033 Stad en ambacht Heenvliet ( Streekarchief Voorne-Putten )
033
Stad en ambacht Heenvliet
Inleiding
Bijlagen
Regesten
443. Schepenvonnisboek (1686-1802)
Pieter Roest, pachter van zout-, zeep-, heren- en redemptiegeld vanaf 1-4-1702, eiser, contra Ary en Jan Dijks-hoorn, beide won. onder Heenvliet, gedaagden.
Paulus van Braeckel, pp. voor eiser, verklaart, dat Jan Dijkshoorn op naam van zijn vader wel een en ander heeft opgegeven, dat hij meende verschuldigd te zijn, maar weigerde de dienstbode, die daar in de kost is, op te geven voor het herengeld. Hij eist een boete van 500 g. volgens ordonnantie van de Staten.
De eerste gedaagde verklaart, de eiser nooit gezien te hebben. De tweede gedaagde zegt, dat zijn vader de dienstbode heeft aangenomen als zijn eigen kind, hij verklaart de eis niet ontvankelijk.
Paulus van Braeckel, pp. voor eiser, verklaart, dat Jan Dijkshoorn op naam van zijn vader wel een en ander heeft opgegeven, dat hij meende verschuldigd te zijn, maar weigerde de dienstbode, die daar in de kost is, op te geven voor het herengeld. Hij eist een boete van 500 g. volgens ordonnantie van de Staten.
De eerste gedaagde verklaart, de eiser nooit gezien te hebben. De tweede gedaagde zegt, dat zijn vader de dienstbode heeft aangenomen als zijn eigen kind, hij verklaart de eis niet ontvankelijk.
033 Stad en ambacht Heenvliet
Inleiding
Bijlagen
Regesten
443. Schepenvonnisboek (1686-1802)
Pieter Roest, pachter van zout-, zeep-, heren- en redemptiegeld vanaf 1-4-1702, eiser, contra Ary en Jan Dijks-hoorn, beide won. onder Heenvliet, gedaagden.
Paulus van Braeckel, pp. voor eiser, verklaart, dat Jan Dijkshoorn op naam van zijn vader wel een en ander heeft opgegeven, dat hij meende verschuldigd te zijn, maar weigerde de dienstbode, die daar in de kost is, op te geven voor het herengeld. Hij eist een boete van 500 g. volgens ordonnantie van de Staten.
De eerste gedaagde verklaart, de eiser nooit gezien te hebben. De tweede gedaagde zegt, dat zijn vader de dienstbode heeft aangenomen als zijn eigen kind, hij verklaart de eis niet ontvankelijk.
Paulus van Braeckel, pp. voor eiser, verklaart, dat Jan Dijkshoorn op naam van zijn vader wel een en ander heeft opgegeven, dat hij meende verschuldigd te zijn, maar weigerde de dienstbode, die daar in de kost is, op te geven voor het herengeld. Hij eist een boete van 500 g. volgens ordonnantie van de Staten.
De eerste gedaagde verklaart, de eiser nooit gezien te hebben. De tweede gedaagde zegt, dat zijn vader de dienstbode heeft aangenomen als zijn eigen kind, hij verklaart de eis niet ontvankelijk.
Datering:
15-07-1702
Folio:
121
Soort akte:
Rechtdag.
Organisatie: Streekarchief Voorne-Putten
laatste wijziging 18-08-2022
laatste wijziging 21-03-2024
10.607 beschreven archiefstukken
30 gedigitaliseerd
totaal 809 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 21-03-2024
10.607 beschreven archiefstukken
30 gedigitaliseerd
totaal 809 bestanden
Kenmerken
Datering:
1411 - 1811
Beschrijving:
Archief van de stad en het ambacht Heenvliet
Omvang:
23,70 meter, 1583 inventarisnummers
Inventarisatie:
L.W. Hordijk, 2005
Taal:
Nederlands
Taal archiefmateriaal:
Het merendeel van de stukken is in het Nederlands
Soort archiefmateriaal:
Normale geschreven en gedrukte documenten, charters en bijzondere handschriften
Bewaarplaats:
Streekarchief Voorne-Putten
Status open dataset:
Beschikbaar
Open data eigenaar:
Streekarchief Voorne-Putten
Licentie:
Geografische namen:
Categorie:
Opendata trefwoord:
Archiefvormer(s):
laatste wijziging 21-03-2024
10.607 beschreven archiefstukken
30 gedigitaliseerd
totaal 809 bestanden