005 Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen ( Gemeente Veenendaal )
![Naar boven om te zoeken Naar boven om te zoeken](http://mifiles.archieven.nl/default/images/scroll-to-top.gif)
005
Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen
Inleiding
laatste wijziging 19-10-2023
3.907 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 249 bestanden
Inventaris
1. Organisatie
1.2. Notulen
16-41 Veenregisters, 1546-1854
16 1546 apr. 27-1560 aug. 11
![](http://mifiles.archieven.nl/default/images/h.gif)
22-11-1546: folio 397
Up huden den XXIIen novembris anno XLVI, die gemeen veengenoten contribuanten totter Griften omtrent bij Reenen gelegen, verscreven, geladen ende vergadert wesende ten huyse van meester Willem van Diemen Keyserlijke Majesteit rait in den Hove van Utrecht, bij de bestadinge van der continuatie der nyewer Griften, ende aldair geopent die acte van commissie, gepasseert op Cornelis Tijn den XXVIen octobris lestleden omme te weesen een van den drien gecommitteerden, ende dat in de stede van Jan van Kuyck Anthoenisz, die des begeerde ontslegen te zijn, hebben dieselve veengenoten, mitsgaders die gescicten, soe van mijn vrouwe Van Culenborch, vanwegen des jongen heere Van Pallant, als van mijn heere Van Montfoert, ende van meester Vincent, te weetende hoerluyden rentmeesters, die selve commissie voerts geratificeert, geapprobeert, ende dairbij gepersisteert, ende persisteren noch mitsdesen, dat die voirgenoemde Cornelis Thijn, in de stede ende plaetse van den voirseide Jan van Kuyck Anthoenisz wesen zell, één van den drien gecommitteerden, bij mijn heere Johan van Culenborch, ritter heere tot Rijnswoude etc. ende Ffrans van Nyenrode ende te hebben gelijcke macht als die voirseid gecommitteerden gegeven zijn geweest opten XXVIIen dach in aprili lestleden. Allet nae innehout van denselver acte van commissie dairvan wesende dat innehout ende begrepen heeft.
folio 397vleeg
Up huden den XXIIen novembris anno XLVI, die gemeen veengenoten contribuanten totter Griften omtrent bij Reenen gelegen, verscreven, geladen ende vergadert wesende ten huyse van meester Willem van Diemen Keyserlijke Majesteit rait in den Hove van Utrecht, bij de bestadinge van der continuatie der nyewer Griften, ende aldair geopent die acte van commissie, gepasseert op Cornelis Tijn den XXVIen octobris lestleden omme te weesen een van den drien gecommitteerden, ende dat in de stede van Jan van Kuyck Anthoenisz, die des begeerde ontslegen te zijn, hebben dieselve veengenoten, mitsgaders die gescicten, soe van mijn vrouwe Van Culenborch, vanwegen des jongen heere Van Pallant, als van mijn heere Van Montfoert, ende van meester Vincent, te weetende hoerluyden rentmeesters, die selve commissie voerts geratificeert, geapprobeert, ende dairbij gepersisteert, ende persisteren noch mitsdesen, dat die voirgenoemde Cornelis Thijn, in de stede ende plaetse van den voirseide Jan van Kuyck Anthoenisz wesen zell, één van den drien gecommitteerden, bij mijn heere Johan van Culenborch, ritter heere tot Rijnswoude etc. ende Ffrans van Nyenrode ende te hebben gelijcke macht als die voirseid gecommitteerden gegeven zijn geweest opten XXVIIen dach in aprili lestleden. Allet nae innehout van denselver acte van commissie dairvan wesende dat innehout ende begrepen heeft.
folio 397vleeg
005 Veenraadschap der Geldersche en Stichtsche Veenen
Inventaris
1. Organisatie
1.2. Notulen
16-41 Veenregisters, 1546-1854
16-41 Veenregisters, 1546-1854
16 1546 apr. 27-1560 aug. 11
22-11-1546: folio 397
Up huden den XXIIen novembris anno XLVI, die gemeen veengenoten contribuanten totter Griften omtrent bij Reenen gelegen, verscreven, geladen ende vergadert wesende ten huyse van meester Willem van Diemen Keyserlijke Majesteit rait in den Hove van Utrecht, bij de bestadinge van der continuatie der nyewer Griften, ende aldair geopent die acte van commissie, gepasseert op Cornelis Tijn den XXVIen octobris lestleden omme te weesen een van den drien gecommitteerden, ende dat in de stede van Jan van Kuyck Anthoenisz, die des begeerde ontslegen te zijn, hebben dieselve veengenoten, mitsgaders die gescicten, soe van mijn vrouwe Van Culenborch, vanwegen des jongen heere Van Pallant, als van mijn heere Van Montfoert, ende van meester Vincent, te weetende hoerluyden rentmeesters, die selve commissie voerts geratificeert, geapprobeert, ende dairbij gepersisteert, ende persisteren noch mitsdesen, dat die voirgenoemde Cornelis Thijn, in de stede ende plaetse van den voirseide Jan van Kuyck Anthoenisz wesen zell, één van den drien gecommitteerden, bij mijn heere Johan van Culenborch, ritter heere tot Rijnswoude etc. ende Ffrans van Nyenrode ende te hebben gelijcke macht als die voirseid gecommitteerden gegeven zijn geweest opten XXVIIen dach in aprili lestleden. Allet nae innehout van denselver acte van commissie dairvan wesende dat innehout ende begrepen heeft.
folio 397vleeg
Up huden den XXIIen novembris anno XLVI, die gemeen veengenoten contribuanten totter Griften omtrent bij Reenen gelegen, verscreven, geladen ende vergadert wesende ten huyse van meester Willem van Diemen Keyserlijke Majesteit rait in den Hove van Utrecht, bij de bestadinge van der continuatie der nyewer Griften, ende aldair geopent die acte van commissie, gepasseert op Cornelis Tijn den XXVIen octobris lestleden omme te weesen een van den drien gecommitteerden, ende dat in de stede van Jan van Kuyck Anthoenisz, die des begeerde ontslegen te zijn, hebben dieselve veengenoten, mitsgaders die gescicten, soe van mijn vrouwe Van Culenborch, vanwegen des jongen heere Van Pallant, als van mijn heere Van Montfoert, ende van meester Vincent, te weetende hoerluyden rentmeesters, die selve commissie voerts geratificeert, geapprobeert, ende dairbij gepersisteert, ende persisteren noch mitsdesen, dat die voirgenoemde Cornelis Thijn, in de stede ende plaetse van den voirseide Jan van Kuyck Anthoenisz wesen zell, één van den drien gecommitteerden, bij mijn heere Johan van Culenborch, ritter heere tot Rijnswoude etc. ende Ffrans van Nyenrode ende te hebben gelijcke macht als die voirseid gecommitteerden gegeven zijn geweest opten XXVIIen dach in aprili lestleden. Allet nae innehout van denselver acte van commissie dairvan wesende dat innehout ende begrepen heeft.
folio 397vleeg
laatste wijziging 19-10-2023
3.907 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 249 bestanden
Kenmerken
Datering:
(1526) 1545-1948
Archiefvormer(s):
laatste wijziging 19-10-2023
3.907 beschreven archiefstukken
1 gedigitaliseerd
totaal 249 bestanden