Uw zoekacties: Stad en ambacht Heenvliet

033 Stad en ambacht Heenvliet ( Streekarchief Voorne-Putten )

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Naar boven om te zoeken
033   Stad en ambacht Heenvliet
Inleiding
Aanwijzingen voor de gebruiker
Archiefvorming
Inhoud en structuur van het archief
Bijlagen
Regesten
375. Clercxboek (1539-1551)
Records 1 t/m 100
Records 101 t/m 200
-
Jacob Cornelisz Cuyper bekent aan Yeman Willemsz een schuld van 8 lb. gr. vl. wegens koop van land, die hij belooft op Nieuwjaarsdag 1542 te betalen.
Toelaener Jansz heeft 'gecomposeert tegens mijnen heere van Cruninge' van hetgeen hij bedreven heeft ten huize van Corne¬lis Claesz Bellert, waarvoor hij de heer van Cruningen moet betalen 3 lb. gr. vl., 2 lb. op de gifte van de landen en het derde lb. heeft hij beloofd te betalen voor de Zuidlandse markt. Borg is geworden Huych Jacobsz. Jan Jansz, broer van Toelaener, heeft beloofd Huych Jacobsz van deze borgtocht te bevrijden.
Ariaen Jacobsz Noem [in de marge: Noemtge] belooft binnen drie weken aan Willem Jacobsz te betalen, hetgeen hij hem schuldig is.
Willem Jacobsz bekent ontvangen te hebben van het leen 15 lb. op 15-2-1541.
Aem Joesz machtigt Pier Piersz de Nicker om voor hem te proce¬deren in Heenvliet.
Lenert Jansz Braber machtigt Jan Hughesz het geld te ontvan¬gen, dat hij 'gewonnen heeft' op de Jonge Keyser op het sterf¬huis van Jacob Willemsz.
Meester Eyngel Willemsz, pastoor van Heenvliet, contra Lenert Dircksz. Omdat de pastoor 'een compositie gemaeckt heeft' met Claes de veerman en hem dag en tijd gegeven om te betalen buiten medeweten en consent van Lenert Dircksz, hebben schepe¬nen Lenert Dircksz ontslagen van de eis van Pier Mathijsz, pp. voor Mr. Eyngel.
Cornelis Jansz als voogd van de kinderen van Jan IJsbrantsz [en] Hubrecht Ghijbesz hebben machtig gemaakt Ariaen Jacobsz, schilder, om hun zaken te behartigen en de landen in ontvangst te nemen.
Schepenen hebben de baljuw aangeschat Jan Coopals anker en kabel het pond voor een stuiver tot zijn gebreke toe van 4 rijnsguldens, omdat hij aangenomen had Jan Ariaensz Coopals schip te brengen onder recht.
De baljuw gaat in beroep bij leenmannen.
Huych Jacobsz contra Aerent Jansz, schout van Westenrijck. Schepenen blijven bij hun eerdere vonnissen n.l. dat partijen de bescheiden moeten tonen, waarmee zij denken te winnen.
Huych Jacobsz zal 'tot sijn onscult staen ende dat hij houwer ende weter wesen zal wat penningen dat hem gebreecken van sijn erfve ende hoe hij sijn erfve vercoft heeft'.
Aert Jansz, schout van Westenrijck, gaat in beroep bij leen¬mannen.
Eewout Jorisz, pp. voor Huych Jacobsz, heeft een waarheid bedongen contra Jheras Jansz. Hij zegt, dat Jheras Jansz het huis gekocht heeft voor 4 lb. gr. vl. gereed geld en 4 lb. gr. vl. binnen een jaar te betalen.
Ariaen Jacobsz, schilder, pp. voor Jeras Jansz, ontkent iets schuldig te zijn.
Pier Mathijsz heeft zich borg gesteld voor de inbeslaggenomen goederen van Jeras Jansz.
Joest van Ratingen heeft de volgende boeken overgeleverd:
in de kasten:
het hevenboek van Heenvliet,
het hevenboek van de Heenvlietse grond en
de laatste rekeningen van het dorp Heenvliet,
de laatste rekeningen van de Heiligegeest. De andere laat¬ste rekeningen van de kerk en land van Heenvliet berusten onder Meester Cornelis Simonsz met de sleutel van de 'meente kiste'.
Joest van Ratingen heeft ook overgeleverd oude rekeningen van dorp, Heiligegeest, kerk en land van Heenvliet in aanwezigheid van de schepenen Huych Jacopsz, Cornelis Aeriaensz, Lenert Dircxsz, Adriaen Danckaertsz, Aeriaen Eeuwoutsz.
De heer van Cruningen heeft de voorn. bescheiden met de sleu¬tel van de meentekiste overgegeven aan Meester Cornelis Flo¬risz, nu baljuw van Heenvliet.
Huych Jacobsz eist van Aert Jansz 14 rijnsguldens van de koop van land.
Jan Jacobsz [in de marge: Jante broer] bekent aan Jacob Piersz Quack een schuld van een half lb. min een oortje, die hij belooft voor Vrouwe Lichtmis a.s. te betalen.
Pieter Mathijsz, pp. voor Huych Jacobsz, bedingt een waarheid contra Cornelis Cornelisz 't Maech. Cornelis heeft hem een tijd geleden 6 hoed gerst verkocht, die op Vastenavond of half maart geleverd zou worden, wat niet gebeurd is. Hij eist de penningen, die Cornelis voor deze gerst te Dordrecht ontvangen heeft. Cornelis Cornelisz antwoordt, dat hij aangeboden heeft de gerst te leveren, maar dat Huych Jacobsz ze niet in ont¬vangst wilde nemen.
Jaep Bouwensz bekent aan Pier Piersz de Nicker een schuld van 5 Rijnsguldens en 12 st., die hij belooft voor mei a.s. te betalen of 'eer dat hij van hier verhuysen zal'.
Jaep Bouwensz bekent aan Oel Oelesz een schuld van 7 rijnsgul¬dens, die hij belooft binnen 8 dagen te betalen. Borg is geworden Joest Jacobsz, molenaar.
Pier Cornelisz Commer bekent aan Pier Piersz de Nicker een schuld van een half hoed tarwe en een hoed gerst, die hij belooft voor Pasen a.s. te leveren. Met Sint Maarten zal hij nog twee hoed gerst leveren.
Jaep Cuyper contra de erfgenamen van Jacob de wagenmaker.
Schepenen hebben gewezen met vonnis, dat 'er alsulcke kennisse van mannen onder haer gecoemen is, dat mannen thuys gescat hebben, dat de renten dye opten huyse staen onver¬mindert ende onvercort sullen blijven'.
Jaep Cuyper gaat in beroep bij leenmannen.
Jan Ariaensz Coopal bekent aan het convent van de Cellebroe¬ders in Brielle een schuld van 2 rijnsguldens, die hij belooft in twee jaarlijkse termijnen te betalen.
Pier Cornelisz Commer bekent aan Oel Oelesz een schuld van 4 rijnsguldens.
Huych Jacobsz (de) Holler contra de erfgenamen van Jacob de Keyser. Schepenen blijven bij eerder gewezen vonnissen. Omdat Huych Jacobsz Holler de penningen van Jacob Jacobsz Keyser buiten de heerlijkheid besteld heeft, moet hij zeggen, uit wiens naam hij dat gedaan heeft. Huych weigert dit.
Cornelis Haddesz contra Willem Woutersz. Cornelis Haddesz zal de penningen van de verlopen renten ontvangen van de eerste dag van de ceel van Willem Woutersz.
Ariaen Jacobsz de Boe en Herman Gerritsz hebben 'haer kennisse geseyt onder scepenen als wijncoepslyen tusschen Maerten Joesz ende Jan Jacobsz Schijve, dat Jan Jacobsz Scyve ontfangen sal van thuys, daer de wedue van Fluxge in woent 4 rijnsguldens siaers tot de summe van drye lb. gr. toe'.
Ariaen Piersz Beck bekent aan Joest van Ratinge, baljuw van Heenvliet, een schuld van 20 zakken tarwe te leveren met de nieuwe oogst. Hij verklaart daarvan voldaan en betaald te zijn. Borg is geworden Jan Jacobsz Scyve.
Cornelis Jansz de Hollaer bekent aan Frans Cornelisz een schuld van 2 rijnsguldens, die hij belooft binnen drie weken te betalen.
Huych Jacobsz heeft ontvangen van Aert Jansz 12 lb. gr. vl. en nog een 'hantteycken ende dat hij noch daer en boeven eyssende was 15 rijnsguldens ende heeft het op 14 rijnsguldens geset'. Hij wil dit bevestigen met zijn eed.
De Heiligegeestmeesters contra de erfgenamen van Lysge Post.
De Heiligegeestmeesters moeten bewijzen, dat het vonnis, zoals het in hun register staat, woord voor woord gelijk is aan het clercksboeck. Dan zullen schepenen wijzen, wat zij menen dat recht is.
De Heiligegeestmeesters contra de erfgenamen van Lysge Post.
De Heiligegeestmeesters moeten bewijzen, dat het vonnis, zoals het in hun register staat, woord voor woord gelijk is aan het clercksboeck. Dan zullen schepenen wijzen, wat zij menen dat recht is.
Huych Jacobsz heeft geëist van Aert Jansz 21 lb. Hij heeft van Aert Jansz 12 lb. ontvangen met een 'hantteycken' van 5 lb., 8 st. 4 ? van Cornelis Ariaensz Mijn Joncker en nog 5 st. van Lenert Hughesz. Hij eist nog van Aert Jansz voor de rest 15 rijnsguldens.
Cornelis Dircksz bekent aan Eewout Jorisz een schuld van 47 rijnsguldens van geleende penningen, die hij belooft voor Pasen 1541 terug te betalen. Borg is geworden Lenert Dircksz.
In de marge: Eewout Jorisz verklaart voldaan te zijn.
Geen inhoud.
Yeman Willemsz machtigt Pieter Mathijsz om voor hem te proce¬deren.
Huwelijkse voorwaarden van Jan Meesz en Ariaen, de weduwe van Cornelis Geeritsz Fluxge.
Als de vrouw binnen twee jaar na het huwelijk sterft, dan krijgt Jan Meesz zijn arbeidsloon van 6 pond gr. vl. en niet meer. Sterft de man binnen twee jaar na het huwelijk, dan krijgen zijn erfgenamen niet meer dan zijn kleren. Mochten er in die twee jaar kinderen geboren worden, dan delen die even¬zeer mee in de goederen van Ariaen de weduwe als de kinderen van Cornelis Geeritsz Fluxge.
Jan Meesz bekent aan Joest van Ratinge, baljuw van Heenvliet, een schuld van acht zakken tarwe en een zak gerst, die hij belooft te leveren met de nieuwe oogst voor de 5 rijnsguldens geleend geld en het pontgeld van de baljuw.
Cornelis Dircksz contra de erfgenamen van Martge 't Vlies. Cornelis Dircksz zal schuldig zijn aan de woorden van de erfgenamen te lijden of antwoord te geven, 'waer mede dat hij an dye waerheyt gaet'. Cornelis Dircksz gaat in beroep bij het Hof van Holland.
Schepenen hebben besloten na verzoek van de erfgenamen om de nagelaten goederen van Martgen 't Vlies [verderop in de akte: Martgen Ysbrants] te verkopen t.b.v degenen, die daarin ge¬rechtigd zijn en t.b.v. de wezen.
Schepenen hebben besloten, dat Heyn de wever vooraf uit de ceel zijn huishuur zal ontvangen naar gelang van de tijd, dat Huyge de Holler in zijn huis gewoond heeft.
Pier Cornelisz Commer bekent aan Ariaen Danckertsz een schuld van 21 achtendelen tarwe te leveren met Bamis a.s. voor 16 car. g.
Pieter Mathijsz, pp. voor de Heiligegeestmeesters, heeft een waarheid bedongen contra de erfgenamen van Lysge Post. Hij zegt, dat Lysge Post 'bynnen de jaere' van de Heiligegeest geleefd heeft. Daarom pretenderen de Heiligegeestmeesters recht te hebben aan de nagelaten goederen van Lysge Post.
Schepenen oordelen, dat 'de Heyligegeestmeesters souden hebben de waerheyt behoudelick Barent Vranckesz zijn verweer an mannen vierscaere, overmits dat hij daer op niet versyen en was'.
Ariaen Jacobsz, schilder, pp. voor de erfgenamen van Martge Vlies, heeft een waarheid bedongen contra Cornelis Dircksz. Hij zegt, dat er tussen Cornelis Dircksz en Martgen Ysbrantsdr za. huwelijkse voorwaarden zijn gemaakt voor schepenen van Heenvliet. Als een van beide partijen binnen de eerste zes jaar na het sluiten van het huwelijk zou overlijden, zou Cornelis Dircksz 30 pond gr. vl. krijgen. Deze huwelijkse voorwaarden zijn Marcke Ysbrantsdr tijdens het huwelijk afhan¬dig gemaakt, waarover zij zich vaak beklaagd heeft. Uit angst voor Cornelis Dircksz heeft zij hiervan geen rechtszaak ge¬maakt. Ariaen Jacobsz meent over Cornelis Dircksz goed te doen met een waarheid.
Cornelis Cornelisz 't Maech biedt aan Pier Cornelisz Commer te leveren 3 hoed gerst 'ende sijn gelt te ontfanghen ende hij en heeftse niet willem ontfanghen'.
Leenmannen wijzen Bouwen Pouwelsz of Lenert Pouwelsz weeskind, waar hij verantwoordelijk voor is, in het schoonste recht en veroordelen Cornelis Gillisz in de rechtelijke kosten.
Cornelis Gillisz gaat in beroep bij het Hof van Holland.
Leenmannen veroordelen Gillis Ariaensz tot een boete van 60 lb. zwart en tot arrest binnen de heerlijkheid Heenvliet.
Huych Jacobsz de Holler contra Cornelis Claesz Bellert. De baljuw zal 'soucken soe recht is te weten op Huyge de Hollers zeel ende dat hij zal staen naest den heere'.
Nota roerende mannen.
De baljuw zal 'als angaende van de waerheede vande wagemaecker sijn penningen ontfangen ende dat vuyt de wagemaekers zeel'.
Mr. Cornelis Symonsz belooft Cornelis Ariaensz te bevrijden van de brief, die de baljuw heeft op de goederen van Cornelis Ariaensz van 21 lb. 'roerende van Heer Cornelis Ariaensz, dye hij ontfangen heeft van Mr. Jacob Coose'.
Jan Ariaensz uit Brielle contra Yeman Willemsz. Leenmannen houden het vonnis aan tot de volgende vierschaar.
Als leenmannen verdacht worden en gedaagd worden van 's heren wege, moet de bode hen buiten kosten van iedereen oproepen. Alleen als er partijen van buiten de heerlijkheid opgeroepen moeten worden, mag hij kosten in rekening brengen.
Baerent Fransz heeft afstand gedaan van de erfenis, die zijn zoon Frans aanbestorven is van Lysge Post ten gunste van de Heilige¬geest.
Een waarheid opgehouden tussen de erfgenamen van Oelert Jansz en Mr. Jacob Coose tot de volgende rechtdag.
De zaken van Bartholomees Pietersz is opgehouden tot de vol¬gende rechtdag.
Pier Cornelisz alias Commer heeft, voor hetgeen hij schuldig was, in handen gesteld van Jacob Pietersz, biervoerder van Zwartewaal, 2½ gem. groen tarwe liggend onder zijn huis, een rode koe en zijn best paard.
Cors Dircksz bekent aan Joest van Ratinge, baljuw van Heen¬vliet, een schuld van 20 zakken tarwe, te leveren met de nieuwe oogst.
Cornelis Gillisz heeft voor de vierschaar erkend een koopover¬eenkomst gesloten te hebben met Joachim Cornelisz uit Den Haag.
Pier Claesz de bakker bekent aan Joest Jacobsz, molenaar, een schuld van 13 rijnsguldens wegens koop van een 'koye mit de weye over'. Hij belooft voor volgend jaar mei te betalen. Borg zijn geworden Lenert Dircksz en Cornelis Ariaensz aan de Kanijndijck.
Zier Ariaensz bekent aan Joest Jacobsz, molenaar, een schuld van 8 st. en 5 gr., die hij belooft voor Beloken Pasen a.s. te betalen.
Barent Fransz bekent ontvangen te hebben van Yeman Willemsz de afkoop van 'heete daegen' van het huis, dat Yeman van Barent heeft gekocht, staande te Abbenbroek.
Eewout Jorisz, pp. voor Cornelis Gillisz, heeft een waarheid bedongen contra Pieter Mathijsz, pp. voor Joachim Cornelisz. Joachim Cornelisz heeft gezegd, dat Cornelis Gillisz aan Jan Heynricksz te weinig prpocuratie heeft gegeven om naar Geer¬vliet te gaan om de koopovereenkomst op te zeggen, omdat Joachim zich niet aan de afspraken heeft gehouden. Cornelis Gillisz vermeet hem goed te doen met een waarheid.
Joachim Cornelisz stelt, dat hij zich wel aan de afspraken gehouden heeft.
Omdat de eiser niet is verschenen, ontslaan schepenen Jan Harrentsz van rechtsvervolging.
Ariaen Jacobsz Noemtge bekent aan Claes Hugesz een schuld van 17 lb. 10 st. 'ende blancke' wegend koop van land. Hij belooft voor Beloken Pasen te betalen.
Pier Mathijsz, pp. voor Cornelis Cornelisz 't Maech, heeft een waarheid bedongen contra de Heiligegeestmeesters van Maerlant. Cornelis Cornelisz zegt, dat hij enige tijd geleden zijn huis en erf met het land verkocht heeft aan ene Pieter Jansz de Voecht onder voorwaarde, dat Pieter Jansz 'gehouden wesen soude te willigen alle dye eygenaers, daer hij lant of bruyc¬kende was'. Alle eigenaren waren het er mee eens, dat Pieter Jansz op het land zou komen behalve de Heiligegeestmeesters. Hij vermeet over deze goed te doen met een waarheid.
Zier Ariaensz verklaart verkocht te hebben aan Jan Hughesz het huis en erf, dat hij heeft getimmerd op het erf naast het gasthuis, dat hij van Jan Hughesz had gekocht.
Schepenen hebben Borrit Hughesz aangeschat 'alsulcken cloene¬re', als hij met recht gewonnen heeft van Jan Piersz alias Jan de clerck uit Blencvliet, voor 9 st. (deze akte is tweemaal ingeschreven)
Borrit Hughesz bekent aan Joest van Ratinge, baljuw van Heen¬vliet, een schuld van 4 rijnsguldens, die hij belooft met Bamis a.s. te betalen.
Jan Jorisz en Arent Pietersz, beiden poorters van Schiedam, zegslieden en arbiters van Cornelis Jansz Voecht, won. te Schiedam, en Hubrecht Ghybesz, won. in Kethel, verklaren terzake van de uitkoop van de erfenis, die voors. Cornelis en Hubrecht aanbestorven is bij dode van Martgen Ysbrantsdr, die gewoond heeft in Heenvliet, weduwe(!?) van Cornelis Dircksz za., dat Cornelis Dircksz hun elk 41 lb. holl. van verleide penningen zal geven voor meidag a.s. en met Sint Gillis 100 car. g. en nog vier Sint Gillisdagen daarna 50 car. g. en met de verdere erven alle kleren en siera¬den van Martgen Ys¬brantsdr. Corne¬lis Dircksz zal alle verdere nagelaten goederen houden. Gepas¬seerd in presentie van Dirck Claesz alias Vliet, die 4 st. voor het schrijven zal hebben. Cornelis Dircksz zal voor het gelag ten huize van Jan Jorisz 2 car. g. betalen.
Cornelis Jansz de Voecht en Hubrecht Ghybesz bekennen aan Joest van Ratinge, baljuw van Heenvliet, een schuld van 9 Rijnsguldens wegens geleende penningen van het land, dat Cornelis Dircksz had gekocht van Thoenis Lauwesz. Zij hebben beloofd deze schuld met Sint Gillis a.s. te betalen van de eerste pennin¬gen, die hun verschijnen zullen van Cornelis Dircksz van de uitkoop. (deze akte is twee maal ingeschreven)
De erfgenamen van Martgen Ysbrantsdr (Martge 't Vlies) met de voogden van de weeskinderen verkla¬ren zich akkoord met de op 4-4-1541 getroffen rege¬ling. Dit zijn:
de jonge Ghijs Ghijsen als voogd van twee weeskinderen van Jan Ysbrantsz,
Cornelis Jansz de Voecht voor zichzelf en als voogd van de twee oudste weeskinderen van Jan Ysbrantsz,
Job Jansz als voogd van Ariaen Oole de Ouwe zijn huisvrouw,
Bastiaen Oolendochter voor haarzelf, idem Martgen Oole,
Jonge Ariaen Oole voor zo ver haar man Corstiaen ermee tevre¬den is.
Cornelis Dircksz bekent aan Joest van Ratingen, baljuw van Heenvliet, een schuld van 3 pond gr. vl. wegens geleend geld en nog 10 Rijnsguldens pontgeld. Hij belooft Bamis a.s. te betalen.
Ariaen Thoenisz heeft overgedragen aan Cornelis Claesz Bellert zijn deel van zijn vaders huis, dat verkocht is voor 29 lb. gr. vl. Hij krijgt hiervan een tiende deel en daarvoor krijgt Ariaen Thoenisz voor 9 jaar in pacht 2 gem. weiland in de Haye.
Cornelis Piersz bekent aan de baljuw Joest van Ratingen een schuld van 50 car. g. wegens geleend geld, dat hij met de Zuidlandse markt a.s. belooft terug te betalen. Borg is gewor¬den Alijt Pieter Hughesz.
Cornelis Lenertsz, pp. voor Jacob Jacobsz Creeck, bedingt een waarheid contra Jan Meesz, nazaat van Cornelis Geeritsz. 'Alsoe Jan Meesz of sijn voersaete voeren ge-et heeft ende dat nu sijn weije dat gij daer voer weder etten soude van hem drye gemeten weije ende soude dye in huyre hebben mits Jan Meesz toe te geven een lb. g. vl. ende seyde dat Jan Meesz vooren treden soude ende lijen daer van an sijn woerden of hij verme¬tet over hem goedt te doene mit mijn heere van Cruninge ende zijnen getrouwen waerheyt.'
Jan Meesz heeft geantwoord, dat 'hij hem geen huyre en bekende ande weije mer bekende dat dye scae dye hem gedaen was daer voer wederom in slaen soude onder sijn beesten ende etten tot zijn gebreecke toe ende dat bij goede mannen. Wat hij hem daer en boven eyst daer soude hij mede onde waerheyt gaen'.
033 Stad en ambacht Heenvliet
Inleiding
Bijlagen
Regesten
375. Clercxboek (1539-1551)
Cornelis Lenertsz, pp. voor Jacob Jacobsz Creeck, bedingt een waarheid contra Jan Meesz, nazaat van Cornelis Geeritsz. 'Alsoe Jan Meesz of sijn voersaete voeren ge-et heeft ende dat nu sijn weije dat gij daer voer weder etten soude van hem drye gemeten weije ende soude dye in huyre hebben mits Jan Meesz toe te geven een lb. g. vl. ende seyde dat Jan Meesz vooren treden soude ende lijen daer van an sijn woerden of hij verme¬tet over hem goedt te doene mit mijn heere van Cruninge ende zijnen getrouwen waerheyt.'
Jan Meesz heeft geantwoord, dat 'hij hem geen huyre en bekende ande weije mer bekende dat dye scae dye hem gedaen was daer voer wederom in slaen soude onder sijn beesten ende etten tot zijn gebreecke toe ende dat bij goede mannen. Wat hij hem daer en boven eyst daer soude hij mede onde waerheyt gaen'.
Datering:
06-05-1541
Organisatie: Streekarchief Voorne-Putten
laatste wijziging 20-01-2022
Cornelis Claesz Bellert bekent aan Jan Pietersz, koster, 'alle jaere alsoe lange als hij dye costerije bedyenen zal' 15 st. gr. vl.' te betalen iedere Vrouwe Lichtmis, wegens koop van de kosterstoven.
Alyt Pieter Hughesz weduwe met haar gecoren voogd Jan Pie¬tersz, koster, bekent vanwege haar zoon Cornelis Pietersz schuldig te zijn aan de baljuw Joest van Ratingen 50 car. g., die zij belooft met de Zuidlandse markt a.s. te betalen. Cornelis Pietersz belooft zijn moeder te bevrijden van deze schuld en stelt daarvoor al zijn bezittingen in haar handen.
Jan Jacobsz alias Jan Blocxz belooft Geerit Ysbrantsz te bevrijden van de brief, die de erfgenamen van Oelert Jansz sprekende hebben op het huis en erf, waarin Gillis Ariaensz woont, staande tussen de huizen van Pier Nicker en Jan de schoenmaker aan de noordzijde van het dorp Heenvliet.
Jan Jacobsz alias Jan Blocxz belooft Geerit Ysbrantsz te bevrijden van de brief, die de erfgenamen van Oelert Jansz sprekende hebben op het huis en erf, waarin Gillis Ariaensz woont, staande tussen de huizen van Pier Nicker en Jan de schoenmaker aan de noordzijde van het dorp Heenvliet.
'Het is kennelick voer al de schepenen dat de vier lb. groote van Jobge Cop de Keysers jonckwijf was rusten onder de gemeen erfgenaemen van Jacob Willemsz wantter penningen te cort quae¬men inde zeel alsoe dat Jan Schyve moste leenen ende verleggen inde zeel 15 rijnsguldens ende Jobge heeft van dese 4 lb. ontfangen 10 st.'
Arent Jansz van Abbenbroek bekent aan Wollebrant Jacobsz een schuld van 4 pond gr. vl. wegens koop van 'juyn', hij belooft over een jaar te betalen.
Pier Piersz schout heeft 'sijn recht opgeset van leveringe van panden tot sijn vermanen toe tusschen hem ende Cors Dircksz'.
Cors Dircksz bekent aan Jan Jacobsz een schuld van 8 rijnsgul¬dens en 18 st., die hij belooft binnen 14 dagen te betalen.
Omdat Huych Jacobsz een brief van een weeskind onder zich gehad heeft, is hij schuldig dat kind zijn brief te bezorgen of te bewijzen, waar hij hem gelaten heeft.
Cors Dircksz bekent aan Arien Heynesz de molenaar een schuld van 9 rijnsguldens met de rechtelijke kosten te betalen voor eind mei.
Willem Doemisz machtigt de baljuw om het land te transporte¬ren aan de koper of naaster, die bij schepenvonnis zal worden aangewezen. Hij draagt aan Eewout Jorisz de opbrengst van de verkoop over. Eewout Jorisz bekent van deze penningen schuldig te zijn aan Hubrecht Harmansz 12 st., die hij belooft met Sint Katharynen te betalen.
Schepenen oordelen, dat Cornelis Piersz zijn rekening wel gedaan heeft.
Cors Dircksz bekent aan Thoenis Lauwesz een schuld van 5 rijnsguldens en 1 st., die hij belooft voor eind mei te betalen.
Cornelis Gillisz heeft hand en mond afgetrokken van 3½ gem. land, waar hij borg voor stond voor Huyge de Holler, die daar 'voerpachter' van is geweest in het sterfhuis van Mr. Claes Jansz en waar Cornelis Gillisz en Cornelis 't Maech borgen voor waren. Cornelis Cornelisz 't Maech zal deze 3½ gem. voortaan gebruiken en ieder jaar de pacht betalen.
Cornelis Gillisz bekent aan Leentge Lenertsdr, weeskind van Lenert Pouwelsz, een schuld van 7 lb. gr. vl. en 1 lb. verlo¬pen renten, die hij belooft Bamis a.s. te betalen. Mocht hij voor die tijd overlijden, dat zal het weeskind als eerste uit zijn goederen betaald worden.
Geylge Thoene bekent aan Ariaen Danckertsz een schuld van 5 lb. gr. vl. 'verleyde penningen', die zij belooft te betalen uit het geld, dat zij ontvangen zal uit haar ceel.
Cornelis Piersz heeft de baljuw en de kerkmeester al zijn huisraad overgedragen voor hetgeen hij tekort kwam aan de kerkrekening.
Hieronder een gespecificeerde inventaris van Cornelis' huisraad, waaronder een bijbel, een Nieuw Testament, een schrijfboek.
De heer van Cruningen zal Jan Hughesz en Cornelis Cornelisz Poerter als kerkmeesters ontslaan van hun zes weken durende gijzeling, als zij in die tijd met hem overeenstemming kunnen bereiken. In presentie van Cornelis Gillisz als 'manne', Eyngel Romboutsz als 'buyrman' en Ariaen Jacobsz de bode.
Cornelis Piersz Haserswouwe bekent aan Jan tSalgebuere een schuld van 2 philipsguldens, die hij belooft binnen een maand te betalen.
Heerman Geeritsz bekent aan Ariaen Danckertsz een schuld van 28 Rijnsguldens wegens geleende penningen, waarvan hij de ene helft met de Vlaardingse markt en de anderen met Bamis a.s. zal betalen, verzekerd op zijn vier beste koeien.
Cors Dircksz belooft Jan Claesz te betalen een pacht van een jaar van 2 gem. land in de 'Pinxter Heylige daegen' a.s.
Heyn Doemisz bekent aan Eewout Jorisz een schuld van 10 lb. Hollands, die hij belooft met Sint Maarten en Sint Catharina te betalen van de penningen, die Willem Doemisz Sint Catharina zal ontvangen.
Willem Doemisz verklaart verkocht te hebben aan zijn broer Heyn Doemisz de erfenis van zijn moy Durfge en van hem ontvan¬gen te hebben 9 rijnsguldens en 1 st. Heyn Doemisz belooft de andere 10 lb. Hollands met Sint Catharina te betalen.
Losliggend briefje van Ewout Jorisz van 18-12-154? over het¬zelfde onderwerp. Door beschadiging aan de rand is het verband in de tekst niet duidelijk.
Thoenis Pietersz Trijn Heynes swaeger heeft Pier Cuyper be¬loofd binnen acht dagen te betalen onder verband van zijn huis.
Symon Willemsz verlijt voor Cornels Claesz Bellert 19 st. van de zevende besteding van het gors van 'tofladt' bij Zwartewaal en Nelletge heeft met haar voogd Jan Pietersz wederom in handen van Symon Willemsz gesteld een rode koe, voor het geval Symon niet betaald wordt.
De heer van Cruningen heeft Pier Piersz de Nicker toestemming gegeven om een hulp tot zich te nemen, die wel schrijven kan, om het burgemeesterschap dit jaar te vervullen en de rekening op te brengen. Hij zal als hulp hebben Jacob Cornelisz Scipper alias Jacobe.
De baljuw heeft geleverd in handen van Jan Hugesz en Huych Jacobsz, waarslieden, het ceeltje van rijs en dat van het oude hout.
Records 301 t/m 400
Records 401 t/m 500
Records 501 t/m 600
Records 601 t/m 700
Records 701 t/m 800
Records 801 t/m 900
Records 901 t/m 1000
Records 1001 t/m 1100
Records 1101 t/m 1200
Records 1201 t/m 1300
Records 1301 t/m 1397
376. Clercxboek (1562-1563)
377. Clercxboek (1563-1575)
378. Clerckboek (1575-1583)
379. Leenmannenvonnisboek, (1583-1595)
380. Leenmannenvonnisboek, (1595-1635)
381. Leenmannenvonnisboek, (1638-1683)
382. Leenmannenvonnisboek, (1683-1762)
383. Leenmannenvonnisboek, (1767-1810)
438. Schepenvonnisboek (1583-1590)
439. Schepenvonnisboek (1590-1595)
440. Schepenvonnisboek (1595-1611)
441. Schepenvonnisboek (1616-1636)
442. Schepenvonnisboek (1637-1685)
443. Schepenvonnisboek (1686-1802)
503. Transportakten, (1693-1705)
504. Transportakten, (1705-1718)
505. Transportakten, (1718-1741)
506. Transportakten, (1741-1756)
507. Transportakten, (1757-1772)
508. Transportakten, (1772-1786)
509. Transportakten, (1787-1800)
510. Transportakten, (1800-1805)
511. Transportakten, (1806-1808)
665. Schuldbekentenissen (1662-1692)
1461. Heilige Geest, (1539, 1542)
1462. Heilige Geest, (1578, 1582)
1463. Heilige Geest, (1599)
1464. Heilige Geest, (1606)
1465. Heilige Geest, (1614)
1466. Heilige Geest, (1626-1628)
1467. Heilige Geest, (1629-1632)
1468. Heilige Geest, (1639-1641)
1469. Heilige Geest, (1642-1646)
1470. Heilige Geest, (1649-1658)
1471. Heilige Geest, (1659-1661)
1472. Heilige Geest, (1662-1663)
1473. Heilige Geest, (1664-1670)
1474. Heilige Geest, (1671-1680)
1475. Heilige Geest, (1681-1695)
1476. Heilige Geest, (1696-1704)
1477. Heilige Geest, (1705-1714)
1478. Heilige Geest, (1716-1732)
1479. Heilige Geest, (1733-1765)
1480. Heilige Geest, (1766-1797)
1481. Heilige Geest, (1798-1803)
1482. Heilige Geest, (1804-1810)
Regesten
Transcripties
Overige transcripties
Regesten uit Register 1
laatste wijziging 10-06-2024
10.607 beschreven archiefstukken
30 gedigitaliseerd
totaal 809 bestanden

Kenmerken

Datering:
1411 - 1811
Beschrijving:
Archief van de stad en het ambacht Heenvliet
Omvang:
23,70 meter, 1583 inventarisnummers
Inventarisatie:
L.W. Hordijk, 2005
Taal:
Nederlands
Taal archiefmateriaal:
Het merendeel van de stukken is in het Nederlands
Soort archiefmateriaal:
Normale geschreven en gedrukte documenten, charters en bijzondere handschriften
Bewaarplaats:
Streekarchief Voorne-Putten
Status open dataset:
Beschikbaar
Open data eigenaar:
Streekarchief Voorne-Putten
Licentie:
CC BY-SA 4.0 Creative Commons (CC BY-SA 4.0)
Geografische namen:
Categorie:
Opendata trefwoord:
Archiefvormer(s):
 
Archiefvormer -
 
Archiefvormer Stad en ambacht Heenvliet
laatste wijziging 10-06-2024
10.607 beschreven archiefstukken
30 gedigitaliseerd
totaal 809 bestanden