Uw zoekacties: Seijst, 2011; p. 17

titel ( Gemeentearchief Zeist )

Veel archieven hebben ook een bibliotheekcollectie. Dit is zeer divers van aard, denk bijvoorbeeld aan informatieve boeken over de regio, tijdschriften van een vereniging, programmaboekjes van verkiezingen, artikelen uit kranten en tijdschriften.

beacon
 
 
Erfgoedstuk
Tijdschriftpagina
Seijst, 2011; p. 17
Titel:
Seijst
Beheerder:
Zeister Historisch Genootschap
Jaar:
2011
Pagina:
17
Is onderdeel van:
eigenaar van het Slot Jhr. Huijdeco- per zijn plan tot reconstructie van de in Frans classicistische stijl aan- gelegde tuin in een tuin volgens de Engelse landschapsstijl. In de tijd dat dit plan werd uitgevoerd was Snel tuinbaas en hij heeft met Zo- cher samengewerkt. De naam van de volgende bewo- ner/tuinbaas wordt gevonden in het volkstellingregister van 1839, te weten Diedrich Mengelder (Ham- minkeln (Dld) 1808-na 1874). In zijn testament uit 1840 wordt hij Dirk Mengler genoemd. In 1850 is hij vertrokken. Zijn opvolger was de tuinman Gerrit Kamphorst (Leus- den 1809 - ?). Hij kwam in 1850 naar Zeist, waar hij tot 1867 bleef. De tuinbaas werd bij zijn werk ge- holpen door twee tuinknechten. Enkele namen zijn bekend, omdat zij bij de tuinbaas inwoonden. In 1839 waren dat Jan Volk (Bloemen- daal circa 1811 - ?) en Johan Ack- man (Maartensdijk circa 1815-?) en in 1850 Jan van Kesteren (Doorn 1824 - ?), hij vertrok aan het einde van dat jaar, en Cornelis van Blan- kesteijn (Doorn 1831 - ?), die tot 1853 bleef. De andere namen zijn Dirk Boon (Doorn 1828 - ?) van 1851 tot ?, Barend van Zoest (Drie- bergen 1833 - ?) in 1853 en 1854 en Jan Stroomenbergh (Maarssen 1831 - Doorn 1873) van 1854 tot 1860. Deze tuinlieden waren in dienst van Jhr. Huydecoper Heer van Zeist. Kamphorst ontving na het overlij- den van Jhr. Huydecoper in 1865 een legaat van tweehonderd gulden.
Na de dood van Huydecoper werd in 1867 mevrouw. Labouchere- Voombergh de nieuwe eigenaresse van het Slot. Haar tuinbaas was Frederik Jan Voorneveld (Jutphaas 1837-Zeist 1907). Hij vestigde zich in 1867 in Zeist. Cornelis Polder- man (Koudekerke 1869-Vleuten 1935) was
in 1902 zijn opvolger. het
Toen de erfgenamen van het echt- paar Labouchere-Voombergh
Slot c.a. in 1924 aan de N.V. Heem- stede Bouw en Exploitatie Maat- schappij verkochten, vertrok Polder- man een jaar later naar Vleuten. Op een van de foto’s uit 1913 poseert de tuinbaas voor de fotograaf op de laan voor zijn woning. Na het vertrek van de laatste tuin- baas werd de woning tot 1928 be- woond door de tuinder Lambertus van Basten. De volgende bewoner was Krijn de Dreu, die in 1930 ver- trok en de laatste bewoner was de kweker Leendert de Jong. De tuinbazen die in dienst waren van Huydecoper betaalden waar- schijnlijk geen huur voor de dienst- woning. Bij de verkoop in 1867 was bedongen dat de in dienst zijnde tuinbaas nog enkele maanden zon- der betaling van huur mocht blijven wonen.
TUINGEREEDSCHAP In de ‘Tuin en Broeierij’ stond een tuinloods. In de memorie van suc- cessie opgemaakt in 1817 na het overlijden van Johannes van Laer wordt een opgave gedaan van het tuingereedschap dat in die loods stond. Dat verschaft een beeld over
welk gereedschap een tuinman in die tijd beschikte. Genoemd wor- den: ‘veertien schoffels, tien harken met ijzeren tanden, vijf viertandse griepen, twee dito drietandse, twee zandschoppen, een tuinspade, drie ijzeren vorken, een staakijzer, een houweel, een bijl, een snoeimes, twee haagscheren, een juk, twee emmers, drie gieters, vier zeven, een wan, zes kruiwagens, een grassteker, drie hak- ken, een lange spade, twee haakijzers, een klein bijltje, een meetketting, een modderbeugel, een zandbeugel, twee sloothouwen, twee snoeiers, twee oerles, een halve maandag, vier ijzeren beugels en molvallen, twee veermollenvallen, vier boombeitels, een trekmes en een zwaard’. Bij het overlijden van Huydecoper in 1865 was men minder detaillistisch met het opsommen van het tuinge- reed-schap. Genoteerd werd slechts:
‘Twee honderd zeven en zestig stuks diverse tuingereedschappen, schoppen, harken en meer’ en zeven kruiwa-
gens.
De overhaal over de Slotvijver gezien richting Waterigeweg. Links is de achterkant van de tuinmanswo- ning zichtbaar, circa 1900. COLLECTIE GEMEENTEARCHIEF
Seijst 2011 I-17
Voorbeeld : Klik op de tekst voor meer
Organisatie: Gemeentearchief Zeist