Johannes Zoetemeijer notarisklerk te Brielle die verklaarde dat Kommerina Borstlap zonder beroep wonende Rotterdam weduwe van Jacob Rus in diens hoedanigheid van onherroepelijk gemachtigde van Aart van der Houwen timmerman te Oostvoorne, blijkens akte van schuldbekentenis met hypotheekstelling op 12-02-1906 voor zelfde notaris verleden wijlen Krijn Rus in leven particulier te Rotterdam blijkens gemelde akte van 12-02-1906 aan voormelde Aart van der Houwen ter leen verstrekt heeft een bedrag van f. 2500,00 thans tegen een rente van 5% per jr met waarborg een eerste hypotheek op het huis met erf en tuin aan de Duinweg te Oostvoorne thans bij het kadaster bekend n sectie A onder nr 1754, als huis en tuin groot 3 aren 27 ca terwijl krachtens deze akte inschrijving is genomen ten hypotheekkantore te Brielle in deel 160 nr 64; dat na het overlijden van gekoemde Krijn Rus bij akte van scheiding van diens nalatenschap verleden op 21-10-1914 voor nts Mr Arend Mijs te Rotterdam de bedoelde vorderig is toebedeeld aan Wijburgje Swart weduwe van Krijn Rus voornoemd, dat Wijburgje Swart op 31-03-1918 is overleden,nalatende tot haar enige erfgenamen zo krachtens de wet als haar testament van 29-11-1916voor genoemde notaris Mijs verleden haar enige zoon Jacob Rus die op 24-07-1928 is overleden zonder afstammelingen na te laten, na bij zijn testament op 31-10-1921 voor genoemde notarus Mijs verleden zijn echtgenote Kommerina Borstlap tot zijn enige erfgename heeft benoemd, waardoor genoemde Kommerina Borstlap eerste hypothecarisse is op gemeld onroerend goed; dat voormelde Aart van der Houwen bij vonnis der rechtbank te Rotterdam is verklaard in staat van failissement met benoeming van Mr Helenus Pieter Hermans advocasat te Brielle tot curator; dat aan gemelde curator bij exploit bevel is gedaan tbv Kommerina Borstlap voornoemd tegen bewijs van kwijting genoemde f. 2500,00 met de rente van 5% per jr te voldoen, aan welk bevel geen gevolg is gegeven, waarna deze overgaat tot de