005 Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen ( Gemeente Veenendaal )
005
Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen
Inleiding
laatste wijziging 19-10-2023
3.907 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 249 bestanden
Inventaris
1. Organisatie
1.2. Notulen
16-41 Veenregisters, 1546-1854
16 1546 apr. 27-1560 aug. 11
25-5-1554: Den XXVen may [1554] is Bruyninck van Cuyck mit Jan van Leuwen geweest bij die lantcommandeur Duytscher ordens bynnen Uutrecht ende is mit hem
folio 296v zie ook folio 333v
overcomen bij tusschen spreecken van die commandeurs van Leyden, Rhenen ende Scherluynen, dat men die commandurye tot Rheenen jaerlicx uuyreycken zall uuyt die parochiekercke, die men maicken sal op te Groote Venloo, eenen gouden ourfurster rijnsgulden volgende het extract uuyt des selves lantcommandeurs registre hyer geïnsereert: Begynnende
Up ten XXVen may anno LIIIIo [1554], sijn mijnen heer lantcommandeur ende die nabeschreven commandeurs overcomen ende geaccordeert als aengaende die oprichtige van der kercke die opgericht zel werden mit consent ende octroye der Keyserlijke Majesteyt opten Grooten Venloo, bynnen onser parochie van Rhenen gelegen, dat diezelve opgerechte kercke voor een ewige recognitie jaerlicx uuytrecken sal voor 't recht dat onser kercke ofte commanderye van Rhenen in de voornoemde nyeuwe prochie soude moegen competeren eenen Overlantsche kernforster gulden ende dat mit zulcken conditiën ende restrinctiën als dairtoe zullen behoiren om 't recht van de kercke van Rheenen ten ewigen dagen ongequest the blijvende. Onderteykent, Aelbert van Egmont van Merensteyn, lantcommandeur, Joachim Jansz, commandeur tot Leyden, Cornelys Jansz, commandeur tot Rhenen, Jacob van Egmont van Merensteyn, commandeur tot Schaluynen, onwaerdich.
Tenzelven dage is ons gebrocht die ordonnantie
folio 297 zie ook folio 334
XVIII
van die schippers.
folio 296v zie ook folio 333v
overcomen bij tusschen spreecken van die commandeurs van Leyden, Rhenen ende Scherluynen, dat men die commandurye tot Rheenen jaerlicx uuyreycken zall uuyt die parochiekercke, die men maicken sal op te Groote Venloo, eenen gouden ourfurster rijnsgulden volgende het extract uuyt des selves lantcommandeurs registre hyer geïnsereert: Begynnende
Up ten XXVen may anno LIIIIo [1554], sijn mijnen heer lantcommandeur ende die nabeschreven commandeurs overcomen ende geaccordeert als aengaende die oprichtige van der kercke die opgericht zel werden mit consent ende octroye der Keyserlijke Majesteyt opten Grooten Venloo, bynnen onser parochie van Rhenen gelegen, dat diezelve opgerechte kercke voor een ewige recognitie jaerlicx uuytrecken sal voor 't recht dat onser kercke ofte commanderye van Rhenen in de voornoemde nyeuwe prochie soude moegen competeren eenen Overlantsche kernforster gulden ende dat mit zulcken conditiën ende restrinctiën als dairtoe zullen behoiren om 't recht van de kercke van Rheenen ten ewigen dagen ongequest the blijvende. Onderteykent, Aelbert van Egmont van Merensteyn, lantcommandeur, Joachim Jansz, commandeur tot Leyden, Cornelys Jansz, commandeur tot Rhenen, Jacob van Egmont van Merensteyn, commandeur tot Schaluynen, onwaerdich.
Tenzelven dage is ons gebrocht die ordonnantie
folio 297 zie ook folio 334
XVIII
van die schippers.
005 Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen
Inventaris
1. Organisatie
1.2. Notulen
16-41 Veenregisters, 1546-1854
16-41 Veenregisters, 1546-1854
16 1546 apr. 27-1560 aug. 11
25-5-1554: Den XXVen may [1554] is Bruyninck van Cuyck mit Jan van Leuwen geweest bij die lantcommandeur Duytscher ordens bynnen Uutrecht ende is mit hem
folio 296v zie ook folio 333v
overcomen bij tusschen spreecken van die commandeurs van Leyden, Rhenen ende Scherluynen, dat men die commandurye tot Rheenen jaerlicx uuyreycken zall uuyt die parochiekercke, die men maicken sal op te Groote Venloo, eenen gouden ourfurster rijnsgulden volgende het extract uuyt des selves lantcommandeurs registre hyer geïnsereert: Begynnende
Up ten XXVen may anno LIIIIo [1554], sijn mijnen heer lantcommandeur ende die nabeschreven commandeurs overcomen ende geaccordeert als aengaende die oprichtige van der kercke die opgericht zel werden mit consent ende octroye der Keyserlijke Majesteyt opten Grooten Venloo, bynnen onser parochie van Rhenen gelegen, dat diezelve opgerechte kercke voor een ewige recognitie jaerlicx uuytrecken sal voor 't recht dat onser kercke ofte commanderye van Rhenen in de voornoemde nyeuwe prochie soude moegen competeren eenen Overlantsche kernforster gulden ende dat mit zulcken conditiën ende restrinctiën als dairtoe zullen behoiren om 't recht van de kercke van Rheenen ten ewigen dagen ongequest the blijvende. Onderteykent, Aelbert van Egmont van Merensteyn, lantcommandeur, Joachim Jansz, commandeur tot Leyden, Cornelys Jansz, commandeur tot Rhenen, Jacob van Egmont van Merensteyn, commandeur tot Schaluynen, onwaerdich.
Tenzelven dage is ons gebrocht die ordonnantie
folio 297 zie ook folio 334
XVIII
van die schippers.
folio 296v zie ook folio 333v
overcomen bij tusschen spreecken van die commandeurs van Leyden, Rhenen ende Scherluynen, dat men die commandurye tot Rheenen jaerlicx uuyreycken zall uuyt die parochiekercke, die men maicken sal op te Groote Venloo, eenen gouden ourfurster rijnsgulden volgende het extract uuyt des selves lantcommandeurs registre hyer geïnsereert: Begynnende
Up ten XXVen may anno LIIIIo [1554], sijn mijnen heer lantcommandeur ende die nabeschreven commandeurs overcomen ende geaccordeert als aengaende die oprichtige van der kercke die opgericht zel werden mit consent ende octroye der Keyserlijke Majesteyt opten Grooten Venloo, bynnen onser parochie van Rhenen gelegen, dat diezelve opgerechte kercke voor een ewige recognitie jaerlicx uuytrecken sal voor 't recht dat onser kercke ofte commanderye van Rhenen in de voornoemde nyeuwe prochie soude moegen competeren eenen Overlantsche kernforster gulden ende dat mit zulcken conditiën ende restrinctiën als dairtoe zullen behoiren om 't recht van de kercke van Rheenen ten ewigen dagen ongequest the blijvende. Onderteykent, Aelbert van Egmont van Merensteyn, lantcommandeur, Joachim Jansz, commandeur tot Leyden, Cornelys Jansz, commandeur tot Rhenen, Jacob van Egmont van Merensteyn, commandeur tot Schaluynen, onwaerdich.
Tenzelven dage is ons gebrocht die ordonnantie
folio 297 zie ook folio 334
XVIII
van die schippers.
laatste wijziging 19-10-2023
3.907 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 249 bestanden
Kenmerken
Datering:
(1526) 1545-1948
Archiefvormer(s):
laatste wijziging 19-10-2023
3.907 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 249 bestanden