005 Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen ( Gemeente Veenendaal )
005
Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen
Inleiding
laatste wijziging 19-10-2023
3.907 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 249 bestanden
Inventaris
1. Organisatie
1.2. Notulen
16-41 Veenregisters, 1546-1854
19 1560 aug. 12-1583 juli 21
3-6-1566: VERVOLG.
ende met onbehoirlicke manieren van procederen nyt verrast ofte verijlt worden, hebben zijluyden oire supplicatie doen formeren ende stellen aen die hertoginne van Parma ende Plasance als regente ende gouvernante Coninck Majesteyt Nederlanden omme dese saecke die welcke Coninck Majesteyt als één van den meesten geërfden concernerende mede aentreft geaccelereert te mogen werden als uwe genadige, edele ende luyden bijde hyerbij verwaerte supplicatie syen mogen, ende want die supplianten beducht zijn dat oire hoocheyt alleer op te supplicatie te disponeren begheren zal advys ende bericht van den saecken daermede tijdt verloren zal mogen werden, ende die supplianten met onbehoirlicke manieren vandoen onder decxel van rechte geprecipiteert
folio 344
LXIII
ende verrascht, versoecken tot dyen eynde dat uwe genadige, edele ende vermogende heeren believen willen als van dese saecken oeck genouchsaem kennisse hebbende dese inne gelachte veengenoten supplicatie beneffens uwe genadige, edele vermogende heeren advys aver te seynden aen oire hoocheyt teneynde eintelicken daerinne gedaen ende geordonneert worde nae rechte ende behoiren ende volgende deser supplianten versouck. Dit doende etc.
Supplicatie aen de hartoginne van Parma, regente etc.
Geven oetmoedelicke to kennen die gesworen veenraeden ende veengenoten der Renenscher ende Gelresscher veenen uuten name ende vanwegen die geërfden gemeen geërfden van denzelven veenen mitsgaders die pachters van Conincklijke Majesteyts veenen mede contribuanten in der Griften, hoe dat zijluyden zekeren tijdt geleden uut cracht van een speciael octroy van Keyserlijke Majesteyt hoechloflicker memorien in date den XII marty XVCVLV [1545] vernyeuwt ende wederomme opgegraven hebben die Grifte die wijlen David van Bougoinguen, bisscop
ende met onbehoirlicke manieren van procederen nyt verrast ofte verijlt worden, hebben zijluyden oire supplicatie doen formeren ende stellen aen die hertoginne van Parma ende Plasance als regente ende gouvernante Coninck Majesteyt Nederlanden omme dese saecke die welcke Coninck Majesteyt als één van den meesten geërfden concernerende mede aentreft geaccelereert te mogen werden als uwe genadige, edele ende luyden bijde hyerbij verwaerte supplicatie syen mogen, ende want die supplianten beducht zijn dat oire hoocheyt alleer op te supplicatie te disponeren begheren zal advys ende bericht van den saecken daermede tijdt verloren zal mogen werden, ende die supplianten met onbehoirlicke manieren vandoen onder decxel van rechte geprecipiteert
folio 344
LXIII
ende verrascht, versoecken tot dyen eynde dat uwe genadige, edele ende vermogende heeren believen willen als van dese saecken oeck genouchsaem kennisse hebbende dese inne gelachte veengenoten supplicatie beneffens uwe genadige, edele vermogende heeren advys aver te seynden aen oire hoocheyt teneynde eintelicken daerinne gedaen ende geordonneert worde nae rechte ende behoiren ende volgende deser supplianten versouck. Dit doende etc.
Supplicatie aen de hartoginne van Parma, regente etc.
Geven oetmoedelicke to kennen die gesworen veenraeden ende veengenoten der Renenscher ende Gelresscher veenen uuten name ende vanwegen die geërfden gemeen geërfden van denzelven veenen mitsgaders die pachters van Conincklijke Majesteyts veenen mede contribuanten in der Griften, hoe dat zijluyden zekeren tijdt geleden uut cracht van een speciael octroy van Keyserlijke Majesteyt hoechloflicker memorien in date den XII marty XVCVLV [1545] vernyeuwt ende wederomme opgegraven hebben die Grifte die wijlen David van Bougoinguen, bisscop
005 Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen
Inventaris
1. Organisatie
1.2. Notulen
16-41 Veenregisters, 1546-1854
16-41 Veenregisters, 1546-1854
19 1560 aug. 12-1583 juli 21
3-6-1566: VERVOLG.
ende met onbehoirlicke manieren van procederen nyt verrast ofte verijlt worden, hebben zijluyden oire supplicatie doen formeren ende stellen aen die hertoginne van Parma ende Plasance als regente ende gouvernante Coninck Majesteyt Nederlanden omme dese saecke die welcke Coninck Majesteyt als één van den meesten geërfden concernerende mede aentreft geaccelereert te mogen werden als uwe genadige, edele ende luyden bijde hyerbij verwaerte supplicatie syen mogen, ende want die supplianten beducht zijn dat oire hoocheyt alleer op te supplicatie te disponeren begheren zal advys ende bericht van den saecken daermede tijdt verloren zal mogen werden, ende die supplianten met onbehoirlicke manieren vandoen onder decxel van rechte geprecipiteert
folio 344
LXIII
ende verrascht, versoecken tot dyen eynde dat uwe genadige, edele ende vermogende heeren believen willen als van dese saecken oeck genouchsaem kennisse hebbende dese inne gelachte veengenoten supplicatie beneffens uwe genadige, edele vermogende heeren advys aver te seynden aen oire hoocheyt teneynde eintelicken daerinne gedaen ende geordonneert worde nae rechte ende behoiren ende volgende deser supplianten versouck. Dit doende etc.
Supplicatie aen de hartoginne van Parma, regente etc.
Geven oetmoedelicke to kennen die gesworen veenraeden ende veengenoten der Renenscher ende Gelresscher veenen uuten name ende vanwegen die geërfden gemeen geërfden van denzelven veenen mitsgaders die pachters van Conincklijke Majesteyts veenen mede contribuanten in der Griften, hoe dat zijluyden zekeren tijdt geleden uut cracht van een speciael octroy van Keyserlijke Majesteyt hoechloflicker memorien in date den XII marty XVCVLV [1545] vernyeuwt ende wederomme opgegraven hebben die Grifte die wijlen David van Bougoinguen, bisscop
ende met onbehoirlicke manieren van procederen nyt verrast ofte verijlt worden, hebben zijluyden oire supplicatie doen formeren ende stellen aen die hertoginne van Parma ende Plasance als regente ende gouvernante Coninck Majesteyt Nederlanden omme dese saecke die welcke Coninck Majesteyt als één van den meesten geërfden concernerende mede aentreft geaccelereert te mogen werden als uwe genadige, edele ende luyden bijde hyerbij verwaerte supplicatie syen mogen, ende want die supplianten beducht zijn dat oire hoocheyt alleer op te supplicatie te disponeren begheren zal advys ende bericht van den saecken daermede tijdt verloren zal mogen werden, ende die supplianten met onbehoirlicke manieren vandoen onder decxel van rechte geprecipiteert
folio 344
LXIII
ende verrascht, versoecken tot dyen eynde dat uwe genadige, edele ende vermogende heeren believen willen als van dese saecken oeck genouchsaem kennisse hebbende dese inne gelachte veengenoten supplicatie beneffens uwe genadige, edele vermogende heeren advys aver te seynden aen oire hoocheyt teneynde eintelicken daerinne gedaen ende geordonneert worde nae rechte ende behoiren ende volgende deser supplianten versouck. Dit doende etc.
Supplicatie aen de hartoginne van Parma, regente etc.
Geven oetmoedelicke to kennen die gesworen veenraeden ende veengenoten der Renenscher ende Gelresscher veenen uuten name ende vanwegen die geërfden gemeen geërfden van denzelven veenen mitsgaders die pachters van Conincklijke Majesteyts veenen mede contribuanten in der Griften, hoe dat zijluyden zekeren tijdt geleden uut cracht van een speciael octroy van Keyserlijke Majesteyt hoechloflicker memorien in date den XII marty XVCVLV [1545] vernyeuwt ende wederomme opgegraven hebben die Grifte die wijlen David van Bougoinguen, bisscop
laatste wijziging 19-10-2023
3.907 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 249 bestanden
Kenmerken
Datering:
(1526) 1545-1948
Archiefvormer(s):
laatste wijziging 19-10-2023
3.907 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 249 bestanden