Joseph Hoekx, slager, wonende te Beegden heeft gezegd en verklaard te hebben verkocht aan Jean Verbong, dagloner, wonende te Beegden, een huis met tuin gelegen in de gemeente Beegden, grenzend aan een kant aan Mathieu Reijnders en aan de andere kant aan de erven van Mathieu Sullen, aan het ene eind aan Sophie van Aas en an het andere aan de gemeenteweg. De verkoop geldt ook voor de gewassen en het vruchtgebruik gaat in per aktedatum. De (ver)koopprijs bedraagt 300 franc; de verkoper erkent dit bedrag reeds tevoren ontvangen te hebben in klinkende munt en tegen geldende koers. De akte geldt als kwitantie hiervoor. De verkoper verklaart het onroerend goed in eigendom te hebben verkregen door het te erven van zijn vader Mathieu Hoekx. Het goed is vrij van hypothecaire en andere schulden. Uitgezonderd: de gewone en buitengewone bijdragen die vanaf 15 april voor rekening van de koper zullen zijn en een jaarlijkse rente van 2,50 franc ten gunste van de pastoor van Beegden, waar dat ook geregistreerd staat. Deze rente is jaarlijks met Pasen verschuldigd en komt voor rekening van de koper. De akte is opgemaakt in het kantoor van de notaris te Roermond op 30 maart 1811 in het bijzijn van de getuigen Jean Raemaekers, schrijnwerker, en Leonard Joosten, verver, beiden wonende te Roermond.