Jacob, personner (=pastoor) van Bolswart, heer Gerloft Bryonsma, deken en praebendarius aldaar, heer Allert, vicarius en executeur-testamentair, heer Pieter, praebendarius, heer Reyner, praebendarius te Franeker, Gerryt Douwezoon, notaris en secretaris van Bolswart, Henricus, pater van Lunykerck en tenslotte heer Goeslyck Twing (=Wingha?) en heer Ockingha; welk testament vervolgens wordt gezegeld door heer Jacob mede namens zijn vicarius heer Allert, door heer Gerloff, heer Pieter en heer Reyner, door Henricus, pater, en heer Goeslyck, terwijl Gerryt Douwezoon ondertekent als notaris en bovendien in een subscriptum bevestigt, dat het bovenstaande naar waarheid is geschied, hetwelk hij met zijn notarismerk bekrachtigt.
a. Ongedateerd afschrift (begin 19e eeuw) op papier van een authenthiek, eveneens ongedateerd (17e eeuws) afschrift (inv. nr. 541);
b. Ongedateerd afschrift in een andere hand;
20 Everdt Koickman en Goerdt Claessen, schepenen van Zwolle, oorkonden, dat Wendelmoedt, weduwe van Roloff van Rutenberch, met Arendt van Keppell als haar momber getransporteerd heeft aan Wolter van den Busche de helft van de zaai- en weidelanden, genoemd Het Sobbenguedt, gelegen in de Desermarcke (Diezermarke) onder Westervelde, waarvan de andere helft placht toe te behoren aan heer mr. Geerdt van den Toerne en heer Everdt van den Busche, welke helft bestaat uit de volgende percelen: een maat weideland, gelegen tussen de Weterynge en Het Hylgen Geystesland (H. Geestgasthuis te Zwolle); een mud hoogland daaromheen gelegen op De Zuytenck tussen het land van de erfgenamen van Johan van Wollen en dat van Albert van Zallen; een stuk hoogland, ook gelegen (op De Zuidenk) op het eind (daarvan) bij De Grevenweg, begrensd door het land van Everdt van Fazen; een mud hoogland op De Oesterenck tussen het land van (het klooster) Zybekeloe en dat van Jacob van den Water, grenzend voor aan de dijk en achter aan het land van Johan Goyer; een stuk van ongeveer 3 mud, gelegen tussen het land van Jacob van den Water en dat van Henrick op 't Luyt, grenzend voor aan de dijk en achter tot aan De Boenenpoth; een klein stuk, gelegen tussen het land van Herman van den Busche, schout van Zwolle, en dat van Henrick Zuer; een klein stuk, gelegen tussen het land van Everdt van Fazen en dat van Jacob van den Water; een stuk akkerland, gelegen tussen het land van (het klooster) Zybekeloe en dat van Peter Stubben, grenzend achter aan de weide van Geerdt ther Lynthorst, met nog een akker daarbij gelegen tussen het land van de erfgenamen van Johan Splythoff en dat van de erfgenamen van Rechteren; een kleine akker tussen het land van de erfgenamen van zojuist genoemde Johan en dat van Herman van Hairst; een kleine akker tussen het land van Johan Goyer en dat van de Hylgen Geyst;
22 Epo Lyauckema maakt in tegenwoordigheid van heer Hetto en heer Schelto, pastoors te Sexbierum en Oosterbierum, en van heer Anna en heer Frerick, vicaris en praebendarius te Sexbierum, als getuigen zijn testament, waarbij hij allereerst verschillende legaten toekent aan verwanten en vrienden, alsmede aan geestelijke instellingen en personen in Friesland en vervolgens tot zijn erfgenamen aanstelt zijn vrouw Hylek en Schelto, Sicko, Luts en Trijn, kinderen van wijlen zijn broer Sicko Lyauckema, in dier voege, dat zijn vrouw al zijn roerende goederen krijgt alsmede het levenslange vruchtgebruik van Lyauckemastate met daarnaast nog verschillende goederen, terwijl testator voorts aan Schelte, de oudste zoon van wijlen zijn broer, als een "vorndeel" vooraf Lyauckemastate met verschillende andere goederen toedeelt onder het beding, dat de huwelijkse voorwaarden, gesloten tussen Schelto en Anna, dochter van Gerrolt Herema, nageleefd moeten worden en voorts, dat Lyauckemastate steeds onverdeeld en als een "vorndeel" van oudste kind op oudste kind zal moeten vererven en bij gebreke van nakomelingenschap van Schelto successievelijk zal moeten overgaan op de afstammelingen van Sicko, Lutz of Catharijn en tenslotte, dat Liauckemastate steeds door de bezitter ervan persoonlijk bewoond moet worden, na welke regelingen testator beschikt, dat genoemde kinderen van zijn broer tot het overige gedeelte van zijn nalatenschap gelijk gerechtigd zullen zijn en hij tenslotte als executeurs-testamentair benoemt Gerroldt Herema, diens broer Taecko Heerema en Do-ko Ringia, heerschap te Blessum; welk testament gezegeld wordt door heer Hetto namens genoemde getuigen, die ook allen tekenen.

Kenmerken

Datering:
(1371) 1614-1908
Voorwaarden voor raadpleging en gebruik:
Het archief is openbaar.
Toegang:
Meeuwissen, W.J. , Inventaris van het familiearchief Heerkens. Met regestenlijst tot en met 1578, (1371) 1614-1908 (1982).