005 Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen ( Gemeente Veenendaal )
005
Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen
Inleiding
laatste wijziging 19-10-2023
3.907 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 249 bestanden
Inventaris
1. Organisatie
1.2. Notulen
16-41 Veenregisters, 1546-1854
16 1546 apr. 27-1560 aug. 11
9-3-1551: VERVOLG.
achtien duimen breet ende sestien duimen dick. Den ondersten balck van ’t deurgebynt voorseid sal oick lanck weesen negenendetwintich voeten, sestien duymen breet ende vijftien duymen dick, deese twee slachbalcken voorseid sullen gepindt weesen vier of vijf duym, die twee binnenstijlen van 't deurgebynt voorseid sullen weesen elck achtien duym breet ende sestien duym dick ende lanck vierendetwintich voeten, noch sal dit voorseide deurgebyndt hebben twee buytenstijlen te lantwert, inne elcx lanck vierentwintich voeten, elcx breet dertien duym viercant. Tusschen deese buytenstijlen ende die binnen stijlen van 't deurraempt voorseid sal een scoor overhoucx inne gewrocht wordden mit gaten ende pinnen, breet, dick ende lanck na den eysch. Noch sal 't geheel velt tusschen die buytenstijlen ende binnenstijlen bescoten werden mit goeden eycken plancken elcke planck twee duymen dick gesaechts houts. Onder 't deurgebynt sal een vlot leggen wyt binnenswercx twee voeten, lang na den eysch. 't Hout van dit vlot sal breet of diep zijn elf duym ende dick als die slijckhouteren mit ses calveren ende
folio 207v
mit wouwensteerten in een gewrocht ende wel effen in 't waterpas geleyt. Dit vlot sal vol palen geheydt weesen pael aen pael van elsen oft eycken palen mit een scothey wel vast in den grondt in't welsant geheyt. Noch sal 't voor dit vlot gepaelplanckt weesen tot in den grondt als voor die baerden voorseid. Aen dit voorseide deurgebynt sullen weesen twee deuren, die achterharlen van die deuren sullen weesen veertien duym breet ende acht duym dick, noch die twee voorharlen elcx veertien duym breet ende acht ende
achtien duimen breet ende sestien duimen dick. Den ondersten balck van ’t deurgebynt voorseid sal oick lanck weesen negenendetwintich voeten, sestien duymen breet ende vijftien duymen dick, deese twee slachbalcken voorseid sullen gepindt weesen vier of vijf duym, die twee binnenstijlen van 't deurgebynt voorseid sullen weesen elck achtien duym breet ende sestien duym dick ende lanck vierendetwintich voeten, noch sal dit voorseide deurgebyndt hebben twee buytenstijlen te lantwert, inne elcx lanck vierentwintich voeten, elcx breet dertien duym viercant. Tusschen deese buytenstijlen ende die binnen stijlen van 't deurraempt voorseid sal een scoor overhoucx inne gewrocht wordden mit gaten ende pinnen, breet, dick ende lanck na den eysch. Noch sal 't geheel velt tusschen die buytenstijlen ende binnenstijlen bescoten werden mit goeden eycken plancken elcke planck twee duymen dick gesaechts houts. Onder 't deurgebynt sal een vlot leggen wyt binnenswercx twee voeten, lang na den eysch. 't Hout van dit vlot sal breet of diep zijn elf duym ende dick als die slijckhouteren mit ses calveren ende
folio 207v
mit wouwensteerten in een gewrocht ende wel effen in 't waterpas geleyt. Dit vlot sal vol palen geheydt weesen pael aen pael van elsen oft eycken palen mit een scothey wel vast in den grondt in't welsant geheyt. Noch sal 't voor dit vlot gepaelplanckt weesen tot in den grondt als voor die baerden voorseid. Aen dit voorseide deurgebynt sullen weesen twee deuren, die achterharlen van die deuren sullen weesen veertien duym breet ende acht duym dick, noch die twee voorharlen elcx veertien duym breet ende acht ende
005 Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen
Inventaris
1. Organisatie
1.2. Notulen
16-41 Veenregisters, 1546-1854
16-41 Veenregisters, 1546-1854
16 1546 apr. 27-1560 aug. 11
9-3-1551: VERVOLG.
achtien duimen breet ende sestien duimen dick. Den ondersten balck van ’t deurgebynt voorseid sal oick lanck weesen negenendetwintich voeten, sestien duymen breet ende vijftien duymen dick, deese twee slachbalcken voorseid sullen gepindt weesen vier of vijf duym, die twee binnenstijlen van 't deurgebynt voorseid sullen weesen elck achtien duym breet ende sestien duym dick ende lanck vierendetwintich voeten, noch sal dit voorseide deurgebyndt hebben twee buytenstijlen te lantwert, inne elcx lanck vierentwintich voeten, elcx breet dertien duym viercant. Tusschen deese buytenstijlen ende die binnen stijlen van 't deurraempt voorseid sal een scoor overhoucx inne gewrocht wordden mit gaten ende pinnen, breet, dick ende lanck na den eysch. Noch sal 't geheel velt tusschen die buytenstijlen ende binnenstijlen bescoten werden mit goeden eycken plancken elcke planck twee duymen dick gesaechts houts. Onder 't deurgebynt sal een vlot leggen wyt binnenswercx twee voeten, lang na den eysch. 't Hout van dit vlot sal breet of diep zijn elf duym ende dick als die slijckhouteren mit ses calveren ende
folio 207v
mit wouwensteerten in een gewrocht ende wel effen in 't waterpas geleyt. Dit vlot sal vol palen geheydt weesen pael aen pael van elsen oft eycken palen mit een scothey wel vast in den grondt in't welsant geheyt. Noch sal 't voor dit vlot gepaelplanckt weesen tot in den grondt als voor die baerden voorseid. Aen dit voorseide deurgebynt sullen weesen twee deuren, die achterharlen van die deuren sullen weesen veertien duym breet ende acht duym dick, noch die twee voorharlen elcx veertien duym breet ende acht ende
achtien duimen breet ende sestien duimen dick. Den ondersten balck van ’t deurgebynt voorseid sal oick lanck weesen negenendetwintich voeten, sestien duymen breet ende vijftien duymen dick, deese twee slachbalcken voorseid sullen gepindt weesen vier of vijf duym, die twee binnenstijlen van 't deurgebynt voorseid sullen weesen elck achtien duym breet ende sestien duym dick ende lanck vierendetwintich voeten, noch sal dit voorseide deurgebyndt hebben twee buytenstijlen te lantwert, inne elcx lanck vierentwintich voeten, elcx breet dertien duym viercant. Tusschen deese buytenstijlen ende die binnen stijlen van 't deurraempt voorseid sal een scoor overhoucx inne gewrocht wordden mit gaten ende pinnen, breet, dick ende lanck na den eysch. Noch sal 't geheel velt tusschen die buytenstijlen ende binnenstijlen bescoten werden mit goeden eycken plancken elcke planck twee duymen dick gesaechts houts. Onder 't deurgebynt sal een vlot leggen wyt binnenswercx twee voeten, lang na den eysch. 't Hout van dit vlot sal breet of diep zijn elf duym ende dick als die slijckhouteren mit ses calveren ende
folio 207v
mit wouwensteerten in een gewrocht ende wel effen in 't waterpas geleyt. Dit vlot sal vol palen geheydt weesen pael aen pael van elsen oft eycken palen mit een scothey wel vast in den grondt in't welsant geheyt. Noch sal 't voor dit vlot gepaelplanckt weesen tot in den grondt als voor die baerden voorseid. Aen dit voorseide deurgebynt sullen weesen twee deuren, die achterharlen van die deuren sullen weesen veertien duym breet ende acht duym dick, noch die twee voorharlen elcx veertien duym breet ende acht ende
laatste wijziging 19-10-2023
3.907 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 249 bestanden
Kenmerken
Datering:
(1526) 1545-1948
Archiefvormer(s):
laatste wijziging 19-10-2023
3.907 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 249 bestanden