005 Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen ( Gemeente Veenendaal )
![Naar boven om te zoeken Naar boven om te zoeken](http://mifiles.archieven.nl/default/images/scroll-to-top.gif)
005
Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen
Inleiding
laatste wijziging 19-10-2023
3.907 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 249 bestanden
Inventaris
1. Organisatie
1.2. Notulen
16-41 Veenregisters, 1546-1854
19 1560 aug. 12-1583 juli 21
![](http://mifiles.archieven.nl/default/images/h.gif)
28-11-1578: folio 168
Copie van de requeste van de weduwe van Henrick Ruysch cum filio, den veenraden gepresenteert.
Aen mijn edele heren die veenraden van die gemeyne veenen zoeveel in die Geldersche als in die Stichtse veenen.
Gheeft mit alre reverentiën te kennen jouffrouwe Ruijsch, zalige Henrick Ruyschen weduwe mit haren zoen Johan Ruysch hoe dat sij supplianten eertijts versocht hebben aen mijn edele heren die veenraden omme te ontfangen mogen werden mit heuren veenen gelegen in de Renensche veenen tot ’t gebruyck van de gemeyne Grifte ende alsdoen van mijn edele heren gerefuseert worde doer oersaecke dat dye XXV jare in ‘t octroye begrepen noch nyet geëxpireert en waren, ende dat zij sulcx nyet en conden doen dan bij octroye van de Coninklicke Majesteyt waerdoer wij genootdruct sijn geweest tot onsen groter moeyte ende coste octroye van zijne Majesteyt te verwerven, alsoe wij den veenraden ende geërffden op den reeckendach eermaels verthoent hebben, ende alsoe die jaren boven genoempt geëxpireert sijn versouckende in alre diligentie dat mijn heeren gelieven sal ons als mede geërffden t’ ontfangen mit tweeëntseventich mergen veens tot ’t gebruyck van de gemeyne Grifte, presenterende daer
Copie van de requeste van de weduwe van Henrick Ruysch cum filio, den veenraden gepresenteert.
Aen mijn edele heren die veenraden van die gemeyne veenen zoeveel in die Geldersche als in die Stichtse veenen.
Gheeft mit alre reverentiën te kennen jouffrouwe Ruijsch, zalige Henrick Ruyschen weduwe mit haren zoen Johan Ruysch hoe dat sij supplianten eertijts versocht hebben aen mijn edele heren die veenraden omme te ontfangen mogen werden mit heuren veenen gelegen in de Renensche veenen tot ’t gebruyck van de gemeyne Grifte ende alsdoen van mijn edele heren gerefuseert worde doer oersaecke dat dye XXV jare in ‘t octroye begrepen noch nyet geëxpireert en waren, ende dat zij sulcx nyet en conden doen dan bij octroye van de Coninklicke Majesteyt waerdoer wij genootdruct sijn geweest tot onsen groter moeyte ende coste octroye van zijne Majesteyt te verwerven, alsoe wij den veenraden ende geërffden op den reeckendach eermaels verthoent hebben, ende alsoe die jaren boven genoempt geëxpireert sijn versouckende in alre diligentie dat mijn heeren gelieven sal ons als mede geërffden t’ ontfangen mit tweeëntseventich mergen veens tot ’t gebruyck van de gemeyne Grifte, presenterende daer
005 Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen
Inventaris
1. Organisatie
1.2. Notulen
16-41 Veenregisters, 1546-1854
16-41 Veenregisters, 1546-1854
19 1560 aug. 12-1583 juli 21
28-11-1578: folio 168
Copie van de requeste van de weduwe van Henrick Ruysch cum filio, den veenraden gepresenteert.
Aen mijn edele heren die veenraden van die gemeyne veenen zoeveel in die Geldersche als in die Stichtse veenen.
Gheeft mit alre reverentiën te kennen jouffrouwe Ruijsch, zalige Henrick Ruyschen weduwe mit haren zoen Johan Ruysch hoe dat sij supplianten eertijts versocht hebben aen mijn edele heren die veenraden omme te ontfangen mogen werden mit heuren veenen gelegen in de Renensche veenen tot ’t gebruyck van de gemeyne Grifte ende alsdoen van mijn edele heren gerefuseert worde doer oersaecke dat dye XXV jare in ‘t octroye begrepen noch nyet geëxpireert en waren, ende dat zij sulcx nyet en conden doen dan bij octroye van de Coninklicke Majesteyt waerdoer wij genootdruct sijn geweest tot onsen groter moeyte ende coste octroye van zijne Majesteyt te verwerven, alsoe wij den veenraden ende geërffden op den reeckendach eermaels verthoent hebben, ende alsoe die jaren boven genoempt geëxpireert sijn versouckende in alre diligentie dat mijn heeren gelieven sal ons als mede geërffden t’ ontfangen mit tweeëntseventich mergen veens tot ’t gebruyck van de gemeyne Grifte, presenterende daer
Copie van de requeste van de weduwe van Henrick Ruysch cum filio, den veenraden gepresenteert.
Aen mijn edele heren die veenraden van die gemeyne veenen zoeveel in die Geldersche als in die Stichtse veenen.
Gheeft mit alre reverentiën te kennen jouffrouwe Ruijsch, zalige Henrick Ruyschen weduwe mit haren zoen Johan Ruysch hoe dat sij supplianten eertijts versocht hebben aen mijn edele heren die veenraden omme te ontfangen mogen werden mit heuren veenen gelegen in de Renensche veenen tot ’t gebruyck van de gemeyne Grifte ende alsdoen van mijn edele heren gerefuseert worde doer oersaecke dat dye XXV jare in ‘t octroye begrepen noch nyet geëxpireert en waren, ende dat zij sulcx nyet en conden doen dan bij octroye van de Coninklicke Majesteyt waerdoer wij genootdruct sijn geweest tot onsen groter moeyte ende coste octroye van zijne Majesteyt te verwerven, alsoe wij den veenraden ende geërffden op den reeckendach eermaels verthoent hebben, ende alsoe die jaren boven genoempt geëxpireert sijn versouckende in alre diligentie dat mijn heeren gelieven sal ons als mede geërffden t’ ontfangen mit tweeëntseventich mergen veens tot ’t gebruyck van de gemeyne Grifte, presenterende daer
laatste wijziging 19-10-2023
3.907 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 249 bestanden
Kenmerken
Datering:
(1526) 1545-1948
Archiefvormer(s):
laatste wijziging 19-10-2023
3.907 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 249 bestanden